zondag 31 juli 2016

Wat zit er achter het scalian-gedoogdbeleid van minister Dodson?

Heeft de bewindsman en/of hebben personen binnen regeringskringen privébelangen in die sector?

De curieuze handel en wandel van Dodson in scalianaffaires Afobaka stuwmeer, Sarakreekgebied en Marowijnerivier

31-07-2016  De Surinaamse Krant


Minister Regilo Dodson van Natuurlijke Hulpbronnen houdt er met betrekking tot de aanwezigheid van goudpontons/scalians in het Sarakreekgebied (die eerst met de nodige poeha en ophef en publicitaire aandacht van het Afobaka stuwmeer werden verwijderd, in beslag genomen zelfs, maar korte tijd daarna gewoon hun werkzaamheden mogen voortzetten in dat Sarakreekgebied, aan de onderzijde van het stuwmeer) en op de Marowijnerivier, een eigenaardig beleid op na. Een beleid dat bij menig Surinamer – begrijpelijk – kan leiden tot de vraag of er wellicht een verband is tussen dat vreemde beleid en enige persoonlijke betrokkenheid van deze bewindsman en/of personen in regeringskringen bij die (scalian)wereld, naast het innen van forse belastinggelden voor de staat Suriname...


Scalianhouders mogen naar hartelust hun werkzaamheden van Dodson verrichten, terwijl het mijnen in open wateren in Suriname bij wet is verboden. Dat de eigenaren van die goudpontons toch wordt toegestaan om te mijnen, moet een reden hebben, daar moet iets achter zitten. Die indruk en die gedachte worden versterkt terugblikkend op de gang van zaken sinds september 2015 rond de scalians die hun voor de biodiversiteit vernietigende activiteiten uitvoerden op het Afobaka stuwmeer en die die maand door Dodson – in aanwezigheid van camera's en microfoons van uitgenodigde media – gemaand werden het stuwmeer te verlaten, maar uiteindelijk werden toegestaan om gedurende twee jaren te werken in het Sarakreekgebied aan de onderzijde van het stuwmeer.

'Fenomeen scaliantes op stuwmeer is definitief ten einde'
'Het is medio september 2015. Ik kan u de verzekering geven dat het fenomeen scaliantes op het stuwmeer definitief ten einde is.' Daadkrachtige woorden van Dodson tijdens een persconferentie op 15 september in het ministerie, woorden die enige tijd later geen enkele betrouwbare waarde bleken te hebben gehad.
De drijvende goudfabrieken werden 15 september in beslag genomen en de eigenaren werden verantwoordelijk gesteld voor de schade aan het milieu. De pontons werden weggesleept naar een centrale plek om ontmanteld te worden. Dodson ontving de nodige lovende woorden voor zijn doortastende optreden tegen de scalians. Zo vond het VHP-Assembleelid Mahinder Jogi, dus uit de oppositie, de minister 'dapper en moedig'.

Dodson liet op 5 oktober 2015 weten, dat de negen scalians die van het stuwmeer waren verwijderd, geen goudactiviteiten meer mochten ontplooien op open water. Tijdens een gesprek met de eigenaren van de goudpontons, kwamen juridische aspecten ter tafel en werd gezocht naar oplossingen. Zij kregen concessies aan land in het vooruitzicht gesteld en de scalians dienden te worden ontmanteld. Het zou uiteindelijk gaan om vier scalianhouders. De goudpontons zouden naar de Marowijnekreek gaan, waar ze ontmanteld zouden gaan worden. 'Alle pontons zullen via een gps-systeem gecontroleerd worden. Niemand zal stiekem meer kunnen dredgen op water', zei Dodson.

Maar, daarmee was de scaliankwestie nog geenszins tot een einde gekomen. Zes scalianhouders vroegen eind oktober de procureur-generaal om hun zaak buiten proces af te handelen en dat verzoek werd gehonoreerd. Elke scalianeigenaar moest een boete gaan betalen wegens overtreding van de Mijnbouwwet. Na betaling van de boete zou het Openbaar Ministerie overgaan tot teruggave van de scalians, die aan de ketting lagen bij het dorp Lebi Doti.

Maar, had minister Regilio Dodson niet gezegd dat de scalians ontmanteld zouden worden? Na betaling van de boete, die totaal in miljoenen Srd's liep, konden de eigenaren weer kunnen beschikken over de goudpontons. En weer was de reactie van de bewindsman, dat de scalianhouders die op het stuwmeer hadden gewerkt, een concessie aan land zouden krijgen.
Hij zei verder, dat het teruggeven van de pontons aan voorwaarden verbonden was en dat afspraken zwart op wit waren vastgelegd. Binnen een jaar moeten de scalians ontmanteld worden. Op weg naar hun nieuwe locatie mogen ze in de kreek dredgen. Bij de locatie aangekomen, moeten de pontons worden ontmanteld.

In de eerste week van november kreeg een en ander een vreemde wending. De eigenaren van de pontons – Peneux van JPP International NV, Soenil Kalloe van Maxi Goldmining en Moreira Santos van Armadillo Mining NV, die samen negen scalians op het stuwmeer hadden - begonnen te dreigen de Staat voor de rechter te dagen. 

'We hebben alle bewijs om aan te tonen dat wij niet illegaal op het stuwmeer bezig waren. Iedereen was op de hoogte, het werd gedoogd', zei Pieter Peneux namens de eigenaren. Uit documenten werd duidelijk, dat de scalians en hun werkzaamheden gedoogd werden door de overheid, de lokale bevolking, de Belastingdienst en de Commissie Ordening Goudsector (COG). Op dat moment, de eerste week van november, lagen de scalians al ruim twee maanden aan de ketting Lebi Doti. De eigenaren waren geenszins van plan om de hen opgelegde boete te betalen. 'Dat vertikken wij, omdat op grond van alle bewijzen die we hebben het moeilijk is aan te nemen, dat wij deze boetes moeten betalen. We hebben altijd geprobeerd zaken legaal te doen', zei Peneux, die verder ook nog eens beweerde, dat de scalians niet vernietigend bezig zijn geweest op het stuwmeer. 'We hebben altijd bij kreken gewerkt en niet hard op het stuwmeer. Ik kan bewijzen, dat waar de scalians gewerkt hebben het gebied na zes weken weer schoon is. Met kwik werken we niet. Wij halen juist met het zuigen van het materiaal het kwik uit de bodem, kwik dat door de goudzoekers op land in het water is terechtgekomen. We maken juist schoon.'

Scalians mogen twee jaren mijnen in Sarakreekgebied...
Na november werd het even stil rond de stuwmeer-scalians. Maar, op 1 januari 2016 werd bekend dat drie eigenaren van scalians toestemming hadden gekregen van Dodson om in het zuidoostelijk deel van de Sarakreek in Brokopondo te mogen dredgen. Het ging om Pieter Peneux van JPP International NV, Soenil Kalloe van Maxi Goldmining en Moreira Santos van Armadillo Mining NV. Vijf scalians mogen in het hun toegewezen gebied opereren. Plotseling bleek er geen sprake meer te zijn van concessies op land. Het zag er dan ook naar uit, dat de regering toch weer goudzoeken in open water ging gedogen, terwijl dat bij wet is verboden.
Dodson bevestigde, dat de drie ondernemers vooruitlopend op een nog te ontvangen landconcessie, toestemming hadden gekregen om te dredgen in de Sarakreek gedurende twee jaren ingaande 31 december 2015. De bewindsman zei verder, dat was afgesproken dat niemand meer in het stuwmeer naar goud mocht zoeken. De plek die was toegewezen, is ongeveer 20 kilometer verwijderd van het stuwmeer.

De beslissing zou destijds zijn genomen nadat alles op een rijtje was gezet. Ook het Openbaar Ministerie had onderzoek verricht en gebleken is, dat door officiële organen van de Staat in de periode 2011-2015 verwachtingen waren gewekt bij de scalianeigenaren. Zij zouden toestemming krijgen van het ministerie om goud te delven in kreken en rivieren in Brokopondo, met name Sarakreek.

Minister Dodson ging dinsdag 9 februari 2016 in De Nationale Assemblee uitgebreid in op de kwestie van de scalians die van het stuwmeer naar de Sarakreek waren verhuisd. Met instemming van de drie omliggende dorpen mogen de ondernemers in de 50 kilometer lange Sarakreek dredgen ofwel naar goud zoeken. De goudpontons waren onder justitieel beslag.

Er waren twee keuzes om de zaak af te handelen, zei de minister. De eerste was om de pontons te ontmantelen en de eigenaren een schadevergoeding te betalen voor hun investeringen. Deze optie zou de Staat enkele miljoenen Amerikaanse dollar kosten. De tweede optie was om een schikking te treffen. 'Ik koos voor een schikking waarbij de scalians voor twee jaren mogen dredgen in de Sarakreek, zoals ze oorspronkelijk beloofd was. Maar, er zijn strenge voorwaarden hieraan verbonden. Er is ook expliciet afgesproken dat ze niet in de buurt van de drie dorpen bij de monding van de Sarakreek en het stuwmeer mogen dredgen.'

Hiermee was een einde gekomen aan het gehaal en getrek van de stuwmeer-scalians, waarvan de eigenaren aan het langste eind hebben getrokken en hebben aangetoond dat de regering nu niet bepaald handig en verstandig heeft gehandeld, waardoor ze nu toch gewoon mogen mijn in open water. Kortom, het gedoogbeleid wordt gewoon gecontinueerd met als enige verschil dat de scalians zijn verplaatst van het stuwmeer naar het Sarakreekgebied.


Dodson gedoogd ook goudpontons op Marowijnerivier
Dus, die kwestie was afgerond en vervolgens doken er in februari van dit jaar meer dan tien scalians op op de Marowijnerivier ter hoogte van het dorp Maripasoula. Het was De Surinaamse Krant die hierover berichtte na te zijn getipt door de Frans-Guyanese non-gouvernementele organisatie Hurleurs de Guyane. Maar, op vragen van de redactie werd door Dodson niet gereageerd. Was hij op de hoogte van de aanwezigheid van scalians op de grensrivier en zo ja, wat zou hij er tegen gaan ondernemen? De bewindsman zweeg echter.
Tot maandag 13 juni (!), toen Dodson via de Ware Tijd reageerde. En dat deed hij op advies van de fractievoorzitter van DOE – zijn partij - in De Nationale Assemblee, Carl Breeveld. Breeveld, die ook door De Surinaamse Krant was benaderd in verband met de aanwezigheid van goudpontons op de Marowijnerivier en het maar niet reageren door zijn minister, en op die dag, 13 juni, de redactie in een e-mail het volgde had bericht: 'De minister moet hierop antwoorden. Ik heb hem gevraagd dat te doen.'
Maar, gedogen en zwijgen gaan kennelijk hand in hand bij de minister van Natuurlijke Hulpbronnen.

Dodson liet via de Ware Tijd weten dat binnenkort, samen met Frans-Guyana, een commissie zou worden ingesteld om de kwestie te bespreken. 'Ook dorpen van Frans-Guyana zetten deze goudmachines in op de Marowijnerivier, en de Fransen juichen de ordening toe', aldus Dodson. Het zou volgens hem nu gaan om twaalf scalians en tien kleine goudpontons. Mogelijk zullen deze goudactiviteiten gedoogd, maar wel aan regels gebonden worden, zoals het niet extreem vervuilen van de rivier. Het wordt waarschijnlijk het oplossingsmodel dat wordt toegepast in Lebi Doti in Brokopondo, waar een deel van de opbrengsten van de scalians in de kas van het dorp vloeit om projecten voor die gemeenschap uit te voeren. 'Dat model werkt daar heel goed en we kunnen dat ook toepassen in bijvoorbeeld het Langatabikigebied', zegt de minister.

Het heeft er dus alle schijn van dat, zoals De Surinaamse Krant eerder al berichtte, de regering weer de biodiversiteit vernietigende scalians gaat gedogen, met alle gevolgen van dien. Dit is een halfslachtig beleid van pappen en nathouden. Overigens is het vanzelfsprekend, dat de Fransen de (vermeende) 'ordening' toejuichen, zoals Dodson stelt. Immers, de Fransen treden al langere tijd wel daadkrachtig tegen scalians op hun wateren op. Zij worden zonder pardon vernietigd. Pontonhouders aan de Franse zijde van de Marowijnerivier die op de hoogte zijn van de komst van gendarmerie en het leger, nemen de benen, en verplaatsen hun scalians naar de Surinaamse zijde van de rivier, omdat zij weten dat Suriname niet optreedt....

Voor regering zijn geld en dus inkomsten Staat belangrijker dan bescherming biodiversiteit
Dat Dodson als een van de regels waaraan scalianhouders stelt, dat de rivier 'niet extreem' vervuild mag worden is natuurlijk absurd. Hij zou juist een beleid moeten voeren waarin helemaal geen sprake is van vervuiling van de Marowijnerivier. Immers, het vervuilen van de grensrivier heeft ook gevolgen van de bewoners van inheemse dorpen die aan de oevers van de rivier zijn gelegen....

Na zijn reactie op 13 juni in de Ware Tijd is het weer stil gebleven. Ondertussen kunnen de scalians op de Marowijnerivier gewoon, gedoogd, hun activiteiten continueren en wordt de vernietiging van de biodiversiteit voortgezet onder toeziend gedoogoog van de Surinaamse regering. Geld en dus inkomsten voor de Staat - en wellicht allerlei persoonlijke belangen - zijn kennelijk voor minister Dodsen en zijn ministerie belangrijker dan het beschermen van de biodiversiteit en de gezondheid van bewoners langs de Marowijnerivier.

(Red. De Surinaamse Krant, 31 juli 2016)

zaterdag 30 juli 2016

COLUMN: Surinaamse 'journalisten' willen van elkaar leren....

Facebookgroep 'Actieve journalisten' neemt plaats in van passieve journalistenvereniging....

....maar, wat kan een Surinaamse 'journalist' nu van een collega leren die het vak zelf niet beheerst?

30-07-2016 Door: Paul Kraaijer


Het behoeft geen betoog, dat het droevig is gesteld met de journalistieke kwaliteiten en capaciteiten van het Surinaamse zogenaamde journaille. De vraag is echter of dat journaille zich daarvan bewust is. Neen dus en dat wordt feitelijk door hun zelf bevestigd. Immers, een aantal van die vermeend journalisten hebben voor zaterdagavond 30 juli een zogenaamde discussieavond georganiseerd met als thema 'Integriteit van journalisten'.....

Luchtigheid....
'Dit onderwerp is gekozen nadat wij via onze 'Facebook-groep Actieve Journalisten', vakgenoten in de gelegenheid hebben gesteld een onderwerp in te sturen. Het onderwerp van Xaviera Arnhem kreeg de meeste 'likes' van de leden en is daarom gekozen', aldus de zogenoemde initiatiefgroep in een persbericht.

Volgens de organisatoren, waaronder Milton Hubard en Naomi Hoever (vandaag de dag journaliste bij de Ware Tijd) wordt het een 'luchtige' avond. Luchtig? Het initiatief voor de avond zou zijn voortgekomen uit het feit dat er weinig activiteiten zijn waar journalisten samen komen om elkaar 'aan te scherpen' in het vakgebied.

De discussieavond wordt ingeleid door Giwani Zeggen die enkele jaren heeft gewerkt op de nieuwsdienst van Radio 10 en ook bij de redactie van de Ware Tijd en de laatste tijd door het leven gaat als columnist. Verder is een panel samengesteld bestaande uit Zeggen en de voorzitter van de Surinaamse Vereniging van Journalisten (SVJ), Wilfred Leeuwin, die overal en nergens heeft gewerkt.

SVJ al twee jaren niet actief
Overigens zou je verwachten, dat een dergelijke discussieavond zou zijn georganiseerd door de SVJ. Maar, de SVJ lijkt een vereniging in ruste. Niets wordt georganiseerd en Leeuwin zwijgt als er reden is voor de SVJ om haar stem te laten horen. Neen, de SVJ en Leeuwin zijn zwijgenden en dat is misschien maar goed ook, gelet op de kwaliteiten van het bestuur ervan.
Overigens heeft Leeuwin 28 juli naar aanleiding van de discussieavond tegenover de Suriname Herald gezegd, dat er de afgelopen twee jaar niets is gedaan vanuit de vereniging. 'Er kan geen bestuursvergadering worden gehouden. Het bestuur is onvolledig. De statutaire hoeveelheid aan bestuursleden ontbreekt en de overige bestuursleden participeren niet. Op dit moment kan je zeggen dat het bestuur alleen uit één persoon bestaat. Misschien twee en dat is niet werkbaar, waardoor er ook geen vergaderingen gehouden kunnen worden.' Leeuwin, maar wat doe je eraan om de situatie te veranderen? Zijn reactie is net zo passief als hijzelf is.

De initiatiefnemers van de avond beweren te hopen, dat deze activiteit de band tussen journalisten versterkt en ervoor zorg draagt dat vakgenoten van elkaar leren. Daarnaast moet de bijeenkomst ook een belangrijk ingrediënt vormen voor een professionele beroepsuitoefening. Pffff, professionele beroepsuitoefening?

Surinaams journaille staat niet open voor deskundigheid van buiten hun eigen clubje
Maar, het zou verstandiger zijn om eens een avond te organiseren over de inhoudelijke kwaliteiten van het journaille en de geproduceerde artikelen. Negen van de tien gepubliceerde artikelen hebben amper iets van doen met journalistiek. Het zijn geen journalistieke producties, maar meer opstellen op lbo-niveau. Een scholiere uit de hoogste klas van het basisonderwijs zou niet onder doen als zij een stukje zou moeten schrijven.
Wanneer gaan het journaille en de SVJ eens serieus aandacht besteden aan hun eigen inhoudelijke kwaliteiten? Nodig eens iemand uit die het journalistieke metier wel in de vingers heeft en organiseer twee, drie of vier informatieve avonden en dan niet alleen voor SVJ-leden of voor leden van de besloten Facebookgroep 'Actieve Journalisten'.....besloten? Wat heeft het Surinaamse journaille te verbergen? Organiseer avonden die voor iedereen toegankelijk zijn, zodat het metier eens breder tegen het licht kan worden gehouden en niet slechts weer beperkt blijft tot dat welhaast incestueuze groepje Surinaams journaille.

In zichzelf gekeerde onnozelen
Overigens spreekt die Hoever zich tegen, zoals blijkt uit deze opmerkingen van haar in de Suriname Herald van 28 juli: 'Daar de SVJ niets doet, hebben wij gezegd dat wij het gaan doen. En het is ook gebleken, dat de SVJ alleen activiteiten organiseert voor leden die aangesloten zijn bij de vereniging. Heel veel andere collega’s en ik hebben geen toegang. Dus daarom hebben wij het initiatief genomen', zegt Hoever.
Maar, de mede door haar georganiseerde discussieavond heeft een besloten karakter en is alleen toegankelijk voor actieve journalisten, die aan een Surinaams medium verbonden zijn..... Tja.... en zo blijf je dat in zichzelf gekeerde onnozelen die niet open lijken te staan voor deskundigheid van buiten het Surinaamse journaille-swampgebied.

UPDATE-I: Dit bericht het Dagblad Suriname 15 augustus over het Surinaams journaille en een bevestiging van hetgeen ik al zo vaak heb geschreven:

'(...) Een levensgroot probleem in Suriname nu is de ongeschoolde bevolking die nauwelijks kan lezen en schrijven. Deze onderontwikkeling is te zien bij de overheid en ook bij de media. De kwaliteit van de mediawerkers in Suriname is heel laag. Men maakt het heel gemakkelijk voor regeringsleden en laat zich allerlei flutpraatjes aanpraten die men ijverig optekent. De media zijn medeplichtig in de handhaving van corruptie. Dat de media zwak zijn, blijkt uit het feit dat de mediawerkersvereniging nooit serieus een punt heeft gemaakt van een Wet op Openbaarheid van Bestuur, waardoor men inzage krijgt in alle overheidsstukken met uitzonderingen van die welke betrekking hebben op de staatsveiligheid, militaire strategieën etc.. Men eist geen WOB, omdat men geen behoefte heeft/aanvoelt om kritische inhoudelijke artikelen te schrijven tegen de regering die ongeacht politieke partij smijt met belastinggelden. Het bestuur van de mediavereniging is zwak en heeft geen gebalanceerde kijk op het vakgebied waaronder valt de journalistiek. Het journalistieke vak kan in Suriname niet vrij worden uitgeoefend, omdat met name deze regering heel fel uithaalt naar de vrije pers die durft kritisch te zijn. Een deel van de media slijmt met regeringen. Deze vereniging en haar bestuur komen niet op voor meer ruimte om onbevreesd het mediawerk te doen.

Men lijkt juist op een verlengstuk van de regering. Er is een aantal mediawerkers dat allang blij is als men een goede band heeft met een minister, de vp of de president. En daarna is men heel mild en gepacificeerd. Zwakke en timide media zijn medeplichtig aan corruptie. Voor een gunst (waartoe ook behoort informatie) is men mild tegenover de regering. Alhoewel de media schuldig en medeplichtig zijn aan wanbestuur en corruptie in Suriname, met ook een voorname rol voor de mediavereniging en haar bestuur, heeft het voor een deel ook te maken met een onvermogen qua scholing en maatschappelijke vorming. Het is algemeen bekend dat de Surinaamse bevolking vanwege gebrekkige scholing niet in staat is enkele basisstukken te lezen en identiteitsgegevens op te schrijven. Dat is ook te merken in de media. Men kan overheidsstukken niet lezen, men kan eenvoudige wetten niet lezen, men kan beschikkingen niet lezen, men heeft vanwege de ongeletterdheid geen aandacht voor officiële overheidsstukken zoals begrotingen, de regeringsverklaring en nu bijvoorbeeld het zogenaamde stabilisatieplan. Men heeft ook geen interesse in deze stukken.(...)'

UPDATE-II: Na de bijeenkomst is daar verder geen ruchtbaarheid aan gegeven. De vraagt rijst dan ook of de bijeenkomst een succes is geweest. Het waarschijnlijke antwoord: neen.

De Ware Tijd bericht dinsdag 16 augustus (zie hieronder) over een tweede bijeenkomst, weer alleen toegankelijk voor journalisten werkzaam voor een mediabedrijf en geluid- en beeldopnames mogen niet worden gemaakt en ook mag geen verslag van de bijeenkomst geschreven worden. Te bizar voor woorden. Waarom wordt de bijeenkomst dan via de Ware Tijd bekend gemaakt?  De bijeenkomst riekt naar de Ware Tijd en haar pennenlikkers en die willen liever niet dat het journalistiek falen in Suriname aan de grote klok wordt gehangen. Het is de bevestiging dat we hier te maken met het incestueuze Surinaams journaille, dat graag interessant wil doen en wil doen laten voorkomen alsof het een of ander select elitair groepje is. Hoe plaats je jezelf als zogenoemde vakgroep buiten de samenleving??



TWEEDE JOURNALISTENBIJEENKOMST IN AANTOCHT

16/08/2016 17:18 - Van onze redactie
Tweede journalistenbijeenkomst in aantocht

PARAMARIBO - De kracht van de journalistieke pen of microfoon wordt vaak genoeg onderschat. Hoe vaker er over een bepaald onderwerp wordt gesproken, hoe meer het beleid hierdoor beïnvloed kan worden. De geschiedenis liegt er niet om, de invloed van de media heeft in sommige gevallen verstrekkende consequenties gehad. De media kunnen grote macht uitoefenen in de politieke besluitvorming en worden volgens politicoloog en gewezen regeringsadviseur Glenn Truideman zelfs de 'Vijfde Macht' genoemd. Wij vragen ons mede gezien in het licht van de rechtsstaat af of onze media voldoende gebruik maken van hun mogelijkheden.

Vandaar dat het onderwerp voor de tweede journalistenbijeenkomst luidt: 'De invloed van de journalistiek op de politiek'. De inleiding zal verzorgd worden door Truideman, terwijl het panel daarnaast zal bestaan uit twee seniorjournalisten, te weten Ivan Cairo met 25 jaar journalistieke ervaring en Bcham Chandralall met iets meer dan vijftien jaar ervaring op media gebied. De discussieleider is de gewezen journalist met ruime media-ervaring, Gregorry Rijssen. 

De bijeenkomst wordt gehouden op zaterdag 20 augustus 2016 in 'Tori Oso' aan de Fred Derby straat van acht tot negen uur 's avonds.

Zowel de initiatiefnemers als de participanten van de eerste bijeenkomst die op 30 juli in 'Ons Huis' gehouden is, hebben onderstreept dat er behoefte is aan meer van dergelijke ontmoetingen. Redenen die ter onderbouwing hiervan aangehaald kunnen worden zijn dat journalisten elkaar door middel van discussie scherp houden, dat vakgenoten op dit forum de knelpunten van het vak met elkaar kunnen bespreken om oplossingen daarvoor te bedenken en daarbovenop kan regelmatige gedachtewisseling onder de groep leiden tot het verhogen van het gevoel voor democratie.

De bijeenkomst heeft een besloten karakter en zal daarom alleen toegankelijk zijn voor journalisten, die aan een medium verbonden zijn. Ook zal het niet toegestaan zijn voor publicatie bestemde video- of geluidsopnames te maken tijdens de bijeenkomst of verslag te doen van de discussie.


Lees meer: Tweede journalistenbijeenkomst in aantocht - DWTonline.com http://www.dwtonline.com/laatste-nieuws/2016/08/16/tweede-journalistenbijeenkomst-in-aantocht/#ixzz4HXA3zL5P

maandag 25 juli 2016

Den Blauwvinger: Het kan dus wel, Hollands polderen in de Surinaamse politiek

COLUMN: Coalitie na overleg en afsnijden scherpe kantjes akkoord met twee moties oppositie

Halsstarrigheid en navelstaren lijken te zijn verbannen door polderen

25-07-2016 Den Blauwvinger/De Surinaamse Krant


Het was even wennen en vooral een gevoel van ongeloof uit het hoofd verbannen. Het is dus werkelijk mogelijk: polderen in de Surinaamse politiek, in het Surinaamse parlement, De Nationale Assemblee. Niemand had dat voor mogelijk gehouden, maar vorige week heeft de coalitie – vooral gevormd door de partij van president Desi Bouterse, de NDP (Nationale Democratische Partij) – ingestemd, na enig geschaaf en overleg, met twee moties van de oppositie. Overleg tussen twee politieke uitersten in Suriname die elkaar eerder met regelmaat in de haren vliegen en over en weer met vuil smijten, dan in netjes polderoverleg naar compromissen zoekend eruit weten te komen. Maar, dat is gebeurd. Een stukje Surinaams politieke historie speelde zich af in het Assembleegebouw aan de oever van de Surinamerivier in Paramaribo. Hollands polderen in het Surinaams politieke strijdtoneel, want dat is het veelal strijd en toneel, veel geschreeuw en elkaar voor van alles en nog wat uitmaken.

De coalitie stemde eerst vrijdag 22 juli gisteren vóór een motie van de oppositie over de gezondheidszorg. Na onderhandelen tijdens een schorsing werden de scherpe kantjes uit de motie van de oppositie verwijderd, waarna die met algemene 44 stemmen werd aangenomen.
NDP-fractieleider André Misiekaba zei na de vergadering, dat ook de coalitie zich zorgen maakt over de gezondheidszorg. Er werd dan ook onderhandeld met de oppositie om enkele aanpassingen aan te brengen in de oorspronkelijke motie. Zo werd in de originele motie gesproken over verval in de gezondheidszorg. Misiekaba stelde echter, dat er problemen zijn in de gezondheidszorg, maar dat er geen sprake is van verval. De NDP'er zei verder blij te zijn, dat de coalitie en oppositie elkaar hadden kunnen vinden. Dat zou met meer moties het geval zijn, als er geen steken onder water opgenomen worden in de overwegingen.

Op dezelfde dag wisten oppositie en coalitie ook elkaar vreedzaam te naderen bij de goedkeuring van een tweede motie van de oppositie. Beide politieke kampen waren het erover eens, dat een deel van de leningen bij nationale en internationale financiële instellingen bestemd moet worden voor de basiszorgverzekering en pensioenuitkeringen, om de sociale zekerheden te garanderen. Een motie van de oppositie daartoe werd vrijdag 22 juli in overleg met de coalitie aangepast waardoor die ook met algemene 44 stemmen kon worden aangenomen in De Nationale Assemblee.

NDP-fractieleider André Misiekaba zei na de vergadering van het parlement, dat de fundamentele bezwaren die de coalitie had, uit de motie waren gehaald. Er waren nog enkele scherpe bewoordingen die de coalitie anders geformuleerd had willen zien, maar omdat het om de essentie ging, aldus Misiekaba, werd ingestemd met de motie.

(Bron foto: YouTube)
Het had dus allemaal veel weg van een staaltje van Nederlands polderen ofwel in goed onderling overleg komen tot compromissen.

Het is te hopen, dat coalitie en oppositie in de toekomst vaker een dergelijk volwassen politiek gedrag kunnen laten zien in plaats van het gebruikelijke haantjes- en asociaal vuilsmijtgedrag. Hollands polderen, Hollands polderoverleg in de Surinaamse politiek, niets mis mee toch....

Hoogachtend,
Den Blauwvinger
25-07-2016
Amsterdam-Paramaribo

woensdag 20 juli 2016

Den Blauwvinger: Een soap - Draaikonterij van een DOE-minister en zijn partijvoorzitter

COLUMN: Draaikont Dodson lijkt langste tijd binnen DOE te hebben gehad

20-07-2016  Den Blauwinger/De Surinaamse Krant


De afgelopen dagen werd het Surinaamse nieuws vooral bepaald door gedoe en draaikonterij binnen DOE. In deze soap zijn de hoofdrollen toebedeeld aan een haperende partijvoorzitter Carl Breeveld en een minister Regilio Dodson die functioneert als misselijk makende draaitol binnen de partij. Er is veel over geschreven en gezegd in de media. Dus, Den Blauwvinger beperkt zich nu slechts even tot een soaperig feitenoverzichtje.

Zaterdag 9 juli – President Desi Bouterse maakt bekend, dat hij de DOE-fractie uit de coalitie heeft gezet.

Zaterdag 9 juli – DOE-voorzitter Carl Breeveld laat in een verklaring weten:

'Tijdens het onderhoud met het staatshoofd op vrijdag 8 juli werd in gemeenschappelijk overleg besloten de samenwerking met de NDP/BEP niet langer voort te zetten. '

Is DOE nu in overleg met Bouterse uit de coalitie gestapt of heeft de president de partij werkelijk eruit gezet? Ze spreken elkaar in ieder geval tegen...

Zondag 10 juli – Minister Regilio Dodson van Natuurlijke Hulpbronnen zegt na een vergadering van DOE zaterdagavond 9 juli, dat hij 'uit egards voor de partij' besloten heeft zijn portefeuille aan te bieden aan president Desi Bouterse. Dodson stelt, dat hij namens DOE minister is geworden en dat het daarom meer dan billijk is dat hij gisteren zijn ontslagbrief heeft geschreven.


Dinsdag 12 juli – President Desi Bouterse zal minister Regilio Dodson van Natuurlijke Hulpbronnen vrijdag 15 juli antwoorden op het ter beschikking stellen van zijn portefeuille.

Vrijdag 15 juli – Regilio Dodson blijft minister van Natuurlijke Hulpbronnen. President Bouterse heeft Dodson gevraagd om aan te blijven als minister. De president heeft vrijdag 15 juli een langdurig onderhoud gehad met Dodson op zijn buitenverblijf te Brokobaka.

Zaterdag 16 juli – Het Kabinet van de President heeft in een verklaring officieel bevestigd, dat minister Regilio Dodson op zijn post blijft. Hij gaat verder met zijn werkzaamheden op het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen.

Woensdag 20 juli – Minister Dodson heeft zich nog steeds niet uitgelaten over zijn politieke toekomst binnen DOE.
Minister Dodson hult zich wijselijk in stilzwijgen.
Minister Dodson heeft voor het ministeriële pluche, aanzien en geld gekozen, luisterend naar zijn baas, de president. Niets van wat voor egards dan ook te ontdekken bij de bewindsman. Partijvoorzitter Breeveld doet er ook het zwijgen toe.

Wat gaat deze grote draaikont doen? Hij zou 'uit egards voor DOE' zijn functie als minister ter beschikking stellen. Nu rijst de vraag echter of hij 'uit egards voor DOE' de partij vaarwel gaat zeggen, nu hij zich nog bevindt in NDP-huize regering Bouterse-II.
En, gaat DOE op een beslissing van Dodson wachten of neemt de partij eindelijk eens het voortouw en gaat zij over tot het royement van de bewindsman als partijlid?
Of sluit de minister zich toch aan – zoals velen verwachten – bij zijn oude jeugdliefde, de NDP?
We wachten af.
De DOE-Dodson-soap lijkt nog even voort te duren.

Hoogachtend,
Den Blauwvinger
20 juli 2016
Amsterdam-Paramaribo

zondag 10 juli 2016

'Nieuwe' vishal Centrale Markt Paramaribo na ruim een jaar nog steeds niet in gebruik

Veel visverkopers verkopen hun vis dagelijks onder onhygiënische omstandigheden

Nieuwe vishal ligt er al ruim een jaar ongebruikt bij...

10-07-2016  De Surinaamse Krant


De nieuwe vishal, met eigen koelruimte, van de Centrale Markt aan de Waterkant in Paramaribo, is nog steeds niet in gebruik en dat, terwijl de hal woensdag 13 mei 2015 al technisch werd opgeleverd. Bij die oplevering zei minister Soeresh Algoe van het Landbouw, Veeteelt en Visserij, dat de manier waarop vis in Suriname over het algemeen wordt verkocht niet aan de standaarden voldoet. Binnen acht weken na de oplevering zouden metalen tafels arriveren en er moest nog een waterinstallatie worden aangelegd. Nu is bekend gemaakt door het districtscommissariaat van Paramaribo Noordoost, dat de hal in de loop van augustus geopend wordt. Het is onduidelijk waarom de dringend noodzakelijke ingebruikname van de hal zo lang op zich moet laten wachten.


Visverkopers van de Centrale Markt willen echter niet verhuizen naar de nieuwe vishal, omdat ze denken dat daar weinig klanten zullen komen. De verkopers vrezen hierdoor inkomstendaling, waardoor ze uiteindelijk verlies zullen draaien. Een van de verkopers zegt zaterdag 9 juli 2016 in de Ware Tijd bereid te zijn zijn huidige verkoopplek op eigen kosten op te knappen om te voldoen aan hygiënische standaarden.

Onfris
Een rondje over de markt toont inderdaad, dat vis nu niet bepaald op de meest hygiënische wijze aan de man en vrouw wordt gebracht. Vissen liggen uitgespreid op betonnen tafels, in de hitte van de dag, nauwelijks gekoeld. De verkopers bewerken de vis met hun blote handen, van handschoentjes is geen sprake. Een en ander straalt simpelweg een zeer onfrisse situatie uit en niet echt aantrekkelijk om daar vis te kopen.

Ricky Stutgard: 'Koop geen vis in de Centrale Markt' 
De bekende levensmiddelentechnoloog Ricky Stutgard waarschuwde op 27 oktober 2014 al via Dagblad Suriname voor de onhygiënische omstandigheden waaronder vis wordt verkocht. 'Vis moet vis volgens internationale normen op ijs bewaard worden, omdat vis ontzettend weinig bindweefsels heeft, waardoor deze snel onderhevig is aan bederf. De visverkopers proberen er echter zo goedkoop mogelijk vanaf te komen, waardoor zij geen koelcel aanschaffen om hun vis en visproducten te koelen’, aldus Stutgard in oktober 2014.

‘Mijn advies aan consumenten is dat zij de producten niet moeten kopen’, zei Stutgard. ‘Er wordt gezegd, dat het in voldoende mate verhitten van producten, de bacteriën doodt. Maar, dat is niet helemaal waar. Het gif dat de bacteriën produceren, is labiel en gaat bij het verhitten wel kapot. Maar, het gif van de micro-organismen die door de bacteriën wordt geproduceerd, gaat zelfs bij honderd graden verhitten niet kapot. Deze bacteriën kunnen tijdens de ongekoelde verkoop groeien en giftige stoffen produceren die niet kapot gaan bij de verhitting. Dit is een groot probleem.'

Minister Algoe zei na een werkbezoek aan de Centrale Markt op 12 juni vorig jaar geschrokken te zijn van de onhygiënische situatie die hij in de markt aantrof. Als het aan hem zou liggen, had de markt meteen gesloten moeten worden.

Naar aanleiding van het feit, dat de nieuwe vishal nog steeds niet in gebruik is genomen en dat de omstandigheden waaronder vis wordt verkocht op z'n zachtst gezegd onhygiënisch te noemen is, trachtte de redactie van De Surinaamse Krant al media maart een reactie te krijgen van het beheer van de Centrale Markt. Het bleek bijzonder lastig, zo niet onmogelijk, om een reactie van een verantwoordelijke te krijgen. Op e-mails werd niet gereageerd en telefoontjes bleven onbeantwoord.

Een persoon, die de Facebookpagina van de Centrale Markt en zijn naam weigerde bekend te maken, reageerde, maar zeer afhoudend en vijandig. Op 19 maart had die persoon onderstaande tekst - met foto's die aan duidelijkheid niets te wensen overlaten - op die pagina geplaatst:


Maar, bij die controle kunnen vraagtekens geplaatst worden, kijkend naar de wijze waarop visverkopers vandaag de dag hun vis hebben uitgestald en bewerken.

Op vragen van de redactie van De Surinaamse Krant, in maart dit jaar, reageerde de beheerder van de Facebookpagina van de Centrale Markt als volgt:

'Deze page behoort niet de overheid of de Centrale Markt toe. Met betrekking tot de ingebruikname van de nieuwe vishal en de stand van zaken daarbij, zou ik u moeten verwijzen naar het Commissariaat Noordoost. En ten aanzien van de hygiëne en de wijze waarop er gecontroleerd wordt of zaken toegestaan wordt door het BOG zou ik u vragen de desbetreffende instantie te willen contacten. Zoals in een eerder artikel van ons aangegeven, is de dienst BOG, die een afdeling aldaar heeft, dagelijks bezig controlewerkzaamheden uit te voeren waaronder letten op de hygiëne en de andere zaken die u eerder aanhaalde die uw indruk zouden moeten bevestigen. De indruk die ik heb en dat vind ik heel jammer, dat als reporters meestal contact maken voor een artikel, meestal alleen de slechte of minder goede nieuws interessanter is om op te nemen in hun artikel.'

Maar, wat is slecht of minder goed nieuws wanneer het gaat om feitelijke informatie over het al of niet in gebruik zijn van de nieuwe vishal? Dat was immers de essentie van de vragen van De Surinaamse Krant, maar de beheerder van de pagina ging in de aanval:

'Reporters hebben een hele zware verantwoordelijkheid , macht en kracht, omdat hun bereik enorm is. U begrijpt dat bijvoorbeeld een negatief artikel over de markt niet de overheid alleen in gebreke stelt, maar de koopkracht van de vissers en ook andere marktventers doet afnemen. En als reporter is men dan soms er niet van bewust dat men eigenlijk met zo een artikel ook bezig is te spelen met het brood van de vissers en marktverkopers. Ik neem aan dat u niet zo een journalist bent en wil u graag wel bijstaan om een positief artikel te willen helpen schrijven.'

Uiteraard is de redactie niet op het 'aanbod' van de onbekende beheerder van de Facebookpagina van de markt ingegaan (hij weigerde zijn naam bekend te maken). Is er iets positiefs te melden, dan wordt daar over bericht, maar als er iets negatiefs te melden is, dan moet dat niet met de mantel der liefde worden bedekt, maar moeten verantwoordelijken in de gelegenheid worden gesteld om tekst en uitleg te geven. Maar, de verantwoordelijken hebben er het zwijgen toe gedaan en ondertussen wordt vis nog steeds onder onhygiënische omstandigheden in en rond de Centrale Markt verkocht.

Tot opening nieuwe hal is het beter een visje bij een erkende vishandelaar te kopen
Het is niet duidelijk wat gaat gebeuren als de visverkopers voet bij stuk houden en weigeren om te verhuizen naar de nieuwe grote hal. Volgens het districtscommissariaat zullen ze dan de markt moeten verlaten. Er ligt dus nu een communicatieve taak voor het commissariaat om de visverkopers de voordelen van verkoop in de nieuwe hal duidelijk te maken en dat de onfrisse wijze waarop de vis nu wordt verkocht niet meer van deze tijd is en de vis de gezondheid van kopers kan schaden.

De nabije toekomst zal uitwijzen of de nieuwe vishal werkelijk medio augustus wordt geopend. Tot die tijd kan men beter een visje kopen bij een erkende vishandelaar elders in Paramaribo, waar de vis constant gekoeld en netjes ligt uitgestald en waar men dus oog voor hygiëne en voor de klant heeft.

