woensdag 11 september 2019

Luchtje rond aangifte tegen Romano Meriba, pleegzoon president Bouterse - Aangever lijkt spoorloos verdwenen

'Aangever heeft zichzelf onvindbaar gemaakt voor politie, ook de familie weet niet waar hij is'


Of de beschuldigingen die zijn geuit aan het adres van Romano Meriba, pleegzoon van president Desi Bouterse, op waarheid berusten, moet goed onderzocht worden door de justitiële autoriteiten. Maar, dat wordt bemoeilijkt door de kennelijke verdwijning van de aangever, G.P, zo bericht de Ware Tijd woensdag 11 september 2019.

Hoewel er aangifte tegen Meriba is gedaan van zware mishandeling en betrokkenheid bij een drugszaak, heeft het Openbaar Ministerie tot nu toe geen gronden om hem nog een keer achter de tralies te zetten. De ex-veroordeelde is na verhoor heengezonden, omdat de aangever geen confrontatie is aangegaan bij de politie. De bedoeling was om G.P. op het bureau met Meriba te confronteren, zegt hoofdinspecteur Humphrey Naarden.

De confrontatie is volgens de autoriteiten een cruciale stap in het onderzoek. Hierbij wordt het waarheidsgehalte van een beschuldiging getoetst. De uitkomst hiervan is mede bepalend voor het besluit om een verdachte in verzekering te stellen. De aangever is volgens Naarden een dag vóór het verhoor van Meriba naar de politie geweest om de zaak in te trekken. De reden hiervoor is niet bekend. G.P kreeg van de politie te horen dat de zaak niet ingetrokken kan worden vanwege de ernst van de aantijgingen. 'De politie heeft de man verteld dat het om een vrij ernstige zaak gaat. En de aangifte wordt heel serieus genomen.'

Meriba had zich vorige week, nadat de zaak viraal ging, gemeld bij de politie met zijn advocaat. Hij is flink aan de tand gevoeld en hierna heengezonden. 'We kunnen die aangever nu niet horen. Hij heeft zichzelf onvindbaar gemaakt voor de politie', zegt Naarden.

Ook de familie weet niet waar G.P zich bevindt.

Meriba en een andere beruchte crimineel zouden samen met vier anderen G.P. zwaar hebben mishandeld om een mislukte drugsdeal waarbij cocaïne naar Nederland zou moeten worden gebracht. Het slachtoffer zou hebben verklaard dat hij de coke nooit in handen kreeg. Zelf zou Meriba bij zijn verhoor hebben verklaard, dat hij niets met de zaak te maken heeft en niet snapt waarom mensen hem in een kwaad daglicht stellen.

De reactie van de aangever bij het verhoor was volgens Naarden cruciaal. 'De zaak is wel nog in onderzoek, dus wij wachten af.' Het is niet de eerste keer dat Meriba in aanraking is gekomen met de politie.

Hij is in 2002, 2005 en 2015 achter de tralies beland voor zware misdrijven die voor veel ophef in de samenleving zorgden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten