zaterdag 11 januari 2020

Bouterse verschijnt 22 januari voor de Krijgsraad

Indien Bouterse niet verschijnt wordt het uitgesproken vonnis bekrachtigd


Oud-legerleider Desi Bouterse zal op 22 januari voor de Krijgsraad verschijnen wanneer het verzet dat hij tegen zijn veroordeling heeft aangetekend in behandeling wordt genomen. Dat heeft de vroegere legerchef gisteravond in een bomvol NDP-partijcentrum Ocer gezegd tijdens een kadermeeting van de NDP, zo schrijft de Ware Tijd vandaag, zaterdag 11 januari 2020.

Sinds de aanvang van de strafzaak meer dan twaalf jaar geleden is Bouterse niet in de rechtszaal verschenen. Advocaat Irvin Kanhai had in de media gezegd zijn cliënt Bouterse te zullen adviseren niet naar de behandeling van de verzetszaak te gaan.

Een bij verstek veroordeelde in persoon moet voor de rechter verschijnen wil die een kans op een eventuele hoger beroep behouden. Indien de veroordeelde niet verschijnt wordt het uitgesproken vonnis bekrachtigd en is beroep niet meer mogelijk.

Op 29 november vorig jaar werd Bouterse tot een gevangenisstraf van 20 jaar veroordeeld wegens medeplichtigheid aan de moord op vijftien weerloze mannen op 8 december 1982. De latere slachtoffers, onder wie militairen, journalisten, vakbondsleiders, ondernemers, advocaten en docenten van de universiteit werden in het holst van de nacht uit hun bed gelicht en naar het Fort Zeelandia overgebracht. Daar werden ze standrechtelijk geëxecuteerd.

De Krijgsraad oordeelde, dat het bewijs tegen Bouterse en zes andere verdachten wettig en overtuigend was bewezen door het Openbaar Ministerie. Geconstateerd werd dat Bouterse aanwezig was in het fort, het toenmalig hoofdkwartier van de legerleiding, toen de mannen werden geliquideerd. Uit het forensisch onderzoek dat werd verricht op de stoffelijke resten van de slachtoffers kwam naar voren dat ze door één of meerdere schoten uit vuurwapens om het leven waren gebracht. Bouterse heeft altijd ontkend betrokken te zijn geweest bij de 'decembermoorden'. Wel eiste hij de politieke verantwoordelijkheid op.

De Krijgsraad stelde dat Bouterse na de moorden nimmer een strafrechtelijk onderzoek heeft laten instellen. Ook heeft hij nooit berouw getoond. De moorden werden, aldus de rechtbank, gepleegd om critici van het toenmalig militair bewind de mond te snoeren en om de politieke macht te behouden.

Ook werd Bouterse verweten zijn macht niet te hebben aangewend om de vijftien slachtoffers te sparen zoals hij in het geval van vakbondsleider Fred Derby wel had gedaan. Derby is de enige persoon die was opgepakt die het bloedbad heeft overleefd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten