donderdag 9 januari 2020

VHP-fractie wil een openbare Assembleevergadering over de Afobakadam

Regering moet informatie verstrekken over uitvoering Brokopondo Overeenkomst


De VHP-fractie heeft Assembleevoorzitster Jennifer Geerlings-Simons gevraagd om een openbare vergadering uit te schrijven over de Afobakadam. Tijdens de vergadering moet de regering informatie verstrekken aan de volksvertegenwoordiging over de uitvoering van de Brokopondo Overeenkomst die is gewijzigd. De brief is gisteren ingediend, aldus Starnieuws vanochtend, donderdag 9 januari 2020.

'Dit verzoek is gedaan om de volgende redenen:
Op 9 november 2019 is de wet afgekondigd (SB 2019 no 96). Bij deze wet is aan de regering toestemming verleend de Brokopondo Overeenkomst te wijzigen. Deze wijzigingen dienen te geschieden in overeenstemming met de ontwerp-raamovereenkomsten en de ontwerpnota van wijziging concept transactieovereenkomsten. Deze overeenkomsten en ontwerpnota van wijzigingen zijn niet toegevoegd aan deze wet en niet afgekondigd, waardoor deze documenten onbekend zijn, niet verifieerbaar zijn en niet controleerbaar zijn, en worden geheimgehouden om alle bekende redenen. Nu deze documenten niet zijn afgekondigd zoals vereist door de grondwet, Wet Algemene Bepalingen en de Brokopondo Overeenkomst zelf, zijn die geen delen van de wet geworden, stelt de VHP.

Deze documenten zijn die door de regering en Suralco getekend in het kader van de uitvoering van deze Wet Wijziging Brokopondo Overeenkomst, behoren te worden gepubliceerd via afkondiging in het Staatsblad en beschikbaar te worden gesteld aan DNA, die betrokken dient te worden bij de wijzigingen. De vraag is waarom de door DNA (De Nationale Assemblee) goedgekeurde ontwerp-raamovereenkomsten en de ontwerpnota van wijziging concept transactieovereenkomsten, die als delen van de wet zijn aangemerkt, niet zijn afgekondigd.

In deze wet bepaalt artikel 3 ook dat overdracht van het waterkrachtwerk aan Suriname slechts plaatsvindt, nadat door ten minste een onafhankelijke ter zake deskundige entiteit is geconstateerd, dat het waterkrachtwerk in elk opzicht in goed functionerende staat verkeert. Deze beoordeling is niet ter beschikking gesteld. De regering heeft met de gevolgde werkwijze, alle risico’s van geen of onvoldoende onderhoud c.q. van de vereiste vervangingen of uitbreidingen van het waterkrachtwerk, voor rekening en ten laste van Suriname geaccepteerd in strijd met de Brokopondo Overeenkomst, en daarmee Suralco c.q. Alcoa daarvan volledig bevrijd. Deze handelingen en de wijze waarop e.e.a. is gepleegd, roepen grote integriteitsvragen op.

Een constatering, dat het waterkrachtwerk in een goed functionerende staat verkeert, houdt beslist niet in dat het waterkrachtwerk in een goed onderhouden staat verkeert, waartoe Suralco bij wet verplicht is. De regering gaat volledig voorbij aan deze gegarandeerde verplichtingen van de Suralco c.q. Alcoa. Bij de overdracht van het waterkrachtwerk is ook niet onderbouwd aan DNA aangegeven hoeveel betaald is aan Suralco en waarvoor, terwijl DNA behoort te weten of de door haar goedgekeurde wet ook goed wordt uitgevoerd, in elk geval als vertegenwoordiger er van op de hoogte is hoe deze wet is uitgevoerd.

Ook is niet bekend wie de vereiste ter zake deskundige is, die binnen twee maanden tijd, geconstateerd heeft dat het hele waterkrachtwerk, bestaande uit de hoofddam, de hulpdammen en dijken, de overlaten, de inlaatwerken en de drukleidingen, de krachtcentrale, compleet met installatie voor de opwekking van elektrische energie met bijbehoren, de werken ter regularisatie van de waterstand, de uitrusting voor het transformeren en schakelen in de krachtcentrale en te Paranam, de hoogspanningsleiding van de krachtcentrale naar het onderstation te Paranam, de apparatuur voor de verbindingen en voor de bediening en controle, nodig voor de exploitatie van het waterkrachtwerk en het onderstation te Paranam, de etablissementen met de dienstwoningen bij de krachtcentrale en de niet openbare wegen die speciaal gebouwd zijn ten dienste van het waterkrachtwerk, in goed functionerende staat verkeren, zoals door de wet is vereist.

Ook is niet bekend wat de inspecties van het waterkrachtwerk hebben ingehouden, wat dit heeft gekost en wanneer dit heeft plaatsgevonden. De president heeft het rapport niet voorgelegd aan De Nationale Assemblee. Waarom dit geheim wordt gehouden is een raadsel.

Ook heeft de president niet aangegeven dat de regering verzekerd heeft, dat de Staatsolie, met het waterkrachtwerk, alle vereiste agentschappen, patenten, afspraken c.q. relaties heeft meegekregen van Suralco c.q. Alcoa, m.b.t. leveranties van diensten en goederen c.q. onderdelen c.q. benodigdheden, vereist voor het beheer, onderhoud, reparaties, vervangingen en uitbreidingen van het overgedragen waterkrachtwerk. Niet bekend is ook of een of meer handelaren en of politici c.q. derden, rechtstreeks of via juridische constructies, en wel met voorkennis, zich hebben verzekerd van lucratieve mogelijkheden voor de levering van goederen en diensten, voor de eeuwigheid, en ten laste en voor rekening van het volk van Suriname.

Ook is niet duidelijk aangegeven bij de overdracht het bedrag dat gereserveerd is voor milieusanering en herstel (incl. het bedrag dat de vertrokken Billiton Maatschappij Suriname daarvoor gereserveerd heeft), eveneens de tijdslijn, wie de controle zal uitoefenen op deze activiteiten en wie de garantie zal dragen van gevolgen daarvan in de toekomst.
De president heeft ook niet aangeven wat er precies aan Staatsolie is overgedragen middels het terbeschikkingstelling van overdrachtsdocumenten aan De Nationale Assemblee.

De president heeft ook niet duidelijk aangeven wat de prijs zal zijn waartegen Staatsolie stroom zal verkopen en aan welke partij dit zal zijn, en of een en ander conform de vereisten van de Elektriciteitswet 2016 is vastgesteld. Of en hoe de Staatsolie (tijdig) zal worden betaald voor de levering van stroom aan de EBS, wordt ook niet aangegeven.
Niet wordt aangegeven uit welke opbrengsten van de Staat en door wie de kosten van de Oppenheimer lening zijnde de periodieke rentebetalingen en aflossingsverplichtingen, gedragen zullen worden, of deze kosten naar Staatsolie doorgeschoven zullen worden.

Ook is onduidelijk wat de financiële positie van Staatsolie zal zijn geworden, indien de Staatsolie deze zal moeten betalen, en wat de gevolgen zullen zijn voor Staatsolie indien betalingen door de staat c.s. de EBS voor stroomlevering door Staatsolie niet tijdig zullen geschieden c.q. uitblijven. Niet aangegeven wordt hoe de financiële druk op de cashflow positie van Staatsolie er uit ziet en welke risico’s er zijn gecreëerd voor de continuïteit van het bedrijf, en/of de Staatsolie voldoende financiële reserves en/of middelen zal hebben om in te zetten om tijdig en volledig onderhoud van het waterkrachtwerk te garanderen en of hun eigen verplichte investeringen te doen c.q. voort te zetten.'

De brief is ondertekend door de Assembleeleden Chandrikapersad Santokhi, Asiskumar Gajadien, Krishna Mathoera, Dew Sharman en Riad Nurmohamed.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten