dinsdag 12 juli 2011

Jonge Canadese toerist gebeten door kapassi slang in Brownsberg Natuurpark

Slechte behandeling in ziekenhuis Paramaribo

Kakkerlakken in bed en overal mieren en termieten

12-07-2011  Door (en vertaald door) Paul Kraaijer


De 24-jarige Canadees Brent O’Hara heeft een nare bijsmaak overgehouden aan wat een mooi vakantie had moeten worden in het Surinaamse regenwoud. Op de eerste dag in het binnenland werd de jongen gebeten door een giftige kapassi slang (‘bushmaster’). Het zou voor hem en zijn reisgezel Colin Dawdy het begin zijn van een bizarre vakantie. Brent zou meer zien van de intensive care van een ziekenhuis in Paramaribo dan van het regenwoud. Hij doet zijn verhaal op 12 juli tegenover een journaliste van de Canadese krant The Whig-Standard.


O’Hara en Dawdy bezochten op 15 juni het populaire Brownsberg Natuurpark. Bij een van de watervallen gleed O’Hara uit en stapte per ongeluk met zijn rechtervoet op een slapende kapassi slang. Natuurlijk werd de giftige slang wakker en sloeg meteen toe door de jongen in de voet te bijten. Brent begreep meteen wat er gebeurd was en ook dat het ging om een giftige slangensoort.
Dawdy reageerde snel en rende naar de top (plateau) van het natuurpark voor hulp. Daar kreeg hij te horen dat zijn maat niet dood zou gaan. Maar, toch zijn er mensen overleden aan de gevolgen van een beet van de kapassai slang.

Ondertussen was O’Hara bij de waterval achtergebleven en had een touw rond zijn been gebonden om verdere verspreiding in het lichaam van het gif te voorkomen. De manager van het Brownsberg Natuurpark had een truck geregeld om O’Hara naar een dokterspost te vervoeren. Maar, die truck kon de onfortuinlijke Canadees niet bereiken bij de waterval. De jongen moest gedwongen met zijn zeer pijnlijke voet samen met Dawdy twee-en-een half uur lopen naar de top van het natuurpark. ‘Het was een zeer pijnlijke wandeling. Mijn hoofd tolde en mijn voet werd steeds groter en deed ontzettend pijn’, aldus O’Hara.

Op de top aangekomen was de truck gelukkig gearriveerd en konden de beide Canadese vakantiegangers naar een polikliniek anderhalf uur rijden verwijderd van Brownsberg. Maar, daar bleek geen antigif aanwezig te zijn, waarop O’Hara naar een ziekenhuis in Paramaribo werd vervoerd.

O’Hara: ‘Het was afschuwelijk. In het ziekenhuis wilden ze me geen antigif toedienen, omdat ik geen verzekeringsbewijs op zak had.’ Beide jongens waren meeverzekerd met de vriendin van O’Hara, Colin’s zus Kate Dawdy. ‘Het ziekenhuispersoneel wilde Brent niet verder behandelen, omdat mijn naam op zijn verzekeringsbewijs stond’, aldus Kate.

O’Hara kreeg pijnstillers en er werd bloed afgenomen, zo verklaart hij tegenover The Whig-Standard. Vervolgens werd hij naar de intensive care gebracht waar hij plasma kreeg.Thuis in het Canadese Kingston werkte Kate aan de verzekeringspapieren en vroeg haar vader een vlucht te boeken naar Suriname om Brent ter plekke te helpen.

Pas drie dagen nadat hij was gebeten besloten doktoren om O’Hara op zaterdag eindelijk een antigif serum toe te dienen, ondanks dat de verzekeringspapieren nog niet binnen waren gekomen vanwege het weekeinde. Kate had inmiddels van haar huisarts vernomen, dat poliklinieken in het Amazonegebied beter zijn uitgerust om O’Hara te helpen dan Canadese ziekenhuizen. Zij besloot dan ook om niet naar haar vriend af te reizen.

O’Hara kon zijn rechterbeen niet bewegen, had geen trek in eten en was uitgeput. Hij lag, volgens zijn zeggen, te zweten in de 36 graden hitte van Paramaribo en te wachten tot hij beter zou worden. Er waren kakkerlakken in zijn bed, mieren en termieten waren overal te zien en hij lag met acht andere patiënten op een zaal. Een van hen was volgens Dawdy een crimineel, onder constante politiebewaking. Drie verpleegsters moesten zorgen voor meer dan 200 patiënten, aldus O’Hara.

Dawdy mocht zijn vriend twee uren per dag bezoeken. Hij zocht in het ziekenhuis naar extra kussens voor onder O’Hara’s gigantisch opgezwollen been. Zelfs zo opgezwollen volgens Dawdy dat zijn zwembroek niet over de rechterknie kon. De tenen waren verkleurd en de huid van O’Hara’s voet begon door infectie en een gebrek aan bloedcirculatie te vervellen.

Brent: ‘Mij werd verteld dat wanneer de zwelling niet zo verdwijnen, mijn been zou worden opengesneden van de enkel tot mijn heup om de druk op de aderen te verkleinen. Ook werd gesproken over het amputeren van tenen en werd ik erop gewezen dat soms bij mensen die door kapassi slangen waren gebeten een voet moest worden geamputeerd.'

Op 4 juli kon O"Hara eindelijk het ziekenhuis verlaten, waarna hij en Dawdy meteen een vlucht naar huis boekten. Maar, volgens O'Hara, had hij eigenlijk nog een week moeten blijven. Weer thuis ging Brent direct naar een dokter. 'Zij vertelde mij dat ik veel geluk had mijn voet nog te hebben, omdat de infectie heel diep bleek te zitten.'

(Noot Kraaijer: het oorspronkelijke Canadese artikel in The Whig-Standard is geschreven door journaliste Samantha Butler. Het in het artikel genoemde ziekenhuis is naar alle waarschijnlijkheid het Academisch Ziekenhuis Paramaribo, AZP.)