woensdag 1 december 2010

Op Oudejaarsdag is centrum Paramaribo weer rood en mistig door pagara-estafette

Winkelcentrum opnieuw in rode mist gehuld

Pagara-estafette toch weer


in centrum

01-12-2010 Written by Paul Kraaijer, De Parbode, December 2010, Jaargang 5, Nummer 56


Het centrum van Paramaribo kan zich ook dit jaar opmaken voor de wereldberoemde pagara-estafette op oudejaarsdag. Het zag er even naar uit dat het vuurwerkspektakel verbannen zou worden naar de Waterkant. Maar de lange ‘matten’ en ‘tapijten’ van knalvuurwerk kunnen gewoon weer in de winkelstraten van het centrum gelegd worden.


Verplaatsen
Vorig jaar juni verschenen plotseling in de media berichten dat de Vuurwerk Commissie het traditionele oudejaarsvuurwerk uit veiligheidsoverwegingen wilde verplaatsen naar de Waterkant. Vanuit ondernemingen zoals Blokker en Krasnapolsky, die middenin het vuurwerkgeweld gevestigd zijn, kwam meteen kritiek op dat voornemen. Volgens de ondernemers zouden er voldoende veiligheidsmaatregelen getroffen worden. En zij hebben een punt. Want zelden zijn tijdens de pagara-estafettes slachtoffers gevallen door het vuurwerk. Maar het in brand vliegen van een reclamedoek aan een pand naast Blokker leidde wel tot de nodige discussies. Het doek werd geraakt door een stuk vuurwerk. Gelukkig kon dat brandje snel worden geblust. Toch stond het gebeurde aan de basis voor de plannen om de estafette naar de Waterkant te verplaatsen.

Santokhi (toenmalig minister van Justitie en Politie) maakte zich vooral zorgen over de vele monumentale gebouwen in het centrum en het beschikbare bluswater aan de Waterkant zou volgens hem een verhoogde veiligheid bieden. Naar aanleiding hiervan volgde een onderzoek door de Vuurwerk Commissie naar de veiligheidsaspecten in de binnenstad. Santokhi: “Het advies van de Vuurwerk Commissie om de pagara-estafette desondanks in het centrum te laten, werd overgenomen door de vorige regering.”

Maar gaat dat advies ook worden opgevolgd door de nieuwe regering? Namens Krasnapolsky laat Chief Operations Officer Rick Tjon A Joe, weten dat hij nog geen schrijven heeft ontvangen van het ministerie van Justitie en Politie over de pagara-estafette van dit jaar. Een woordvoerder van Blokker wil niet reageren en verwijst naar de Vuurwerk Commissie. Ook de woordvoerder van het Korps Brandweer Suriname, Glenn Cooman, wil niet reageren en verwijst op verzoek van korpschef Cecil Waal naar dezelfde Commissie. Kennelijk ligt de regie van de pagara-estafette stevig in handen van dit comité en voelen anderen zich niet vrij om inhoudelijk te reageren. Ook vragen over eventuele calamiteiten in de afgelopen jaren worden niet door de brandweer beantwoord.
Marijke Romey van de Vuurwerk Commissie kan enige duidelijkheid verschaffen: “De veiligheidsmaatregelen zullen niet veel verschillen met voorgaande jaren. Wij hebben het evenement geëvalueerd met vele betrokkenen, zoals de politie, brandweer, winkeliers en het publiek. Dit jaar zal de brandweer al aanwezig zijn vóórdat het vuurwerk wordt afgestoken. Ook zal er een EHBO-post komen en moeten winkeliers blusmateriaal hebben.”


Milieuaspecten
Niet alleen de veiligheid kwam aan de orde tijdens de evaluatie, ook milieuaspecten werden in overweging genomen. In ieder geval is, aldus Romey, gesproken over de rookontwikkeling na het afsteken van knalvuurwerk. “Er worden voortaan rustmomenten ingebouwd. Wanneer een hoeveelheid vuurwerk heeft geknald zal een pauze worden ingelast waarin de kruitdampen kunnen optrekken en verwaaien. Vervolgens kan een volgende serie vuurwerk tot ontploffing worden gebracht.”

Of deze maatregel afdoende is zou het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname, NIMOS, kunnen bepalen. Maar die zijn niet benaderd meent Radjni Ramsukul van het Surinaamse milieu-instituut. “Wij zijn niet betrokken geweest bij het onderzoek van de Vuurwerk Commissie en weten dan ook niet welke aspecten er in zijn meegenomen.”

Maar in hoeverre zijn kruitdampen schadelijk voor het milieu? Ramsukul: “Bij het afsteken van vuurwerk komen broeikasgassen vrij, waaronder methaan en stikstofdioxide, CO2. En na het afsteken houdt men afval over. Het gaat voornamelijk om papier en karton, maar ook onverbrande resten van metaalverbindingen. Deze kunnen uitspoelen naar de bodem en in het water terechtkomen, als het afval niet op tijd wordt opgeruimd.” En vindt het Nimos dat de estafette verplaatst of aangepast moet worden? “Wij kunnen niet aangeven voor- of tegenstander te zijn van het verplaatsen van de pagara-estafette. Er moet eerst een grondige evaluatie of locatieanalyse uitgevoerd worden en ook de milieuaspecten moeten in acht genomen worden. Ook de brandveiligheid en gezondheidsaspecten moeten geëvalueerd worden.”, aldus het NIMOS.

Gezondheidsrisico’s
De pagara-estafette, die zijn oorsprong vindt in een Chinese traditie, is inmiddels uitgegroeid tot een wereldwijd bekende toeristische attractie. Zelfs televisiezender CNN besteedde op 29 december 2009 aandacht aan het vuurwerk in Paramaribo. Het festijn werd geplaatst in het rijtje ‘fantastische jaarwisseling bestemmingen’ met Rio de Janeiro, Caye Caulker in Belize, Barcelona (Spanje), Hanoi (Vietnam) en het Schotse Edinburgh. Suriname mag daar best beretrots op zijn. Duizenden mensen gaan op in het feestgedruis in straten als de Domineestraat en de Jodenbreestraat. Wie kent niet de beelden van bezoekers van het spektakel met handen voor de mond en voor de oren? Toch genieten ze kennelijk van de luide knallen en de daarna verstikkende rode mist. De stinkende kruitdampen kunnen niet bevorderlijk zijn voor de gezondheid, maar rond de veiligheid van de pagara-estafette wordt opmerkelijk genoeg nooit gesproken over risico’s voor de omstanders.
Het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg (BOG) van het ministerie van Volksgezondheid laat weten nooit enige vorm van onderzoek verricht te hebben. Edwin Olijfveld, coördinator van de afdeling Milieu-inspectie: "We denken op oudejaarsdag niet aan die schadelijke effecten, maar zij zullen zeker van invloed zijn op het gehoor en de gezondheid van de omstanders. Het is een prima idee om hier eens aandacht aan te besteden. Wellicht is het goed om het één en ander eens in de nabije toekomst in clusterverband, met alle betrokkenen, te gaan bespreken." Ramsukul weet wel iets meer over de gezondheidsrisico’s: “Vuurwerk veroorzaakt fijn stof in de lucht dat vaak zware metalen bevat en diep de longen kan indringen. De gezondheidseffecten zijn afhankelijk van de concentraties en de blootstellingduur.” Natuurlijk veroorzaakt het knalvuurwerk ook geluidsoverlast.

Sonja Carilho van het Environmental Sciences Department van de Anton de Kom Universiteit weet na de komende jaarwisseling meer over de geluidsoverlast. Ze gaat dit jaar metingen verrichten om te kijken hoeveel overlast er is. Carilho: “Ik heb helaas geen apparatuur om kruitdampen te meten, maar misschien dat we iets bedenken.” Ze vindt het vuurwerk wel spectaculair, “maar ik heb het gevoel dat het ongezond is”.

In ieder geval kunnen liefhebbers van extreem luid knalvuurwerk rond de jaarwisseling weer terecht in het centrum. De pagara traditie wordt voortgezet en Paramaribo zal zich weer even wanen in een dikke, ongezonde mist van optrekkende kruitdampen boven de rood gekleurde straten.

(Bron foto's: archief Kraaijer)


Noot Kraaijer: De Ware Tijd berichtte pas op 24 december 2010 dat de pagara estafette ook dit jaar gewoon weer in het centrum van Paramaribo wordt gehouden: http://www.dwtonline.com/website/nieuws.asp?menuid=37&id=85015.

Suriname mist weer een kans - Nauwelijks aandacht voor VN Jaar van de Biodiversiteit 2010

VN Jaar van de Biodiversiteit 2010

aan Suriname voorbij gegaan 

Gemiste kans

01-12-2010 Door: Paul Kraaijer,  De Parbode, December 2010, Jaargang 5, Nummer 56


Het jaar 2010 nadert zijn einde. Ook eindigt eind december het internationale VN Jaar van de Biodiversiteit. Maar waren vele Surinamers wel op de hoogte van dit speciale jaar en in hoeverre hebben Surinaamse natuurbeschermingsorganisaties hieraan bekendheid gegeven? De respectievelijke antwoorden zijn niet bemoedigend voor een land waar de natuur in al zijn grillige en kleurrijke vormen zo nadrukkelijk en overweldigend aanwezig is en beschermd dient te worden: neen en nauwelijks. Voor Suriname lijkt dit VN jaar meer symbolisch en ver weg te zijn dan dat het werkelijk enige relevante waarde heeft (gehad) om in 2010 extra aandacht te vragen en te krijgen voor de unieke Surinaamse biodiversiteit.


Suriname ondertekende al begin juni 1992 de VN Biodiversiteits Conventie (Convention on Biological Diversity) en werd in december 1996 formeel een van de 193 deelnemende ‘partijen’. Het is het Ministerie van Arbeid, Technologie en Milieu dat Suriname officieel in de conventie vertegenwoordigd. De vertegenwoordiging bestaat uit maar liefst vier vrouwelijke ambtenaren milieubeleid, meldt de intenetsite van de Conventie. Met enthousiasme werd het speciale VN jaar pas op 26 april met een boodschap op de tv geopend door toenmalig ATM-minister Joyce Amarello-Williams.

Biodiversiteit is een zeer breed begrip. Feitelijk valt alles wat zich in de natuur afspeelt onder biodiversiteit. De VN omschrijft het dan ook alsvolgt: ‘Biodiversiteit is de term gegeven aan een diversiteit van leven op aarde en aan de natuurlijke patronen die gevormd worden. De biodiversiteit die wij vandaag de dag zien is de vrucht van miljoenen jaren van evolutie, gevormd door natuurlijke processen en meer en meer door menselijke invloeden. Het vormt het web van leven waar wij integraal deel van uitmaken en waar we zo afhankelijk van zijn.’

De diversiteit wordt gevormd door een grote variëteit aan planten, dieren en micro-organismen. In Suriname zijn ruim 700 vogelsoorten, 192 zoogdieren, 175 verschillende reptielen en 318 soorten vis en ongeveer 5100 diverse plantensoorten.

Flora en fauna bedreigd
Menselijke activiteiten bedreigen de biodiversiteit. Vele diersoorten sterven uit of zijn al uitgestorven. De zucht naar geld, verkregen uit de opbrengsten van goud- en bauxietwinning, bedreigt de flora en fauna van Suriname. In oktober van dit jaar presenteerde het Wereld Natuurfonds Guianas cijfers over houtkap ten gunste van goudmijnen. Binnen de Guianas is Suriname een triest dieptepunt. In 2008 blijkt maar liefst 27 258.8 hectare regenwoud opgeofferd te zijn voor klompjes goud, terwijl in 2000 ‘slechts’ 8295.9 hectare bos werd neergehaald.
Daarnaast wordt de Atlantische kust van Suriname bedreigd door een langzame, lichte stijging van de zeespiegel en door erosie: een levensbedreigende situatie. De biodiversiteit is in gevaar in de kuststrook en vereist menselijk ingrijpen om toekomstige natuurrampen te voorkomen.

VN Jaar van de Biodiversiteit verdiende meer aandacht
Kortom, het VN Jaar van de Biodiversiteit had zeker dit jaar veel aandacht verdiend. Toch lijkt dit speciale jaar grotendeels langs Suriname te zijn gewaaid en dat staat haaks op de vele natuurlijke problemen waar het land mee kampt.

Diverse natuurbeschermingsorganisaties reageren niet op vragen over wat zij zoal in 2010 hebben gedaan om specifiek aandacht te vragen voor het VN Jaar van de Biodiversiteit. Mogelijk valt er ook niets te reageren, omdat er wellicht weinig tot niets is gedaan om het VN jaar en dus biodiversiteit onder de aandacht te brengen.

Rudi van Kanten, Programme Director van Tropenbos International Suriname, is een van de weinigen die reageert. “Tropenbos International Suriname participeert in de Biodiversiteitsworkshops van het ministerie van ATM en biodiversiteitspresentaties van andere organisaties.” Het is een korte reactie, maar een reactie. Onduidelijk is of de genoemde presentaties van niet nader genoemde andere organisaties werden gehouden speciaal in het kader van het VN jaar. Van Kanten laat ook nog weten dat de novembereditie van het kwartaalblad Bos en Natuur (een uitgave van Tropenbos Internationaal Suriname, het Centrum voor Landbouwkundig Onderzoek in Suriname, WWF Guianas en Environmental Services & Support) een special is met als thema biodiversiteit.

De Nederlandse ambassade heeft in samenwerking met Tropenbos Internationaal Suriname vier videospotjes geproduceerd waarin diverse aspecten van de biodiversiteit aan de orde komen.
‘In het kader van het vergroten van de publieke bewustwording over de waarde van onze biodiversiteit.’, zo laat de ambassade op haar website weten. Maar ook hier wordt met geen woord gerept over het VN Jaar van de Biodiversiteit.

NIMOS
Het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname, het NIMOS, reageert wel. Yolanda Babb-Echteld, Field Officer, laat namens het NIMOS weten dat geen speciale activiteiten zijn georganiseerd. Niet echt een verrassende reactie. “Maar wij hebben reguliere milieu tori’s, waarbij wij alle milieudagen belichten. Wij hebben geparticipeerd in de activiteiten van het ministerie van Arbeid, Technologie en Milieu in samenwerking met de Districtscommissaris van Paramaribo in het project Paramaribo City of Smiles.” Op de vraag waarom het NIMOS niet iets specifieks heeft georganiseerd in het kader van het internationale VN Jaar van de Biodiversiteit stelt het NIMOS dat zij niet “de focal point voor de UNCBD, de UN Convention on Biological Diversity, in Suriname is, maar het ministerie van ATM”.
Yolanda Babb-Echteld: “Het NIMOS participeert in alle activiteiten van het ministerie. Het NIMOS geeft meer technische invulling aan de implementatie van het Verdrag.” Jammer dat een belangrijk milieu instituut als het NIMOS niet zelf initiatieven neemt om biodiversiteit op de kaart van de publieke aandacht te zetten.

Aanmodderen
Met een nogal afwachtende houding blijft het in Suriname aanmodderen als het gaat om een goed, effectief, georganiseerd en succesvol duurzaam natuurbeheer en dus, met andere woorden, bescherming van het milieu, de flora en fauna in het land, de biodiversiteit. Een land waar nog steeds ongebreidelde voor de natuur desastreuze kleinschalige goudwinning kan plaatsvinden, waar jagers ongestoord en ongestraft (beschermd) wild kunnen afknallen of vangen voor de handel, waar nauwelijks wordt opgetreden tegen het asociale afvaldumpgedrag van velen, waar grote internationale goud- en bauxiet-/aluminium multionationals kaalslag plegen in het regenwoud en het milieu, de flora en fauna van ondergeschikt belang zijn.

Het is gewoon een feit, een gegeven: harde Amerikaanse dollars zijn voor de Surinaamse overheid belangrijker dan goede zorg voor het milieu, de natuur. De nieuwe regering toont echter een iets vriendelijker gezicht voor het milieu. Er zijn goede intenties, maar laat het de komende jaren niet bij woorden en papier blijven. Laat het milieu in al haar aspecten een belangrijk issue worden....

Plannen op papier
Het Ministerie van ATM besteedt op haar internetsite uitgebreid aandacht aan biodiversiteit. Binnen de Conventie inzake biodiversiteit zijn bioveiligheid en de formulering van een nationale Biodiversiteit Strategie het belangrijkst. Het ministerie heeft al in 2006 het Nationale Biodiversiteits Strategie Plan gepubliceerd, verplicht gesteld door de VN. Dit 41 pagina’s tellend document heeft een voorwoord van toenmalig minister drs. Clifford P. Marica. Marica spreekt onder andere de hoop uit ‘dat elke burger van Suriname zichzelf moge terug vinden in de visie van deze Strategie en het tot hun eigen missie moge maken, teneinde Suriname’s biodiversiteit te waarderen, te koesteren en duurzaam te gebruiken.’ Maar, hoeveel burgers hebben inzage hebben gehad in het plan?

In september 2009 werd door ATM een derde, 154 pagina’s tellend, landelijk rapport voor de VN Convention on Biological Diversity gepubliceerd. Dit rapport is samengesteld door het consultancy bureau Environmental Services & Support in Paramaribo. Het ‘rapport’ wordt echter gevormd door zo’n 138 pagina’s VN vragenlijsten met in totaal meer dan 200 vragen. Op zeer vele vragen is met een ‘no’ geantwoord. Zo ook op de vraag of Suriname maatregelen heeft genomen om de rol van biodiversiteit in het regenwoud en het functioneren van het ecosysteem beter te kunnen begrijpen, vanwege het ontbreken van voldoende deskundigheid. ‘No’ is ook het antwoord op de vraag of er mechanismen door de overheid zijn opgezet om direct te reageren wanneer activiteiten of gebeurtenissen de biodiversiteit bedreigen. Op de vraag welke maatregelen worden getroffen om bedreigingen van de biodiversiteit in de bossen te reduceren is geantwoord dat onderzoek is verricht naar kwikvergiftiging in vissen en lokale bewoners en dat er bewustwordingscampagnes zijn over de risico’s van het gebruik in de goudwinning. Het ‘rapport’ schetst een bedroevend beeld.

ATM werkt verder aan een zogenoemd ‘bioveiligheidsraamwerk’ om voorbereid te zijn op ‘hoogstaande biotechnologische technologieën afkomstig uit ontwikkelde landen’.

Opmerkelijk is dat het ministerie via haar website laat weten dat er een ‘sterke wil’ aanwezig is om te komen tot ‘strategie waarbij er een visie geformuleerd wordt zodat het duidelijk is welk beleid gevoerd zal worden met betrekking tot onze biodiversiteit’.

Geen specifiek beleid
Geconstateerd kan worden dat er dus nog geen specifiek beleid ontwikkeld is om de Surinaamse biodiversiteit te beschermen, ondanks de uitgebrachte rapporten. Slechts is sprake van het formuleren van een ‘nationaal biodiversiteit actieplan’.

Ondanks herhaalde verzoeken was het ministerie van ATM niet ‘bereikbaar’ voor commentaar. Kennelijk is het VN Jaar van de Biodiversiteit ook voor het ministerie slechts een papieren jaar en is niemand in staat hierover enkele vragen te beantwoorden. Dat is op zijn zachtst gezegd betreurenswaardig.
Is de vertegenwoordiging van het ministerie van ATM in de VN Convention on Biological Diversity slechts een formele vertegenwoordiging, blijft de aandacht voor biodiversiteit in eigen land slechts beperkt tot het bedenken van plannen aan een bureau in de burelen van het ministerie en een op één hand te tellen concrete activiteit in 2010 en was het woord biodiversiteit dit jaar slechts een aanleiding om in internationale contacten, conferenties en congressen te bedelen om als Suriname door het geïndustrialiseerde Westen gecompenseerd te worden voor haar vermeende duurzame bosbeheer?

Niet afwachten in 2011
Biodiversiteit in Suriname in 2011 vraagt om concrete actie, geen woorden en papier meer. Geen rapporten die in een bureaulade verdwijnen. Het milieu, de flora en fauna kunnen niet meer alleen overleven. Menselijke actie en activiteit zijn noodzaak om de schitterende biodiversiteit van Suriname voor de toekomst te behouden. 2011 Moet niet weer een jaar worden van afwachten, passiviteit, bedelen.

Met een dergelijke houding gaat de kaalslag in het Surinaamse regenwoud door (denk aan de plannen van goudmijngigant Newmont uit Amerika om een grote goudmijn te exploiteren in het Nassaugebied, Oost-Suriname), blijven binnenlandbewoners ziek, worden zieker, door het gebruik van met kwik (gebruikt in de kleinschalige goudwinning) verontreinigd water uit kreken en rivieren en blijven trenzen van percelen overlopen omdat bewoners zelf hun afval er in gooien.

Biodiversiteit, het klinkt zo mooi, maar laat het meer worden dan slechts een klank. Laat de Surinaamse biodiversiteit leven in al haar vormen en schoonheid en bescherm die biodiversiteit met daden en niet met rapporten.


(Bron foto: http://www.vub.ac.be/APNA/staff/FDG/courses/TCB/TCB.html / Bron cartoon: De Parbode)


Geraadpleegde bronnen o.a.:
http://atm.gov.sr/depmilieu/NatRep.pdf
http://atm.gov.sr/depmilieu/index.php?option=com_content&view=frontpage&Itemid=1 http://www.cbd.int/ http://www.cbd.int/countries/?country=sr http://www.nederlandseambassade.sr/Nieuws/Biodiversiteit http://www.stabroeknews.com/2010/news/stories/10/13/mining-deforestation-nearly-tripled-between-2000-08-%E2%80%93wwf/

(Dit artikel is in een ingekorte versie verschenen in het decembernummer 2010 van de Parbode, Jaargang 5, Nummer 56,
http://www.parbode.com/)