woensdag 12 oktober 2011

Risico's afvalverbranden door particulieren voor gezondheid onderschat in Suriname

Surinaamse overheid geen aandacht voor afvalverbranding en vrijkomende giftige stoffen

12-10-2011 Door: Paul Kraaijer


Paramaribo – Het hoort bij het dagelijks leven van vele Surinamers: het verbranden van het eigen huishoudelijk afval. Iedereen weet dat het verboden is, maar er wordt niet tot nauwelijks tegen opgetreden. In vele buurten en wijken van Paramaribo is dagelijks de lucht van brandend afval te ruiken en zijn rookpluimen en vuur te zien. Maar, niemand in Suriname staat stil bij de niet te onderschatten risico’s voor de volksgezondheid bij het verbranden van afval, ook de overheid niet.

Noodzakelijk kwaad.....
Veel Surinamers zien zich genoodzaakt hun afval op het eigen erf of op een berm in de straat te verbranden. Het ontbreekt nog steeds aan een goede effectieve vuilnisophaaldienst en waar daadwerkelijk de vuilniswagen tweemaal per week in de buurt komt, mijdt deze de onverharde, zanderige en slecht berijdbare wegen. Bewoners aan die wegen gaan daardoor vaak over tot het verbranden van hun afval. Maar, velen zijn ook te gemakzuchtig om even een aantal meters met hun vuilniszakken te lopen, naar een verharde weg. Het mes snijdt dus aan twee kanten. Ook zijn er inwoners die aan verharde wegen wonen en toch hun afval in brand steken... Overigens zijn het niet alleen particulieren die hun afval verbranden.
Ook ondernemers, zoals eigenaren van kleine supermarkten, maken zich er schuldig aan.
Soms loopt een afvalverbranding uit de hand en moet de brandweer komen om het vuur te blussen. In 2008 moest de brandweer 808 keer uitrukken voor zogenoemde ‘vuilnisbranden’ en 731 keer in 2009.

Niemand maakt zich zorgen: dioxine en zware metalen in rook
Afval van kleine supermarkt klaar om in brand te worden gestoken, waaronder een plastic stoeltje....
Schokkend is het te moeten constateren dat werkelijk niemand in Suriname zich zorgen schijnt te maken over de risico’s die verbonden zijn aan het dagelijks afvalverbranden voor de eigen gezondheid. Niet de gewone Surinamer, maar ook de overheid niet.

Alles wordt verbrand: van allerlei verpakkingsmaterialen, tot plastic stoeltjes, kunststoffen autovelgen, lege spuitbussen insecticiden, petflessen, etensresten en blikjes. Wanneer je in een straat woont waar dagelijks iemand zijn afval in brand steekt, dan kun je dagelijks ongewild rook en dus ook allerlei giftige stoffen binnen krijgen. Bij het verbranden van afval komen veel giftige stoffen vrij, waaronder het kanker bevorderende dioxine. Dioxine is een verzamelnaam voor een grote groep chemische verbindingen, waaronder een aantal zeer giftige. Bij onder andere de productie van chloorhoudende bestrijdingsmiddelen en bij de verbranding van chloorhoudende stoffen - zoals het plastic PVC – komt dioxine vrij. Je hoeft geen deskundige te zijn om te weten dat huishoudelijk afval vaak chloor bevat: etensresten met keukenzout (natriumchloride), verpakkingen van PVC en producten als chloorbleekmiddel. Naast dioxine komen ook andere schadelijke stoffen vrij, zoals bepaalde koolwaterstoffen en zware metalen. Zware metalen zoals lood, cadmium, chroom, arseen en kwik komen vrij bij het verbranden van bijvoorbeeld kranten, reclamefolders of behandeld hout. Ze brengen een zeer breed scala aan schadelijke gezondheidseffecten met zich mee.
Het zijn vooral gevoelige groepen in de samenleving, zoals zwangere vrouwen, ouderen, kinderen en longpatiënten, die de grootste gezondheidsrisico’s lopen.

Het afval van de kleine supermarkt, waaronder een plastic stoeltje, wordt 's avonds in brand gestoken.

Op de website van de Belgische organisatie Medisch Miliekundigen is onder andere te lezen dat ‘de norm voor dioxine heel erg laag’ is. ‘Je mag per dag slechts 10 picogram (0,00000000001 gram) per kilo lichaamsgewicht binnenkrijgen. Verschillende dioxine-deskundigen twijfelen aan de juistheid van deze norm. Zo raadt de Nederlandse Gezondheidsraad in haar dioxine- risico-evaluatierapport een inname van hoogstens 0,1 pg per kg lichaamsgewicht per dag aan. Uiterst kleine hoeveelheden zijn al schadelijk. Bij een normaal voedselpakket krijgt men ongeveer 2 tot 15 picogram per dag binnen. Uit een onderzoek van het gezaghebbende Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA) blijkt dat de gevaren van dioxine groot zijn. De norm zou daarom eigenlijk nog zo'n 1500 maal zo streng moeten zijn. Bij mensen kan dioxine een ernstige vorm van huiduitslag, chlooracne, veroorzaken. Hoogstwaarschijnlijk kan dioxine geboorteafwijkingen veroorzaken, kanker bevorderen en de hormoonstofwisseling beïnvloeden. De stof hoopt zich op in vet, zoals melk- en lichaamsvet. We krijgen dioxine voornamelijk binnen via ons voedsel. Een klein gedeelte van de dioxine is afkomstig uit andere bronnen, bijvoorbeeld door roken of door het verkeer’, aldus bericht Medisch Milieukundigen op haar website
Het door de Belgen genoemde Amerikaanse EPA meldt zelfs dat de grootste hoeveelheid dioxine in de lucht in de VS ontstaat door het verbranden van huishoudelijk afval! Diverse gemeenten in Amerika gaan op hun websites in op de risico’s voor de volksgezondheid bij het verbranden van huishoudelijk afval. Daar gebeurt het vooral – in tegenstelling tot in Suriname waar het afval gewoon op een hoop wordt gegooid - in vaten, maar ook in de VS is het verbranden van huishoudelijk afval verboden.

Voedselketen
Bij het verbranden van afval kunnen vrijkomende giftige stoffen, zoals dioxine, neerdalen op de bodem. Het zou terecht kunnen komen in gewassen en grassen en dergelijke, waardoor het in de voedselketen terechtkomt via bijvoorbeeld vee of kippen (denk aan eieren). Zo concentreert dioxine zich in het vet van koeien en dus ook in hun vlees en melkvet. Groenten nemen nauwelijks dioxine op uit de bodem. Vanuit de lucht kan het daarentegen wel op de groenten neerkomen. Door groente goed te wassen kan dioxine grotendeels worden verwijderd. Andere schadelijke stoffen, zoals zware metalen, worden wel in groenten opgenomen. Ook het overblijvende as na het verbranden van afval bevat nog veel schadelijke stoffen en kan een risico zijn voor de gezondheid wanneer men ermee in aanraking komt. Het is dan ook onverstandig wanneer kleine kinderen spelen op grond waar afval is verbrand.

Deskundigen en minister van van ATM en het NIMOS zwijgen
Ieder weldenkend mens zou dus kunnen denken dat het verbranden van afval allesbehalve gezond is. Maar, niet in Surname. Zelfs overheidsinstanties blijken zich er niet te druk om te maken .
Op de websites van bijvoorbeeld het Nationaal Instituut voor Milieu en Ontwikkeling in Suriname (NIMOS) en het ministerie van Arbeid, Technologische Ontwikkeling en Milieu (ATM) is niets te vinden over de risico’s voor de volksgezondheid bij het verbranden van huishoudelijk afval. Op de ATM-website is zelfs helemaal niets over het onderwerp ‘afval’ te vinden.
Het NIMOS gaat summier in op zogenoemd ‘afvalbeheer’:
‘Het branden en het illegaal storten van vaste afvalproducten op verlaten lokaties langs wegen of in nabijgelegen open waterwegen is een gewone zaak geworden als gevolg van een verslechterde infrastructuur met betrekking tot het beheer van afvalproducten.’
Verder meldt het NIMOS in een al op 17 mei 2004 geschreven speciaal document met als titel ‘Afvalprobleem bedreigd volksgezondheid en milieu - Oplossing in zicht’ onder andere:
‘Het grootste milieuprobleem in Suriname is afval. Er is geen adequate afvalinzameling, geen behandeling van afvalwater en nauwelijks afvalverwerking, waardoor de gezondheid van mens en milieu ernstig wordt bedreigd. Het ministerie van OW tracht een begin te maken aan de oplossing van dit probleem door de desbetreffende verouderde wetgeving te moderniseren. Door de snelle economische ontwikkeling is de hoeveelheid afvalstoffen (huis- en tuinafval, grof vuil, gevaarlijk en industrieel afval) de laatste jaren vermeerderd.’
In het hele document wordt echter met geen woord gerept over het verbranden van afval door particulieren, laat staan over de risico’s voor de volksgezondheid. Wel wordt uitgebreid ingegaan op de gevolgen van het ongecontroleerd dumpen van afval, maar daarbij zijn de risico’s voor de volksgezondheid mogelijk minder groot, dan bij het verbranden van afval.

Milieutips ATM
Astrid Boedhoe, eerste voorlichtingsmedewerker bij het ministerie van ATM, laat in een reactie weten dat zij als voorlichter ‘zeker aandacht aan het aangekaart probleem’ gaat besteden ‘in de vorm van milieutips vanuit het ministerie’. Maar, ondanks haar tussenkomst bleven reacties van deskundigen binnen haar ministerie en van de minister, uit. Ook werd niet – ondanks herhaalde verzoeken – gereageerd door het NIMOS en het ministerie van Gezondheidszorg. Het niet reageren is zowel veelzeggend als zorgelijk en lijkt erop te duiden dat niemand binnen de Surinaamse overheid over enige kennis van zaken beschikt als het gaat om de de risico’s voor de volksgezondheid bij het verbranden van huishoudelijk afval door particulieren.

Geen vuiltje aan de lucht
Wie in de nabijheid woont van brandend afval, kan in Suriname niet aan de vrijkomende rook ontkomen. Hoe gering wellicht de hoeveelheid giftige stoffen in rook is die men in het lichaam krijgt, wanneer men er bijna dagelijks in meer of mindere mate aan wordt blootgesteld, zou dat gevolgen kunnen hebben voor de gezondheid. De twee enige manieren om aan een dergelijk gezondheidsrisico te ontkomen zijn wanneer de vuilnisophaaldienst een- à tweemaal per week ook het vuil – verpakt in (vuilnis-)zakken - bij woningen aan onverharde wegen zou kunnen ophalen, maar vooral door een mentaliteitsverandering bij bewoners die het verbranden van hun afval als de gewoonste zaak van de wereld beschouwen, ‘alsof er geen vuiltje aan de lucht is’.