maandag 4 januari 2016

Surinaamse agenten schieten weer een autodief in de rug......

Vraagtekens bij rechtmatigheid politie om te vuren op een verdachte van autodiefstal

Deskundig universitair docent drs. Jaap Timmer gaat in op vuurwapengebruik agenten

04-01-2016  De Surinaamse Krant/Paul Kraaijer


Een of meerdere agenten hebben in de nacht van zaterdag op zondag (2 op 3 januari 2016) tijdens een achtervolging in de Wilhelminastraat in Paramaribo een verdachte van autodiefstal in zijn rug geschoten. De verdachte werd onder politiebewaking naar het Academisch Ziekenhuis Paramaribo vervoerd. Mediaberichten vermelden echter niet onder welke omstandigheden de man is neergeschoten en de afdeling Public Relations van het Korps Politie Suriname heeft nog steeds geen persbericht over het voorval uitgebracht.

Waren autodieven in het bezit van (vuur-)wapens?
Een van de lokale kranten schrijft wel, dat er verschillende waarschuwings- schoten zijn gelost, maar dat die de verdachte, achter het stuur van de auto, niet tot andere gedachten konden brengen. Gespecialiseerde eenheden van het Korps Politie Suriname zouden zich vervolgens genoodzaakt hebben gezien om gericht te schieten. Maar, hoe gericht 'gericht' is is onduidelijk, nu de verdachte in zijn rug werd geraakt.
 
Het is overigens niet de eerste keer dat een vluchtende autodief in de rug is geschoten door een of meerdere agenten. De 16-jarige Dominio Hiwat werd op de avond van 16 januari vorig jaar bij een beschieting door een speciale politie-eenheid in de Ruthlaan te Uitvlugt, Paramaribo, dodelijk in zijn rug getroffen door een politiekogel, terwijl een tweede verdachte, de 20-jarige Lorenzo M., in een ziekenhuis moest worden opgenomen met een schotwond in zijn been. De jongens hadden, met nog een derde vriend, een auto gestolen, waarop agenten na een achtervolging het vuur openden.
Voor zover bekend waren in beide gevallen de verdachten niet in het bezit van vuurwapens.

Toegestaan? Geoorloofd?
De vragen die gesteld kunnen worden zijn of het is toegestaan voor agenten om het vuur te openen op een, vluchtende, autodief en of het geoorloofd is om een verdachte in de rug te schieten.

Het ‘Politiehandvest’ Suriname uit 1971 (dus opgesteld onder Nederlands toezicht en nog steeds geldig) vermeldt het onderstaande in art. 12 lid 2 sub c, dat geweld mag worden gebruikt ter aanhouding van personen die van een ernstig misdrijf worden verdacht:

'(...) Artikel 12
(...)
2. De politie mag van geweld slechts gebruik maken:
a. tot noodzakelijke verdediging van eigen of eens anders lijf, eerbaarheid of goed tegen ogenblikkelijke wederrechtelijke aanranding;
b. tot het uiteendrijven van volksoplopen of samenscholingen, dan wel tot het breken van gewelddadig verzet of andere ernstige tegenstand, zulks nadat vruchteloos overeenkomstig het bepaalde in het eerste lid is gehandeld;
c. ter aanhouding van ontvluchte veroordeelden of van personen die van ernstig misdrijf worden verdacht. (...)'

Maar, is het stelen van een auto, en vervolgens ermee op de vlucht slaan, een ernstig misdrijf? Het Wetboek van Strafrecht kent geen specifieke bepaling als het gaat om diefstal van een voertuig. In algemene zin vermeldt dit wetboek onder Titel XII, artikel 370 inzake diefstal het volgende:

'(...) Artikel 370
Hij die enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, wegneemt, met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, wordt, als schuldig aan diefstal, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van ten hoogste zestig gulden. (...)'

Gelet op enkele Surinaamse vonnissen in autodiefstalzaken zou geconcludeerd kunnen worden, dat het feit autodiefstal niet een ernstig misdrijf betreft, kijkend naar de opgelegde straffen. 
In de eerste week van december 2012 werden drie mannen elk veroordeeld tot een jaar celstraf voor het stelen van een auto van een politieman. De auto van de politieman werd 23 april dat jaar gestolen waarna er onderdelen van af gesloopt zijn. Mogelijk was het feit, dat het ging om de auto van een agent een strafverzwarende omstandigheid.
De rechter veroordeelde op 12 juni 2015 iemand die op 28 december 2014 een auto had gestolen. Hij werd veroordeeld tot een celstraf van twaalf maanden waarvan zes maanden voorwaardelijk met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht.

Een 'interessante' kwestie
Drs. Jaap Timmer, universiteit hoofddocent verbonden aan faculteit der sociale wetenschappen (afdeling bestuurswetenschap en politicologie) van de Vrije Universiteit Amsterdam laat in een reactie aan de redactie van De Surinaamse Krant weten, het een 'interessante' kwestie te vinden en de vraag over de rechtmatigheid van het in de rug schieten van een vluchtende verdachte van autodiefstal 'relevant'. Hij benadrukt, dat het niet zijn rol als wetenschapper is om een oordeel te vellen over concrete voorvallen van geweldgebruik. 'Voor Nederland schets ik u hoe het wettelijk en beoordelingskader er uit ziet.' 

'Ik ben niet bekend met de Surinaamse wetgeving, politie, politiepraktijk en maatschappelijke omstandigheden. De relevante wet- en regelgeving in Nederland voor dit soort vraagstukken is de Politiewet 2012 , vooral de artikelen 3 en 7, wat betreft de politietaak, de geweldbevoegdheid en de randvoorwaarden daarvoor, en de Ambtsinstructie 1994 , vooral de artikelen 1 en 7, wat betreft de definitie van geweld en de bevoegdheid tot het gebruik van het vuurwapen.'

'Diefstal van auto komt in beginsel niet voor vuurwapengeweld in aanmerking'
'Om meteen tot uw centrale punt te komen. Volgens de Nederlandse wet- en regelgeving is de politie bevoegd om te schieten ter aanhouding van verdachten van- of veroordeelden voor misdrijven waar vier jaar of meer gevangenisstraf op staat, mits het gaat om misdrijven waarbij de lichamelijke integriteit van personen is geschaad en/of die een bedreiging vormen voor de samenleving - dus kort en goed, geweldmisdrijven inclusief seksuele misdrijven - plus nog enkele voorwaarden en ter aanhouding van vuurwapengevaarlijke verdachten. Inbraak in een bedrijfspand of diefstal van een auto komen daar in beginsel inderdaad niet voor in aanmerking, tenzij er verzwarende, gevaarzettende omstandigheden zijn bijvoorbeeld door aanwijzingen dat de verdachten ook geweldmisdrijven hebben gepleegd of gewapend zijn.'

'Schieten ter aanhouding op onderlichaam dan wel bovenbenen verdachte'
Volgens Timmer leren agenten in Nederland om ter aanhouding te schieten op het onderlichaam dan wel de bovenbenen van een verdachte. 'Schieten op het bovenlichaam brengt een groot risico op dodelijk letsel met zich mee. Aanhouding heeft tot doel dat de verdachte kan worden vervolgd. Dat is onmogelijk als hij is overleden.'

Een gepensioneerd politiefunctionaris van het Korps Politie Suriname zegt in een reactie, dat wat betreft het gebruik van een vuurwapen door de politie er inderdaad regels zijn. 'Alleen bij ernstige misdrijven waarop een gevangenisstraf staat van vier jaar mag de politie vuurwapengeweld gebruiken op een vluchtende verdachte. Er staat nergens in de wet geschreven, dat je mag schieten op de benen van de verdachte. De instructies worden wel gegeven, maar in de praktijk werkt het anders. Je zou kunnen mikken op de benen en door omstandigheden buiten de wil van de politieman wordt de verdachte in de rug of het hoofd geraakt. De agent is niet strafbaar. Hij wilde alleen het vluchten voorkomen.'

Timmer wijst overigens ook op internationale afspraken waaraan Suriname gehouden is. 'Voor Suriname zijn denk ik ook de VN-afsprakenrond vuurwapengebruik in rechtshandhaving van belang. Ook kan ik mij voorstellen dat de Unie van Amerikaanse Staten afspraken, in petto, heeft op dit vlak.'

In een reactie laat onafhankelijk consultante Anneke Osse, werkzaam op het terrein van Politie en mensenrechten, weten dat het internationaal recht duidelijk is, dat vuurwapens alleen gebruikt mogen worden ter bescherming van leven, met andere woorden in levensbedreigende situaties. 

'Het simpele gegeven is, dat leven alleen genomen mag worden om leven te beschermen. Dit principe is ook opgenomen in het Handbook on Use of Force and Firearms in Law Enforcement dat binnenkort zal worden gepubliceerd door de VN.' 

Osse: 'De Basic Principles zijn ‘soft law’, maar wordt wel degelijk als algemeen geldend beschouwd - landen mogen hun eigen wetgeving niet oprekken om daarmee gedrag te legitimeren wat onder internationaal recht als onwettig wordt beschouwd.' 

Het Korps Politie Suriname en minister Jennifer van Dijk-Silos van Justitie en Politie waren niet bereid om te reageren.

Ter informatie: