Martina wil afmaken waar hij ruim twee jaar geleden mee begon
Steven Martina wil terug naar de post van minister van Economische
Ontwikkeling. Hij ziet het als zijn verantwoordelijkheid naar alle personen die op hem en op
de MAN hebben gestemd, om af te maken waar hij ruim twee jaar geleden - toen hij benoemd
werd tot minister - mee begonnen is.
Dat liet Martina gisterochtend bij Nos Pais Television
weten, aldus het Antilliaans Dagblad vandaag, dinsdag 29 oktober 2019.
De voormalig minister van Economische
Ontwikkeling was daar bij presentatrice Mavis
Albertina te gast en sprak onder andere over het proces
van Kòrsou di Nos Tur (KdNT) tegen hem, de recente
uitspraak van het Hof en over hoe de toekomst er voor
hem uitziet.
De afgelopen acht maanden - sinds zijn aftreden tot de
uitspraak van het Hof vorige week - heeft een grote impact gemaakt op het leven van
Martina. 'Het is in ieder geval een ervaring die ik nooit eerder heb gehad. De eerste drie
maanden waren vervelend omdat je dan wordt vervolgd. Aan de andere kant ben ik altijd
rustig gebleven, ik heb immers een schoon geweten. Maar, het is geen fijne periode geweest. Je bent onzeker en je hebt niet echt de kans om je te verdedigen.'
Dat veranderde toen
Martina door de Landsrecherche voor verhoor werd opgeroepen. 'Toen kon ik alles uitleggen
en werd ik rustiger. Ik heb altijd gezegd dat ik niets fout heb gedaan.'
Nadat het Openbaar Ministerie (OM) besloot de zaak te seponeren, diende KdNT een verzoek voor
artikel 15 in bij het Hof om het OM alsnog tot strafrechtelijke vervolging van Martina te
dwingen. Dat proces heeft de voormalig minister van Economische Ontwikkeling naar eigen
zeggen relatief rustig doorstaan.
'Ik had niet de verwachting dat er plotseling een heel ander
oordeel zou komen', aldus Martina.
Hij is tevreden met de beschikking van het Hof en vindt het interessant hoe de drie rechters
van het Hof de situatie hebben geanalyseerd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten