Totaal aantal besmette personen is gestegen naar 242
Zes nieuwe positieve Covid-19 besmettingen zijn vandaag, woensdag 17 juni 2020 (tot 15.00 uur), geregistreerd. Het aantal besmette personen is gestegen naar 242. Er zijn 188 actieve gevallen.
In totaal zijn 48 personen genezen verklaard en zes patiënten zijn overleden.
Om vier uur vanmiddag wordt in een persbriefing een update gegeven door het Covid-19 Managementteam.
Dagelijkse selectie Surinaams nieuws en relevant nieuws uit Latijns-Amerika en Caribisch gebied - Verrassend, actueel, informatief, met oog voor haar lezers!
woensdag 17 juni 2020
Vrouw (24) verkracht door haar 31-jarige ex-zwager
Man verkracht in woning van zijn ex-vrouw een van haar twee zussen
De Ware Tijd bericht woensdagmiddag 17 juni 2020. dat een 24-jarige vrouw in de nacht van vrijdag op zaterdag te Sophia's Lust in de woning van haar zus is verkracht door haar ex-zwager V.S. (31). De man is aangehouden en heeft een volmondige bekentenis afgelegd.
S. was het huis, waar zijn ex-vrouw woont, iets na middernacht binnen gedrongen. De voordeur was niet op slot, omdat zijn ex bij de buren was. In de woonkamer sliepen twee zussen van de vrouw.
Onder bedreiging van een mes heeft de verdachte een van de zussen.verkracht, waarna hij de benen nam. S. werd zaterdagavond opgespoord en aangehouden.
De man heeft tijdens het verhoor toegegeven het strafbare feit te hebben gepleegd. Hij is in verzekering gesteld. S. en zijn ex zijn al enkele maanden uit elkaar.
De politie van Kwatta is belast met het onderzoek.
De Ware Tijd bericht woensdagmiddag 17 juni 2020. dat een 24-jarige vrouw in de nacht van vrijdag op zaterdag te Sophia's Lust in de woning van haar zus is verkracht door haar ex-zwager V.S. (31). De man is aangehouden en heeft een volmondige bekentenis afgelegd.
S. was het huis, waar zijn ex-vrouw woont, iets na middernacht binnen gedrongen. De voordeur was niet op slot, omdat zijn ex bij de buren was. In de woonkamer sliepen twee zussen van de vrouw.
Onder bedreiging van een mes heeft de verdachte een van de zussen.verkracht, waarna hij de benen nam. S. werd zaterdagavond opgespoord en aangehouden.
De man heeft tijdens het verhoor toegegeven het strafbare feit te hebben gepleegd. Hij is in verzekering gesteld. S. en zijn ex zijn al enkele maanden uit elkaar.
De politie van Kwatta is belast met het onderzoek.
Nieuwe coalitie start gesprekken met alle politieke partijen
Binnenkort volgt samenstelling van de ministersploeg en de sleutelposities
Nu de verkiezingsuitslag definitief bekend is, zullen alle politieke partijen die hebben deelgenomen aan de verkiezingen worden gehoord door de nieuwe coalitie die gevormd wordt door VHP, ABOP, NPS en PL. Nadat alle inhoudelijke punten zijn afgerond, volgt de samenstelling van de ministersploeg en de sleutelposities.
In een vandaag, woensdag 17 juni 2020, uitgebrachte verklaring wordt stilgestaan bij het feit, dat de nieuwe coalitie een brede basis heeft in De Nationale Assemblee èn in de Verenigde Volksvergadering (VVV).
De verkiezingsuitslag is gisteren formeel vastgesteld door het Centraal Hoofdstembureau. In De Nationale Assemblee heeft de coalitie 33 zetels en in de VVV bij elkaar opgeteld 670 (oftewel 71%) van de zetels. Door de bekendmaking van de BEP, dat zij de verkiezing van president en vicepresident zal steunen, heeft de coalitie meer dan de benodigde 2/3 meerderheid die nodig is om beide functionarissen te kiezen in De Nationale Assemblee.
De vier samenwerkende partijen hebben na hun besluit samen te werken de afgelopen periode flinke vorderingen gemaakt, wordt in een persbericht meegedeeld. Momenteel leggen zij de laatste hand aan een regeerakkoord. De afronding volgt na afloop van de ‘hearings’ die nu plaatsvinden met sociale en maatschappelijke groeperingen.
De leiders van de coalitiepartijen laten weten dat zij de verantwoordelijkheid die hen is opgelegd door de kiezer zeer serieus nemen en de uitdagingen die voor hen liggen met vereende krachten zullen aanpakken. Voor het succes van het nieuwe beleid is eenieder nodig, stellen de politieke leiders van de nieuwe coalitie, want alleen door samen te werken zal het land uit de crises geraken.
Nu de verkiezingsuitslag definitief bekend is, zullen alle politieke partijen die hebben deelgenomen aan de verkiezingen worden gehoord door de nieuwe coalitie die gevormd wordt door VHP, ABOP, NPS en PL. Nadat alle inhoudelijke punten zijn afgerond, volgt de samenstelling van de ministersploeg en de sleutelposities.
In een vandaag, woensdag 17 juni 2020, uitgebrachte verklaring wordt stilgestaan bij het feit, dat de nieuwe coalitie een brede basis heeft in De Nationale Assemblee èn in de Verenigde Volksvergadering (VVV).
De verkiezingsuitslag is gisteren formeel vastgesteld door het Centraal Hoofdstembureau. In De Nationale Assemblee heeft de coalitie 33 zetels en in de VVV bij elkaar opgeteld 670 (oftewel 71%) van de zetels. Door de bekendmaking van de BEP, dat zij de verkiezing van president en vicepresident zal steunen, heeft de coalitie meer dan de benodigde 2/3 meerderheid die nodig is om beide functionarissen te kiezen in De Nationale Assemblee.
De vier samenwerkende partijen hebben na hun besluit samen te werken de afgelopen periode flinke vorderingen gemaakt, wordt in een persbericht meegedeeld. Momenteel leggen zij de laatste hand aan een regeerakkoord. De afronding volgt na afloop van de ‘hearings’ die nu plaatsvinden met sociale en maatschappelijke groeperingen.
De leiders van de coalitiepartijen laten weten dat zij de verantwoordelijkheid die hen is opgelegd door de kiezer zeer serieus nemen en de uitdagingen die voor hen liggen met vereende krachten zullen aanpakken. Voor het succes van het nieuwe beleid is eenieder nodig, stellen de politieke leiders van de nieuwe coalitie, want alleen door samen te werken zal het land uit de crises geraken.
Voormalig Braziliaans inheemse leider Paulinho Paiakan overleden aan Covid-19
Paiakan leidde de strijd tegen de Belo Monte dam
Een van de belangrijkste inheemse leiders van Brazilië, de chef Paulinho Paiakan, van de Kayapó, is vandaag, woensdag 17 juni 2020, aan het coronavirus overleden in Belém.
Volgens senator Paulo Rocha (PT-PA) was de inheemse leider deze week naar de ICU gebracht van een ziekenhuis in de hoofdstad, nadat hij ziek was geworden vanwege Covis-19.
Paiakan speelde een belangrijke rol in de inheemse strijd van het land, vooral in de jaren '80. Naast opperhoofd Raoni Metuktire hield hij verschillende protesten tegen de opmars van de Belo Monte-waterkrachtcentrale in die tijd.
Hij was een van de belangrijkste leiders van de Meeting of the Xingu Indigenous Peoples, in 1989.
De chef werd in 1998 door de 2e strafkamer van het Pará Hof van Justitie met algemene stemmen veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf, omdat hij in 1992 studente Sílvia Letícia Ferreira had verkracht.
Irekrã, de vrouw van Paiakan, die ervan werd beschuldigd Leticia te hebben aangevallen om het optreden van haar man te vergemakkelijken, werd veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf in een halfopen gevangenis.
(Suriname Mirror/Oliberal/Twitter/Revista Forum/YouTube/Facebook)
Een van de belangrijkste inheemse leiders van Brazilië, de chef Paulinho Paiakan, van de Kayapó, is vandaag, woensdag 17 juni 2020, aan het coronavirus overleden in Belém.
Volgens senator Paulo Rocha (PT-PA) was de inheemse leider deze week naar de ICU gebracht van een ziekenhuis in de hoofdstad, nadat hij ziek was geworden vanwege Covis-19.
Tragic news: pioneering Kayapó leader Paulinho Payakan, who led the historic protest against Belo Monte dam in the 1980s alongside chief Raoni and Sting, died early this morning from coronavirus in southern Pará after long hospitalization @jonleeanderson @dadogaldieri @SamCowie84 https://t.co/LXp6Cjf7KL pic.twitter.com/Cbd1rmcdLu— Glenn H. Shepard (@TweetTropiques) June 17, 2020
Morre, vítima da Covid-19, o Cacique Kayapó Paulinho Paiakan. Ele estava internado no Hospital Regional em Redenção. #COVID19 #BreakingNews pic.twitter.com/kEvIQ5v0mS— JL2 - TV Liberal (@JL2edicao) June 17, 2020
Paiakan speelde een belangrijke rol in de inheemse strijd van het land, vooral in de jaren '80. Naast opperhoofd Raoni Metuktire hield hij verschillende protesten tegen de opmars van de Belo Monte-waterkrachtcentrale in die tijd.
Hij was een van de belangrijkste leiders van de Meeting of the Xingu Indigenous Peoples, in 1989.
O evento ganhou surpreendente repercussão, com forte oposição às pressões territoriais de grileiros e madeireiros, mas especialmente contra a construção do Complexo Hidrelétrico do Xingu. https://t.co/m8hSxwUsBn 📸Lideranças indígenas com o cantor Sting.| Murilo Santos/ISA. pic.twitter.com/QfuHaN649F— socioambiental (@socioambiental) February 20, 2020
De chef werd in 1998 door de 2e strafkamer van het Pará Hof van Justitie met algemene stemmen veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf, omdat hij in 1992 studente Sílvia Letícia Ferreira had verkracht.
Irekrã, de vrouw van Paiakan, die ervan werd beschuldigd Leticia te hebben aangevallen om het optreden van haar man te vergemakkelijken, werd veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf in een halfopen gevangenis.
(Suriname Mirror/Oliberal/Twitter/Revista Forum/YouTube/Facebook)
Export van boulanger naar EU wordt deels stopgezet
Suriname staat nog steeds aan top op de EU-lijst van intercepties
Binnenkort overleg met de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit Nederland
De minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), Rabin Parmessar, en de Vereniging van Exporteurs van Agrarische Producten in Suriname (VEAPS), hebben maandag een evaluatie gehouden inzake de export van groenten en fruit naar de Europese Unie, met name Nederland, zo schrijft het Nationaal Informatie Instituut dinsdag 16 juni 2020.
Tijdens de bijeenkomst zijn gemaakte afspraken geëvalueerd en waar nodig aangepast of bekrachtigd. Bij de vorige bijeenkomst, zaterdag, tussen partijen waren enkele afspraken gemaakt, met name over de export van groenten en fruit. Suriname staat nog steeds aan top op de lijst van intercepties, dit is schadelijk voor de reputatie en de export van het land. De minister heeft tijdens het gesprek aangegeven wat het belang is van goede kwaliteit van producten op de internationale markt en wederom benadrukt dat voorkomen moet worden, dat Suriname wordt geschrapt van de lijst om te mogen exporteren naar de EU. Om dit te kunnen garanderen is zowel de inzet van het ministerie als dat van de exporteurs van groot belang.
Tijdens de evaluatie is besproken hoe er verder gezamenlijk gewerkt kan worden aan het verminderen van het aantal notificaties. In goed overleg zijn enkele afspraken gemaakt. Zo wordt de export van boulanger stopgezet voor exporteurs die bij de afgelopen export notificaties hebben ontvangen voor dit product. Ook zullen de exporteurs via hun afnemers in Nederland trachten de reden voor de notificatie te achterhalen. Zij zullen eveneens nagaan wat de gestelde tijd is voor het testen van de binnengekomen groenten.
De veld- en exportinspecties zullen op dezelfde wijze worden gecontinueerd.
Om het een en ander in goede banen te leiden, werd dinsdag op initiatief van minister Parmessar een onderhoud gehouden met de staf van het ministerie, vertegenwoordigers van de groenten exporteurs, de directeur van de Surinaamse Luchtvaart Maatschappij en de Suriname Air Cargo Services. De bewindsman heeft aangegeven, dat er zo spoedig mogelijk een zogenoemde zoom meeting zal worden georganiseerd tussen de National Plant Protection Organization, NPPO (Dienst Plantenbescherming en Kwaliteitskeuringen Suriname), en de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit Nederland (NVWA), met vertegenwoordigers van de groente exporteurs.
In een eerder stadium was het de bedoeling, dat de NPPO Suriname samen met enkele vertegenwoordigers van de groentenexporteurs een bezoek zouden brengen aan de NVWA. Vanwege Covid-19 moest dit bezoek echter worden uitgesteld.
Parmessar heeft weer benadrukt, dat het ministerie van LVV de exporteurs waar nodig zal blijven ondersteunen. Hij hoopt dat de gemaakte afspraken kunnen leiden tot het verder verminderen van het aantal intercepties.
Binnenkort overleg met de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit Nederland
De minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), Rabin Parmessar, en de Vereniging van Exporteurs van Agrarische Producten in Suriname (VEAPS), hebben maandag een evaluatie gehouden inzake de export van groenten en fruit naar de Europese Unie, met name Nederland, zo schrijft het Nationaal Informatie Instituut dinsdag 16 juni 2020.
Tijdens de bijeenkomst zijn gemaakte afspraken geëvalueerd en waar nodig aangepast of bekrachtigd. Bij de vorige bijeenkomst, zaterdag, tussen partijen waren enkele afspraken gemaakt, met name over de export van groenten en fruit. Suriname staat nog steeds aan top op de lijst van intercepties, dit is schadelijk voor de reputatie en de export van het land. De minister heeft tijdens het gesprek aangegeven wat het belang is van goede kwaliteit van producten op de internationale markt en wederom benadrukt dat voorkomen moet worden, dat Suriname wordt geschrapt van de lijst om te mogen exporteren naar de EU. Om dit te kunnen garanderen is zowel de inzet van het ministerie als dat van de exporteurs van groot belang.
Tijdens de evaluatie is besproken hoe er verder gezamenlijk gewerkt kan worden aan het verminderen van het aantal notificaties. In goed overleg zijn enkele afspraken gemaakt. Zo wordt de export van boulanger stopgezet voor exporteurs die bij de afgelopen export notificaties hebben ontvangen voor dit product. Ook zullen de exporteurs via hun afnemers in Nederland trachten de reden voor de notificatie te achterhalen. Zij zullen eveneens nagaan wat de gestelde tijd is voor het testen van de binnengekomen groenten.
De veld- en exportinspecties zullen op dezelfde wijze worden gecontinueerd.
Om het een en ander in goede banen te leiden, werd dinsdag op initiatief van minister Parmessar een onderhoud gehouden met de staf van het ministerie, vertegenwoordigers van de groenten exporteurs, de directeur van de Surinaamse Luchtvaart Maatschappij en de Suriname Air Cargo Services. De bewindsman heeft aangegeven, dat er zo spoedig mogelijk een zogenoemde zoom meeting zal worden georganiseerd tussen de National Plant Protection Organization, NPPO (Dienst Plantenbescherming en Kwaliteitskeuringen Suriname), en de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit Nederland (NVWA), met vertegenwoordigers van de groente exporteurs.
In een eerder stadium was het de bedoeling, dat de NPPO Suriname samen met enkele vertegenwoordigers van de groentenexporteurs een bezoek zouden brengen aan de NVWA. Vanwege Covid-19 moest dit bezoek echter worden uitgesteld.
Parmessar heeft weer benadrukt, dat het ministerie van LVV de exporteurs waar nodig zal blijven ondersteunen. Hij hoopt dat de gemaakte afspraken kunnen leiden tot het verder verminderen van het aantal intercepties.
Ambtenarenvakbonden en regering Aruba lijnrecht tegenover elkaar inzake inleveren 12,5% jaarsalaris
(Bron foto: Antilliaans Dagblad) |
De ambtenaren- vakbonden en de regering zijn geen stap dichterbij elkaar gekomen en praten vandaag verder. Ondanks urenlange vergaderingen, blijven de partijen bij hun eigen standpunt. Dat van de regering is, dat de ambtenaren en trendvolgers op last van Nederland 12,5 procent van hun jaarsalaris moeten inleveren. De vakbonden vinden echter, dat de regering eerst maar eens op andere plaatsen moet bezuinigen. Dit schrijft vandaag, woensdag 17 juni 2020, het Antilliaans Dagblad.
Zij hebben gisteren met elkaar overlegd over een gezamenlijk standpunt. De voorzitter van Douanevakbond Sada, Edward Maduro, verklaarde dat het absoluut niet zo is, dat de ambtenaren niet willen inleveren in deze moeilijke tijd. 'Wij vinden alleen dat de regering niet unilateraal dit soort beslissingen kan nemen. Er had al kort na 13 maart overleg moeten plaatsvinden over kortingen op de salarissen, maar de regering heeft ervoor gekozen dat niet te doen.'
Magaly Brito, secretaris-generaal van Sindicato di Empleadonan Publico y Priva di Aruba (SEPPA), wilde alleen kwijt dat ze er steeds minder van gaat begrijpen. 'Op mijn brieven vol vragen krijg ik geen antwoord. De vakbond van verpleegkundigen krijgt het echter wel voor elkaar om de volledige salarissen en het vakantiegeld uit te laten betalen. Dit leidt uiteraard tot verwarring en verontwaardiging onder de ambtenaren. Er wordt van ons solidariteit gevraagd, maar dan moet wel iedereen solidair zijn.'
Een belangrijk punt voor Brito is de manier waarop de korting op de salarissen wordt toegepast. Omdat er gekort wordt op het brutoloon, wordt ook de pensioenopbouw minder.
Die zorg kwam haar op een sneer van minister-president Evelyn Wever-Croes te staan. 'Het is buitenproportioneel, dat er acties gevoerd worden in een tijd dat duizenden mensen in de private sector een groot deel van hun inkomen verliezen, met als argument dat ambtenaren later een paar florin per maand minder overhouden aan pensioen.'
Eerste negen woningen op Wechi, Curaçao, binnenkort gereed
(Bron foto: Antilliaans Dagblad) |
De eerste negen woningen op Wechi zijn binnenkort gereed en de bouw van de overige woningen zal op korte termijn starten. Dat wordt bekendgemaakt door de Wechi Management Company, aldus het Antilliaans Dagblad vandaag, woensdag17 juni 2020.
Daarmee stelt de organisatie te voldoen aan de behoefte die er heerst op de woningmarkt, zoals door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) naar voren is gebracht. ,
'Het CBS maakte onlangs bekend, dat er vooral in het segment tot 250.000 gulden een ernstig woningtekort is op Curaçao. In Wechi zal de Wechi Management Company juist in deze prijsklasse comfortabele woningen realiseren die aan alle eisen van modern wonen voldoen. Daarnaast worden er ook huurwoningen gebouwd die voor dezelfde inkomensgroep aantrekkelijk zijn. De eerste fase van het plan Wechi omvat diverse woningtypen in meerdere prijsklassen', aldus de organisatie.
In Zone E worden in totaal 52 eengezinswoningen gebouwd. Er is keuze uit vier verschillende typen woningen, variërend in vloeroppervlakte van 75 vierkante meter tot 103 vierkante meter en variërend in aantal slaapkamers. Het gaat om twee-onder-eendakwoningen. De woning kan gekocht worden op papier, zo wordt uitgelegd.
'Er wordt per straat gebouwd. Zodra er in de eerstvolgende straat voldoende woningen zijn verkocht, wordt er gestart met de bouw in die betreffende straat. De bouw neemt circa zes maanden in beslag.'
De woningen zijn direct bewoonbaar en hebben zonnepanelen op de daken. Ook zijn er bewakingscamera’s.
Wechi Sentro di Informashon is dagelijks in de ochtend tot 12.00 uur geopend voor vragen en begeleiding. (www.wechi.info)
Toch vermindering basissalaris 21 Statenleden van Curaçao
'Het is bijna onmogelijk om het bruto-basissalaris
intact te houden'
De 21 Statenleden van Curaçao zullen toch ook hun basissalaris zien verminderen, willen ze de opgelegde voorwaarde/doelstelling van 25 procent verlaging van hun totale pakket arbeidsvoorwaarden realiseren. Er is eerder een fout gemaakt; niet door het parlement, maar door Financiën, aldus vandaag, woensdag 17 juni 2020, het Antilliaans Dagblad.
Op grond van een brief van Statenvoorzitter Ana- Maria Pauletta (PAR) werd gisteren nog bericht, dat het basissalaris van 12.714 gulden per maand van de Curaçaose Statenleden onaangetast blijft; daar wordt niet op gekort. Het zou voldoende zijn om in leveren op hun autotoelage (5 procent), representatievergoeding (4 procent), de helft van het vakantiegeld (3 procent) en ‘vakantie-uren’ (13 procent). Bij elkaar 25 procent, zo was de redenering. Dit is onjuist.
'Het is bijna onmogelijk om het bruto-basissalaris intact te houden', geeft een parlementariër toe. 'Dat gaat zakken om bij de 25 procent te komen.'
De Staten zien dit echter niet als hun fout, maar verwijzen naar Financiën. De voorgestelde kortingen gaan niet ver genoeg.
'De berekeningen en scenario’s op basis waarvan de Huishoudelijke Commissie had besloten, kloppen niet. Foutieve info uit Financiën. Daar kunnen wij niets aan doen, want we zijn geen experts', aldus een Statenlid van de coalitie.
Volgens een berekening van een geraadpleegde specialist, reiken de voorgestelde kortingen op de toelages en vakantiedagen niet verder dan iets meer dan 8 procent.
De 25 procent verlaging is nodig om te voldoen aan de conditie - zoals opgelegd door de Nederlandse regering in verband met verstrekking van liquiditeitssteun aan Curaçao, noodzakelijk als gevolg van de coronacrisis - en gaat in per 1 juli 2020. Eerder stemde de meerderheid van het parlement vóór een motie die dit mogelijk maakt.
De 21 Statenleden van Curaçao zullen toch ook hun basissalaris zien verminderen, willen ze de opgelegde voorwaarde/doelstelling van 25 procent verlaging van hun totale pakket arbeidsvoorwaarden realiseren. Er is eerder een fout gemaakt; niet door het parlement, maar door Financiën, aldus vandaag, woensdag 17 juni 2020, het Antilliaans Dagblad.
Op grond van een brief van Statenvoorzitter Ana- Maria Pauletta (PAR) werd gisteren nog bericht, dat het basissalaris van 12.714 gulden per maand van de Curaçaose Statenleden onaangetast blijft; daar wordt niet op gekort. Het zou voldoende zijn om in leveren op hun autotoelage (5 procent), representatievergoeding (4 procent), de helft van het vakantiegeld (3 procent) en ‘vakantie-uren’ (13 procent). Bij elkaar 25 procent, zo was de redenering. Dit is onjuist.
'Het is bijna onmogelijk om het bruto-basissalaris intact te houden', geeft een parlementariër toe. 'Dat gaat zakken om bij de 25 procent te komen.'
De Staten zien dit echter niet als hun fout, maar verwijzen naar Financiën. De voorgestelde kortingen gaan niet ver genoeg.
'De berekeningen en scenario’s op basis waarvan de Huishoudelijke Commissie had besloten, kloppen niet. Foutieve info uit Financiën. Daar kunnen wij niets aan doen, want we zijn geen experts', aldus een Statenlid van de coalitie.
Volgens een berekening van een geraadpleegde specialist, reiken de voorgestelde kortingen op de toelages en vakantiedagen niet verder dan iets meer dan 8 procent.
De 25 procent verlaging is nodig om te voldoen aan de conditie - zoals opgelegd door de Nederlandse regering in verband met verstrekking van liquiditeitssteun aan Curaçao, noodzakelijk als gevolg van de coronacrisis - en gaat in per 1 juli 2020. Eerder stemde de meerderheid van het parlement vóór een motie die dit mogelijk maakt.
Vereniging Bedrijfsleven Curaçao verwijt regering gebrek aan daadkracht
(Bron foto: © Suriname Mirror) |
De Vereniging Bedrijfsleven Curaçao (VBC) vindt dat het solidariteitsproces moeizaam verloopt ‘mede vanwege de inflexibele houding van de (overheids)vakbonden alsmede gebrek aan daadkracht van de regering’. Dat staat in een onlangs uitgebracht memo, in handen van het Antilliaans Dagblad, aldus het dagblad vandaag, woensdag 17 juni 2020.
De VBC doet verslag van de economische ‘recessie’ die er al was vóór de Covid- 19-uitbraak, een recessie omdat er drie opeenvolgende jaren van krimp zijn geweest. In 2019 steeg het werkloosheidspercentage naar 21,2 procent.
'De Covid-19-crisis heeft het toekomstbeeld voor de Curaçaose economie nog somberder gemaakt. Van de ene op de andere dag is de belangrijkste economische, deviezen genererende en werkgelegenheid scheppende sector, het toerisme, nagenoeg stil komen te staan. Dit is ook het geval voor andere activiteiten, onder andere de internationale transport- en logistieke sector', zo wordt aangevoerd.
Volgens de VBC kan de pijn worden ‘verzacht’ door interne solidariteit te tonen om de grote welvaartsdaling gezamenlijk te dragen. Maar, daarin vindt de vereniging dus dat er te weinig daadkracht getoond wordt door de regering, die gedwarsboomd wordt door de vakbonden.
Daarnaast vindt de VBC het ‘opvallend’ dat er een discrepantie is in loonkorting tussen de private (20 procent minimaal) en de semipublieke sector (12,5 procent). De vereniging vraagt zich ook af hoe verstandig het is geweest om de liquiditeitssteun uit Nederland te verdelen in 30 procent voor de private sector en 70 procent voor de publieke sector.
'Vraag is of met deze verdeling het hoofddoel, te weten het zo veel mogelijk in stand houden van economische activiteiten en daarmee arbeidsplaatsen, is gerealiseerd', aldus de vereniging, die het niet verwonderlijk vindt dat bij de tweede tranche liquiditeitssteun een pakket van voorwaarden is gesteld om tot structurele hervormingen te kunnen komen.
Vader en zijn zoon van 7 jaar te Henar, Nickerie, positief getest op Covid-19
(Bron foto: Dagblad Suriname) |
Volgens het Dagblad Suriname van vandaag, woensdag 17 juni 2020, zijn gisteren een vader en zijn zoon van 7 jaar te Henar, Nickerie, positief getest op Covid-19. De vader is werkzaam bij Rosebel Gold Mines.
Hij is niet lang geleden thuis gekomen van het werk. De twee zijn gistermorgen naar hun huisarts geweest. De arts ontdekte, dat zowel vader èn zoon symptomen vertonen van het Coronavirus.
Vader en zoon zijn gisteren naar Paramaribo vervoerd.
OM ziet minister Hoefdraad als mededader in de zaak Van Trikt
Bankgelden gebruikt die tot ernstige financiële schade voor CBvS hebben geleid
Het Openbaar Ministerie (OM) stelt dat Robert van Trikt als president van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) alleen, tezamen en in vereniging, althans in nauw overleg met minister Gillmore Hoefdraad van Financiën bankgelden heeft gebruikt die tot ernstige financiële schade voor de CBvS hebben geleid. Dit schrijft Starnieuws vandaag, woensdag 17 juni 2020. De nieuwswebsite heeft kennelijk de dagvaarding helemaal uit gepluisd en bericht er over in een aantal uitgebreide artikelen met teksten uit de dagvaaridng.
Er zouden blanco kredieten zijn verstrekt, panden zijn gekocht, middelen zijn verduisterd en de verdachte en/of mededader(s) zouden mogelijk eigen voordeel hebben opgedaan, ten koste van de Staat. Het OM ziet minister Hoefdraad als mededader in de zaak Van Trikt.
De verdenking van de bewindsman blijkt uit de dagvaarding die is uitgebracht aan de verdachte ex-governor. Volgens de dagvaarding zou de CBvS één of meer onroerende goederen (zeventien panden) hebben gekocht. Aan de Financiën-minister is hiervoor een 'blanco krediet of een voorschot ter waarde van totaal Srd 869.055.000', verstrekt. Het OM stelt, dat de onroerende goederen niet noodzakelijk waren voor de bedrijfsvoering van de CBvS. De zeventien panden zijn niet overgedragen aan de bank en twee van de onroerende goederen waren vooraf bezwaard door hypotheken.
De vervolging verwijst naar een overeenkomst die Van Trikt en Hoefdraad op 1 november 2019 hebben getekend naar aanleiding van project Lagarde 1. Op basis hiervan zou Van Trikt alleen, tezamen en in vereniging met minister Hoefdraad, 'een of meer geldbedrag(en) tot een totaal groot Srd 2.073.205.996' als een voorschot 'in ieder geval als blanco krediet' hebben verstrekt aan Hoefdraad als minister. Het OM spreekt hier van overtreding van de Anti-Corruptiewet.
Van Trikt en/of zijn mededader(s) zouden verboden handelingen hebben verricht en/of besluiten hebben genomen, waardoor de CBvS opzettelijk financieel benadeeld is. Door het aangaan van overeenkomsten zou(den) Van Trikt en/of zijn mededader(s) enig onrechtmatig voordeel hebben verkregen. Onder ditzelfde strafbare feit wordt onder meer verwezen naar een ander mogelijk financieel voordeel van ongeveer Srd 3 miljard voor het ministerie van Financiën en/of minister Hoefdraad. Van Trikt wordt verdacht van het tezamen en in vereniging met Ashween Angnoe, managing partner bij Orion Assurance & Advisory, Hans Buysse Managing Partner van de Clairfield Belgium NV en met Hoefdraad als minister van Financiën, plegen van meerdere strafbare feiten. De meeste van de delicten zouden zijn begaan tussen maart en december 2019; enkele lopen door tot zelfs mei 2020.
Het OM verdenkt Van Trikt ook van verduistering van staatsgelden onder beheer van de CBvS. Mededader minister Hoefdraad wordt ook in deze verdenking meegenomen.
Project Lagarde 1 is één van de vijf contracten die Van Trikt op 13 september 2019 is aangegaan met Clairfield Belgium NV en/of Buysse. De bank betaalde hiervoor een voorschot van 300.000 euro op de overeengekomen ‘non-refundable’ vergoeding van 620.000 euro. De CBvS kan dit geld niet terugvorderen, bijvoorbeeld ingeval dat het Belgisch bedrijf zich niet aan het contract houdt.
Van Trikt moest op 4 juni voor de rechter verschijnen. Zijn advocatenduo Irvin Kanhai en John Kraag hebben zijn dagvaarding aangevochten, echter zonder succes. Zij vroegen de rechter ook om de buitenvervolgingstelling van hun cliënt. De rechter heeft op 8 juni het verzoek in zijn geheel gemotiveerd verworpen. In de beschikking is de dagvaarding opgenomen.
De verdediging van de ex-governor bracht in het bezwaarschrift onder meer naar voren, dat het OM in strijd heeft gehandeld met het gelijkheidsbeginsel: de verdachte minister Hoefdraad wordt niet vervolgd, terwijl zijn naam wel in de tenlastelegging voorkomt. De rechter stelde hierop, dat er geen sprake is van schending van het gelijkheidsbeginsel. Hoefdraad is als verdachte aangemerkt en het OM heeft in overeenstemming met de wet een vordering ingediend bij De Nationale Assemblee (DNA) om hem te mogen vervolgen. Het parlement wees dit verzoek 19 mei af en het OM treft geen verwijt 'dat zij haar plichten heeft verzaakt'.
Verschillende parlementariërs beargumenteerden onder andere, dat hun onderzoek heeft uitgewezen, dat de bewindsman geen voordeel heeft verkregen uit de door hem getekende overeenkomsten. Ze vonden zijn verdenking van overtreding van de Anti-Corruptiewet dan ook ongegrond.
In de beschikking van 8 juni verwierp de rechter het argument, dat Van Trikt geen onrechtmatig voordeel heeft genoten uit de door hem getekende overeenkomsten. De rechter greep hiervoor naar de toelichting van de Anti-Corruptiewet. Strafbaarheid gaat verder dan alleen eigen voordeel halen; door een strijdige handeling kan de Staat of een staatsinstelling nadeel worden toegebracht.
Het Openbaar Ministerie (OM) stelt dat Robert van Trikt als president van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) alleen, tezamen en in vereniging, althans in nauw overleg met minister Gillmore Hoefdraad van Financiën bankgelden heeft gebruikt die tot ernstige financiële schade voor de CBvS hebben geleid. Dit schrijft Starnieuws vandaag, woensdag 17 juni 2020. De nieuwswebsite heeft kennelijk de dagvaarding helemaal uit gepluisd en bericht er over in een aantal uitgebreide artikelen met teksten uit de dagvaaridng.
Er zouden blanco kredieten zijn verstrekt, panden zijn gekocht, middelen zijn verduisterd en de verdachte en/of mededader(s) zouden mogelijk eigen voordeel hebben opgedaan, ten koste van de Staat. Het OM ziet minister Hoefdraad als mededader in de zaak Van Trikt.
De verdenking van de bewindsman blijkt uit de dagvaarding die is uitgebracht aan de verdachte ex-governor. Volgens de dagvaarding zou de CBvS één of meer onroerende goederen (zeventien panden) hebben gekocht. Aan de Financiën-minister is hiervoor een 'blanco krediet of een voorschot ter waarde van totaal Srd 869.055.000', verstrekt. Het OM stelt, dat de onroerende goederen niet noodzakelijk waren voor de bedrijfsvoering van de CBvS. De zeventien panden zijn niet overgedragen aan de bank en twee van de onroerende goederen waren vooraf bezwaard door hypotheken.
De vervolging verwijst naar een overeenkomst die Van Trikt en Hoefdraad op 1 november 2019 hebben getekend naar aanleiding van project Lagarde 1. Op basis hiervan zou Van Trikt alleen, tezamen en in vereniging met minister Hoefdraad, 'een of meer geldbedrag(en) tot een totaal groot Srd 2.073.205.996' als een voorschot 'in ieder geval als blanco krediet' hebben verstrekt aan Hoefdraad als minister. Het OM spreekt hier van overtreding van de Anti-Corruptiewet.
Van Trikt en/of zijn mededader(s) zouden verboden handelingen hebben verricht en/of besluiten hebben genomen, waardoor de CBvS opzettelijk financieel benadeeld is. Door het aangaan van overeenkomsten zou(den) Van Trikt en/of zijn mededader(s) enig onrechtmatig voordeel hebben verkregen. Onder ditzelfde strafbare feit wordt onder meer verwezen naar een ander mogelijk financieel voordeel van ongeveer Srd 3 miljard voor het ministerie van Financiën en/of minister Hoefdraad. Van Trikt wordt verdacht van het tezamen en in vereniging met Ashween Angnoe, managing partner bij Orion Assurance & Advisory, Hans Buysse Managing Partner van de Clairfield Belgium NV en met Hoefdraad als minister van Financiën, plegen van meerdere strafbare feiten. De meeste van de delicten zouden zijn begaan tussen maart en december 2019; enkele lopen door tot zelfs mei 2020.
Het OM verdenkt Van Trikt ook van verduistering van staatsgelden onder beheer van de CBvS. Mededader minister Hoefdraad wordt ook in deze verdenking meegenomen.
Project Lagarde 1 is één van de vijf contracten die Van Trikt op 13 september 2019 is aangegaan met Clairfield Belgium NV en/of Buysse. De bank betaalde hiervoor een voorschot van 300.000 euro op de overeengekomen ‘non-refundable’ vergoeding van 620.000 euro. De CBvS kan dit geld niet terugvorderen, bijvoorbeeld ingeval dat het Belgisch bedrijf zich niet aan het contract houdt.
Van Trikt moest op 4 juni voor de rechter verschijnen. Zijn advocatenduo Irvin Kanhai en John Kraag hebben zijn dagvaarding aangevochten, echter zonder succes. Zij vroegen de rechter ook om de buitenvervolgingstelling van hun cliënt. De rechter heeft op 8 juni het verzoek in zijn geheel gemotiveerd verworpen. In de beschikking is de dagvaarding opgenomen.
De verdediging van de ex-governor bracht in het bezwaarschrift onder meer naar voren, dat het OM in strijd heeft gehandeld met het gelijkheidsbeginsel: de verdachte minister Hoefdraad wordt niet vervolgd, terwijl zijn naam wel in de tenlastelegging voorkomt. De rechter stelde hierop, dat er geen sprake is van schending van het gelijkheidsbeginsel. Hoefdraad is als verdachte aangemerkt en het OM heeft in overeenstemming met de wet een vordering ingediend bij De Nationale Assemblee (DNA) om hem te mogen vervolgen. Het parlement wees dit verzoek 19 mei af en het OM treft geen verwijt 'dat zij haar plichten heeft verzaakt'.
Verschillende parlementariërs beargumenteerden onder andere, dat hun onderzoek heeft uitgewezen, dat de bewindsman geen voordeel heeft verkregen uit de door hem getekende overeenkomsten. Ze vonden zijn verdenking van overtreding van de Anti-Corruptiewet dan ook ongegrond.
In de beschikking van 8 juni verwierp de rechter het argument, dat Van Trikt geen onrechtmatig voordeel heeft genoten uit de door hem getekende overeenkomsten. De rechter greep hiervoor naar de toelichting van de Anti-Corruptiewet. Strafbaarheid gaat verder dan alleen eigen voordeel halen; door een strijdige handeling kan de Staat of een staatsinstelling nadeel worden toegebracht.
VHP behaalt landelijk 480 zetels Assemblee, districtsraad en ressortraad
VHP heeft ook de meerderheid in de Verenigde Volks- vergadering
De VHP heeft landelijk 480 zetels behaald in De Nationale Assemblee, districtsraad en ressortraad. Op alle drie niveaus heeft de VHP de meeste zetels in de wacht gesleept. Op ressortraadsniveau (rr) heeft de partij 400 zetels binnengehaald. Dit is meer dan de NDP, ABOP, PL en NPS samen.
De partij heeft 60 van de 118 districtsraadszetels (dr) en 20 van de 51 Assembleezetels. Op alle drie niveaus zijn er 941 zetels. De VHP heeft ook de meerderheid in de Verenigde Volksvergadering.
Het Centraal Hoofdstembureau (CHS) heeft de uitslag van de verkiezingen gisteren vastgesteld, aldus Starnieuws vandaag, woensdag 17 juni 2020. De personen die zijn gekozen en de zetelverdeling zijn bekend.
In De Nationale Assemblee is de verdeling gebleven op 20 voor de VHP, 16 voor de NDP, 8 ABOP, 3 NPS, 2 BEP en 2 PL. In de praktijk heeft ABOP 9 zetels, omdat haar kandidaat is gekozen op de PL-lijst in Wanica. De partijen hadden onderling afgesproken dat de gekozene behoort bij de fractie van de ABOP.
De bezwaren van de NDP die waren ingediend bij het hoofdstembureau Paramaribo, hebben geen gevolgen gehad bij de vaststelling van de uitslag door het CHS.
Het hoofdstembureau had het CHS geadviseerd om op drie stembureaus, 185, 168 en 188, opnieuw te stemmen op ressortraads-niveau. Het CHS onder leiding van Eugene Merkus heeft deze kwestie naast zich neergelegd, omdat het besluit door het hoofdstembureau zelf genomen moest worden.
De uitslag van de verkiezingen is op alle niveaus vastgesteld. Er is verder geen bezwaar gemaakt tegen de uitslag door de NDP. De processen-verbaal zijn op de zitting getekend door de voorzitter en leden van het CHS. Deze zijn doorgestuurd naar president Desi Bouterse en het Onafhankelijk Kiesbureau. Dit instituut komt vrijdag in openbare vergadering bijeen om de uitslag van de verkiezingen al dan niet bindend te verklaring.
De nieuwe Nationale Assemblee komt volgens planning op 29 juni voor de eerste keer bijeen. Na de toelating en beëdiging van de leden zal als eerste daad de voorzitter en vicevoorzitter worden gekozen.
De VHP heeft landelijk 480 zetels behaald in De Nationale Assemblee, districtsraad en ressortraad. Op alle drie niveaus heeft de VHP de meeste zetels in de wacht gesleept. Op ressortraadsniveau (rr) heeft de partij 400 zetels binnengehaald. Dit is meer dan de NDP, ABOP, PL en NPS samen.
De partij heeft 60 van de 118 districtsraadszetels (dr) en 20 van de 51 Assembleezetels. Op alle drie niveaus zijn er 941 zetels. De VHP heeft ook de meerderheid in de Verenigde Volksvergadering.
Het Centraal Hoofdstembureau (CHS) heeft de uitslag van de verkiezingen gisteren vastgesteld, aldus Starnieuws vandaag, woensdag 17 juni 2020. De personen die zijn gekozen en de zetelverdeling zijn bekend.
In De Nationale Assemblee is de verdeling gebleven op 20 voor de VHP, 16 voor de NDP, 8 ABOP, 3 NPS, 2 BEP en 2 PL. In de praktijk heeft ABOP 9 zetels, omdat haar kandidaat is gekozen op de PL-lijst in Wanica. De partijen hadden onderling afgesproken dat de gekozene behoort bij de fractie van de ABOP.
De bezwaren van de NDP die waren ingediend bij het hoofdstembureau Paramaribo, hebben geen gevolgen gehad bij de vaststelling van de uitslag door het CHS.
Het hoofdstembureau had het CHS geadviseerd om op drie stembureaus, 185, 168 en 188, opnieuw te stemmen op ressortraads-niveau. Het CHS onder leiding van Eugene Merkus heeft deze kwestie naast zich neergelegd, omdat het besluit door het hoofdstembureau zelf genomen moest worden.
De uitslag van de verkiezingen is op alle niveaus vastgesteld. Er is verder geen bezwaar gemaakt tegen de uitslag door de NDP. De processen-verbaal zijn op de zitting getekend door de voorzitter en leden van het CHS. Deze zijn doorgestuurd naar president Desi Bouterse en het Onafhankelijk Kiesbureau. Dit instituut komt vrijdag in openbare vergadering bijeen om de uitslag van de verkiezingen al dan niet bindend te verklaring.
De nieuwe Nationale Assemblee komt volgens planning op 29 juni voor de eerste keer bijeen. Na de toelating en beëdiging van de leden zal als eerste daad de voorzitter en vicevoorzitter worden gekozen.
Nicaraguaanse ex-guerrilla 'Comandante Cero' Edén Pastora overleden
Pastora streed met Frente Sandinista de Liberación Nacional tegen dictatuur Somoza
De Nicaraguaanse ex-guerrilla Edén Pastora, bekend als 'Comandante Cero', is op 83-jarige leeftijd aan een hartaanval overleden terwijl hij in het ziekenhuis lag, melden zijn familieleden dinsdag 16 juni 2020. Pastora stierf in de vroege uren van de ochtend door 'een plotselinge hartaanval', na een aantal dagen in het Managua Militair Hospitaal te hebben doorgebracht, vertelde zijn kleinzoon, Álvaro Pastora, aan persbureau AFP.
De leider, dicht bij president Daniel Ortega, was onlangs in het ziekenhuis opgenomen na een terugval van bronchopneumonie, had hij tegen het nieuwsplatform Nicaragua Investiga gezegd.
Een van zijn zonen, Álvaro Pastora, vertelde dezelfde website, dat zijn vader werd behandeld alsof hij Covid-19 had, hoewel hij niet werd getest om vast te stellen of hij het nieuwe coronavirus had, dat Nicaragua zwaar heeft getroffen.
De legendarische ex-guerrilla was de afgevaardigde van de Ortega-regering voor de ontwikkeling van het stroomgebied Río San Juan, aan de grens met Costa Rica, dat de bron is geweest van grensconflicten tussen beide landen.
Pastora werd geboren op 15 november 1936 in Ciudad Darío, studeerde aan een jezuïetencollege en verhuisde naar Mexico om medicijnen te studeren aan de universiteit van Guadalajara, maar voltooide zijn studie niet en keerde in 1959 terug naar Nicaragua. Hij sloot zich aan bij de guerrilla Frente Sandinista de Liberación Nacional (FSLN) tijdens de strijd tegen de dictatuur van Anastasio Somoza, die in 1979 ten val werd gebracht door een volksopstand. 'Comandante Cero' kreeg bekendheid in augustus 1978 toen hij de aanval op het Nationaal Paleis leidde, waar de Nationale Vergadering (parlement) in zitting was, waardoor tientallen FSLN-militanten konden worden vrijgelaten in ruil voor gijzelaars, waaronder Somoza's familieleden.
Aan het begin van de Sandinistische revolutie was hij vice-minister van Binnenlandse Zaken, maar hij verliet dat kantoor ongelukkig vanwege wat hij afkeurde als een afstemming met Cuba en de Sovjet-Unie van de regering onder leiding van nu president Daniel Ortega.
Na het breken met de Sandinisten in 1981, vestigde Pastora zich in Costa Rica en richtte de Alianza Revolucionaria Democrática (ARDE) op, die de gewapende strijd hervatte om zijn ex-kameraden uit Zuid-Nicaragua te bestrijden.
In 1984, tijdens een persconferentie, was hij het doelwit van een aanval in de stad La Penca, in het noorden van Costa Rica. Hij was ongedeerd, maar 11 mensen kwamen om, onder wie verschillende journalisten.
Na de verkiezingsnederlaag van Sandinista in 1990 bleef Pastora in Costa Rica, waar hij het staatsburgerschap verwierf en zich toelegde op visserij en toerisme. Bij zijn terugkeer in Nicaragua trad hij toe tot het politieke leven en in 1996 probeerde hij zich kandidaat te stellen voor het presidentschap, maar hij werd geremd door de Consejo Supremo Electoral de Nicaragua, omdat hij de dubbele Nicaraguaanse en Costa Ricaanse nationaliteit had.
Na jaren afstand te hebben genomen van de FSLN, verzoende Pastora zich met Ortega toen hij in 2007 aan de macht kwam en verdedigde hem tegen de beschuldigingen van zijn rivalen als dictator.
'Ik bestreed de politieke en morele fouten die de revolutionaire staat in gevaar brachten met een geweer in mijn hand, dat duizenden mannen aanstuurde. Nu (dat Ortega) het doet (nou ja), zou het in strijd zijn met alles wat ik zei, als ik kritiek zou leveren', zei Pastora in een interview met AFP in 2008.
Pastora stond midden in een grensgeschil tussen Nicaragua en Costa Rica die in oktober 2010 uitbrak na de baggerwerken van de San Juan-rivier door de ex-guerrilla. Costa Rica beschuldigde Nicaragua ervan militaire invallen te hebben gedaan op zijn grondgebied en sedimenten te hebben aangelegd die milieuschade veroorzaakten.
Het Internationaal Gerechtshof heeft Nicaragua in 2018 veroordeeld tot een schadevergoeding van een miljoen dollar. In het midden van het conflict werd Pastora op verzoek van Costa Rica door de Internationale Criminele Politieorganisatie (Interpol) opgenomen in de lijst van meest gezochte personen, die hem ervan beschuldigde zijn grondgebied binnen te vallen. 'Meerdere keren heb ik de rol van een slechte jongen moeten spelen', maar ze kunnen 'me indien nodig blijven beschuldigen', verdedigde Pastora zich toen.
(Suriname Mirror/The Tico Times/Today Nicaragua/YouTube/Twitter)
De Nicaraguaanse ex-guerrilla Edén Pastora, bekend als 'Comandante Cero', is op 83-jarige leeftijd aan een hartaanval overleden terwijl hij in het ziekenhuis lag, melden zijn familieleden dinsdag 16 juni 2020. Pastora stierf in de vroege uren van de ochtend door 'een plotselinge hartaanval', na een aantal dagen in het Managua Militair Hospitaal te hebben doorgebracht, vertelde zijn kleinzoon, Álvaro Pastora, aan persbureau AFP.
De leider, dicht bij president Daniel Ortega, was onlangs in het ziekenhuis opgenomen na een terugval van bronchopneumonie, had hij tegen het nieuwsplatform Nicaragua Investiga gezegd.
One of the most mercurial, charismatic figures of Central America's revolutionary upheavals, Edén Pastora, died early Tuesday. He was 83. https://t.co/glSZBJe00s— Miami Herald (@MiamiHerald) June 16, 2020
Een van zijn zonen, Álvaro Pastora, vertelde dezelfde website, dat zijn vader werd behandeld alsof hij Covid-19 had, hoewel hij niet werd getest om vast te stellen of hij het nieuwe coronavirus had, dat Nicaragua zwaar heeft getroffen.
De legendarische ex-guerrilla was de afgevaardigde van de Ortega-regering voor de ontwikkeling van het stroomgebied Río San Juan, aan de grens met Costa Rica, dat de bron is geweest van grensconflicten tussen beide landen.
Con mucha tristeza les informo que nuestro Querido Comandante Edén Pastora, se nos adelantó, hoy en horas de la la madrugada, otros le seguiremos hasta lo irreversible. Fuiste inclaudicable. La militancia sandinista te dice.— Municipio Mateare (@MunicipioMatea1) June 16, 2020
¡¡Presente Presente Presente!!! pic.twitter.com/E9b4xMbs6y
Pastora werd geboren op 15 november 1936 in Ciudad Darío, studeerde aan een jezuïetencollege en verhuisde naar Mexico om medicijnen te studeren aan de universiteit van Guadalajara, maar voltooide zijn studie niet en keerde in 1959 terug naar Nicaragua. Hij sloot zich aan bij de guerrilla Frente Sandinista de Liberación Nacional (FSLN) tijdens de strijd tegen de dictatuur van Anastasio Somoza, die in 1979 ten val werd gebracht door een volksopstand. 'Comandante Cero' kreeg bekendheid in augustus 1978 toen hij de aanval op het Nationaal Paleis leidde, waar de Nationale Vergadering (parlement) in zitting was, waardoor tientallen FSLN-militanten konden worden vrijgelaten in ruil voor gijzelaars, waaronder Somoza's familieleden.
Aan het begin van de Sandinistische revolutie was hij vice-minister van Binnenlandse Zaken, maar hij verliet dat kantoor ongelukkig vanwege wat hij afkeurde als een afstemming met Cuba en de Sovjet-Unie van de regering onder leiding van nu president Daniel Ortega.
Na het breken met de Sandinisten in 1981, vestigde Pastora zich in Costa Rica en richtte de Alianza Revolucionaria Democrática (ARDE) op, die de gewapende strijd hervatte om zijn ex-kameraden uit Zuid-Nicaragua te bestrijden.
In 1984, tijdens een persconferentie, was hij het doelwit van een aanval in de stad La Penca, in het noorden van Costa Rica. Hij was ongedeerd, maar 11 mensen kwamen om, onder wie verschillende journalisten.
Na de verkiezingsnederlaag van Sandinista in 1990 bleef Pastora in Costa Rica, waar hij het staatsburgerschap verwierf en zich toelegde op visserij en toerisme. Bij zijn terugkeer in Nicaragua trad hij toe tot het politieke leven en in 1996 probeerde hij zich kandidaat te stellen voor het presidentschap, maar hij werd geremd door de Consejo Supremo Electoral de Nicaragua, omdat hij de dubbele Nicaraguaanse en Costa Ricaanse nationaliteit had.
Na jaren afstand te hebben genomen van de FSLN, verzoende Pastora zich met Ortega toen hij in 2007 aan de macht kwam en verdedigde hem tegen de beschuldigingen van zijn rivalen als dictator.
'Ik bestreed de politieke en morele fouten die de revolutionaire staat in gevaar brachten met een geweer in mijn hand, dat duizenden mannen aanstuurde. Nu (dat Ortega) het doet (nou ja), zou het in strijd zijn met alles wat ik zei, als ik kritiek zou leveren', zei Pastora in een interview met AFP in 2008.
Pastora stond midden in een grensgeschil tussen Nicaragua en Costa Rica die in oktober 2010 uitbrak na de baggerwerken van de San Juan-rivier door de ex-guerrilla. Costa Rica beschuldigde Nicaragua ervan militaire invallen te hebben gedaan op zijn grondgebied en sedimenten te hebben aangelegd die milieuschade veroorzaakten.
Het Internationaal Gerechtshof heeft Nicaragua in 2018 veroordeeld tot een schadevergoeding van een miljoen dollar. In het midden van het conflict werd Pastora op verzoek van Costa Rica door de Internationale Criminele Politieorganisatie (Interpol) opgenomen in de lijst van meest gezochte personen, die hem ervan beschuldigde zijn grondgebied binnen te vallen. 'Meerdere keren heb ik de rol van een slechte jongen moeten spelen', maar ze kunnen 'me indien nodig blijven beschuldigen', verdedigde Pastora zich toen.
#COMUNICADO | El pdte. @NicolasMaduro, en nombre del pueblo y Gobierno venezolano, expresa su pesar al pueblo y Gobierno de Nicaragua y a toda la militancia sandinista por el sentido fallecimiento del amigo y compañero, Edén Pastora, el histórico Comandante Cero. pic.twitter.com/QsKxm9xxbB— Jorge Arreaza M (@jaarreaza) June 16, 2020
(Suriname Mirror/The Tico Times/Today Nicaragua/YouTube/Twitter)
Demonstranten vallen Boliviaanse journalisten van Unitel TV en El Deber aan
'Demonstranten dreigden de journalisten levend te verbranden'
Het onderzoek van de Boliviaanse autoriteiten naar aanvallen op journalisten van Unitel TV en El Deber moet grondig en transparant zijn, en de verantwoordelijken moeten ter verantwoording worden geroepen, aldus het Committee to Protect Journalists, CPJ, dinsdag 16 juni 2020.
Op 11 juni viel een menigte van ongeveer 50 demonstranten in de centrale Boliviaanse stad Entre Ríos een groep van drie journalisten en hun chauffeur aan, terwijl ze een demonstratie hielden tegen de Covid-19-lockdown van de stad, volgens berichtgeving van de Unitel TV-omroep en de krant El Deber. Demonstranten schopten en sloegen Unitel TV-verslaggever Rodolfo Orellana en zijn camera-operator Joel Orellana, dwongen hen te stoppen met filmen en vernietigden vervolgens hun camera, volgens het bericht van de omroep. Demonstranten sloegen volgens de krant ook Iván Escobar, de chauffeur van de journalisten.
In een interview met haar werkgever en in een telefonisch interview met CPJ zei El Deber-verslaggeedster Soledad Prado, dat de demonstranten dreigden de journalisten levend te verbranden. De journalisten zochten hun toevlucht in hun voertuig, maar werden omringd door de demonstranten, die de auto heen en weer schommelden en de achterbanden doorsneden, vertelde Prado aan CPJ. Ze zei dat de politie tussenbeide kwam en de journalisten, die geen van allen ernstig gewond waren, naar veiligheid in het nabijgelegen stadje Yapacaní begeleidde.
Franklin Villazón, hoofd van de politie in Yapacaní, zei dat de aanval volgens nieuwsberichten wordt onderzocht.
Op Twitter beschreef minister van Binnenlandse Zaken Arturo Murillo het incident als een 'ontvoering' en zwoer dat de daders ter verantwoording zouden worden geroepen.
'We prijzen de stappen van de Boliviaanse autoriteiten om journalisten van Unitel TV en El Deberte te beschermen toen ze werden aangevallen in Entre Ríos, en om een onderzoek in te stellen naar dit zorgwekkende incident', zegt Natalie Southwick, programmacoördinatrice van CPJ Midden- en Zuid-Amerika in New York. 'We dringen er bij de regering op aan de aanvallers ter verantwoording te roepen en een bericht te sturen, dat journalisten vrij moeten zijn om protesten te verslaan zonder bang te zijn dat ze zullen worden aangevallen of bedreigd.'
Prado vertelde CPJ ook, dat de demonstranten de journalisten ervan beschuldigden te werken voor rechtse media die 'uitverkocht' waren aan de regering. Ze zei, dat de demonstranten voorstanders zijn van de voormalige linkse Boliviaanse president Evo Morales, die vorig jaar onder druk ontslag nam en werd vervangen door interim-presidente Jeanine Añez.
Entre Ríos is de locatie geweest van talloze demonstraties, waaronder het blokkeren van snelwegen, om te protesteren tegen de regering van Añez, aldus het rapport van Unitel TV.
Raúl Peñaranda, een Boliviaanse perscriticus en redacteur van de Brújula Digital-nieuwswebsite, vertelde CPJ dat mensen in Entre Ríos en nabijgelegen steden journalisten hebben lastiggevallen, omdat ze lokale inwoners hadden gefilmd die door de regering jngestelde Covid-19 maatregelen schonden door hun bedrijf te heropenen of door aanbevelingen voor sociale afstand te negeren.
Sinds de Covid-19-pandemie in maart in Bolivia uitbrak, zijn er volgens de onafhankelijke krant in La Paz Página Siete minstens tien aanvallen geweest op journalisten die erover hebben bericht.
(Suriname Mirror/Committee to Protect Journalists/Twitter)
Het onderzoek van de Boliviaanse autoriteiten naar aanvallen op journalisten van Unitel TV en El Deber moet grondig en transparant zijn, en de verantwoordelijken moeten ter verantwoording worden geroepen, aldus het Committee to Protect Journalists, CPJ, dinsdag 16 juni 2020.
Op 11 juni viel een menigte van ongeveer 50 demonstranten in de centrale Boliviaanse stad Entre Ríos een groep van drie journalisten en hun chauffeur aan, terwijl ze een demonstratie hielden tegen de Covid-19-lockdown van de stad, volgens berichtgeving van de Unitel TV-omroep en de krant El Deber. Demonstranten schopten en sloegen Unitel TV-verslaggever Rodolfo Orellana en zijn camera-operator Joel Orellana, dwongen hen te stoppen met filmen en vernietigden vervolgens hun camera, volgens het bericht van de omroep. Demonstranten sloegen volgens de krant ook Iván Escobar, de chauffeur van de journalisten.
Periodistas son agredidos en el Chapare— RTP Bolivia (@rtp_bolivia) June 11, 2020
“Quémenlo, quémenlo gritaba la turba mientras rodeaban el vehículo de prensa”, relató la periodista de El Deber, Soledad Prado, quien junto a otro equipo llegaron a Entre Ríos para realizar la cobertura por el encapsulamiento.
Vía El Deber pic.twitter.com/eBzDO83GKj
In een interview met haar werkgever en in een telefonisch interview met CPJ zei El Deber-verslaggeedster Soledad Prado, dat de demonstranten dreigden de journalisten levend te verbranden. De journalisten zochten hun toevlucht in hun voertuig, maar werden omringd door de demonstranten, die de auto heen en weer schommelden en de achterbanden doorsneden, vertelde Prado aan CPJ. Ze zei dat de politie tussenbeide kwam en de journalisten, die geen van allen ernstig gewond waren, naar veiligheid in het nabijgelegen stadje Yapacaní begeleidde.
Franklin Villazón, hoofd van de politie in Yapacaní, zei dat de aanval volgens nieuwsberichten wordt onderzocht.
Op Twitter beschreef minister van Binnenlandse Zaken Arturo Murillo het incident als een 'ontvoering' en zwoer dat de daders ter verantwoording zouden worden geroepen.
En la madrugada secuestrados 2 periodistas de Unitel. Ya están a salvo resguardados por la policía Los mismos violentos que hace pocos días volaron una torre, hoy secuestran periodistas. El MAS se equivoca al recurrir a la violencia política. Responderemos con democracia y ley.— Arturo Murillo (@ArturoMurilloS) June 11, 2020
'We prijzen de stappen van de Boliviaanse autoriteiten om journalisten van Unitel TV en El Deberte te beschermen toen ze werden aangevallen in Entre Ríos, en om een onderzoek in te stellen naar dit zorgwekkende incident', zegt Natalie Southwick, programmacoördinatrice van CPJ Midden- en Zuid-Amerika in New York. 'We dringen er bij de regering op aan de aanvallers ter verantwoording te roepen en een bericht te sturen, dat journalisten vrij moeten zijn om protesten te verslaan zonder bang te zijn dat ze zullen worden aangevallen of bedreigd.'
Prado vertelde CPJ ook, dat de demonstranten de journalisten ervan beschuldigden te werken voor rechtse media die 'uitverkocht' waren aan de regering. Ze zei, dat de demonstranten voorstanders zijn van de voormalige linkse Boliviaanse president Evo Morales, die vorig jaar onder druk ontslag nam en werd vervangen door interim-presidente Jeanine Añez.
Entre Ríos is de locatie geweest van talloze demonstraties, waaronder het blokkeren van snelwegen, om te protesteren tegen de regering van Añez, aldus het rapport van Unitel TV.
Raúl Peñaranda, een Boliviaanse perscriticus en redacteur van de Brújula Digital-nieuwswebsite, vertelde CPJ dat mensen in Entre Ríos en nabijgelegen steden journalisten hebben lastiggevallen, omdat ze lokale inwoners hadden gefilmd die door de regering jngestelde Covid-19 maatregelen schonden door hun bedrijf te heropenen of door aanbevelingen voor sociale afstand te negeren.
Sinds de Covid-19-pandemie in maart in Bolivia uitbrak, zijn er volgens de onafhankelijke krant in La Paz Página Siete minstens tien aanvallen geweest op journalisten die erover hebben bericht.
(Suriname Mirror/Committee to Protect Journalists/Twitter)
Boliviaanse dorpelingen vernietigen 5G-masten uit coronavirusangst
Vier masten vernietigd in Yapacani, in de buurt van de stad Santa Cruz
Politiechef Franklin Villazon spreekt van een 'terroristische aanslag'
Meerdere telecommasten zijn maandag 15 juni 2020 vernietigd door Boliviaanse dorpelingen die vrezen, dat 5G-technologie heet coronavirus zou kunnen overbrengen, aldus lokale media.
Het Zuid-Amerikaanse land heeft nog geen 5G draadloze infrastructuur, die in virale berichten op social media wordt gekoppeld aan de pandemie. Volgens de complottheorie veroorzaakt elektromagnetische straling de symptomen van Covid-19 - een idee dat door wetenschappers wordt ontkracht.
Vier communicatiemasten werden vernietigd in Yapacani, in de buurt van de stad Santa Cruz, aldus de lokale politiechef Franklin Villazon geciteerd door de krant El Deber. 'We waren overweldigd', zei Villazon, en hij vergeleek het incident met een 'terroristische aanslag'. De politie heeft geen ernstig geweld gemeld.
De dorpelingen hadden eerder protesten gehouden waarin ze eisten dat de burgemeester de masten neerhaalde uit angst dat ze Covid-19 zouden kunnen verspreiden, aldus de krant.
Minister van Binnenlandse Zaken Arturo Murillo zei op Twitter, dat mensen die loyaal waren aan voormalig president Evo Morales masten vernielden in Yapacani en in San Julian en Ichilo, twee andere oostelijke steden.
Het ministerie van Communicatie van Bolivia heeft een verklaring uitgegeven waarin mensen eraan worden herinnerd dat 5G-technologie niet beschikbaar is in het land en niet gerelateerd is aan de luchtwegaandoening.
(Suriname Mirror/Pagina Siete/AFP/El Deber/Twitter)
Politiechef Franklin Villazon spreekt van een 'terroristische aanslag'
Meerdere telecommasten zijn maandag 15 juni 2020 vernietigd door Boliviaanse dorpelingen die vrezen, dat 5G-technologie heet coronavirus zou kunnen overbrengen, aldus lokale media.
Het Zuid-Amerikaanse land heeft nog geen 5G draadloze infrastructuur, die in virale berichten op social media wordt gekoppeld aan de pandemie. Volgens de complottheorie veroorzaakt elektromagnetische straling de symptomen van Covid-19 - een idee dat door wetenschappers wordt ontkracht.
Vier communicatiemasten werden vernietigd in Yapacani, in de buurt van de stad Santa Cruz, aldus de lokale politiechef Franklin Villazon geciteerd door de krant El Deber. 'We waren overweldigd', zei Villazon, en hij vergeleek het incident met een 'terroristische aanslag'. De politie heeft geen ernstig geweld gemeld.
Tres personas fueron aprehendidas por la quema de antenas de telecomunicaciones en Yapacaní - https://t.co/ObfuI7QWa9 pic.twitter.com/OLPFa0CEzV— Radio Fides Bolivia (@GrupoFides) June 16, 2020
La Policía en Yapacaní fue rebasada por pobladores que destruyeron antenas telefónicas argumentando que tienen tecnología 5G, según la creencia popular de algunas personas, transmiten el coronavirus #YoMeQuedoEnCasa #CoronavirusEnBolivia pic.twitter.com/ATBqArDRp9— EL DEBER (@grupoeldeber) June 16, 2020
De dorpelingen hadden eerder protesten gehouden waarin ze eisten dat de burgemeester de masten neerhaalde uit angst dat ze Covid-19 zouden kunnen verspreiden, aldus de krant.
Minister van Binnenlandse Zaken Arturo Murillo zei op Twitter, dat mensen die loyaal waren aan voormalig president Evo Morales masten vernielden in Yapacani en in San Julian en Ichilo, twee andere oostelijke steden.
El evismo se exibe: sacó a la policía del Chapare, estuvo tras el secuestro de periodistas de Unitel, y ahora destruye antenas: San Julián, Ichilo y Yapacani. Quieren terror y división. Ante ellos respondemos con democracia, unidad y ley. pic.twitter.com/stVet9anD2— Arturo Murillo (@ArturoMurilloS) June 15, 2020
Vuelan antenas en ciudades de SC. Esto tiene un nombre:terrorismo. Se lo combate con todo el peso de la ley. Que lo tengan claro los que revientan las antenas, los que les aplauden y los que se lo ordenan desde lejos. No vamos a permitir violencia ni el caos en nuestra patria. pic.twitter.com/KMFFhPDnAE— Arturo Murillo (@ArturoMurilloS) June 15, 2020
Het ministerie van Communicatie van Bolivia heeft een verklaring uitgegeven waarin mensen eraan worden herinnerd dat 5G-technologie niet beschikbaar is in het land en niet gerelateerd is aan de luchtwegaandoening.
(Suriname Mirror/Pagina Siete/AFP/El Deber/Twitter)
Moderne cavia's gedomesticeerd in de Andes-regio van wat nu Peru is
Cavia werd eind 1500 of begin 1600 door de Spanjaarden naar Europa gebracht
Onderzoek van de New University of Otago in Nieuw-Zeeland werpt licht op de domesticatie van cavia's en hoe en waarom de kleine, harige dieren over de hele wereld zijn verspreid.
Net gepubliceerd in het internationale wetenschappelijke tijdschrift, Scientific Reports, gebruiken de onderzoekers oud DNA van archeologische cavia-overblijfselen die de overgang onthullen van de dieren die 10.000 jaar geleden als een wilde voedselbron werden gebruikt, naar hun domesticatie en later hun rol als geliefde huisdieren en medisch diermodel.
Het bouwt voort op eerder onderzoek van vele jaren door hoogleraar biologische antropologie Lisa Matisoo-Smith, waarbij het DNA van planten en dieren die kolonisten uit de Stille Oceaan in hun kano's vervoerden, werd opgespoord en gebruikt als een proxy om de oorsprong van de menselijke bevolking te identificeren en hun bewegingen rond de Grote Oceaan. Als onderdeel van haar Otago Master thesis onderzoek in het laboratorium van professor Matisoo-Smith, Edana Lord, nu aan de Universiteit van Stockholm, Zweden, en dr. Catherine Collins van de afdeling Anatomie van Otago en andere internationale onderzoekers, ging ze na waar de cavia's die werden geïntroduceerd op de eilanden van de Caraïben vandaan kwamen.
Professor Matisoo-Smith legt uit, dat algemeen wordt aangenomen dat moderne cavia's werden gedomesticeerd in de Andes-regio van wat nu Peru is. Als belangrijk voedselproduct, dat ook in religieuze ceremonies werd opgenomen, werden ze vervoerd en verhandeld in Zuid-Amerika. Rond 500 na Christus werden cavia's via ten minste een van de gevestigde handelsnetwerken naar de eilanden van het Caribisch gebied gebracht.
De onderzoekers verwachtten dat de cavia's in het Caribisch gebied afkomstig zouden zijn uit Colombia, een van de dichtstbijzijnde locaties in Zuid-Amerika. Met behulp van oud DNA van overblijfselen van cavia's die zijn opgegraven op verschillende locaties in het Caribisch gebied, Peru, Colombia, Bolivia, Europa en Noord-Amerika, ontdekten ze dat de cavia's op de eilanden niet afkomstig waren uit Colombia, maar hoogstwaarschijnlijk afkomstig waren uit Peru. Wat een grotere verrassing voor het team was, was dat de cavia-resten in de Colombiaanse hooglanden van een totaal andere soort leken te zijn. Dit suggereert, dat de domesticatie van cavia's waarschijnlijk onafhankelijk heeft plaatsgevonden in zowel Peru als Colombia.
De genetische informatie, samen met archeologische contexten, laat ook zien hoe de cavia's in de loop van de tijd verschillende rollen speelden. 'Ze waren en zijn nog steeds een belangrijk voedselproduct in veel delen van Zuid-Amerika en culturen die afkomstig zijn uit Zuid-Amerika - mensen namen ze levend mee om kennis te maken met nieuwe eilanden waar ze niet inheems waren of ze ruilden ze voor andere goederen', aldus professor Matisoo-Smith.
De cavia werd eind 1500 of begin 1600 door de Spanjaarden naar Europa gebracht en begin 1800 naar Noord-Amerika als onderdeel van de exotische huisdierenhandel. In de 18e eeuw begonnen cavia's door medische onderzoekers te worden gebruikt als laboratoriumdieren, omdat ze veel biologische overeenkomsten vertonen met mensen, vandaar de oorsprong van de uitdrukking 'cavia zijn' in onderzoek.
'Alle cavia's tegenwoordig - huisdieren, dieren die in Zuid-Amerika en Puerto Rico voor vlees worden verkocht, en die in medisch onderzoek - zijn afgeleid van de Peruaanse gedomesticeerde cavia's.'
Waarom de cavia in sommige culturen als huisdier werd beschouwd en in andere culturen als voedselbron kan worden toegeschreven aan al lang gevestigde culturele opvattingen over wat acceptabel is als voedsel. Professor Matisoo-Smith zegt, dat het onderzoek aantoont, dat de geschiedenis van cavia's complexer is dan voorheen bekend en gevolgen heeft voor andere studies met betrekking tot domesticatie, translocatie en distributie van zoogdieren.
'De overblijfselen van cavia's uit het Caribisch gebied helpen ons te begrijpen hoe de menselijke handelsnetwerken in de regio zich de afgelopen 1000 jaar hebben verplaatst. Door deze analyse van oud cavia-DNA begrijpen we de geschiedenis van menselijke sociale interacties over duizenden jaren en over drie continenten beter. Het biedt ook een kritisch historisch perspectief op de genetische diversiteit bij cavia's en de relatie die mensen hiermee hebben gehad belangrijke huisdieren.'
(Suriname Mirror/Science Daily/Phys.org/University of Otago)
Onderzoek van de New University of Otago in Nieuw-Zeeland werpt licht op de domesticatie van cavia's en hoe en waarom de kleine, harige dieren over de hele wereld zijn verspreid.
Net gepubliceerd in het internationale wetenschappelijke tijdschrift, Scientific Reports, gebruiken de onderzoekers oud DNA van archeologische cavia-overblijfselen die de overgang onthullen van de dieren die 10.000 jaar geleden als een wilde voedselbron werden gebruikt, naar hun domesticatie en later hun rol als geliefde huisdieren en medisch diermodel.
Het bouwt voort op eerder onderzoek van vele jaren door hoogleraar biologische antropologie Lisa Matisoo-Smith, waarbij het DNA van planten en dieren die kolonisten uit de Stille Oceaan in hun kano's vervoerden, werd opgespoord en gebruikt als een proxy om de oorsprong van de menselijke bevolking te identificeren en hun bewegingen rond de Grote Oceaan. Als onderdeel van haar Otago Master thesis onderzoek in het laboratorium van professor Matisoo-Smith, Edana Lord, nu aan de Universiteit van Stockholm, Zweden, en dr. Catherine Collins van de afdeling Anatomie van Otago en andere internationale onderzoekers, ging ze na waar de cavia's die werden geïntroduceerd op de eilanden van de Caraïben vandaan kwamen.
Professor Matisoo-Smith legt uit, dat algemeen wordt aangenomen dat moderne cavia's werden gedomesticeerd in de Andes-regio van wat nu Peru is. Als belangrijk voedselproduct, dat ook in religieuze ceremonies werd opgenomen, werden ze vervoerd en verhandeld in Zuid-Amerika. Rond 500 na Christus werden cavia's via ten minste een van de gevestigde handelsnetwerken naar de eilanden van het Caribisch gebied gebracht.
De onderzoekers verwachtten dat de cavia's in het Caribisch gebied afkomstig zouden zijn uit Colombia, een van de dichtstbijzijnde locaties in Zuid-Amerika. Met behulp van oud DNA van overblijfselen van cavia's die zijn opgegraven op verschillende locaties in het Caribisch gebied, Peru, Colombia, Bolivia, Europa en Noord-Amerika, ontdekten ze dat de cavia's op de eilanden niet afkomstig waren uit Colombia, maar hoogstwaarschijnlijk afkomstig waren uit Peru. Wat een grotere verrassing voor het team was, was dat de cavia-resten in de Colombiaanse hooglanden van een totaal andere soort leken te zijn. Dit suggereert, dat de domesticatie van cavia's waarschijnlijk onafhankelijk heeft plaatsgevonden in zowel Peru als Colombia.
De genetische informatie, samen met archeologische contexten, laat ook zien hoe de cavia's in de loop van de tijd verschillende rollen speelden. 'Ze waren en zijn nog steeds een belangrijk voedselproduct in veel delen van Zuid-Amerika en culturen die afkomstig zijn uit Zuid-Amerika - mensen namen ze levend mee om kennis te maken met nieuwe eilanden waar ze niet inheems waren of ze ruilden ze voor andere goederen', aldus professor Matisoo-Smith.
De cavia werd eind 1500 of begin 1600 door de Spanjaarden naar Europa gebracht en begin 1800 naar Noord-Amerika als onderdeel van de exotische huisdierenhandel. In de 18e eeuw begonnen cavia's door medische onderzoekers te worden gebruikt als laboratoriumdieren, omdat ze veel biologische overeenkomsten vertonen met mensen, vandaar de oorsprong van de uitdrukking 'cavia zijn' in onderzoek.
'Alle cavia's tegenwoordig - huisdieren, dieren die in Zuid-Amerika en Puerto Rico voor vlees worden verkocht, en die in medisch onderzoek - zijn afgeleid van de Peruaanse gedomesticeerde cavia's.'
Waarom de cavia in sommige culturen als huisdier werd beschouwd en in andere culturen als voedselbron kan worden toegeschreven aan al lang gevestigde culturele opvattingen over wat acceptabel is als voedsel. Professor Matisoo-Smith zegt, dat het onderzoek aantoont, dat de geschiedenis van cavia's complexer is dan voorheen bekend en gevolgen heeft voor andere studies met betrekking tot domesticatie, translocatie en distributie van zoogdieren.
'De overblijfselen van cavia's uit het Caribisch gebied helpen ons te begrijpen hoe de menselijke handelsnetwerken in de regio zich de afgelopen 1000 jaar hebben verplaatst. Door deze analyse van oud cavia-DNA begrijpen we de geschiedenis van menselijke sociale interacties over duizenden jaren en over drie continenten beter. Het biedt ook een kritisch historisch perspectief op de genetische diversiteit bij cavia's en de relatie die mensen hiermee hebben gehad belangrijke huisdieren.'
(Suriname Mirror/Science Daily/Phys.org/University of Otago)
Colombiaanse politie redt jongen (9) 'geslagen en vastgebonden' in huis
Jongen gevonden zonder toegang tot voedsel of water
De politie in Barranquilla, Colombia, heeft zich de toegang tot een huis verschaft om een 9-jarige jongen te bevrijden bij wie handen en enkels aan elkaar waren gebonden. Buren belden de politie nadat ze waren gewaarschuwd door het geschreeuw van de jongen en zeiden ook, dat ze een jonge jongen konden horen huilen.
Agenten gingen het huis binnen waar ze de jongen met handen en voeten vastgebonden vonden. Een agent maakte de ledematen van de jongen los, sneed het touw om zijn enkels met een mes door en droeg hem naar een stoel.
De jongen vertelde hem, dat hij niet naar het toilet kon gaan, 'omdat ze me slaan'. Agenten droegen de jongen later naar een politiebureau.
Yecid Pena, het hoofd van de politie van Barranquilla, zei dat ze de jongen alle nodige aandacht gaven en voegde eraan toe: 'We weten dat hij bij zijn moeder woonde en een tante, die zullen moeten reageren op de misdaad van huiselijk geweld.'
Hij werd gevonden zonder toegang tot voedsel of water. De jongen werd naar verluidt naar het Instituto Colombiano de Bienestar Familiar, ICBF, gebracht om, nadat hij was vastgebonden, psychologische tests te ondergaan. Het onderzoek loopt en de moeder en tante zullen strafrechtelijk worden vervolgd.
(Suriname Mirror/7news.com.au/Twitter/El Heraldo)
De politie in Barranquilla, Colombia, heeft zich de toegang tot een huis verschaft om een 9-jarige jongen te bevrijden bij wie handen en enkels aan elkaar waren gebonden. Buren belden de politie nadat ze waren gewaarschuwd door het geschreeuw van de jongen en zeiden ook, dat ze een jonge jongen konden horen huilen.
Agenten gingen het huis binnen waar ze de jongen met handen en voeten vastgebonden vonden. Een agent maakte de ledematen van de jongen los, sneed het touw om zijn enkels met een mes door en droeg hem naar een stoel.
De jongen vertelde hem, dat hij niet naar het toilet kon gaan, 'omdat ze me slaan'. Agenten droegen de jongen later naar een politiebureau.
Rescatan a niño de nueve años que tenían amarrado y sin comida.— Crónicas Con Beto Ariño (@croconbetoarino) June 9, 2020
Gracias a la información de la comunidad, el niño de 9 años fue rescatado de un hospedaje ubicado la carrera 35 con calle 41, barrio Chiquinquirá, en Barranquilla.El niño estaba solo, encerrado en una habitación. pic.twitter.com/L5wNwStdct
Yecid Pena, het hoofd van de politie van Barranquilla, zei dat ze de jongen alle nodige aandacht gaven en voegde eraan toe: 'We weten dat hij bij zijn moeder woonde en een tante, die zullen moeten reageren op de misdaad van huiselijk geweld.'
Hij werd gevonden zonder toegang tot voedsel of water. De jongen werd naar verluidt naar het Instituto Colombiano de Bienestar Familiar, ICBF, gebracht om, nadat hij was vastgebonden, psychologische tests te ondergaan. Het onderzoek loopt en de moeder en tante zullen strafrechtelijk worden vervolgd.
(Suriname Mirror/7news.com.au/Twitter/El Heraldo)
Mede-oprichter Medellin-kartel en Hitler-adept Carlos Lehder Rivas (70) vrij man in Duitsland na 30 jaar gevangenissen VS
Lehder in 1987 door Amerikaanse rechtbank tot 134 jaar cel veroordeeld
Een Colombiaanse drugsbaron die samen met Pablo Escobar het beruchte Medellin-kartel heeft helpen creëren, is uitgeleverd aan Duitsland, nadat hij 30 jaar in een gevangenis in Amerika heeft doorgebracht.
Carlos Lehder Rivas, die tot de clan van handelaren behoorde die in de jaren '70 en '80 cocaïne uit Colombia naar de Verenigde Staten smokkelden, landde dinsdagochtend 16 juni 2020 in Frankfurt voordat hij werd overgedragen aan de Duitse autoriteiten. De 70-jarige, die werd bijgestaan door twee Amerikaanse agenten, werd overgevlogen op een lijnvlucht vanuit New York en kwam het land binnen met een tijdelijk Duits paspoort, meldt dinsdag 16 juni 2020 Spiegel Online.
Lehder, die zowel de Duitse als de Colombiaanse nationaliteit heeft, was veroordeeld door een Amerikaanse rechtbank tot 134 jaar gevangenisstraf in 1987, maar heeft later samengewerkt met de autoriteiten en werd in een getuigenbeschermingsprogramma geplaatst. Aangezien hij zijn tijd in Amerika al heeft uitgezeten, zal hij niet opnieuw op dezelfde beschuldigingen voor een Duitse rechtbank hoeven te verschijnen.
Spiegel meldt dat Lehder, die volgens de Colombiaanse krant El Espectador bekend staat als bewonderaar van Adolf Hitler, onder de hoede van een liefdadigheidsgroep in Duitsland zou worden geplaatst.
Lehder werd geboren in 1949 bij een Duitse vader en Colombiaanse moeder in Armenia, Colombia, en bracht het grootste deel van zijn jeugd door in het Zuid-Amerikaanse land voordat hij op 15-jarige leeftijd naar New York verhuisde nadat zijn ouders waren gescheiden, berichtte El Espectador in 2012. Na zijn verhuizing naar de VS raakte Lehder betrokken bij de kleine misdaad en werd hij naar de federale gevangenis in Danbury, Connecticut, gestuurd, nadat hij in 1973 betrapt was op autodiefstal.
Voormalig drugshandelaar George Jung, destijds celgenoot van Lehder, vertelde eerder PBS hoe hij en de drugssmokkelaar tijdens hun gevangenisstraf een band vormden en dat Lehder hem vaak vertelde over zijn plannen om cocaïne het land binnen te smokkelen. Hij zei: 'Naarmate de tijd verstreek, leerden we elkaar kennen en toen vroeg hij me of ik iets wist van cocaïne en ik zei nee. En ik zei: "Waarom vertel je me er niet over." En hij zei: "Wist je dat het in de Verenigde Staten voor $ 60.000,00 per kilo wordt verkocht?" "En ik zei:" Nee. Ik had geen idee. Hoeveel kost het in Colombia?' en hij zei: '4.000 tot 5.000 dollar.' En meteen begonnen de bellen te rinkelen en de kassa rinkelde in mijn hoofd.'
Na hun korte verblijf in de gevangenis vormden Lehder en Jung een alliantie en richtten ze een drugshandeloperatie op die cocaïne van Colombia naar de VS smokkelde. Maar, toen hun bedrijf bloeide, dwong Lehder Jung uit hun operatie en trok zich later terug naar Colombia, nadat de Amerikaanse DEA (Drug Enforcement Administration) zijn huis aan de oceaan in Norman's Cay in 1980 was binnen gevallen.
Terwijl hij in Colombia was, werd Lehder lid van het Medellin-kartel en de operaties van Escobar. Sprekend over het karakter van Lehder zei Jung tegen High Times: 'Hij was niet gek ... hij had echter waanideeën. Hij hield tegelijkertijd van John Lennon en Adolf Hitler. Dat had voor mij een teken moeten zijn.'
Samen met Escobar leidde Lehder, die bekend werd als 'Crazy Charly', het Medellin-kartel dat in de jaren zeventig en tachtig voor miljarden dollars cocaïne smokkelde naar de Verenigde Staten.
In een dramatische wending gaf Escobar de autoriteiten een tip over de verblijfplaats van Lehder, wat leidde tot zijn arrestatie en uitlevering aan de Verenigde Staten in 1987.
Lehder zou nu ernstig ziek zijn en zijn uitlevering aan Duitsland zou zijn laatste reis zijn.
(Suriname Mirror/The Daily Mail/Twitter/YouTube)
Een Colombiaanse drugsbaron die samen met Pablo Escobar het beruchte Medellin-kartel heeft helpen creëren, is uitgeleverd aan Duitsland, nadat hij 30 jaar in een gevangenis in Amerika heeft doorgebracht.
Carlos Lehder Rivas, die tot de clan van handelaren behoorde die in de jaren '70 en '80 cocaïne uit Colombia naar de Verenigde Staten smokkelden, landde dinsdagochtend 16 juni 2020 in Frankfurt voordat hij werd overgedragen aan de Duitse autoriteiten. De 70-jarige, die werd bijgestaan door twee Amerikaanse agenten, werd overgevlogen op een lijnvlucht vanuit New York en kwam het land binnen met een tijdelijk Duits paspoort, meldt dinsdag 16 juni 2020 Spiegel Online.
El narcotraficante colombiano Carlos Lehder Rivas estaba preso en Estados Unidos desde 1987, pero, según versiones de un medio alemán, arribó al aeropuerto de Frankfurt el día de hoy https://t.co/Bdkka95OMZ— Asuntos Legales (@asulegalesLR) June 16, 2020
Carlos Lehder Rivas disfrutará, tras cumplir condena en Estados Unidos, de los últimos años de su vida en libertad en Alemania https://t.co/mjWSr8bwm3— Diario HOY (@hoyextremadura) June 16, 2020
Lehder, die zowel de Duitse als de Colombiaanse nationaliteit heeft, was veroordeeld door een Amerikaanse rechtbank tot 134 jaar gevangenisstraf in 1987, maar heeft later samengewerkt met de autoriteiten en werd in een getuigenbeschermingsprogramma geplaatst. Aangezien hij zijn tijd in Amerika al heeft uitgezeten, zal hij niet opnieuw op dezelfde beschuldigingen voor een Duitse rechtbank hoeven te verschijnen.
Spiegel meldt dat Lehder, die volgens de Colombiaanse krant El Espectador bekend staat als bewonderaar van Adolf Hitler, onder de hoede van een liefdadigheidsgroep in Duitsland zou worden geplaatst.
Lehder werd geboren in 1949 bij een Duitse vader en Colombiaanse moeder in Armenia, Colombia, en bracht het grootste deel van zijn jeugd door in het Zuid-Amerikaanse land voordat hij op 15-jarige leeftijd naar New York verhuisde nadat zijn ouders waren gescheiden, berichtte El Espectador in 2012. Na zijn verhuizing naar de VS raakte Lehder betrokken bij de kleine misdaad en werd hij naar de federale gevangenis in Danbury, Connecticut, gestuurd, nadat hij in 1973 betrapt was op autodiefstal.
Voormalig drugshandelaar George Jung, destijds celgenoot van Lehder, vertelde eerder PBS hoe hij en de drugssmokkelaar tijdens hun gevangenisstraf een band vormden en dat Lehder hem vaak vertelde over zijn plannen om cocaïne het land binnen te smokkelen. Hij zei: 'Naarmate de tijd verstreek, leerden we elkaar kennen en toen vroeg hij me of ik iets wist van cocaïne en ik zei nee. En ik zei: "Waarom vertel je me er niet over." En hij zei: "Wist je dat het in de Verenigde Staten voor $ 60.000,00 per kilo wordt verkocht?" "En ik zei:" Nee. Ik had geen idee. Hoeveel kost het in Colombia?' en hij zei: '4.000 tot 5.000 dollar.' En meteen begonnen de bellen te rinkelen en de kassa rinkelde in mijn hoofd.'
Na hun korte verblijf in de gevangenis vormden Lehder en Jung een alliantie en richtten ze een drugshandeloperatie op die cocaïne van Colombia naar de VS smokkelde. Maar, toen hun bedrijf bloeide, dwong Lehder Jung uit hun operatie en trok zich later terug naar Colombia, nadat de Amerikaanse DEA (Drug Enforcement Administration) zijn huis aan de oceaan in Norman's Cay in 1980 was binnen gevallen.
Terwijl hij in Colombia was, werd Lehder lid van het Medellin-kartel en de operaties van Escobar. Sprekend over het karakter van Lehder zei Jung tegen High Times: 'Hij was niet gek ... hij had echter waanideeën. Hij hield tegelijkertijd van John Lennon en Adolf Hitler. Dat had voor mij een teken moeten zijn.'
Samen met Escobar leidde Lehder, die bekend werd als 'Crazy Charly', het Medellin-kartel dat in de jaren zeventig en tachtig voor miljarden dollars cocaïne smokkelde naar de Verenigde Staten.
In een dramatische wending gaf Escobar de autoriteiten een tip over de verblijfplaats van Lehder, wat leidde tot zijn arrestatie en uitlevering aan de Verenigde Staten in 1987.
Lehder zou nu ernstig ziek zijn en zijn uitlevering aan Duitsland zou zijn laatste reis zijn.
(Suriname Mirror/The Daily Mail/Twitter/YouTube)
PAHO bezorgd over de toename van malaria in Suriname
Zorgwekkende stijging van malaria in delen van Latijns-Amerika
Een aantal landen krijgt de ziekte niet onder controle
Het aantal gevallen van malaria in Latijns-Amerika is begin dit jaar gedaald, in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Maar een handvol landen, waaronder Nicaragua, krijgt de ziekte niet onder controle. De Pan-Amerikaanse Gezondheidsorganisatie, PAHO, is bezorgd over de toename van malaria in Costa Rica, Haïti, Honduras, Panama, de Dominicaanse Republiek, Suriname en vooral Nicaragua, ook nu het nieuwe coronavirus oprukt.
Tussen januari en mei 2020 daalde het aantal bevestigde gevallen van malaria in Latijns-Amerika in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Dat is voornamelijk een gevolg van de daling in Venezuela, maar ook in Brazilië, Colombia, Ecuador, Guatemala, Guyana en Mexico gingen de cijfers de goede kant op. Venezuela telt verreweg de meeste malariagevallen op het continent. Van de 679.441 gevallen die de PAHO in zestien landen registreerde, waren er 398.285 (bijna 60 procent) in Venezuela. De eerste vijf maanden van 2020 registreerde Venezuela 104.005 gevallen, een daling van 58 procent in vergelijking met 248.191 dezelfde periode in 2019. Ondanks die daling blijft de vaststelling dat twee op de drie Latijns-Amerikanen met malaria in Venezuela wonen.
Latijns-Amerika telde vorig jaar ongeveer 700.000 malariagevallen. In de eerste vijf maanden van dit jaar rapporteerden zestien landen 200.381 gevallen, dat is 43 procent minder dan in dezelfde periode vorig jaar. In dat laatste land kwamen er tussen januari en mei 12.210 gevallen bij, dat is meer dan de 9.358 over het volledige vorige jaar.
In Brazilië, Colombia en Peru nam de malaria dit jaar af, maar er waren lokale uitbraken in het Amazonegebied en aan de Colombiaanse kust van de Grote Oceaan. ‘Bijzonder zorgwekkend’ in deze gebieden, zegt de PAHO, is ‘dat je er tegelijk de Covid-19-pandemie en de overdracht van malaria hebt, en dat dit voornamelijk inheemse gemeenschappen en andere kwetsbare groepen kan treffen.’ De situatie ‘zal nog meer kritiek worden naarmate Covid-19 zich verspreidt in alle malariagebieden, vooral op het platteland, gezien de hoge kwetsbaarheid van de bevolking en de zwakke punten in de gezondheidszorg’, stelt de PAHO in een rapport.
Een van de gevolgen van Covid-19 is ‘dat men minder snel verzorging gaat zoeken als men malaria vermoedt, een gevolg van de opgelegde maatregelen, zoals de instructies om thuis te blijven bij milde symptomen zoals koorts.’
Ook in de gezondheidszorg doen zich veranderingen voor. Zo wordt bij de triage van patiënten geen rekening gehouden met vermoedelijke malaria. Dat kan tot onderrapportage leiden. Gezondheidspersoneel heeft nu ook minder tijd voor malaria doordat Covid-19 alle aandacht opslorpt. Ook is minder onderzoek mogelijk doordat gezondheidswerkers voor zichzelf beschermingsmaatregelen in acht moeten nemen.
De PAHO roept regeringen op malaria niet uit het oog te verliezen, opsporings- en behandelingsprogramma’s aan te houden en tests en medicijnen te kopen en te verspreiden om zo de ziekte tegen te gaan. Malaria daalde gestaag in Latijns-Amerika tussen 2005 en 2014.
De trend keerde als gevolg van de uitbraak in Venezuela in 2015. Die werd in de hand gewerkt door de ambachtelijke en illegale goudwinning die duizenden mensen naar de Orinoco-rivier brengt, op de grens met Brazilië en Guyana.
Malaria is een ziekte die wordt veroorzaakt door parasieten van het geslacht plasmodium en wordt overgedragen door de beet van vrouwelijke Anopheles-muggen. Honderden miljoenen mensen lijden er wereldwijd aan en ongeveer 700.000 per jaar sterven eraan, waarvan meer dan 90 procent in Afrika ten zuiden van de Sahara.
(Suriname Mirror/MO.be/IPS)
Een aantal landen krijgt de ziekte niet onder controle
Het aantal gevallen van malaria in Latijns-Amerika is begin dit jaar gedaald, in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Maar een handvol landen, waaronder Nicaragua, krijgt de ziekte niet onder controle. De Pan-Amerikaanse Gezondheidsorganisatie, PAHO, is bezorgd over de toename van malaria in Costa Rica, Haïti, Honduras, Panama, de Dominicaanse Republiek, Suriname en vooral Nicaragua, ook nu het nieuwe coronavirus oprukt.
Tussen januari en mei 2020 daalde het aantal bevestigde gevallen van malaria in Latijns-Amerika in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Dat is voornamelijk een gevolg van de daling in Venezuela, maar ook in Brazilië, Colombia, Ecuador, Guatemala, Guyana en Mexico gingen de cijfers de goede kant op. Venezuela telt verreweg de meeste malariagevallen op het continent. Van de 679.441 gevallen die de PAHO in zestien landen registreerde, waren er 398.285 (bijna 60 procent) in Venezuela. De eerste vijf maanden van 2020 registreerde Venezuela 104.005 gevallen, een daling van 58 procent in vergelijking met 248.191 dezelfde periode in 2019. Ondanks die daling blijft de vaststelling dat twee op de drie Latijns-Amerikanen met malaria in Venezuela wonen.
Latijns-Amerika telde vorig jaar ongeveer 700.000 malariagevallen. In de eerste vijf maanden van dit jaar rapporteerden zestien landen 200.381 gevallen, dat is 43 procent minder dan in dezelfde periode vorig jaar. In dat laatste land kwamen er tussen januari en mei 12.210 gevallen bij, dat is meer dan de 9.358 over het volledige vorige jaar.
In Brazilië, Colombia en Peru nam de malaria dit jaar af, maar er waren lokale uitbraken in het Amazonegebied en aan de Colombiaanse kust van de Grote Oceaan. ‘Bijzonder zorgwekkend’ in deze gebieden, zegt de PAHO, is ‘dat je er tegelijk de Covid-19-pandemie en de overdracht van malaria hebt, en dat dit voornamelijk inheemse gemeenschappen en andere kwetsbare groepen kan treffen.’ De situatie ‘zal nog meer kritiek worden naarmate Covid-19 zich verspreidt in alle malariagebieden, vooral op het platteland, gezien de hoge kwetsbaarheid van de bevolking en de zwakke punten in de gezondheidszorg’, stelt de PAHO in een rapport.
Een van de gevolgen van Covid-19 is ‘dat men minder snel verzorging gaat zoeken als men malaria vermoedt, een gevolg van de opgelegde maatregelen, zoals de instructies om thuis te blijven bij milde symptomen zoals koorts.’
Ook in de gezondheidszorg doen zich veranderingen voor. Zo wordt bij de triage van patiënten geen rekening gehouden met vermoedelijke malaria. Dat kan tot onderrapportage leiden. Gezondheidspersoneel heeft nu ook minder tijd voor malaria doordat Covid-19 alle aandacht opslorpt. Ook is minder onderzoek mogelijk doordat gezondheidswerkers voor zichzelf beschermingsmaatregelen in acht moeten nemen.
De PAHO roept regeringen op malaria niet uit het oog te verliezen, opsporings- en behandelingsprogramma’s aan te houden en tests en medicijnen te kopen en te verspreiden om zo de ziekte tegen te gaan. Malaria daalde gestaag in Latijns-Amerika tussen 2005 en 2014.
De trend keerde als gevolg van de uitbraak in Venezuela in 2015. Die werd in de hand gewerkt door de ambachtelijke en illegale goudwinning die duizenden mensen naar de Orinoco-rivier brengt, op de grens met Brazilië en Guyana.
Malaria is een ziekte die wordt veroorzaakt door parasieten van het geslacht plasmodium en wordt overgedragen door de beet van vrouwelijke Anopheles-muggen. Honderden miljoenen mensen lijden er wereldwijd aan en ongeveer 700.000 per jaar sterven eraan, waarvan meer dan 90 procent in Afrika ten zuiden van de Sahara.
(Suriname Mirror/MO.be/IPS)
Verstrekking Covid-19 ondersteuningspakketten vrijdag 19 juni hervat
Lijst van distributie- plekken is uitgebreid
De verstrekking van Covid-19 ondersteuningspakketten op de verschillende distributie locaties wordt vrijdag 19 juni hervat. Dat zei directrice Angela Salmo van het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting (SoZaVo) tijdens de Covid-19 Managementteam persconferentie van dinsdag 16 juni 2020, aldus het Nationaal Informatie Instituut, NII.
De verstrekking werd maandag gisteren stopgezet, vanwege chaotische toestanden bij de verschillende distributie locaties.
Het ministerie heeft na evaluatie van de gang van zaken rondom de verstrekking besloten de lijst van distributieplekken te verruimen. De directrice zei, dat gebleken is dat er een grotere behoefte is dan eerder was verwacht.
Met de uitbreiding van de distributieplekken, zullen behoeftige burgers ook op de volgende locaties hun pakket mogen ontvangen:
– OS Pandit Ramadhar;
– OS Livorno;
– MULO Koewarsan;
– OS Winti Wai en
– Albiflo.
De andere locaties blijven van kracht:
- Zaal De Goedeverwachting,
- OS Tout Lui Faut,
- OS Johannes Vrolijkschool,
- OS Maretraite,
- OS Munder Buiten en
- Hoofdkantoor SoZaVo.
De directrice zei, dat indien personen al een pakket hebben ontvangen zij vriendelijk zullen worden bedankt. Er zal continu controle worden uitgevoerd op de naleving van de regels op de locaties. De voedselpakketten zullen worden aangevuld met maskers.
'De registratie is strikt persoonlijk en indien u van iemand meeneemt gaan wij een intake van u afnemen.'
Die pakketten zullen worden geleverd door mensen die zich hebben aangemeld om ons daarmee te helpen. 'We gaan streng moeten worden om te voorkomen dat groepen mensen benadeeld worden.'
Het aanleveren van de voedselpakketten zal anders geschieden, dus mensen mogen er nu van verzekerd zijn dat de verdeling van de pakketten daadwerkelijk tussen 13:00 –16:00 uur zal plaatsvinden.
De verstrekking van Covid-19 ondersteuningspakketten op de verschillende distributie locaties wordt vrijdag 19 juni hervat. Dat zei directrice Angela Salmo van het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting (SoZaVo) tijdens de Covid-19 Managementteam persconferentie van dinsdag 16 juni 2020, aldus het Nationaal Informatie Instituut, NII.
De verstrekking werd maandag gisteren stopgezet, vanwege chaotische toestanden bij de verschillende distributie locaties.
Het ministerie heeft na evaluatie van de gang van zaken rondom de verstrekking besloten de lijst van distributieplekken te verruimen. De directrice zei, dat gebleken is dat er een grotere behoefte is dan eerder was verwacht.
Met de uitbreiding van de distributieplekken, zullen behoeftige burgers ook op de volgende locaties hun pakket mogen ontvangen:
– OS Pandit Ramadhar;
– OS Livorno;
– MULO Koewarsan;
– OS Winti Wai en
– Albiflo.
De andere locaties blijven van kracht:
- Zaal De Goedeverwachting,
- OS Tout Lui Faut,
- OS Johannes Vrolijkschool,
- OS Maretraite,
- OS Munder Buiten en
- Hoofdkantoor SoZaVo.
De directrice zei, dat indien personen al een pakket hebben ontvangen zij vriendelijk zullen worden bedankt. Er zal continu controle worden uitgevoerd op de naleving van de regels op de locaties. De voedselpakketten zullen worden aangevuld met maskers.
'De registratie is strikt persoonlijk en indien u van iemand meeneemt gaan wij een intake van u afnemen.'
Die pakketten zullen worden geleverd door mensen die zich hebben aangemeld om ons daarmee te helpen. 'We gaan streng moeten worden om te voorkomen dat groepen mensen benadeeld worden.'
Het aanleveren van de voedselpakketten zal anders geschieden, dus mensen mogen er nu van verzekerd zijn dat de verdeling van de pakketten daadwerkelijk tussen 13:00 –16:00 uur zal plaatsvinden.
Gesloten banken leiden tot veel irritatie en onbegrip bij burgers
'Valuta pinnen is nergens meer mogelijk'
Vanwege de total lockdown in Suriname zijn de banken sinds vorige week gesloten voor het groter publiek. Naar aanleiding hiervan deden de bankdirecteuren een beroep op de gemeenschap zoveel mogelijk gebruik te maken van digitale betaalmiddelen en indien nodig de geldautomaten bij de verschillende hoofdkantoren te gebruiken.
Maar, deze maatregel die genomen is door het Covid-19 Managementteam, zorgt voor veel irritatie bij burgers. Zij voelen zich gedupeerd, aldus de editie van dinsdagavond 15 juni 2020 van De West. Burgers die hun salaris in vreemde valuta ontvangen, zijn genoodzaakt dat per kas op te nemen.
'De banken kwamen eerder dit jaar met een maatregel, die maakt dat valuta pinnen nergens meer mogelijk is', zegt een burger (naam bekend bij de redactie). Volgens haar worden er overhaaste beslissingen genomen zonder na te denken over de eventuele. 'Als ik geen geld kan opnemen, hoe moet ik dan mijn wekelijkse inkopen doen? Ik verwacht geen steun vanuit de overheid, gezien ik zelfvoorzienend ben. Het moet ook niet de bedoeling zijn dat er maatregelen worden genomen, die jou ondanks het feit dat je nog werkzaam bent, in een situatie stuwen afhankelijk te zijn.'
Ook stoort het haar, dat de gemeenschap niet in de gelegenheid wordt gesteld maatregelen te treffen, nadat er een besluit is genomen. 'Er wordt vandaag een besluit genomen en morgen gaat het al in. Hierdoor krijg je niet de kans voorbereidingen te treffen.'
Vanuit de banken is kenbaar gemaakt, dat er vanaf dinsdag een uitzondering zal worden gemaakt, waardoor de banken een week lang open zullen zijn. Maar, dat geldt alleen voor gepensioneerden uit overheidsdienst, daar deze groep zijn pensioen op de 15e van de maand ontvangt. Deze uitzondering geldt, omdat een groot deel niet over een pinpas beschikt. De banken zullen van 10.00 tot 13.00 uur geopend zijn.
Vanwege de total lockdown in Suriname zijn de banken sinds vorige week gesloten voor het groter publiek. Naar aanleiding hiervan deden de bankdirecteuren een beroep op de gemeenschap zoveel mogelijk gebruik te maken van digitale betaalmiddelen en indien nodig de geldautomaten bij de verschillende hoofdkantoren te gebruiken.
Maar, deze maatregel die genomen is door het Covid-19 Managementteam, zorgt voor veel irritatie bij burgers. Zij voelen zich gedupeerd, aldus de editie van dinsdagavond 15 juni 2020 van De West. Burgers die hun salaris in vreemde valuta ontvangen, zijn genoodzaakt dat per kas op te nemen.
'De banken kwamen eerder dit jaar met een maatregel, die maakt dat valuta pinnen nergens meer mogelijk is', zegt een burger (naam bekend bij de redactie). Volgens haar worden er overhaaste beslissingen genomen zonder na te denken over de eventuele. 'Als ik geen geld kan opnemen, hoe moet ik dan mijn wekelijkse inkopen doen? Ik verwacht geen steun vanuit de overheid, gezien ik zelfvoorzienend ben. Het moet ook niet de bedoeling zijn dat er maatregelen worden genomen, die jou ondanks het feit dat je nog werkzaam bent, in een situatie stuwen afhankelijk te zijn.'
Ook stoort het haar, dat de gemeenschap niet in de gelegenheid wordt gesteld maatregelen te treffen, nadat er een besluit is genomen. 'Er wordt vandaag een besluit genomen en morgen gaat het al in. Hierdoor krijg je niet de kans voorbereidingen te treffen.'
Vanuit de banken is kenbaar gemaakt, dat er vanaf dinsdag een uitzondering zal worden gemaakt, waardoor de banken een week lang open zullen zijn. Maar, dat geldt alleen voor gepensioneerden uit overheidsdienst, daar deze groep zijn pensioen op de 15e van de maand ontvangt. Deze uitzondering geldt, omdat een groot deel niet over een pinpas beschikt. De banken zullen van 10.00 tot 13.00 uur geopend zijn.
Jogi (VHP): 'Ik zeg het zoals het is, de Chinezen hebben in dit land monopoly'
'Een heleboel winkeliers maken misbruik van situatie, elke dag een andere prijs’
'Ik zeg het zoals het is, de Chinezen hebben in dit land monopoly. Zij beheren de supermarkten voor 99,9 procent’, zei VHP-parlementariër Mahinder Jogi maandag in gesprek met Apintie, aldus De West dinsdagavond 16 juni 2020.
'Wanneer het Covid-19 Managementteam zegt dat de winkels van 07.00-14.00 uur open moeten gaan, dan moeten de winkels open gaan. Wanneer iemand dat om dringende reden niet doet, dan moet dat aangegeven worden en er moet controle komen of men zich werkelijk houdt aan de maatregelen die aangekondigd zijn', stelt Jogi.
Volgens hem moeten zaken meer met elkaar in lijn worden gebracht. Slechts een beperkt aantal winkels is open en dat zorgt volgens Jogi voor problemen. 'Zeker als het gaat om de voedselvoorziening, want mensen blijven thuis, de meesten mensen gaan niet naar het werk, maar er is eten nodig. Ik ga op straat, maar wat als ik geen brood heb gevonden. Al begint mijn naam met een J en ik moet pas dinsdag op straat. Als ik geen brood heb gevonden, ga ik woensdag op straat. Dat is dan in strijd met de maatregelen, maar ik zit in een overmachtssituatie, omdat een deel van de mensen geen gehoor heeft gegeven, met name de supermarkten.'
Jogi vindt dat er ook gekeken moet worden naar de prijzen. 'Men kan de zaak niet aan willekeur overlaten. Waar nodig moeten we kijken hoe het volk beschermd kan worden. Een heleboel winkeliers maken misbruik van de situatie. Als het moet, moeten bestuursambtenaren desnoods voor de winkels staan om te controleren, want winkeliers hebben elke dag een andere prijs.’
Jogi zei ook, dat waar nodig het Managementteam uitgebreid moet worden met de districtscommissarissen om in bepaalde districten zaken beter aan te pakken. Hij haalde als voorbeeld boeren in Saramacca aan, die bijvoorbeeld voer moeten kopen. Zij zouden volgens Jogi, een pasje moeten krijgen om op straat te mogen zijn. 'Hiermee wordt niet alleen de producent, maar ook het Covid-19 team en het land geholpen om zich binnen de maatregelen zodanig te bewegen dat er een win-winsituatie wordt gecreëerd voor een ieder.'
In het oosten moet het volgens hem mogelijk zijn, dat mensen naar Moengo en Albina kunnen gaan met voedingsmiddelen. 'Als dit kan gebeuren, kunnen we de zaak redelijk bijhouden', aldus Jogi.
'Ik zeg het zoals het is, de Chinezen hebben in dit land monopoly. Zij beheren de supermarkten voor 99,9 procent’, zei VHP-parlementariër Mahinder Jogi maandag in gesprek met Apintie, aldus De West dinsdagavond 16 juni 2020.
'Wanneer het Covid-19 Managementteam zegt dat de winkels van 07.00-14.00 uur open moeten gaan, dan moeten de winkels open gaan. Wanneer iemand dat om dringende reden niet doet, dan moet dat aangegeven worden en er moet controle komen of men zich werkelijk houdt aan de maatregelen die aangekondigd zijn', stelt Jogi.
Volgens hem moeten zaken meer met elkaar in lijn worden gebracht. Slechts een beperkt aantal winkels is open en dat zorgt volgens Jogi voor problemen. 'Zeker als het gaat om de voedselvoorziening, want mensen blijven thuis, de meesten mensen gaan niet naar het werk, maar er is eten nodig. Ik ga op straat, maar wat als ik geen brood heb gevonden. Al begint mijn naam met een J en ik moet pas dinsdag op straat. Als ik geen brood heb gevonden, ga ik woensdag op straat. Dat is dan in strijd met de maatregelen, maar ik zit in een overmachtssituatie, omdat een deel van de mensen geen gehoor heeft gegeven, met name de supermarkten.'
Jogi vindt dat er ook gekeken moet worden naar de prijzen. 'Men kan de zaak niet aan willekeur overlaten. Waar nodig moeten we kijken hoe het volk beschermd kan worden. Een heleboel winkeliers maken misbruik van de situatie. Als het moet, moeten bestuursambtenaren desnoods voor de winkels staan om te controleren, want winkeliers hebben elke dag een andere prijs.’
Jogi zei ook, dat waar nodig het Managementteam uitgebreid moet worden met de districtscommissarissen om in bepaalde districten zaken beter aan te pakken. Hij haalde als voorbeeld boeren in Saramacca aan, die bijvoorbeeld voer moeten kopen. Zij zouden volgens Jogi, een pasje moeten krijgen om op straat te mogen zijn. 'Hiermee wordt niet alleen de producent, maar ook het Covid-19 team en het land geholpen om zich binnen de maatregelen zodanig te bewegen dat er een win-winsituatie wordt gecreëerd voor een ieder.'
In het oosten moet het volgens hem mogelijk zijn, dat mensen naar Moengo en Albina kunnen gaan met voedingsmiddelen. 'Als dit kan gebeuren, kunnen we de zaak redelijk bijhouden', aldus Jogi.
IAmGold/Rosebel Gold Mines meldt zeven Covid-19 besmette werknemers
'Vanwege de weerstand van de bond tegen de implementatie van Covid-19-controlemaatregelen schorten we de activiteiten op'
IAmGold laat via een dinsdag 16 juni uitgebracht persbericht weten, dat
bij zeven personeelsleden van de Rosebel Gold Mine-operatie in Suriname ('Rosebel') de diagnose Covid-19 is gesteld. De individuen zijn in quarantaine geplaatst en krijgen waar nodig medische zorg.
'Desinfectie van hun woonvertrekken en werkplekken, samen met contacttracering, is aan de gang. Dit is de eerste keer dat Rosebel positieve gevallen heeft ervaren', aldus het bedrijf.
'IAmGold heeft bij Rosebel en in al haar vestigingen en kantoren uitgebreide stappen ondernomen om de gezondheid en veiligheid van werknemers, aannemers en lokale gemeenschappen te beschermen als reactie op de wereldwijde Covid-19-crisis.'
'Bij Rosebel omvatten deze stappen: sociale afstand, implementatie van alle sanitaire maatregelen in nauwe communicatie met gezondheidsautoriteiten, triageproces op de site, reductie van het personeel ter plaatse tot alleen essentiële diensten en extra bussen en medisch personeel.'
IAmGold betreurt het, dat de bond helaas heeft gekozen voor een van deze preventieve maatregelen, die de sociale distantiëring zouden ondersteunen door het aantal mensen dat een accommodatie deelt, te verminderen, als basis voor een werkonderbreking.
'Vanwege de weerstand van de bond tegen de implementatie van Covif-19-controlemaatregelen, schorten we de activiteiten op totdat de juiste controles zijn ingesteld om de veiligheid van alle werknemers te beschermen. Het managementteam van Rosebel heeft regelmatig met de vakbond gecommuniceerd tot het werk werd stilgelegd. Het team heeft voortdurende communicatie met werknemers, gezondheidsautoriteiten en de gemeenschap over preventieve maatregelen van Covid-19 en de werkonderbreking.'
'Het managementteam van Rosebel onderneemt actief stappen om de situatie op te lossen. Rosebel blijft zich inzetten voor de gezondheid en veiligheid van haar werknemers, aannemers en gemeenschappen.'
IAmGold laat via een dinsdag 16 juni uitgebracht persbericht weten, dat
bij zeven personeelsleden van de Rosebel Gold Mine-operatie in Suriname ('Rosebel') de diagnose Covid-19 is gesteld. De individuen zijn in quarantaine geplaatst en krijgen waar nodig medische zorg.
'Desinfectie van hun woonvertrekken en werkplekken, samen met contacttracering, is aan de gang. Dit is de eerste keer dat Rosebel positieve gevallen heeft ervaren', aldus het bedrijf.
'IAmGold heeft bij Rosebel en in al haar vestigingen en kantoren uitgebreide stappen ondernomen om de gezondheid en veiligheid van werknemers, aannemers en lokale gemeenschappen te beschermen als reactie op de wereldwijde Covid-19-crisis.'
'Bij Rosebel omvatten deze stappen: sociale afstand, implementatie van alle sanitaire maatregelen in nauwe communicatie met gezondheidsautoriteiten, triageproces op de site, reductie van het personeel ter plaatse tot alleen essentiële diensten en extra bussen en medisch personeel.'
IAmGold betreurt het, dat de bond helaas heeft gekozen voor een van deze preventieve maatregelen, die de sociale distantiëring zouden ondersteunen door het aantal mensen dat een accommodatie deelt, te verminderen, als basis voor een werkonderbreking.
'Vanwege de weerstand van de bond tegen de implementatie van Covif-19-controlemaatregelen, schorten we de activiteiten op totdat de juiste controles zijn ingesteld om de veiligheid van alle werknemers te beschermen. Het managementteam van Rosebel heeft regelmatig met de vakbond gecommuniceerd tot het werk werd stilgelegd. Het team heeft voortdurende communicatie met werknemers, gezondheidsautoriteiten en de gemeenschap over preventieve maatregelen van Covid-19 en de werkonderbreking.'
'Het managementteam van Rosebel onderneemt actief stappen om de situatie op te lossen. Rosebel blijft zich inzetten voor de gezondheid en veiligheid van haar werknemers, aannemers en gemeenschappen.'
Agent zou vanuit rijdende auto geschoten hebben op woning ex-vriendin te Koewarasan
Agent in het belang van het onderzoek ontwapend
De politie van Santo Boma heeft in de nacht van zaterdag op zondag 14 juni een melding ontvangen over schoten gelost aan de Satijnweg te Koewarasan. Uit het politieonderzoek blijkt, dat een agent heeft geschoten op de woning van zijn ex-vriendin. Dit zou hij hebben gedaan uit stoerdoenerij, aldus het Dagblad Suriname dinsdag 16 juni 2020.
De politie heeft een buurtonderzoek ingesteld en daaruit werd duidelijk, dat er inderdaad was geschoten. Er zijn minstens twee getuigen die de politieman hebben herkend. Hij heeft vanuit een rijdende auto geschoten. De politieman was vergezeld van nog iemand in de wagen.
Ondanks zijn ontkenning is de agent in het belang van het onderzoek ontwapend. Het verdere onderzoek zal worden overgedragen aan Onderzoek Politiezaken, OPZ. De agent is na verhoor heengezonden.
De politie van Santo Boma heeft in de nacht van zaterdag op zondag 14 juni een melding ontvangen over schoten gelost aan de Satijnweg te Koewarasan. Uit het politieonderzoek blijkt, dat een agent heeft geschoten op de woning van zijn ex-vriendin. Dit zou hij hebben gedaan uit stoerdoenerij, aldus het Dagblad Suriname dinsdag 16 juni 2020.
De politie heeft een buurtonderzoek ingesteld en daaruit werd duidelijk, dat er inderdaad was geschoten. Er zijn minstens twee getuigen die de politieman hebben herkend. Hij heeft vanuit een rijdende auto geschoten. De politieman was vergezeld van nog iemand in de wagen.
Ondanks zijn ontkenning is de agent in het belang van het onderzoek ontwapend. Het verdere onderzoek zal worden overgedragen aan Onderzoek Politiezaken, OPZ. De agent is na verhoor heengezonden.
Abonneren op:
Posts (Atom)