(Red. De Surinaamse Krant, zondag 10 juli 2016)

Gaat men zo in Suriname met haar unieke biodiversiteit om.....

Dode rode brulaap gefotografeerd en op Facebook geplaatst...

10-07-2016 De Surinaamse Krant


Het is soms schrijnend om te moeten constateren hoe in Suriname mensen met de unieke biodiversiteit van het land omgaan. Op Facebook verscheen vandaag, zondag 10 juli 2016, deze foto van een dode rode brulaap (Alouatta seniculus, babun), gemaakt ergens in Suriname (locatie wordt niet vermeld) en door een Surinaamse 8 juli op haar Facebookpagina geplaatst. Het beeld doet vermoeden, dat het dier geslacht gaat worden voor het vlees en wellicht de vacht. Ongegeneerd wordt de foto geplaatst, alsof het doden van de in Suriname beschermde rode brulapen de gewoonste zaak van de wereld is.

Maar, het eten van apenvlees kent in Suriname een lange traditie die teruggaat tot vroegste indianenstammen. In het binnenland is het zogenoemde bushmeat vaak de enige bron van dierlijke eiwitten voor de lokale bevolking, zo berichtte Gwen Pol 4 december vorig jaar op de website muchies.vice.com. Je zou het doden van de dieren door, in ieder geval inheemsen, dus niet moeten afkeuren. Maar, zijn er tegenwoordig geen alternatieven voorhanden?

Overigens - zo blijkt uit informatie op het internet -, apenvlees zou verlichting geven bij reumatische pijnen en om de geneeskracht te bewaren zou het vlees gekookt en gebakken moeten worden. Daarenboven zou het strottenhoofd van de brulaap gebruikt worden om stotteren tegen te gaan.

Een van de dieren die nog altijd wordt verkocht is de beschermde rode brulaap, zo schreef ze. Jagen op deze apen gebeurt illegaal en het vlees wordt onder de toonbank op de markt verkocht, ook op de Centrale Markt in Paramaribo.

Gwen stuitte tijdens een bezoek aan deze markt op een verkoopster van illegaal apenvlees. Ze werd in het geboortedorp van de marktvrouw uitgenodigd om te zien hoe een traditioneel apenvleesgerecht bereid wordt en kwam erachter welke rol het in de eetgewoonten van deze mensen speelt (beelden kunnen als schokkend worden ervaren):


Maar, zo hoort en moet het zijn, vrij leven in het wild:


(Red. De Surinaamse Krant/muchies.vice.com)

vrijdag 8 juli 2016

Surinaamse media ongeschikt als stageplaatsen Nederlandse/Belgische studenten journalistiek

Laat Surinaams journaille eens stage lopen bij media in België of Nederland, dat is hard nodig.... 

08-07-2016  Door: Paul Kraaijer


Het is toch zeer curieus, dat nog steeds Nederlandse en Belgische studenten journalistiek stage lopen bij dagbladen/kranten/magazines in Suriname. Immers, wat kunnen ze in vredesnaam hier, in Suriname, op het terrein van journalistiek - dat nauwelijks aanwezig is - leren? Niets dus. Laat vermeende lokale Surinaamse journalisten eens stage gaan lopen bij media in België of Nederland. Dat is hard nodig.... 

Natuurlijk wel leuk en spannend allemaal om drie maanden in Suriname te kunnen wonen, maar het zou voor het vak en voor de financiële aspecten beter zijn dat Nederlandse en Belgische studenten journalistiek in hun eigen land stage zouden lopen, maar ja,
daar heb je geen Amazone regenwoud,
daar heb je geen Brownsberg en Bigi Pan en Berg en Dal,
daar heb je geen echt Surinaams schaafijs,
daar heb je niet die typische Surinaamse discotheken,
daar heb je niet iedere dag tropische temperaturen, et cetera,

maar daar heb je wel journalisten en inhoudelijk kwalitatief goede bladen, kranten en magazines, hetgeen in Suriname ontbreekt...

woensdag 6 juli 2016

Den Blauwvinger: Bom barst binnen DOE - Partijvoorzitter Breeveld en minister Dodson gebrouilleerd

COLUMN: Minister Dodson neemt afstand van afwijzing Breeveld gebruik art. 148 Grondwet door Bouterse om 8 decemberproces stop te zetten

De kansel staat en past Breeveld beter dan het zetelpluche in parlement

06-07-2016  Den Blauwvinger/De Surinaamse Krant


De laatste tijd maakt DOE-voorzitter en -Assembleelid Carl Breeveld zich welhaast onmogelijk binnen de coalitie en zijn eigen partij door zijn eigenzinnig en ogenschijnlijk solistisch optreden. Deze week kwam hij hard in aanvaring met zijn enige bewindsman in de regering, Regilio Dodson, die het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen met horten en stoten tracht te leiden. De recente aanvaring toont een duidelijke en niet te herstellen breuk. Via de media vallen de heren elkaar ongegeneerd aan. Ze gaan rollebollend over straat. Hun beider optreden staat haaks op het nette en fatsoenlijke 'Ja-en-Amen'-knikkende karakter van de partij. Breeveld vervalt zelfs in het oh zo door hem verfoeide vuilsmijten. Gedrag dat niet bij de fatsoensrakker en braafste jongetje van de klas past. Hij lijkt de weg binnen zijn partij en binnen de coalitie volledig kwijt en het laatste incident kan niet zonder gevolgen blijven.

DOE (lees: Dodson) ondertekent resolutie, maar partij wil voortzetting 8 decemberproces
Plotseling was 4 juli het hoge woord eruit. DOE had graag gezien, dat het 8 decemberstrafproces was voortgezet. Breeveld reageerde hiermee aan de late kant op de zogenoemde 'resolutie 568/RP' van 29 juni – op grond van artikel 148 van de Grondwet – waarin president Desi Bouterse opdracht geeft – in het belang van de staatsveiligheid – aan procureur-generaal Roy Baidjnath Panday om per direct het 8 decemberstrafproces stop te zetten. De ministerraad, en dus ook Regilio Dodson, was akkoord gegaan hiermee. Een poging, een laatste strohalm, van de president om het proces tegen hem, als hoofdverdachte, weer te blokkeren.



Breeveld liet via de Ware Tijd weten 'De resolutie gaat uit van het beëindigen van vervolging van verdachten. Wij hadden het proces normaal zien doorgaan en dat gaandeweg, indien de verdediging van de verdachten het niet eens zou zijn, zich zou kunnen beroepen op rechterlijke dwaling of vormfouten of welke andere mogelijkheid om een punt te maken. We blijven erbij dat het recht zijn beloop moet hebben, omdat die weg reeds is ingeslagen. Wij waren in eerste instantie voorstander van het Zuid-Afrikaans model van waarheidsvinding na de apartheidsperiode. Dat heeft goed gewerkt. En als er schuldigen waren, werden zij op basis van hun verhaal en mate van eerlijke weergave van zaken berecht. Anderen gingen vrij uit.'

Op de vraag of partijgenoot minister Dodson had ingestemd met het regeringsbesluit, antwoordde Breeveld politiek correct en ontwijkend: 'Op basis van artikel 148 van de Grondwet is het een regeringsbesluit.' Een reactie waarin toch een duidelijk antwoord zit verscholen: 'Ja'.

'Breeveld verkondigt eigen mening en niet die van de partij'
Maar, Dodson kwam nog dezelfde met een scherpe reactie die er niet om loog en waarmee zijn partijvoorzitter door hem in zijn hemd werd gezet. Hij zei zich te distantiëren van de opmerkingen van Breeveld, die zijn eigen mening volgens de bewindsman heeft geuit en niet die van de partij. Volgens Dodson heeft de partij al bij het tekenen van de regeringsverklaring verklaard, dat amnestie is verleend en dat ze daar niet omheen kan. 'Het standpunt dat we in zouden nemen is waarheidsvinding en vandaar dat ik heb getekend', aldus Dodson. Hij vermoedt dat Breeveld willens en wetens aanstuurt op een mogelijk vertrek uit de coalitie. 'Breeveld verwacht volgens mij dat de president ons eruit zet, maar wat als hij dat niet doet en de brief voor lief neemt? Dan slaat de partij een grotere blunder. Maar, dan is het niet om ideologie, maar gewoon om gerommel in de partij dat wij mogelijk eruit zullen moeten treden.'

Zo langzamerhand wordt het tijd dat Breeveld de koe bij de horens vat en in het parlement de oversteek van een paar meter slechts maakt naar het oppositie-pluche. Daar horen DOE en Breeveld werkelijk thuis en niet in de intimiderende, onrust stokende 'oorlogsmachine' van de coalitie, ofwel de NDP.

Breeveld: 'Dodson is machtsbelust'....
De opmerkingen van Dodson, heel Suriname kon er uiteraard op wachten, immers vuilsmijten is verworden tot onderdeel van de Surinaamse (politieke) cultuur – elkaar via de media voor rotte vis uitmaken –, werden een dag later gevolgd door een stevige reactie van Breeveld. 'Ik doe niet mee aan een mediaspektakel Wij houden het op de brief die aan de president is gestuurd', zei Breeveld (zie hieronder).




Hij beweert, dat zijn bewindsman een eigen richting is ingeslagen en dat hij, gelet op 'zijn verdedigende houding' 'machtsbelust' is. Het zijn woorden die men niet zo snel hoort van Breeveld, die in De Nationale Assemblee altijd keurig spreekt alsof hij predikt en er nooit op uit is om vijanden te maken. Maar, die vijanden zijn er, en vooral binnen de eigen partijgeledingen.
Een andere opponent binnen DOE van de partijvoorzitter, hoofdbestuurslid en voedseltechnoloog Ricky Stutgard, vindt al langere tijd dat de partij de coalitie de rug moet toekeren. Overigens wijst hij er nu wel fijntjes en suggestief op, dat Dodson van oorsprong een NDP'er is. 'Ik betwijfel, dat hij bedankt als minister als DOE uit de regering stapt.'

Breeveld doet er, na de laatste publieke en vooral politieke blamage, verstandig aan om vaarwel te zeggen tegen de coalitie, die er alles aan doet om de hoofdverdachte in het 8 decemberstrafproces Bouterse te beschermen en daartoe er niet voor terugdeinst bewust om wetten verkeerd uit te leggen, naar de eigen mond – met bewindsvrouwe Jennifer van Dijk-Silos van Justitie en Politie als de grootste gefrustreerde verdraaister van wetteksten en feiten en daarmee verworden tot een soort beschermvrouwe van de verdachte Bouterse en president Bouterse.

De kansel staat en past Breeveld beter dan zetelpluche in parlement
Laat Breeveld terugkeren naar zijn eigen realiteit, naar datgene waar hij als mens voor staat. Dat kan nimmer zijn het steunen van de hoofdverdachte in het 8 decemberproces, Desi Bouterse en door het steunen van de president van Suriname, Desi Bouterse. Door zitting te blijven nemen in de coalitie, verliest hij iedere dag weer een beetje aan geloofwaardigheid en vertrouwen. Misschien nog beter, laat Breeveld de Assemblee en de actieve politiek verlaten en terugkeren naar waar hij wel goed in is, prediken. De kansel staat en past hem beter dan het oude, stoffige pluche van zijn zetel in het parlement.

Hoogachtend,
Den Blauwvinger
6 juli 2016
Amsterdam-Paramaribo

dinsdag 5 juli 2016

Regering Suriname laat uit 2002 daterend 'master' ontwateringsplan Groot Paramaribo in la liggen

Sinds 2001 duikt ontwateringsplan nu en dan op, maar uitvoering blijft achterwege

Betrokken Nederlandse bedrijven en een Surinaams bureau bevestigen bestaan 'Masterplan Ontwatering Groot Paramaribo' – Ministerie van OW doet er echter het zwijgen toe.....

05-07-2016  De Surinaamse Krant


De afgelopen weken hebben delen van de kuststrook en van Paramaribo weer te kampen gehad met wateroverlast veroorzaakt door stevige regen- en onweersbuien en het ongebreidelde dumpgedrag van bewoners die hun afval in trenzen menen te moeten gooien waardoor die – en de aanwezige duikers – verstopt raken met alle gevolgen van dien. Wegen worden kolkende rivieren en ondergelopen percelen leken kleine rampgebieden. Wateroverlast is echter niet iets van vandaag, het is een probleem dat al jaren speelt. Het is een probleem waarvoor achtereenvolgende regeringen geen structurele oplossingen leken te hebben. Met een ad hoc pappen- en nathouden-beleid werden en worden trenzen opgeschoond en hier en daar werden en worden te kleine duikers vervangen door grotere. Maar, Suriname is hiermee niet geholpen.

Waarom zorgt de overheid niet voor een structurele oplossing en waarom doet de overheid bijvoorbeeld niets met een uit 2002 daterend compleet ontwateringsplan voor Groot Paramaribo? Het verantwoordelijk ministerie van Openbare Werken wil er niets over kwijt tegenover de redactie van De Surinaamse Krant. Gevraagd naar de status van dat ontwateringsplan en wat er al dan niet is gerealiseerd komt geen reactie. Ook niet na herhaald verzoek. Het plan ligt waarschijnlijk ergens in een la op het ministerie, weg te kwijnen onder een dikke laag stof.

Bij masterplan betrokken bedrijven bevestigen bestaan ervan
Maar, dat 'Beheer- en Monitoringplan', gevolgd door het 'Masterplan Ontwatering Groot Paramaribo', bestaat en omvat alle beheersactiviteiten zoals inspecties, gegevensverwerking, onderhoud en management. Het bestaan ervan is door de drie betrokken Nederlandse bedrijven en een bureau in Paramaribo tegenover De Surinaamse Krant bevestigd, maar niemand wil inhoudelijk reageren, omdat dat niet correct zou vanwege de relatie met de opdrachtgever uit 2001, het ministerie van Openbare Werken.

In opdracht van dat ministerie van Openbare Werken hadden Broks-Messelaar Consultancy (Amersfoort), Sunecon (Paramaribo), Delft Hydraulics in Rotterdam en DHV Water (Amersfoort) in het voorjaar van 2001 het Beheersplan opgesteld als onderdeel van het Masterplan Ontwatering Groot Paramaribo. Het gehele Masterplan werd in 2002 voltooid.

Jaap Kwadijk van het instituut Deltares, voorloper van Delft Hydraulics, laat 21 juni in een reactie weten, dat het bedrijf 'inderdaad met onder meer DHV (tegenwoordig Royal Haskoning/DHV) een masterplanstudie heeft uitgevoerd in Paramaribo. DHV was hoofdaannemer en heeft vermoedelijk de meest uitgebreide documentatie. Wij hebben geen pdf van de rapporten. We hadden echter ook een Surinaamse partner: Sunecon. Het projectteam verbleef toen op hun kantoor. De door u gevraagde informatie is, denk ik, het best te verkrijgen bij hen. Zij weten beslist veel meer van de lokale situatie en wat er van het plan is uitgevoerd, dan wij.'

Sunecon laat de redactie van De Surinaamse Krant vervolgens bij monde van Jerry Koornaar, project manager, weten: 'Gegeven onder andere de auteursrechtelijke positie van projectbescheiden is het niet aan ons gelegen om stukken over te dragen aan derden. Wel kan ik aangeven, dat het ministerie van Openbare Werken destijds het Masterplan te koop had aangeboden aan de sector. (…) Bij mijn weten is een aantal zaken wel uitgevoerd door het ministerie.'

Het bedrijf DHV in Amersfoort reageert 28 juni met de volgende korte reactie: 'Helaas kunnen we jullie niet verder helpen. Wij kunnen geen informatie of rapporten vrijgeven zonder toestemming van de opdrachtgever.'

In mei 2006 had Broks-Messelaar Consultancy in Amersfoort al gereageerd op het bestaan van het ontwateringsplan voor Groot Paramaribo. ‘Behalve een structureler beheer en onderhoud, omvat het Masterplan ook verbeteringsmaatregelen (oplossen hydraulische knelpunten) en adviezen over de organisatie van alles’, aldus Arjan Messelaar van het Nederlandse Broks-Messelaar Consultancy begin mei 2006. Na voltooiing van het Masterplan moest de uitvoering volgen. Volgens Messelaar, in mei 2006, was de uitvoering de eerste jaren niet gelukt, omdat er onvoldoende financiering voor werd gevonden. ‘En, omdat ik nog steeds niets heb gehoord over de uitvoering, neem ik aan dat de uitvoering van het plan nog steeds op zich laat wachten.’

Tot zover de voorzichtig, terughoudende, reacties van de bedrijven die verantwoordelijk zijn voor de inhoud van het in 2002 voltooide Masterplan Ontwatering Groot Paramaribo.

Overheid draalt met uitvoering plan
Na 2002 duiken nu en dan berichten op over ontwateringsplannen van de regering voor Paramaribo. Een overzicht:

De Ware Tijd bericht op 5 juni 2007 dat er een serie infrastructurele projecten op komst zou zijn die vooral de wateroverlast drastisch zou moeten verminderen. 'Op het verlanglijstje van de regering staat onder meer het Master Ontwateringsplan Paramaribo en een ringdijk en ringkanaal rond de hoofdstad. Groot knelpunt is de financiering', zo schreef de Ware Tijd.

Starnieuws meldt 17 oktober 2013, dat het ministerie van Openbare Werken een nieuw masterplan in voorbereiding zou hebben om de ontwatering van Paramaribo Noord te verbeteren. Op een op 16 oktober gehouden seminar van het ministerie over waterbeheersing zei minister Rabin Parmessar van Openbare Werken, dat voor wat betreft Groot Paramaribo het afwateringssysteem in de afgelopen decennia is aangepast aan de feitelijke omstandigheden. Vele open rioleringsstelsels zijn omgezet in gesloten systemen, waardoor zij zijn gaan inboeten aan afvoer- en bergingscapaciteit. Volgens Parmessar voert dit terug naar de 19e eeuw met het dempen van de Steenbakkersgracht – daar waar nu de dokter Sophie Redmondstraat is – en het afvoerkanaal aan de Heiligenweg. Verder is door de bebouwing de water absorptiecapaciteit sterk afgenomen. Dit betekent dat er meer tijd nodig is voor het afvoeren van het regenwater, waardoor gebieden langer onder water blijven staan, aldus de toenmalig bewindsman Parmessar.

OW-minister Wolff bevestigt begin oktober 2015 bestaan masterplan
Radio 10 laat in een uitzending op 6 oktober 2015 weten, dat bij het ministerie van Openbare Werken al ruim tien j aar een gedegen masterplan met betrekking tot de ontwatering van Groot- Paramaribo ligt. Radio 10 op haar website: 'Het plan is echter nooit goed tot uitvoering gebracht om diverse redenen. Het ligt ook niet in de lijn der verwachtingen dat het kabinet Bouterse-II het ontwateringsplan integraal zal kunnen uitvoeren. Deze keer vanwege gebrek aan financiële middelen. Minister Siegfried Wolff van Openbare Werken zei, dat wel getracht zal worden delen van het plan voor Groot-Paramaribo uit te voeren maar in hoeverre dat zal lukken, hangt af van de beschikbare financiële armslag.'

Huidig minister van Openbare Werken Wolff bevestigde dus begin oktober vorig jaar tegenover Radio 10 het bestaan van het ontwateringsplan en dat getracht zou gaan worden om delen ervan uit te voeren, mits er voldoende financiële zouden zijn.

Overigens, het zogenoemde 'Meerjaren Ontwikkelings Programma 2001-2005 Groot Paramaribo' maakte al gewag van het masterplan, dat begroot zou zijn geweest op 50 miljoen Surinaamse dollar:

'(…) In het kader van de ontwatering van Paramaribo wordt thans een studie verricht voor het opstellen van een masterplan; middels satellietcontrole is een paspuntennet over de stad gelegd, waardoor de basis kan worden gelegd voor onder andere een verkort kadaster. De opgelopen achterstand in beheer en onderhoud zal gefaseerd worden ingelopen, naast het implementeren van ingrijpende vernieuwingen aan de bestaande ontwateringsinfrastructuur, dan wel uitbreiding daarvan. Uitgaande van het principe 'de gebruiker betaalt', zal op de middellange termijn de ontwateringsfunctie bij een beheersorganisatie worden ondergebracht, die via heffingen middelen zal genereren voor het beheer. (...) '



Masterplan lijkt alleen voor het papier te zijn geschreven
Bij iedere zware regenbui zal de Surinamer moeten blijven vrezen voor wateroverlast. Het al in 2002 afgerond compleet ontwateringsplan zal waarschijnlijk nog wel enige tijd een plan blijven en ergens bij het ministerie van Openbare Werken in een la blijven liggen en veel burgers zullen geconfronteerd blijven worden met nauwelijks begaanbare ondergelopen wegen en straten en niet met droge voeten hun perceel kunnen verlaten.

De overheid lijkt het wateroverlastprobleem te onderschatten. Het heeft in ieder geval geen prioriteit, terwijl de problemen veroorzaakt door wateroverlast groot zijn en de wateroverlast veel schade veroorzaakt. Met dank aan een laks en pappen-en-nathouden-beleid van de regering.

(Red. De Surinaamse Krant, dinsdag 5 juli 2016)

vrijdag 1 juli 2016

Den Blauwvinger: De schuldbekentenis van Bouterse

COLUMN: Persoon Bouterse ontloopt - vooralsnog - als hoofdverdachte strafeis in 8 decemberproces door ingrijpen president Bouterse

Proces geblokkeerd door inzet artikeltje 148 van de Grondwet

01-07-2016  Den Blauwvinger/De Surinaamse Krant


Het waren gisteren en vandaag vooral matte reacties na het konijn uit de hoge hoed van president Desi Bouterse.... Dat konijn was artikel 148 van de Grondwet. Op basis van dat artikeltje kwam de regering met onderstaande resolutie op de proppen, waarmee een bevel wordt gegeven aan de procureur-generaal om het 8 decemberproces stop te zetten vanwege met name een vermeend staatsveiligheid issue. Het lijkt welhaast op weer een coup van Bouterse, een vos verliest dus nooit zijn streken.


Maar, wanneer komt de hoofdverdachte in het 8 decemberproces eens met een gefundeerde, onderbouwde, beargumenteerde uitleg waarom er sprake zou zijn van een bedreiging van de staatsveiligheid? Die uitleg kan hij niet geven, simpelweg omdat er geen sprake is van een bedreiging van de staatsveiligheid, laat staan van een door hem geopperde constitutionele crisis. Het zijn slechts verzonnen issues om te kunnen grijpen naar het Grondwetsartikel 148, de laatste strohalm van president Bouterse om weer een stok in het wiel van het 8 decemberproces te steken zodat de Krijgsraad donderdag 30 juni niet met een strafeis kon komen tegen de persoon Bouterse.

Het is weer een heus staaltje van Bouterse-gedrag, van alles beweren en Jan en Alleman beschuldigen van het creëren van chaos, zonder namen te noemen, zonder zijn opmerkingen met feiten te onderbouwen. Een president onwaardig gedrag. Deze man maakt zich schuldig aan stemmingmakerij, intimidatie en het ingrijpen in een al jaren lopende strafzaak, daarmee de rechtsstaat geweld aan doend en de onafhankelijke rechterlijke macht desavouerend (loochenen, laten vallen).

Het is ongelooflijk dat hij dit kan doen, maar ja, de Grondwet staat het nu eenmaal toe, Maar, de drogredenen van Bouterse, als een heuse kat in het nauw, een angsthaas, om met artikel 148 op de proppen te komen, staan het niet toe. Het zijn verzonnen redenen en iedereen lijkt dat zonder enig verzet te accepteren. Het is een schande en dit kan (internationaal) niet zonder gevolgen blijven. Bouterse heeft niet alleen zichzelf wereldwijd belachelijk gemaakt als koe van zondag, maar vooral schaadt hij het land Suriname en haar geloofwaardigheid. Immers, in welk land staat wetgeving het toe, dat een staatshoofd ingrijpt in een strafproces om als persoon onder een waarschijnlijke veroordeling uit te kunnen komen?

Maar, het is slechts uitstel van executie. Uiteindelijk zal op een moment, op een dag, vonnis gewezen worden. Mensen als Bouterse ontlopen nooit hun straf.

Overigens, het ingrijpen in het 8 decemberstrafproces door Bouterse met de hulp van een Grondwetsartikeltje, heeft toch veel weg van een schuldbekentenis van hoofdverdachte Bouterse. Immers, zou hij onschuldig zijn dan zou hij geen enkele moeite moeten hebben met de voortgang van het proces. Maar, zo onschuldig als de hoofdverdachte zichzelf wil doen laten voorkomen is hij dus niet, iets om over na te denken.

Hoogachtend,
Den Blauwvinger
1 juli 2016
Amsterdam-Paramaribo