donderdag 3 mei 2018

Minister Martina, Curaçao, geeft tekst en uitleg over stringente controle van barkjes

(Bron foto: Jeu Olimpio/Antilliaans Dagblad)
'De situatie van de Venezolanen had niet zover hoeven komen'


De wet verbiedt de Venezolaanse koopmannen om zonder toestemming het hen toegewezen gebied te verlaten. Minister Steven Martina (MAN) van Economische Ontwikkeling gaf gisteren vertegenwoordigers van douane en politie de gelegenheid de vrijheidsbeperkende maatregelen toe te lichten. De minister had de pers uitgenodigd om het hoe en waarom van de stringente controle van de barkjes op de Dag van de Arbeid uiteen te zetten, aldus vandaag, donderdag 3 mei 2018, het Antilliaans Dagblad.

Refererend aan de publieke verontwaardiging gaven minister Martina en het multidisciplinaire team van MEO aan, dat ‘de situatie van de Venezolanen niet zover had hoeven komen’.

De twee agentschappen die de barkjes vertegenwoordigen zijn, voordat de bootjes vanuit Falcón richting Curacao vertrokken, voorzien van de nodige informatie, voorschriften en vereisten. De bemanning van de barkjes was op de hoogte van de in Curaçao geldende regels, aldus Martina.

'Voor de heropening van de grenzen zijn Venezuela en het Koninkrijk overeengekomen dat de naleving van wetten wordt afgedwongen. Controle is daaraan inherent.' De Venezolaanse handelaren moeten onder meer over een ventvergunning beschikken en de voor de horeca verplichte keuringskaart van G&Gz, hoewel de verkopers geen voedsel bereiden. Of mogen bewerken.

Voorgesneden watermeloen is op de Dag van de Arbeid door inspecteurs van MEO in beslag genomen. 'Omdat het bij gebrek aan koeling niet hygiënisch was', zegt minister Martina. Volgens de minister zijn de regels niet nieuw, ook niet met betrekking tot vrijheidsbeperking.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten