Oud-agenten veroordeeld tot 5 jaar en 1 dag cel voor ontvoering Nestor Gallardo Agüero in 1974
Vier voormalige agenten van de militaire dictatuur 1973-1990 van Augusto Pinochet zijn door rechter Mario Carroza veroordeeld voor de gekwalificeerde ontvoering (verdwijning) van Nestor Gallardo Agüero in 1974.
Gallardo Agüero is een van de 119 slachtoffers van de zogenaamde Operatie Colombo, een idee van DINA (Dirección de Inteligencia Nacional, de geheime politie van Pinochet) om de verdwijning van 119 politieke gevangenen te camoufleren met behulp van de dictaturen van Argentinië en Brazilië.
De speciale magistraat Carroza, van het Hof van Beroep in Santiago, veroordeelde de gepensioneerde generaal Cesar Manriquez Bravo, de gepensioneerde brigadier Miguel Krassnoff, de gepensioneerde kolonel Orlando Manzo en de gepensioneerde Carabinero-officier Ciro Torre tot vijf jaar en een dag in de gevangenis.
Gallardo Agüero werd met een pistool in een arm geschoten en werd in elk geval naar een martelcentrum gebracht, geregisseerd door Torre en vervolgens naar een ander onder leiding van Manzo.
Hij was lid van de revolutionaire linkse beweging (MIR, Movimiento de Izquierda Revolucionaria), accountant, die op 28 september 1974 in de hoofdstad werd gearresteerd.
(Suriname Mirror/Prensa Latina/The Santiago Times)
Dagelijkse selectie Surinaams nieuws en relevant nieuws uit Latijns-Amerika en Caribisch gebied - Verrassend, actueel, informatief, met oog voor haar lezers!
woensdag 11 juli 2018
Voor het eerst biedt een legergeneraal in Colombia zijn excuses aan voor massale executie van burgers
(Bron foto: El Tiempo) |
Voor het eerst heeft een legergeneraal zijn excuses aangeboden aan zijn slachtoffers voor zijn vermeende rol in de massale executie van burgers die zijn geëscaleerd onder voormalig president Alvaro Uribe.
Generaal Henry Torres verscheen dinsdag 10 juli 2018 voor de Speciale Jurisdictie voor de Vrede (JEP, Jurisdicción Especial para la Paz), een tribunaal voor oorlogsmisdaden dat is ingesteld als onderdeel van een vredesproces dat tot doel heeft tientallen jaren gewapende conflicten te beëindigen en miljoenen slachtoffers recht te doen.
Volgens de aanklager was Torres een van de militaire commandanten die deelnamen aan de moord op minstens 4.500 burgers tijdens de twee regeringen van Uribe.
De moorden werden in de media gepresenteerd als gevechtsdoden en ze gaven mensen de valse gedachte, dat Uribe's zogenaamde beleid inzake 'democratische veiligheid' een succes was.
'Ik wil mijn excuses aanbieden aan de slachtoffers voor de schade die is aangericht', zei Torres op zijn eerste dag in de rechtbank, maar ontkende de verantwoordelijkheid voor de twee moorden waarvan hij wordt beschuldigd.
De generaal werd vergezeld door de persoonlijke advocaat van de voormalige president, Jaime Granados, die ontkende dat de commandant van het leger iets te maken had met de moorden waarvoor hij was gearresteerd. 'De generaal is zich ervan bewust dat de troepen onder zijn bevel deze misdaden hebben gepleegd. Het is zijn plicht om te erkennen dat dat niet juist was', zei Granados.
Niettemin, het bijdragen aan de waarheid 'betekent niet het accepteren van verantwoordelijkheid', benadrukte de advocaat. 'Ik heb geen van de doden veroorzaakt of gelast', vertelde Torres, die ervan beschuldigd wordt een rol te spelen in 113 moorden gepleegd onder zijn toezicht. De voormalige generaal wordt ook beschuldigd van het verbergen van andere ambtenaren die beschuldigd zijn in 'valse positieven' zaken. De militaire schande Torres, de voormalige bevelhebber van de XVI-brigade, wordt beschuldigd deel te hebben genomen aan zogenoemde 'valse positieven', de executies van burgers die aan het publiek werden getoond als gevechtsdoden..
Colombia's Openbaar Ministerie documenteerde meer dan 4.500 slachtoffers van 'valse positieven', wat meer dan 5.000 militairen impliceert. Een recente studie zei, dat meer dan de helft van de gemelde gevechtsdoden onder Uribe geen guerrilla's waren, maar onschuldige burgers, wat een vals gevoel creëerde dat het leger het gewapende conflict met de FARC en andere rebellengroepen won die in 1964 begon en eindigde na een vredesovereenkomst in 2016.
Torres is een van de 23 generaals wiens vervolging is geëist door het Internationaal Strafhof, dat toezicht houdt op het vermogen van Colombia om oorlogsmisdadigers voor de rechter te dagen. Tot dusverre hebben 2.159 leden van de nationale veiligheidstroepen zich bij dit tribunaal gepresenteerd dat gevangenen en veroordeelde soldaten toestaat te wachten op een proces thuis en de gevangenis te ontwijken. Bijna 1.000 leden van de veiligheidstroepen zijn uit de gevangenis vrijgelaten nadat ze zich bij de JEP hadden geregistreerd.
(Suriname Mirror/Colombia Reports)
Afzettingsprocedure gemeenteraad Rio de Janeiro, Brazilië, tegen burgemeester Marcelo Crivella
(Bron foto: Fernando Frazão/Agencia Brasil. |
De gemeenteraad van Rio de Janeiro kondigde dinsdag 10 juli 2018 aan , dat het zijn halfjaarlijkse reces zou opschorten om twee afzettingsprocedures tegen burgemeester Marcelo Crivella te analyseren. Crivella wordt ervan beschuldigd zijn macht te gebruiken om voordelen te verkrijgen voor evangelische kerken.
Volgens de twee ingediende afzettingsprocedures wordt Crivella beschuldigd van administratieve ongepastheid bij gebruik van het stadspaleis (regeringshoofdkwartier) voor een ontmoeting met evangelische leiders op 4 juli, waar hij voordelen beloofde aan de religieuze groeperingen.
'Vandaag heb ik de afzetting van burgemeester Crivella aangevraagd voor het gebruik van de machinerie van de stad om zijn naaste aanhangers te bevoorrechten', zei gemeenteraadslid Atila Nunes in een video die op zijn sociale media-account werd geplaatst. 'Wat is erger, met behulp van religieuze criteria (om dit te doen). (Er waren) Beloften om namen aan de top van lijsten voor operaties te plaatsen', voegde hij eraan toe.
IMPEACHMENT DO CRIVELLA JÁ! https://t.co/skt1huJ7Q5— Átila Nunes (@depatilanunes) July 6, 2018
Crivella oferece a pastores cirurgias de catarata e ajuda para problemas no IPTU, em agenda secreta https://t.co/dPKjZUEqgN #AtilaNunes #ImpeachmentCrivella
Estamos coletando assinaturas para protocolar a suspensão do recesso e convocar sessão extraordinária para debater as infrações cometidas por Marcelo Crivella. Não toleraremos uma Prefeitura voltada para a garantia dos privilégios de poucos. Fora Crivella! pic.twitter.com/RoeVGONF6H— Tarcísio Motta (@MottaTarcisio) July 9, 2018
Verkozen in 2016 met de enorme steun van evangelisten, werd Crivella vorige week betrapt in een audio- en video-opname tijdens een ontmoeting in het stadhuis, en bood religieuze leiders hulp bij het plannen van cataract-, vasectomie- en spataderoperaties via het openbare Sistema Único de Saúde (SUS), voor hun gemeenten.
De burgemeester wees ook op de mogelijkheid om evangelische tempels vrij te stellen van de betaling van de Urban Land Tax (IPTU, Imposto Predial e Territorial Urbano) van de stad.
Bancada do @PSOLCarioca consegue interromper recesso e Câmara Municipal abrirá sessão extraordinária nesta quinta (12), às 14h, para apreciar investigação contra Marcelo Crivella. #ForaCrivella pic.twitter.com/t1WqO4PdGK— PSOL 50 (@psol50) July 10, 2018
In een verklaring ontkent het bestuur van Rio de beschuldigingen. 'De burgemeester van Rio, Marcelo Crivella, begrijpt dat het indienen van een verzoek om afzetting deel uitmaakt van het politieke spel van de oppositie. Maar, hij is er zeker van dat zowel de gemeenteraad als de Officier van Justitie weten hoe de realiteit te scheiden van wat manipulatie in dit geval is', aldus de verklaring.
Volgens de communicatieafdeling van de stad was de ontmoeting tussen Crivella en evangelisten gericht op het verspreiden van openbare diensten door de stad, en dat er geen onregelmatigheid was in de acties van de burgemeester. Crivella-aanhangers in het stadhuis zien ook geen basis voor de afzettingsprocessen.
'Er is geen reden voor afzetting', stelt Dr. Jairinho, leider van de regeringscoalitie in de raad. 'Niemand zag hier een serieuze motivatie voor. We gaan door zo'n moeilijke tijd in Brazilië; de kerel (Crivella) houdt een bijeenkomst om te proberen te helpen, en daarvoor kan hij worden afgezet? Het is onredelijk', besloot het raadslid.
De stemming over het al dan niet starten van een afzettingsprocedure zal naar verwachting donderdag 12 juli plaatsvinden. Vijftig raadsstemmen zijn nodig om het proces te starten. Indien geaccepteerd, moet de procedure voor het afzetten binnen 90 dagen worden voltooid.
(Suriname Mirror/The Rio Times/YouTube/Twitter/Facebook)
Activist/advocaat in Colombia: 'Boerenleiders lopen het meeste risico'
'Hier zijn we allemaal Don Quichot, de straffeloosheid in dit land is ongelooflijk'
Colombia is een land met een ongelofelijk rijke biodiversiteit. En het is een van de gevaarlijkste landen voor activisten, ook nadat een vredesverdrag in december 2016 een eind maakte aan een halve eeuw burgeroorlog.
Leonardo Jaimes Marin is mensenrechten- en milieuadvocaat in Bucaramanga, Santander. Hij staat lokale bewegingen bij in de strijd tegen economische megaprojecten. Al tien jaar lang wordt hij daarom permanent beveiligd. De slachtoffers van mensenrechtenschendingen en misdaden tegen de menselijkheid die advocaat Jaimes Marin (48) verdedigt, waren of zijn doorgaans het slachtoffer van het Colombiaanse staatsapparaat zelf.
Neem de vele boerenleiders die vastzitten voor vermeende ’deelname aan de guerrilla’, terwijl zij nooit iets met de guerrilla te maken hebben gehad. Wel komen ze op voor de rechten van hun gemeenschappen, en strijden zij tegen de economische megaprojecten die hun land bedreigen. Of neem de beruchte ‘valse positieven’, willekeurige burgers die door het Colombiaanse leger werden vermoord en geregistreerd als ‘gevallen FARC-soldaat’(Fuerzas Armadas Revolucionarias de Colombia), een macabere strategie om ‘resultaten te behalen’. Per vermoorde FARC-soldaat werd een bonus verstrekt.
En dan zijn er nog de talloze slachtoffers van paramilitairen, die grote delen van de boerenbevolking in dit gebied ontheemden en vermoordden.
'Nu zijn willekeurige arrestaties de nieuwe strategie van de staat om tegenstanders van economische projecten het zwijgen op te leggen', zegt Jaimes Marin in zijn kantoor in Bucaramanga, provinciehoofdstad van Santander. 'Alleen in de provincie Cesar zijn in de afgelopen twee jaar al 45 gemeenschapsleiders opgepakt.'
In zijn kantoor hangen tientallen foto’s van slachtoffers van het Colombiaanse leger, de politie of de paramilitairen, daterend van de jaren tachtig tot nu. Jaimes Marin pakt een stapel uitpuilende dossiers. Hij bracht ze allemaal naar de rechter, maar tot een uitspraak komt het zelden. Sommige van de zaken slepen al tientallen jaren voort. Hij wijst naar de muur waar een absurdistische prent van Don Quichot hangt, de dolende ridder die strijdt tegen het onrecht. 'Hier zijn we allemaal Don Quichot. De straffeloosheid in dit land is ongelooflijk.'
Jaimes is een mensenrechtenverdediger pur sang. Begin jaren '90 runde hij een opvang voor ontheemde boeren in de provincie, begin 2000 werkte hij voor de Interkerkelijke Comissie voor Vrede en Gerechtigheid. In 2008 richtte Jaimes het Juridisch Team voor de Volkeren (EJP, Equipo Juridico Pueblos) op, een Colombiaans collectief van vijftien advocaten en activisten. Zij verlenen juridische bijstand aan slachtoffers van staatsterreur en politieke vervolging, en helpen lokale bewegingen met hun strijd tegen economische megaprojecten die hun woongebied en het milieu bedreigen. Momenteel begeleidt het collectief een groep ontheemde boeren bij de terugkeer naar hun land in de provincie Cesar.
'Waar nu oliepalmen groeien, werden ten tijde van het presidentschap van Uribe boeren ontheemd door paramilitairen. Wij helpen ze bij het terugclaimen van die grond.'
Het collectief onderzoekt ook milieurampen zoals de recente olielekken van maatschappij Ecopetrol in Santander, en klaagt de betrokken bedrijven aan.
Sinds begin jaren 2000 wordt Jaimes constant bedreigd, reizen kan alleen met beveiliging. Zijn naam verscheen zelfs in documenten van de beruchte Colombiaanse inlichtingendienst DAS (Departamento Administrativo de Seguridad); een speciale eenheid voor het volgen van mensenrechtenactivisten werd verzocht hem in de gaten te houden. Ook paramilitaire groepen sturen geregeld bedreigingen aan zijn adres. Toch relativeert hij het gevaar dat hij loopt. 'Boerenleiders zijn degenen die het meeste risico lopen. Zij wonen afgelegen, ver weg op het platteland. Zonder bescherming. Zij zijn het kwetsbaarst.'
(Suriname Mirror/Down to Earth Magazine)
Colombia is een land met een ongelofelijk rijke biodiversiteit. En het is een van de gevaarlijkste landen voor activisten, ook nadat een vredesverdrag in december 2016 een eind maakte aan een halve eeuw burgeroorlog.
Leonardo Jaimes Marin is mensenrechten- en milieuadvocaat in Bucaramanga, Santander. Hij staat lokale bewegingen bij in de strijd tegen economische megaprojecten. Al tien jaar lang wordt hij daarom permanent beveiligd. De slachtoffers van mensenrechtenschendingen en misdaden tegen de menselijkheid die advocaat Jaimes Marin (48) verdedigt, waren of zijn doorgaans het slachtoffer van het Colombiaanse staatsapparaat zelf.
Neem de vele boerenleiders die vastzitten voor vermeende ’deelname aan de guerrilla’, terwijl zij nooit iets met de guerrilla te maken hebben gehad. Wel komen ze op voor de rechten van hun gemeenschappen, en strijden zij tegen de economische megaprojecten die hun land bedreigen. Of neem de beruchte ‘valse positieven’, willekeurige burgers die door het Colombiaanse leger werden vermoord en geregistreerd als ‘gevallen FARC-soldaat’(Fuerzas Armadas Revolucionarias de Colombia), een macabere strategie om ‘resultaten te behalen’. Per vermoorde FARC-soldaat werd een bonus verstrekt.
En dan zijn er nog de talloze slachtoffers van paramilitairen, die grote delen van de boerenbevolking in dit gebied ontheemden en vermoordden.
'Nu zijn willekeurige arrestaties de nieuwe strategie van de staat om tegenstanders van economische projecten het zwijgen op te leggen', zegt Jaimes Marin in zijn kantoor in Bucaramanga, provinciehoofdstad van Santander. 'Alleen in de provincie Cesar zijn in de afgelopen twee jaar al 45 gemeenschapsleiders opgepakt.'
In zijn kantoor hangen tientallen foto’s van slachtoffers van het Colombiaanse leger, de politie of de paramilitairen, daterend van de jaren tachtig tot nu. Jaimes Marin pakt een stapel uitpuilende dossiers. Hij bracht ze allemaal naar de rechter, maar tot een uitspraak komt het zelden. Sommige van de zaken slepen al tientallen jaren voort. Hij wijst naar de muur waar een absurdistische prent van Don Quichot hangt, de dolende ridder die strijdt tegen het onrecht. 'Hier zijn we allemaal Don Quichot. De straffeloosheid in dit land is ongelooflijk.'
Jaimes is een mensenrechtenverdediger pur sang. Begin jaren '90 runde hij een opvang voor ontheemde boeren in de provincie, begin 2000 werkte hij voor de Interkerkelijke Comissie voor Vrede en Gerechtigheid. In 2008 richtte Jaimes het Juridisch Team voor de Volkeren (EJP, Equipo Juridico Pueblos) op, een Colombiaans collectief van vijftien advocaten en activisten. Zij verlenen juridische bijstand aan slachtoffers van staatsterreur en politieke vervolging, en helpen lokale bewegingen met hun strijd tegen economische megaprojecten die hun woongebied en het milieu bedreigen. Momenteel begeleidt het collectief een groep ontheemde boeren bij de terugkeer naar hun land in de provincie Cesar.
'Waar nu oliepalmen groeien, werden ten tijde van het presidentschap van Uribe boeren ontheemd door paramilitairen. Wij helpen ze bij het terugclaimen van die grond.'
Het collectief onderzoekt ook milieurampen zoals de recente olielekken van maatschappij Ecopetrol in Santander, en klaagt de betrokken bedrijven aan.
Sinds begin jaren 2000 wordt Jaimes constant bedreigd, reizen kan alleen met beveiliging. Zijn naam verscheen zelfs in documenten van de beruchte Colombiaanse inlichtingendienst DAS (Departamento Administrativo de Seguridad); een speciale eenheid voor het volgen van mensenrechtenactivisten werd verzocht hem in de gaten te houden. Ook paramilitaire groepen sturen geregeld bedreigingen aan zijn adres. Toch relativeert hij het gevaar dat hij loopt. 'Boerenleiders zijn degenen die het meeste risico lopen. Zij wonen afgelegen, ver weg op het platteland. Zonder bescherming. Zij zijn het kwetsbaarst.'
(Suriname Mirror/Down to Earth Magazine)
Dieven in Caracas, Venezuela, hebben het voorzien op grafornamenten....
Graven worden geplunderd voor metalen voorwerpen en zelfs menselijke botten die bij occulte ceremonies worden gebruikt
Verdriet stond te lezen op het gezicht van Ivonne de Gutierrez toen ze bloemen naar het graf van haar zoon bracht op een begraafplaats in de hoofdstad van Venezuela, alleen om te ontdekken, dat de grafstenen van verschillende familieleden verdwenen waren. De stukken met bronzen letters en religieuze symbolen die de graven van een neef en twee tantes identificeerden, waren sinds haar bezoek een week eerder verdwenen.
'Bijna allemaal zijn ze meegenomen', zei Gutierrez, die tussen de vernielde graven stond op de Begraafplaats van het Oosten, een van de meest gekoesterde laatste rustplaatsen van Caracas.
Terwijl dieven zich al jarenlang op de necropolissen (grote begraafplaatsen) van de hoofdstad richten, nietsvermoedende rouwenden berovend of graven plunderend voor metalen voorwerpen en zelfs menselijke botten die bij occulte ceremonies worden gebruikt, is de misdaadgolf verergerd nu het land is verteerd door economische en politieke crisis.
Een lawine van klachten op Twitter en Instagram eind mei leidde ertoe, dat de beheerders van de begraafplaats de toename van gestolen plaques erkenden en ze vervangen door een goedkoper, plastic materiaal dat minder aantrekkelijk is voor dieven.
Sommige inscripties zijn verwijderd, maar er zijn geen vervangingen verschenen, waardoor familieleden geen idee hebben of de graftoebehoren van geliefden in bewaring zijn genomen of zijn weggenomen door plunderaars. 'Dat was begin mei en nog steeds weten we niets', zei Gutierrez.
Verschillende mensen zeiden, dat bestuurders van begraafplaatsen niet op hun vragen hebben gereageerd en dat ze niet hebben gereageerd op verzoeken om commentaar van The Associated Press.
Olierijk Venezuela was ooit een van de meest welvarende landen van Latijns-Amerika. Maar, bijna twee decennia van socialistische heerschappij hebben het in een economische neergang gestort met ernstige tekorten aan voedsel, medicijnen en andere goederen.
De op hol geslagen inflatie heeft velen in armoede gedompeld, gedwongen om te overleven op een maandelijks minimumloon dat neerkomt op centen - of zich tot misdaad wenden. Jarenlang hebben dieven zich in de straten van Caracas opgehouden en hebben ze rioolroosters en koperen telefoondraden ingezameld als schroot voor de zwarte markt.
De afgelopen maanden zijn rovers aan de haal gegaan met ongeveer 6.000 grafstenen van de Begraafplaats van het Oosten, zei Nora Bracho, een oppositie-parlementslid die aan het hoofd staat van een congrescommissie die toezicht houdt op openbare diensten. Dit is een klein percentage van de 200.000 graven op de begraafplaats, maar het was een nachtmerrie voor de getroffen familieleden.
'Dit is het topje van de ijsberg', zei Bracho, waarbij zij opmerkte dat de levenden ook worden geteisterd door verslechterende openbare diensten, waaronder grootschalige stroomuitval, tekorten aan water en een kapot openbaar vervoersysteem. De Begraafplaats van het Ooosten, gelegen op terrassen met uitzicht op de hoogbouw en sloppenwijken van Caracas, is lange tijd een oase geweest van de lawaaierige hoofdstad van Venezuela. Slechtvalken en ara's met blauwe staart zweven door de cipressen van de begraafplaats
Maar, familieleden zeggen dat de kalmte die ze ooit hebben gekoesterd, is verdwenen. 'Misdaad is overal', zei lerares Nidia Guzman tijdens een recent bezoek.
Gutiérrez zei dat tot nu toe plunderaars de grafsteen van haar zoon hebben overgeslagen, die zich al bijna een decennium in een goed zichtbare hoek van het Begraafplaats van het Oosten bevindt. Maar de angst dat het kan worden vernield of dat zijn overblijfselen worden gemanipuleerd voor hekserij heeft haar in overweging genomen om drastischer maatregelen te nemen. 'Ik denk erover zijn lichaam op te graven en zijn stoffelijk overschotten te laten verbranden', zei Gutierrez. 'Het is hier niet langer veilig.'
(Suriname Mirror/The Associated Press/The Republic)
Verdriet stond te lezen op het gezicht van Ivonne de Gutierrez toen ze bloemen naar het graf van haar zoon bracht op een begraafplaats in de hoofdstad van Venezuela, alleen om te ontdekken, dat de grafstenen van verschillende familieleden verdwenen waren. De stukken met bronzen letters en religieuze symbolen die de graven van een neef en twee tantes identificeerden, waren sinds haar bezoek een week eerder verdwenen.
'Bijna allemaal zijn ze meegenomen', zei Gutierrez, die tussen de vernielde graven stond op de Begraafplaats van het Oosten, een van de meest gekoesterde laatste rustplaatsen van Caracas.
Terwijl dieven zich al jarenlang op de necropolissen (grote begraafplaatsen) van de hoofdstad richten, nietsvermoedende rouwenden berovend of graven plunderend voor metalen voorwerpen en zelfs menselijke botten die bij occulte ceremonies worden gebruikt, is de misdaadgolf verergerd nu het land is verteerd door economische en politieke crisis.
Een lawine van klachten op Twitter en Instagram eind mei leidde ertoe, dat de beheerders van de begraafplaats de toename van gestolen plaques erkenden en ze vervangen door een goedkoper, plastic materiaal dat minder aantrekkelijk is voor dieven.
Sommige inscripties zijn verwijderd, maar er zijn geen vervangingen verschenen, waardoor familieleden geen idee hebben of de graftoebehoren van geliefden in bewaring zijn genomen of zijn weggenomen door plunderaars. 'Dat was begin mei en nog steeds weten we niets', zei Gutierrez.
Verschillende mensen zeiden, dat bestuurders van begraafplaatsen niet op hun vragen hebben gereageerd en dat ze niet hebben gereageerd op verzoeken om commentaar van The Associated Press.
Olierijk Venezuela was ooit een van de meest welvarende landen van Latijns-Amerika. Maar, bijna twee decennia van socialistische heerschappij hebben het in een economische neergang gestort met ernstige tekorten aan voedsel, medicijnen en andere goederen.
De op hol geslagen inflatie heeft velen in armoede gedompeld, gedwongen om te overleven op een maandelijks minimumloon dat neerkomt op centen - of zich tot misdaad wenden. Jarenlang hebben dieven zich in de straten van Caracas opgehouden en hebben ze rioolroosters en koperen telefoondraden ingezameld als schroot voor de zwarte markt.
De afgelopen maanden zijn rovers aan de haal gegaan met ongeveer 6.000 grafstenen van de Begraafplaats van het Oosten, zei Nora Bracho, een oppositie-parlementslid die aan het hoofd staat van een congrescommissie die toezicht houdt op openbare diensten. Dit is een klein percentage van de 200.000 graven op de begraafplaats, maar het was een nachtmerrie voor de getroffen familieleden.
'Dit is het topje van de ijsberg', zei Bracho, waarbij zij opmerkte dat de levenden ook worden geteisterd door verslechterende openbare diensten, waaronder grootschalige stroomuitval, tekorten aan water en een kapot openbaar vervoersysteem. De Begraafplaats van het Ooosten, gelegen op terrassen met uitzicht op de hoogbouw en sloppenwijken van Caracas, is lange tijd een oase geweest van de lawaaierige hoofdstad van Venezuela. Slechtvalken en ara's met blauwe staart zweven door de cipressen van de begraafplaats
Maar, familieleden zeggen dat de kalmte die ze ooit hebben gekoesterd, is verdwenen. 'Misdaad is overal', zei lerares Nidia Guzman tijdens een recent bezoek.
Gutiérrez zei dat tot nu toe plunderaars de grafsteen van haar zoon hebben overgeslagen, die zich al bijna een decennium in een goed zichtbare hoek van het Begraafplaats van het Oosten bevindt. Maar de angst dat het kan worden vernield of dat zijn overblijfselen worden gemanipuleerd voor hekserij heeft haar in overweging genomen om drastischer maatregelen te nemen. 'Ik denk erover zijn lichaam op te graven en zijn stoffelijk overschotten te laten verbranden', zei Gutierrez. 'Het is hier niet langer veilig.'
(Suriname Mirror/The Associated Press/The Republic)
Lyco I (Miranda Lyceum) heeft rechtstreeks slagingspercentage van 64.8%
193 Kandidaten direct geslaagd, 49 kandidaten (16.4%) moeten herkansing afleggen, 56 kandidaten (18.8%) afgewezen
Het schooljaar 2017/2018 is op Lyco I (Miranda Lyceum) aan de Passiebloemstraat is afgesloten met een rechtstreeks slagingspercentage van 64.8%. Dit bevestigt Balram Soemeer, directeur van Lyco I, vandaag, woensdag 11 juli 2018, in het Dagblad Suriname.
Gisteren werd bekendgemaakt wie allemaal de eindstreep hebben behaald uit de groep van 298 examenkandidaten. 193 Kandidaten zijn direct geslaagd, 49 kandidaten (16.4%) moeten een herkansing afleggen, 56 kandidaten (18.8%) zijn afgewezen.
Krishna Ramnath heeft met 4 tienen voor onder andere de vakken Wiskunde 1, Wiskunde 2, Scheikunde en Biologie en 3 negens voor de vakken Nederlands, Engels en Natuurkunde, de titel van best geslaagde in de wacht gesleept. Hij heeft in totaal 67 punten behaald uit het maximaal aantal punten van 70. Opmerkelijk is dat Ramnath niet afgevaardigd wordt naar de Natuurkunde Olympiade. Van Lyco I zijn wel 2 studenten geselecteerd, die zullen participeren aan deze internationale wedstrijd.
In tegenstelling tot vorig schooljaar is er een lichte stijging merkbaar van 1.5% van het aantal direct geslaagden van het huidig jaar. Het aantal direct afgewezenen is iets gedropt met 5.2% ten opzichte van het schooljaar 2016/2017.
'We zijn niet ontevreden met het resultaat, maar als directeur verwacht je natuurlijk dat de score veel beter is. De studenten hebben niet zo goed gewerkt met de vakken Economie 1 en 2. Meestal krijgen we na de herkansing wel een slagingspercentage dat tussen de 70% en 80% ligt.'
Volgens Soemeer heeft Lyco I nauwelijks te kampen gehad met onderwijsstagnaties. 'Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur legt vaak een verband tussen onderwijsonderbrekingen en het eindresultaat op de scholen. Op Lyco I blijkt nu dat de afwezigheid van onderwijsstagnaties niet heeft geresulteerd in een aanzienlijke groei van het gemiddeld eindresultaat. We zijn dan ook benieuwd met welk statement het ministerie thans zal uitkomen.'
Soemeer steekt de afgewezen examenstudenten tot slot een hart onder de riem. 'Zij die het niet gehaald hebben, moeten die extra kans ook extra zien te benutten. De studenten die een herkansing hebben, krijgen van ons ook extra begeleiding om alsnog de eindstreep te halen.'
Het schooljaar 2017/2018 is op Lyco I (Miranda Lyceum) aan de Passiebloemstraat is afgesloten met een rechtstreeks slagingspercentage van 64.8%. Dit bevestigt Balram Soemeer, directeur van Lyco I, vandaag, woensdag 11 juli 2018, in het Dagblad Suriname.
Gisteren werd bekendgemaakt wie allemaal de eindstreep hebben behaald uit de groep van 298 examenkandidaten. 193 Kandidaten zijn direct geslaagd, 49 kandidaten (16.4%) moeten een herkansing afleggen, 56 kandidaten (18.8%) zijn afgewezen.
Krishna Ramnath heeft met 4 tienen voor onder andere de vakken Wiskunde 1, Wiskunde 2, Scheikunde en Biologie en 3 negens voor de vakken Nederlands, Engels en Natuurkunde, de titel van best geslaagde in de wacht gesleept. Hij heeft in totaal 67 punten behaald uit het maximaal aantal punten van 70. Opmerkelijk is dat Ramnath niet afgevaardigd wordt naar de Natuurkunde Olympiade. Van Lyco I zijn wel 2 studenten geselecteerd, die zullen participeren aan deze internationale wedstrijd.
In tegenstelling tot vorig schooljaar is er een lichte stijging merkbaar van 1.5% van het aantal direct geslaagden van het huidig jaar. Het aantal direct afgewezenen is iets gedropt met 5.2% ten opzichte van het schooljaar 2016/2017.
'We zijn niet ontevreden met het resultaat, maar als directeur verwacht je natuurlijk dat de score veel beter is. De studenten hebben niet zo goed gewerkt met de vakken Economie 1 en 2. Meestal krijgen we na de herkansing wel een slagingspercentage dat tussen de 70% en 80% ligt.'
Volgens Soemeer heeft Lyco I nauwelijks te kampen gehad met onderwijsstagnaties. 'Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur legt vaak een verband tussen onderwijsonderbrekingen en het eindresultaat op de scholen. Op Lyco I blijkt nu dat de afwezigheid van onderwijsstagnaties niet heeft geresulteerd in een aanzienlijke groei van het gemiddeld eindresultaat. We zijn dan ook benieuwd met welk statement het ministerie thans zal uitkomen.'
Soemeer steekt de afgewezen examenstudenten tot slot een hart onder de riem. 'Zij die het niet gehaald hebben, moeten die extra kans ook extra zien te benutten. De studenten die een herkansing hebben, krijgen van ons ook extra begeleiding om alsnog de eindstreep te halen.'
Trio-dorp Pelelutepu (Tepu) heeft nu 24/7 via zonnepannelen stroom voor de 88 huishoudens
Project uitgevoerd door Amazon Conservation Team Suriname en Japan-Caribbean Climate Change Partnership
Het was een vreugde van jewelste in het Trio-dorp Pelelutepu in Zuid Suriname vandaag, woensdag 11 juli 2018. Een droom is vandaag uitgekomen voor de inwoners van het Trio-dorp Pelelutepu in Zuid Suriname met de oplevering van een modulair zonne-energiesysteem bestaande uit 75 zonnepanelen met een totaal vermogen van 20KWH. Hierdoor beschikken de dorpelingen – het gaat in totaal om 88 huishoudens – vanaf vandaag 24/7 officieel over stroom opgewekt, na een maand van proefdraaien om eventuele kinderziektes op te vangen.
Wie het dorpsleven kent, kan zijn vreugdekreet inschatten, aldus het Amazon Conservation Team Suriname in een persbericht.
Vele gemeenschappen worden bij de avondval letterlijk door de duisternis omhuld. Door gebrekkige tot geen elektrificatie kunnen vele activiteiten – alhoewel de bewoners zich vrij goed hebben aangepast aan hun realiteit – niet uitgevoerd worden. Ook overdag was deze voelbaar, aangezien het doorwerkte in het beperkt kunnen uitoefenen van economische activiteiten. Dorpen die beschikken over een aggregaat, kunnen soms weken en zelfs maanden zonder stroom zitten door een tekort aan brandstof.
Tepu, zoals in de volksmond bekend, was hierop geen uitzondering. Echter, voor hen behoort de hierboven geschetste situatie vanaf vandaag tot het verleden.
Het project is uitgevoerd door het Amazon Conservation Team Suriname, in partnerschap met het Japan-Caribbean Climate Change Partnership en ondersteuning van de Dienst Elektrificatie Voorziening van het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen.
Minu Parahoe, directeur van ACT Suriname, is heel blij met de oplevering van het zonne-energiesysteem voor het dorp. Zij wijst erop, dat voorlichting en monitoring een must zijn. Zo mag het laadvermogen van de batterijen niet zakken naar tot beneden 50% van capaciteit. Maar, ook hierop is de gemeenschap al voorbereid.
Het project is één van de duurzaamheidsprojecten van ACT Suriname. 'Uitbreiding van de huishoudens op het systeem en/of verbruik anderszins zal uitgebreid worden met panelen en batterijen. Het is berekend voor de toekomst, vandaar dat de opzet modulair is.'
De kikker op de rots, dat is de betekenis van Pelelutepu. Het dorp is in vergelijking met andere Inheemse dorpen klein qua aantal inwoners. Er wonen er ongeveer 390 dorpelingen die samen zo een 88 huishoudens vormen.
In het dorp wonen er overwegend inheemsen van de Trio stam en een kleine groep Wayana’s en Akuriyo’s. De dorpsleiding ligt bij stamhoofd Moshesi Shanaupe.
Tepu ligt aan de Tapanahonirivier in het district Sipaliwini. Het dorp werd rond de begin ’60 gesticht door christelijke missionarissen. De inheemsen die toen een nomadenbestaan hadden, kregen op deze manier een vaste verblijfplaats. Tepu wordt omringd door een natuurgebied met adembenemende stroomversnellingen zoals de Anora Ituru en een rijke flora en fauna.
Het was een vreugde van jewelste in het Trio-dorp Pelelutepu in Zuid Suriname vandaag, woensdag 11 juli 2018. Een droom is vandaag uitgekomen voor de inwoners van het Trio-dorp Pelelutepu in Zuid Suriname met de oplevering van een modulair zonne-energiesysteem bestaande uit 75 zonnepanelen met een totaal vermogen van 20KWH. Hierdoor beschikken de dorpelingen – het gaat in totaal om 88 huishoudens – vanaf vandaag 24/7 officieel over stroom opgewekt, na een maand van proefdraaien om eventuele kinderziektes op te vangen.
Wie het dorpsleven kent, kan zijn vreugdekreet inschatten, aldus het Amazon Conservation Team Suriname in een persbericht.
Vele gemeenschappen worden bij de avondval letterlijk door de duisternis omhuld. Door gebrekkige tot geen elektrificatie kunnen vele activiteiten – alhoewel de bewoners zich vrij goed hebben aangepast aan hun realiteit – niet uitgevoerd worden. Ook overdag was deze voelbaar, aangezien het doorwerkte in het beperkt kunnen uitoefenen van economische activiteiten. Dorpen die beschikken over een aggregaat, kunnen soms weken en zelfs maanden zonder stroom zitten door een tekort aan brandstof.
Tepu, zoals in de volksmond bekend, was hierop geen uitzondering. Echter, voor hen behoort de hierboven geschetste situatie vanaf vandaag tot het verleden.
Het project is uitgevoerd door het Amazon Conservation Team Suriname, in partnerschap met het Japan-Caribbean Climate Change Partnership en ondersteuning van de Dienst Elektrificatie Voorziening van het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen.
Minu Parahoe, directeur van ACT Suriname, is heel blij met de oplevering van het zonne-energiesysteem voor het dorp. Zij wijst erop, dat voorlichting en monitoring een must zijn. Zo mag het laadvermogen van de batterijen niet zakken naar tot beneden 50% van capaciteit. Maar, ook hierop is de gemeenschap al voorbereid.
Het project is één van de duurzaamheidsprojecten van ACT Suriname. 'Uitbreiding van de huishoudens op het systeem en/of verbruik anderszins zal uitgebreid worden met panelen en batterijen. Het is berekend voor de toekomst, vandaar dat de opzet modulair is.'
De kikker op de rots, dat is de betekenis van Pelelutepu. Het dorp is in vergelijking met andere Inheemse dorpen klein qua aantal inwoners. Er wonen er ongeveer 390 dorpelingen die samen zo een 88 huishoudens vormen.
In het dorp wonen er overwegend inheemsen van de Trio stam en een kleine groep Wayana’s en Akuriyo’s. De dorpsleiding ligt bij stamhoofd Moshesi Shanaupe.
Tepu ligt aan de Tapanahonirivier in het district Sipaliwini. Het dorp werd rond de begin ’60 gesticht door christelijke missionarissen. De inheemsen die toen een nomadenbestaan hadden, kregen op deze manier een vaste verblijfplaats. Tepu wordt omringd door een natuurgebied met adembenemende stroomversnellingen zoals de Anora Ituru en een rijke flora en fauna.
Suriname gaat na 25 jaar uitleveringsverdrag ratificeren
Openbaar Ministerie oordeelt dat verdrag geheel in lijn is met de nationale wetgeving
Nadat vrijwel alle lidstaten van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) in 1993 hun goedkeuring hebben gegeven aan het uitleveringsverdrag ‘Serving Criminal Sentences abroad’ (zie hierna), maakt Suriname nu aanstalten om tot dit verdrag toe te treden. Het verdrag stelt veroordeelde gedetineerden in staat om in hun straf uit te zitten in hun land van herkomst.
De oppositie heeft de behandeling van het verdrag gisteren in De Nationale Assemblee aangegrepen om forse kritiek te uiten op het regeringsbeleid. Dat Suriname nu pas aanstalten maakt tot het verdrag toe te treden, zou komen omdat er op het ministerie van Justitie en Politie geen consistent beleid is, zo schrijft de Ware Tijd vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Ook ontbreekt een goed resocialisatieplan voor delinquenten. Diensten die onder dit ministerie vallen, kunnen volgens critici niet goed functioneren, omdat vanuit de centrale overheid geen prioriteit wordt gegeven aan dringende zaken. Verder vraagt men zich af of de regering wel invulling kan geven aan de voorwaarden die in het verdrag zijn opgenomen.
Rossellie Cotino (NDP) is voorzitter van de parlementaire commissie voor Justitie en Politie die de behandeling heeft voorbereid. Zij zei, dat door het Openbaar Ministerie is geconcludeerd, dat dit verdrag geheel in lijn is met de nationale wetgeving en dat er geen conflicterende bepalingen zijn geconstateerd. Dit is vergelijkbaar met de Europese versie, die in 2007 wel is aangenomen door Suriname. Maar, ook die is nog steeds niet geratificeerd.
De OAS hoopt met dit verdrag een succesvol resocialisatieproces op gang te brengen in de lidlanden. Veroordeelden maken een betere kans om op een goede en verantwoorde manier in de maatschappij terug te keren, wanneer zij in eigen land, dichtbij familie, de straf uitzitten.
Suriname is mogelijk nog geen partij bij het verdrag vanwege de strikte voorwaarden, zoals de financiële kosten en andere logistieke eisen. In een volgende vergadering zal de regering de vragen van het parlement moeten beantwoorden. Als het verdrag is goedgekeurd, moet het Openbaar Ministerie een autoriteit instellen die belast wordt met de uitvoering.
Nadat vrijwel alle lidstaten van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) in 1993 hun goedkeuring hebben gegeven aan het uitleveringsverdrag ‘Serving Criminal Sentences abroad’ (zie hierna), maakt Suriname nu aanstalten om tot dit verdrag toe te treden. Het verdrag stelt veroordeelde gedetineerden in staat om in hun straf uit te zitten in hun land van herkomst.
De oppositie heeft de behandeling van het verdrag gisteren in De Nationale Assemblee aangegrepen om forse kritiek te uiten op het regeringsbeleid. Dat Suriname nu pas aanstalten maakt tot het verdrag toe te treden, zou komen omdat er op het ministerie van Justitie en Politie geen consistent beleid is, zo schrijft de Ware Tijd vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Ook ontbreekt een goed resocialisatieplan voor delinquenten. Diensten die onder dit ministerie vallen, kunnen volgens critici niet goed functioneren, omdat vanuit de centrale overheid geen prioriteit wordt gegeven aan dringende zaken. Verder vraagt men zich af of de regering wel invulling kan geven aan de voorwaarden die in het verdrag zijn opgenomen.
Rossellie Cotino (NDP) is voorzitter van de parlementaire commissie voor Justitie en Politie die de behandeling heeft voorbereid. Zij zei, dat door het Openbaar Ministerie is geconcludeerd, dat dit verdrag geheel in lijn is met de nationale wetgeving en dat er geen conflicterende bepalingen zijn geconstateerd. Dit is vergelijkbaar met de Europese versie, die in 2007 wel is aangenomen door Suriname. Maar, ook die is nog steeds niet geratificeerd.
De OAS hoopt met dit verdrag een succesvol resocialisatieproces op gang te brengen in de lidlanden. Veroordeelden maken een betere kans om op een goede en verantwoorde manier in de maatschappij terug te keren, wanneer zij in eigen land, dichtbij familie, de straf uitzitten.
Suriname is mogelijk nog geen partij bij het verdrag vanwege de strikte voorwaarden, zoals de financiële kosten en andere logistieke eisen. In een volgende vergadering zal de regering de vragen van het parlement moeten beantwoorden. Als het verdrag is goedgekeurd, moet het Openbaar Ministerie een autoriteit instellen die belast wordt met de uitvoering.
Politie van Nickerie houdt in één week 53 illegale Haïtianen aan
Illegalen overgedragen aan de afdeling Trafficking In Person
De politie van Nickerie heeft afgelopen week 53 illegale Haïtianen aangehouden. 30 Illegalen werden woensdag 4 juli aangehouden en op zondag 8 juli werden er 23 aangehouden en overgebracht naar Wageningen. Dit meldt het Dagblad Suriname vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Regiocommandant Widjaikoemar Oedit van het Korps Politie Suriname zegt, dat 30 personen zich bevonden in busjes, waarvan 16 minderjarigen variërend in de leeftijd tussen 2 tot 15 jaar. Een deel van de illegalen werd gisteren op het parket voorgeleid.
Volgens Oedit zijn de mannen in het cellenhuis ondergebracht en de vrouwen en kinderen in een dienstwoning van het korps.
De bestuurders van beide busjes zijn hangende het verdere onderzoek aangehouden wegens mensensmokkel en zijn intussen overgedragen aan de afdeling Trafficking In Person (TIP). De illegalen zullen na het proces het land uitgezet worden.
De politie van Nickerie heeft afgelopen week 53 illegale Haïtianen aangehouden. 30 Illegalen werden woensdag 4 juli aangehouden en op zondag 8 juli werden er 23 aangehouden en overgebracht naar Wageningen. Dit meldt het Dagblad Suriname vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Regiocommandant Widjaikoemar Oedit van het Korps Politie Suriname zegt, dat 30 personen zich bevonden in busjes, waarvan 16 minderjarigen variërend in de leeftijd tussen 2 tot 15 jaar. Een deel van de illegalen werd gisteren op het parket voorgeleid.
Volgens Oedit zijn de mannen in het cellenhuis ondergebracht en de vrouwen en kinderen in een dienstwoning van het korps.
De bestuurders van beide busjes zijn hangende het verdere onderzoek aangehouden wegens mensensmokkel en zijn intussen overgedragen aan de afdeling Trafficking In Person (TIP). De illegalen zullen na het proces het land uitgezet worden.
Inheemse bewoners van Tepu kunnen mogelijk schoon drinkwater tegemoet zien
(Bron foto: Eithne B. Carlin) |
Een lang gekoesterde wens van kapitein Sanoupe Mozesi zal in vervulling gaan, er komt schoon drinkwater voor de bewoners van Tepu. 'Met deze samenwerking zullen de Medische Zending Primary Health Care Suriname (MZ) en Amazon Conservation Team (ACT) samen kijken hoe wij schoon drinkwater kunnen brengen naar het dorp Tepu', zegt ACT-directeur Minu Parahoe vandaag, woensdag 11 juli 2018, in de Ware Tijd.
Het is de bedoeling, dat deze twee partners samen met de dienst Watervoorziening de mogelijkheden in kaart zullen brengen.
'We zullen nagaan of er waterbronnen aanwezig zijn die eventueel aangeboord kunnen worden. Met hulp en insteken van de dienst Watervoorziening zal er dan een project opgemaakt worden om deze te kunnen realiseren.'
Momenteel gebruikt het dorp regenwater als drinkwater en dat kan voor problemen zorgen. 'Doordat het water niet zo schoon is, kunnen zich soms gevallen van diarree of griep voordoen. Ook baby's krijgen het met blikvoeding toegediend', zegt de directeur van de Medisch Zending, Edward van Eer.
Schoon drinkwater in het dorp zal zeker impact hebben op de gezondheid van de bewoners.
'De dorpelingen zullen dan niet meer afhankelijk zijn van de regen voor hun drinkwater, maar daarnaast dring je ook de gevolgen van consumptie van vervuild water terug.'
Van Eer hoopt dat de bewoners zich heel erg zullen inspannen voor de realisatie van dit project.
Hakrinbank heeft in 2017 Srd 35 miljoen winst geboekt
Vergadering van aandeelhouders staat vooral in teken vertrek directeur Bousaid
De Hakrinbank heeft een ‘bevredigend’ jaar achter de rug. In 2017 heeft de bank Srd 35 miljoen winst geboekt. De resultaten van het afgelopen jaar zijn gisteravond op de algemene vergadering van aandeelhouders (ava) gepresenteerd door algemeen directeur Jim Bousaid. 'Dit is ook mijn laatste ava, in september ga ik met pensioen', zei hij, aldus Starnieuws vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Brandende vragen werden gesteld in hotel Royal Torarica, de meeste gingen over het vertrek van Bousaid en de 51 procent aandelen van de Staat die nog steeds niet zijn afgestoten is volgens de wet.
De tweede grootste bank van het land heeft wel goede resultaten neergezet ondanks 'een klimaat van voortdurende doch afnemende economische onevenwichtigheid en aanhoudende teruggang bij de op de binnenlandse afzetmarkt gerichte ondernemingen'.
De bank heeft in 2017 ruim Srd 202 miljoen verdiend, ruim 27 miljoen meer dan in 2016. De operationele kosten zijn in 2017 toegenomen en bedroegen afgerond 126 miljoen, 19 miljoen meer dan in 2016. De kredietrisico's zijn wel afgenomen; Srd 21,6 miljoen ten opzichte van 23, 4 miljoen in 2016. De winst voor de belasting bedraagt afgerond 55 miljoen, na de belastingen 35 miljoen. Van de winst gaat wordt 8,8 miljoen uitgekeerd aan de aandeelhouders en wordt 26,2 miljoen aan de algemene reserve toegevoegd.
Het balanstotaal bedraagt 4,14 miljard, ruim 700 miljoen meer dan in 2016.
De resultaten van de bank tonen vanaf 2013 een scherp stijgende lijn.
De bank heeft goede vooruitzichten deelde Bousaid mee. De financiële instelling gaat ongestoord door met het moderniseringsproces en uitbreiden van de diensten. Zo wordt later dit jaar begonnen met de bouw van een filiaal op Latour en in 2019 op Lelydorp.
De Hakrinbank heeft een ‘bevredigend’ jaar achter de rug. In 2017 heeft de bank Srd 35 miljoen winst geboekt. De resultaten van het afgelopen jaar zijn gisteravond op de algemene vergadering van aandeelhouders (ava) gepresenteerd door algemeen directeur Jim Bousaid. 'Dit is ook mijn laatste ava, in september ga ik met pensioen', zei hij, aldus Starnieuws vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Brandende vragen werden gesteld in hotel Royal Torarica, de meeste gingen over het vertrek van Bousaid en de 51 procent aandelen van de Staat die nog steeds niet zijn afgestoten is volgens de wet.
De tweede grootste bank van het land heeft wel goede resultaten neergezet ondanks 'een klimaat van voortdurende doch afnemende economische onevenwichtigheid en aanhoudende teruggang bij de op de binnenlandse afzetmarkt gerichte ondernemingen'.
De bank heeft in 2017 ruim Srd 202 miljoen verdiend, ruim 27 miljoen meer dan in 2016. De operationele kosten zijn in 2017 toegenomen en bedroegen afgerond 126 miljoen, 19 miljoen meer dan in 2016. De kredietrisico's zijn wel afgenomen; Srd 21,6 miljoen ten opzichte van 23, 4 miljoen in 2016. De winst voor de belasting bedraagt afgerond 55 miljoen, na de belastingen 35 miljoen. Van de winst gaat wordt 8,8 miljoen uitgekeerd aan de aandeelhouders en wordt 26,2 miljoen aan de algemene reserve toegevoegd.
Het balanstotaal bedraagt 4,14 miljard, ruim 700 miljoen meer dan in 2016.
De resultaten van de bank tonen vanaf 2013 een scherp stijgende lijn.
De bank heeft goede vooruitzichten deelde Bousaid mee. De financiële instelling gaat ongestoord door met het moderniseringsproces en uitbreiden van de diensten. Zo wordt later dit jaar begonnen met de bouw van een filiaal op Latour en in 2019 op Lelydorp.
Internationaal wetenschappelijk onderzoek naar unieke status leguaan op Curaçao
Onderzoekers bestuderen de leguaanpopulaties van
Curaçao, Aruba en Bonaire
Is de Curaçaose leguanenpopulatie uniek? Een team van wetenschappers uit Amerika, Puerto Rico en Nederland probeert momenteel het antwoord op die vraag te achterhalen. De onderzoekers bestuderen de leguaanpopulaties van Curaçao, Aruba en Bonaire in het kader van een vervolgonderzoek op eerdere bevindingen uit 2012, zo bericht het Antilliaans Dagblad vandaag, woensdag 11 juli 2018.
De resultaten, op basis van DNA, wekten destijds de indruk dat de lokale leguaanpopulatie uniek is, net als de kolebra di Kòrsou (slang) en de lagadishi (hagedis). Zo vertelt leguaanspecialist Thijs van den Burg van de Universiteit van Amsterdam en lid van International Union for Conservation of Nature and Natural Resources (IUCN).
Op de foto neemt een team wetenschappers bloedmonsters af en verzamelt andere metingen van de leguanen op de ABC-eilanden.
Is de Curaçaose leguanenpopulatie uniek? Een team van wetenschappers uit Amerika, Puerto Rico en Nederland probeert momenteel het antwoord op die vraag te achterhalen. De onderzoekers bestuderen de leguaanpopulaties van Curaçao, Aruba en Bonaire in het kader van een vervolgonderzoek op eerdere bevindingen uit 2012, zo bericht het Antilliaans Dagblad vandaag, woensdag 11 juli 2018.
De resultaten, op basis van DNA, wekten destijds de indruk dat de lokale leguaanpopulatie uniek is, net als de kolebra di Kòrsou (slang) en de lagadishi (hagedis). Zo vertelt leguaanspecialist Thijs van den Burg van de Universiteit van Amsterdam en lid van International Union for Conservation of Nature and Natural Resources (IUCN).
Op de foto neemt een team wetenschappers bloedmonsters af en verzamelt andere metingen van de leguanen op de ABC-eilanden.
CBCS werkt aan transformatie naar ‘state of the art’ Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten
Strategisch plan 2018-2020 geeft een weergave van de
transformatie
De Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) heeft gekozen voor een nieuwe strategische koers. Het strategisch plan 2018-2020 geeft een weergave van de transformatie van de CBCS naar een ‘state of the art’ Centrale Bank waarop kan worden vertrouwd. Zo meldt de CBCS in een persbericht, aldus het Antilliaans Dagblad vandaag, woensdag 11 juli 2018.
'De dynamische omgeving, trends en ontwikkelingen in de wereld en de veranderende verwachtingen vanuit de financiële sector hebben hiertoe geleid.'
In haar nieuwe ambities, zoekt de CBCS een balans tussen haar rol als effectieve toezichthouder en als adviserende businesspartner voor de financiële sector en overheden van de beide landen. Recent werd het strategisch plan aan het voltallige personeel en aan de externe stakeholders gepresenteerd.
De nieuwe strategie van de CBCS richt zich op drie focusgebieden: monetaire stabiliteit van Curaçao en Sint Maarten, een stabiele en competitieve financiële sector en het ontwikkelen van een klantvriendelijke en innovatieve organisatie. Deze focusgebieden zijn verder uitgewerkt in verschillende strategische doelen die zijn uitgesmeerd over de periode 2018-2020.
Binnen de CBCS worden momenteel de nodige acties ondernomen om de gewenste resultaten binnen de vastgestelde periode te behalen.
De Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) heeft gekozen voor een nieuwe strategische koers. Het strategisch plan 2018-2020 geeft een weergave van de transformatie van de CBCS naar een ‘state of the art’ Centrale Bank waarop kan worden vertrouwd. Zo meldt de CBCS in een persbericht, aldus het Antilliaans Dagblad vandaag, woensdag 11 juli 2018.
'De dynamische omgeving, trends en ontwikkelingen in de wereld en de veranderende verwachtingen vanuit de financiële sector hebben hiertoe geleid.'
In haar nieuwe ambities, zoekt de CBCS een balans tussen haar rol als effectieve toezichthouder en als adviserende businesspartner voor de financiële sector en overheden van de beide landen. Recent werd het strategisch plan aan het voltallige personeel en aan de externe stakeholders gepresenteerd.
De nieuwe strategie van de CBCS richt zich op drie focusgebieden: monetaire stabiliteit van Curaçao en Sint Maarten, een stabiele en competitieve financiële sector en het ontwikkelen van een klantvriendelijke en innovatieve organisatie. Deze focusgebieden zijn verder uitgewerkt in verschillende strategische doelen die zijn uitgesmeerd over de periode 2018-2020.
Binnen de CBCS worden momenteel de nodige acties ondernomen om de gewenste resultaten binnen de vastgestelde periode te behalen.
Voorschot van 2,5 miljoen gulden leidt nog niet tot verbetering zorg Sehos
Medisch stafbestuur: 'Er moeten voldoende mensen, materialen
en middelen aanwezig zijn'
Dat de Sociale Verzekeringsbank (SVB) het Sint Elisabeth Hospitaal (Sehos) een voorschot van 2,5 miljoen gulden heeft gegeven, heeft nog niet direct als resultaat dat het ziekenhuis meer dan enkel de acute en medisch noodzakelijke zorg gaat leveren. Zo blijkt uit een interne nota, die het Antilliaans Dagblad in handen heeft en die door de voorzitter van de Raad van Bestuur van het Sehos, Anthon Casperson, wordt bevestigd, aldus het dagblad vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Het medische stafbestuur is ondanks ‘dat er vorige week wat geld is gekomen’ niet van standpunt veranderd. Het medisch bestuur heeft ‘conform de afspraak’ aan de Raad van Bestuur doorgegeven, dat eerst aan de gestelde voorwaarden voldaan moet zijn; er moeten voldoende mensen, materialen en middelen aanwezig zijn en ook de continuïteit hiervan moet gegarandeerd kunnen worden. Zo valt te lezen.
Casperson legt uit dat de problemen het gevolg zijn van ‘uitholling van de stichting’. 'Vanwege financiële perikelen in het verleden.'
Ook het uitstellen van de opening van het nieuwe ziekenhuis Hospital Nobo Otrobanda (HNO) speelt in deze situatie een rol; het Sehos is langer operationeel dan aanvankelijk het plan was. 'Dat betekent dat we achterstanden hebben in het aanschaffen of vervangen van bestaande apparatuur', aldus de voorzitter.
Dat de Sociale Verzekeringsbank (SVB) het Sint Elisabeth Hospitaal (Sehos) een voorschot van 2,5 miljoen gulden heeft gegeven, heeft nog niet direct als resultaat dat het ziekenhuis meer dan enkel de acute en medisch noodzakelijke zorg gaat leveren. Zo blijkt uit een interne nota, die het Antilliaans Dagblad in handen heeft en die door de voorzitter van de Raad van Bestuur van het Sehos, Anthon Casperson, wordt bevestigd, aldus het dagblad vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Het medische stafbestuur is ondanks ‘dat er vorige week wat geld is gekomen’ niet van standpunt veranderd. Het medisch bestuur heeft ‘conform de afspraak’ aan de Raad van Bestuur doorgegeven, dat eerst aan de gestelde voorwaarden voldaan moet zijn; er moeten voldoende mensen, materialen en middelen aanwezig zijn en ook de continuïteit hiervan moet gegarandeerd kunnen worden. Zo valt te lezen.
Casperson legt uit dat de problemen het gevolg zijn van ‘uitholling van de stichting’. 'Vanwege financiële perikelen in het verleden.'
Ook het uitstellen van de opening van het nieuwe ziekenhuis Hospital Nobo Otrobanda (HNO) speelt in deze situatie een rol; het Sehos is langer operationeel dan aanvankelijk het plan was. 'Dat betekent dat we achterstanden hebben in het aanschaffen of vervangen van bestaande apparatuur', aldus de voorzitter.
PALU: 'Onderwijs heeft meer dan ooit behoefte aan richting, stabiliteit en zekerheid'
'Huidige regering weet ook niet echt raad met het onderwijs'
'De toekomst van Suriname staat op het spel'
Onderwijs is inhoudelijk en organisatorisch al jaren het zorgenkind van opeenvolgende regeringen. Ook de huidige regering weet er niet echt raad mee. Steeds weer wordt er geëxperimenteerd met verschillende schooltypes en met nieuwe boeken en lesmethoden. Het bewijs dat we niet veel zijn opgeschoten in de afgelopen jaren zullen we straks weer zien aan het eind van het schooljaar in de vorm van de cijfers van de geslaagden voor de eindexamens MULO en VWO. Hier komt nog bij dat er vrijwel geen school- of studiejaar voorbij gaat zonder stakingen of andere verstoringen.
Ons onderwijs heeft meer dan ooit behoefte aan richting, stabiliteit en zekerheid. Maar goed, nu moet dan het Instituut voor de Opleiding van Leraren (IOL) worden ondergebracht bij de Universiteit. Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur is net een week geleden gekomen met de mededeling dat er per 1 oktober geen nieuwe inschrijvingen zullen worden gedaan voor het IOL.
In een poging om de grote haast van de incorporatie van IOL in ADEK te beargumenteren haalt de minister aan, dat het niveau van het onderwijs drastisch moet worden verhoogd. Maar. er zijn weinig mensen die het oneens zullen zijn over het niveau van het onderwijs. Uit alles blijkt, dat betrokken partijen, leerkrachten, studenten, aspirant-studenten en ouders zich gewoon overrompeld voelen. En dat is goed te begrijpen, want op dit moment bestaat er bijvoorbeeld over het curriculum van zelfs maar het schakeljaar, dat nieuwe inschrijvers per 1 oktober moeten gaan volgen, geen duidelijkheid. We praten dan nog niet eens over de hele verdere opleiding.
Leerkrachten zitten ook met talloze vragen. En daar komt nog bij, de ervaring met de huidige regering, dat teveel maatregelen die misschien nodig zijn, onvoldoende of ronduit slecht worden voorbereid, waardoor die maatregelen halverwege moeten worden teruggedraaid. Oorzaken Dat de minister de onbevoegde leerkrachten noemt als oorzaak van het slechte onderwijsniveau is natuurlijk een misser. Zo eenvoudig ligt dat niet.
Die onbevoegde leerkrachten zijn onderdeel van een totaal systeem en wat de PALU betreft moet juist dat systeem worden aangepakt. Maar ook dan nog, los van het grote plaatje, hoe zit het met het gebrek aan les- en schoolmaterialen waar regeringen maar geen blijvende oplossing voor weten te vinden. Of het gebrek aan werkgelegenheid voor afgestudeerden, dat niet motiverend werkt naar de huidige leerlingen en studenten om naar school te gaan en hun studie af te ronden.
Maar, ook het voorbeeld dat jeugd en jongeren krijgen voorgeschoteld door onder andere de huidige politieke machthebbers dat zij niet hoeven te studeren als maar een werk voor ze 'politiek geregeld' wordt. En niet te vergeten, het gebrek aan maatschappelijke begeleiding voor kinderen met leer- en studieproblemen.
Door de manier waarop ministers op dit moment worden benoemd en reshuffled, is de situatie ontstaan dat zij zijn aangewezen op een steeds kleinere kring van loyalisten om de genoemde problemen op te lossen. Terwijl juist, lering trekkend uit de afgelopen 40 jaren, de enige weg uit de problemen is samenwerken aan een breed gedragen, samenhangend, lange termijn onderwijsbeleid.
Alle actoren in het onderwijs zullen moeten samenwerken aan dit lange termijn beleid dat het succes van de onderwijshervormingen zal bepalen. Gegeven de grote problemen in ons onderwijs is het niet meer een kwestie van 'kunnen Surinamers dat', maar een kwestie van 'Surinamers zullen MOETEN samenwerken'.
De jeugd en jongeren van Suriname zijn teveel de dupe geworden van opeenvolgende beleidsmakers die op een zeer onvolwassen wijze zijn omgegaan met hun belangen. De toekomst van Suriname staat op het spel.
De PALU,
10 juli 2018
'De toekomst van Suriname staat op het spel'
Onderwijs is inhoudelijk en organisatorisch al jaren het zorgenkind van opeenvolgende regeringen. Ook de huidige regering weet er niet echt raad mee. Steeds weer wordt er geëxperimenteerd met verschillende schooltypes en met nieuwe boeken en lesmethoden. Het bewijs dat we niet veel zijn opgeschoten in de afgelopen jaren zullen we straks weer zien aan het eind van het schooljaar in de vorm van de cijfers van de geslaagden voor de eindexamens MULO en VWO. Hier komt nog bij dat er vrijwel geen school- of studiejaar voorbij gaat zonder stakingen of andere verstoringen.
Ons onderwijs heeft meer dan ooit behoefte aan richting, stabiliteit en zekerheid. Maar goed, nu moet dan het Instituut voor de Opleiding van Leraren (IOL) worden ondergebracht bij de Universiteit. Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur is net een week geleden gekomen met de mededeling dat er per 1 oktober geen nieuwe inschrijvingen zullen worden gedaan voor het IOL.
In een poging om de grote haast van de incorporatie van IOL in ADEK te beargumenteren haalt de minister aan, dat het niveau van het onderwijs drastisch moet worden verhoogd. Maar. er zijn weinig mensen die het oneens zullen zijn over het niveau van het onderwijs. Uit alles blijkt, dat betrokken partijen, leerkrachten, studenten, aspirant-studenten en ouders zich gewoon overrompeld voelen. En dat is goed te begrijpen, want op dit moment bestaat er bijvoorbeeld over het curriculum van zelfs maar het schakeljaar, dat nieuwe inschrijvers per 1 oktober moeten gaan volgen, geen duidelijkheid. We praten dan nog niet eens over de hele verdere opleiding.
Leerkrachten zitten ook met talloze vragen. En daar komt nog bij, de ervaring met de huidige regering, dat teveel maatregelen die misschien nodig zijn, onvoldoende of ronduit slecht worden voorbereid, waardoor die maatregelen halverwege moeten worden teruggedraaid. Oorzaken Dat de minister de onbevoegde leerkrachten noemt als oorzaak van het slechte onderwijsniveau is natuurlijk een misser. Zo eenvoudig ligt dat niet.
Die onbevoegde leerkrachten zijn onderdeel van een totaal systeem en wat de PALU betreft moet juist dat systeem worden aangepakt. Maar ook dan nog, los van het grote plaatje, hoe zit het met het gebrek aan les- en schoolmaterialen waar regeringen maar geen blijvende oplossing voor weten te vinden. Of het gebrek aan werkgelegenheid voor afgestudeerden, dat niet motiverend werkt naar de huidige leerlingen en studenten om naar school te gaan en hun studie af te ronden.
Maar, ook het voorbeeld dat jeugd en jongeren krijgen voorgeschoteld door onder andere de huidige politieke machthebbers dat zij niet hoeven te studeren als maar een werk voor ze 'politiek geregeld' wordt. En niet te vergeten, het gebrek aan maatschappelijke begeleiding voor kinderen met leer- en studieproblemen.
Door de manier waarop ministers op dit moment worden benoemd en reshuffled, is de situatie ontstaan dat zij zijn aangewezen op een steeds kleinere kring van loyalisten om de genoemde problemen op te lossen. Terwijl juist, lering trekkend uit de afgelopen 40 jaren, de enige weg uit de problemen is samenwerken aan een breed gedragen, samenhangend, lange termijn onderwijsbeleid.
Alle actoren in het onderwijs zullen moeten samenwerken aan dit lange termijn beleid dat het succes van de onderwijshervormingen zal bepalen. Gegeven de grote problemen in ons onderwijs is het niet meer een kwestie van 'kunnen Surinamers dat', maar een kwestie van 'Surinamers zullen MOETEN samenwerken'.
De jeugd en jongeren van Suriname zijn teveel de dupe geworden van opeenvolgende beleidsmakers die op een zeer onvolwassen wijze zijn omgegaan met hun belangen. De toekomst van Suriname staat op het spel.
De PALU,
10 juli 2018
Ttransport van boomstammen blijft voor wrevel zorgen
Districtscommissaris Tarnadi van Coronie pleit voor transport van hout over water
- 'Truckhouders houden zich niet aan de instructies in de beschikking'
- 'We zijn constant bezig, maar het is de regering die met strakke regels moet komen'
Het transport van boomstammen op de Oost-Westverbinding baart districtscommissaris Remie Tarnadi van Coronie enorme zorgen. 'Steeds vaker moeten we de transporteurs staande houden, omdat zij in overtreding zijn', zegt hij vandaag, woensdag 11 juli 2018, in de Ware Tijd.
Volgens hem houden de truckhouders zich niet aan de instructies in de beschikking die zijn bepaald door het ministerie van Justitie en Politie. Houtblokken mogen de lengte van twaalf meter niet overschrijden. Daarnaast mag niet meer dan twee meter van het hout uitsteken, terwijl de lading niet hoger mag zijn dan de cabine van het voertuig. 'Omdat geen van de westelijke districten over een weegbrug beschikt, kunnen wij het gewicht van zo'n lading niet bepalen. Het kan zijn dat daardoor de asdruk ook wordt overschreden.'
De toegestane asdruk op de Oost-Westverbiding is twaalf ton. 'Nu kunnen wij op basis van het aantal blokken en de bescheiden van de transporteurs wel nagaan of zij de regels overtreden tijdens het transport.'
Tarnadi heeft samen met zijn collega Wedprekash Joeloemsingh van Nickerie een onderhoud gehad met de houtexploitant waarbij duidelijke afspraken zijn gemaakt. 'We hebben hem voorgehouden dat de trucks niet kort achter elkaar mogen rijden, omdat dat zeer gevaarlijk is voor de bruggen. Wanneer drie of vier trucks tegelijkertijd op een brug rijden, is dat zeer gevaarlijk en kan dat schade aanrichten aan de brug.' De politie is dagelijks op de weg om de zaak te blijven controleren.
Er is ook afgesproken met de houtexploitant, dat de trucks met zwaailichten moeten rijden zodat andere weggebruikers hen van een afstand kunnen zien. Tarnadi ziet verder graag dat het transport van hout over water geschiedt. 'Transport over de weg is gevaarlijk voor het verkeer en daarnaast wordt de hele Oost-Westverbinding kapot gereden.'
Hij zegt, dat ervaring uitwijst dat de wegen in het oosten van het land kapot worden gereden door de zware ladingen. 'Wij weten dat de ondernemers arbeiders in dienst hebben, maar we moeten de veiligheid van de mens niet uit het oog verliezen. We zijn constant bezig, maar het is de regering die met strakke regels moet komen.'
- 'Truckhouders houden zich niet aan de instructies in de beschikking'
- 'We zijn constant bezig, maar het is de regering die met strakke regels moet komen'
Het transport van boomstammen op de Oost-Westverbinding baart districtscommissaris Remie Tarnadi van Coronie enorme zorgen. 'Steeds vaker moeten we de transporteurs staande houden, omdat zij in overtreding zijn', zegt hij vandaag, woensdag 11 juli 2018, in de Ware Tijd.
Volgens hem houden de truckhouders zich niet aan de instructies in de beschikking die zijn bepaald door het ministerie van Justitie en Politie. Houtblokken mogen de lengte van twaalf meter niet overschrijden. Daarnaast mag niet meer dan twee meter van het hout uitsteken, terwijl de lading niet hoger mag zijn dan de cabine van het voertuig. 'Omdat geen van de westelijke districten over een weegbrug beschikt, kunnen wij het gewicht van zo'n lading niet bepalen. Het kan zijn dat daardoor de asdruk ook wordt overschreden.'
De toegestane asdruk op de Oost-Westverbiding is twaalf ton. 'Nu kunnen wij op basis van het aantal blokken en de bescheiden van de transporteurs wel nagaan of zij de regels overtreden tijdens het transport.'
Tarnadi heeft samen met zijn collega Wedprekash Joeloemsingh van Nickerie een onderhoud gehad met de houtexploitant waarbij duidelijke afspraken zijn gemaakt. 'We hebben hem voorgehouden dat de trucks niet kort achter elkaar mogen rijden, omdat dat zeer gevaarlijk is voor de bruggen. Wanneer drie of vier trucks tegelijkertijd op een brug rijden, is dat zeer gevaarlijk en kan dat schade aanrichten aan de brug.' De politie is dagelijks op de weg om de zaak te blijven controleren.
Er is ook afgesproken met de houtexploitant, dat de trucks met zwaailichten moeten rijden zodat andere weggebruikers hen van een afstand kunnen zien. Tarnadi ziet verder graag dat het transport van hout over water geschiedt. 'Transport over de weg is gevaarlijk voor het verkeer en daarnaast wordt de hele Oost-Westverbinding kapot gereden.'
Hij zegt, dat ervaring uitwijst dat de wegen in het oosten van het land kapot worden gereden door de zware ladingen. 'Wij weten dat de ondernemers arbeiders in dienst hebben, maar we moeten de veiligheid van de mens niet uit het oog verliezen. We zijn constant bezig, maar het is de regering die met strakke regels moet komen.'
Minister Ferrier in parlement stevig aan de tand gevoeld over kwestie IOL-AdeKUS
'We hebben op alle niveaus te maken met niet goed gekwalificeerde docenten'
'Als we zeggen dat we doorgaan met inschrijvingen, dan komt die kwaliteitsverbetering er niet'
'Wat nu gebeurt is, dat de inschrijving van nieuwe studenten niet direct verbonden zal zijn aan het Instituut voor Opleiding van Leraren (IOL). Zij zullen een schakeljaar moeten volgen, zodat zij een betere basis hebben om de opleiding tot leraar, welke gekoppeld is aan een academische opleiding, te kunnen volgen.' Dit zei de minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, Lilian Ferrier, gisteren in De Nationale Assemblee (DNA), aldus Starnieuws vandaag, woensdag 11 juli 2018.
De minister heeft vragen beantwoord die DNA-leden tijdens de vorige vergadering hadden gesteld. Zij wilden precies weten hoe de vork in de steel zit over de aankondiging van de minister. dat het komende schooljaar geen nieuwe inschrijvingen mogelijk zijn op het IOL.
'We moeten eens een begin maken. Als we zeggen dat we doorgaan met inschrijvingen, dan komt die kwaliteitsverbetering er niet, dus we hebben wat dat stukje betreft geen keus', verduidelijkte de bewindsvrouwe haar beslissing. Er is een transformatie managementteam onder leiding van Edwin Marshall ingesteld. 'Er is nooit gezegd dat die incorporatie binnen één collegejaar wordt afgerond. De studenten die zijn ingeschreven, die ronden gewoon hun opleiding af. Het is een transformatieproces wat misschien vier jaar in beslag kan nemen. We hebben een begin gemaakt omdat we anders die kwaliteitsverbetering nooit kunnen bereiken', zei Ferrier.
De transformatie heeft volgens de minister alles te maken met de kwaliteit van het onderwijs, waar al 40 jaar veel te weinig in is geïnvesteerd. 'We hebben op alle niveaus te maken met niet goed gekwalificeerde docenten en dat werkt door naar beneden tot het niveau van het basisonderwijs. U zult binnenkort ook de uitslagen zien en dan hebben we weer het bewijs, dat het docentenkorps dat ondanks de herwaardering toch niet in staat is geweest, en dat neem ik ze ook niet kwalijk, om de slagingspercentages te verhogen. Het is een heel erg ingrijpend probleem, de kwaliteit van ons onderwijs.'
Over de stand van zaken over de situatie van de studenten van de Anton de Kom Universiteit van Suriname (AdeKUS), zei Ferrier een goed gesprek te hebben gehad met de Vakvereniging Wetenschappelijk Personeel van de Universiteit (VWPU). Het wetenschappelijk personeel wil een salarisverhoging van honderd procent, welke gekoppeld is aan de salarissen van het IOL-personeel. Ferrier zegt te zullen onderzoeken in hoeverre deze aanpassing mogelijk is en welke juridische en financiële gevolgen het zal hebben voor het ministerie. 'Als de bond donderdag een antwoord krijgt waar de leden het mee eens zijn, zullen de colleges maandag beginnen. Ze zijn nu al bezig om te kijken hoe zij de inhaalslag kunnen maken, zodat de studenten niet de dupe worden.'
Assembleelid Diana Pokie (ABOP) sprak de hoop uit, dat het niet alleen blijft bij beloftes en mooie praatjes, maar dat het ministerie of de regering daadwerkelijk de beloftes omzet in daden. 'We kunnen nooit en te nimmer tegen kwaliteitsverbetering zijn, maar als we gaan richting transformatie, is er een studie gedaan?', vroeg Pokie. 'Is er een haalbaarheidsstudie gedaan, is er een kostenplaatje en gecommuniceerd met de twee instituten?'
VHP-Assembleelid Krishna Mathoera (VHP) had een andere mening over de behandeling van de vragen over situaties op het IOL en AdeKUS. 'We hebben als oppositie gevraagd naar een interpellatie, omdat we dit heel belangrijk vinden. Onderwijs is belangrijk voor de samenleving, er is onrust, er is onzekerheid. De zaken die de minister heeft aangehaald in haar beantwoording, zoals dat al 40 jaar geen investering is in het onderwijs en de conclusie dat de lage slagingspercentages te wijten zijn aan niet op niveau gekwalificeerde leerkrachten, vragen om een debat.'
Zij vroeg de leiding van DNA om zo snel mogelijk dit onderwerp op de agenda te plaatsen. 'Zodat wij als DNA onze rol en verantwoordelijkheid nemen in deze en dat wij diepgaand gaan praten en een oplossing creëren voor die samenleving. We kunnen niet toestaan dat zaken hun eigen beloop hebben. Dit is lichtzinnig, dit is niet verantwoord en niet correct.'
Rossellie Cotino (NDP), voorzitster van de vaste commissie van Onderwijs, vroeg zich af waarom de colleges niet kunnen beginnen terwijl er gesproken wordt. Zij vindt dat de studenten niet langer de dupe van deze situatie kunnen worden. Ferrier legde uit dat het bestuur van de VWPU ook met de achterban moet praten. Zij moet ook afstemmen met het ministerie van Financiën over beschikbare middelen. Ook enkele juridische zaken moeten nagetrokken worden omdat het bestuur van de universiteit en VWPU niet op één lijn zijn.
Patricia Etnel (NPS) voerde aan, dat de minister het had over niet investeren in het onderwijs, maar deze regering heeft de subsidie van Srd 50 miljoen teruggebracht naar15 miljoen.
'Als we zeggen dat we doorgaan met inschrijvingen, dan komt die kwaliteitsverbetering er niet'
'Wat nu gebeurt is, dat de inschrijving van nieuwe studenten niet direct verbonden zal zijn aan het Instituut voor Opleiding van Leraren (IOL). Zij zullen een schakeljaar moeten volgen, zodat zij een betere basis hebben om de opleiding tot leraar, welke gekoppeld is aan een academische opleiding, te kunnen volgen.' Dit zei de minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, Lilian Ferrier, gisteren in De Nationale Assemblee (DNA), aldus Starnieuws vandaag, woensdag 11 juli 2018.
De minister heeft vragen beantwoord die DNA-leden tijdens de vorige vergadering hadden gesteld. Zij wilden precies weten hoe de vork in de steel zit over de aankondiging van de minister. dat het komende schooljaar geen nieuwe inschrijvingen mogelijk zijn op het IOL.
'We moeten eens een begin maken. Als we zeggen dat we doorgaan met inschrijvingen, dan komt die kwaliteitsverbetering er niet, dus we hebben wat dat stukje betreft geen keus', verduidelijkte de bewindsvrouwe haar beslissing. Er is een transformatie managementteam onder leiding van Edwin Marshall ingesteld. 'Er is nooit gezegd dat die incorporatie binnen één collegejaar wordt afgerond. De studenten die zijn ingeschreven, die ronden gewoon hun opleiding af. Het is een transformatieproces wat misschien vier jaar in beslag kan nemen. We hebben een begin gemaakt omdat we anders die kwaliteitsverbetering nooit kunnen bereiken', zei Ferrier.
De transformatie heeft volgens de minister alles te maken met de kwaliteit van het onderwijs, waar al 40 jaar veel te weinig in is geïnvesteerd. 'We hebben op alle niveaus te maken met niet goed gekwalificeerde docenten en dat werkt door naar beneden tot het niveau van het basisonderwijs. U zult binnenkort ook de uitslagen zien en dan hebben we weer het bewijs, dat het docentenkorps dat ondanks de herwaardering toch niet in staat is geweest, en dat neem ik ze ook niet kwalijk, om de slagingspercentages te verhogen. Het is een heel erg ingrijpend probleem, de kwaliteit van ons onderwijs.'
Over de stand van zaken over de situatie van de studenten van de Anton de Kom Universiteit van Suriname (AdeKUS), zei Ferrier een goed gesprek te hebben gehad met de Vakvereniging Wetenschappelijk Personeel van de Universiteit (VWPU). Het wetenschappelijk personeel wil een salarisverhoging van honderd procent, welke gekoppeld is aan de salarissen van het IOL-personeel. Ferrier zegt te zullen onderzoeken in hoeverre deze aanpassing mogelijk is en welke juridische en financiële gevolgen het zal hebben voor het ministerie. 'Als de bond donderdag een antwoord krijgt waar de leden het mee eens zijn, zullen de colleges maandag beginnen. Ze zijn nu al bezig om te kijken hoe zij de inhaalslag kunnen maken, zodat de studenten niet de dupe worden.'
Assembleelid Diana Pokie (ABOP) sprak de hoop uit, dat het niet alleen blijft bij beloftes en mooie praatjes, maar dat het ministerie of de regering daadwerkelijk de beloftes omzet in daden. 'We kunnen nooit en te nimmer tegen kwaliteitsverbetering zijn, maar als we gaan richting transformatie, is er een studie gedaan?', vroeg Pokie. 'Is er een haalbaarheidsstudie gedaan, is er een kostenplaatje en gecommuniceerd met de twee instituten?'
VHP-Assembleelid Krishna Mathoera (VHP) had een andere mening over de behandeling van de vragen over situaties op het IOL en AdeKUS. 'We hebben als oppositie gevraagd naar een interpellatie, omdat we dit heel belangrijk vinden. Onderwijs is belangrijk voor de samenleving, er is onrust, er is onzekerheid. De zaken die de minister heeft aangehaald in haar beantwoording, zoals dat al 40 jaar geen investering is in het onderwijs en de conclusie dat de lage slagingspercentages te wijten zijn aan niet op niveau gekwalificeerde leerkrachten, vragen om een debat.'
Zij vroeg de leiding van DNA om zo snel mogelijk dit onderwerp op de agenda te plaatsen. 'Zodat wij als DNA onze rol en verantwoordelijkheid nemen in deze en dat wij diepgaand gaan praten en een oplossing creëren voor die samenleving. We kunnen niet toestaan dat zaken hun eigen beloop hebben. Dit is lichtzinnig, dit is niet verantwoord en niet correct.'
Rossellie Cotino (NDP), voorzitster van de vaste commissie van Onderwijs, vroeg zich af waarom de colleges niet kunnen beginnen terwijl er gesproken wordt. Zij vindt dat de studenten niet langer de dupe van deze situatie kunnen worden. Ferrier legde uit dat het bestuur van de VWPU ook met de achterban moet praten. Zij moet ook afstemmen met het ministerie van Financiën over beschikbare middelen. Ook enkele juridische zaken moeten nagetrokken worden omdat het bestuur van de universiteit en VWPU niet op één lijn zijn.
Patricia Etnel (NPS) voerde aan, dat de minister het had over niet investeren in het onderwijs, maar deze regering heeft de subsidie van Srd 50 miljoen teruggebracht naar15 miljoen.
Chinese supermarkten in Albina bekogeld met stenen en andere voorwerpen
'Albina is veilig en er heerst geen chaotische situatie'
Enkele bewoners slaan door, mogelijk vanwege de dood van een bootsman
'Albina is veilig en er heerst geen chaotische situatie', zegt ressortcommandant Harold Nagelbloem van het Korps Politie Suriname vanochtend, woensdag 11 juli 2018, in de Ware Tijd. De rust is teruggekeerd in grensstadje Albina, nadat de situatie eerder op de dag uit de hand dreigde te lopen.
Gisteravond omstreeks zes uur hebben enkele verhitte burgers van Albina een paar Chinese supermarkten bekogeld met stenen en andere voorwerpen.
In de wandelgangen wordt gespeculeerd dat hun gedrag te maken heeft met de dood van een bootsman, maar Nagelbloem vindt het prematuur om uitspraken daarover te doen omdat het onderzoek nog gaande is. Hij bevestigt wel dat de politie van Albina genoodzaakt was om versterking uit Paramaribo en Commewijne te laten aanrukken, omdat de verhitte groep niet te kalmeren leek te zijn. Ook militairen van de Akontoe Velanti-kazerne werden ingeschakeld.
Hoewel de rust in de latere avond terug was gekeerd en de situatie genormaliseerd, werd alles nauwlettend in de gaten gehouden. Er wordt gepatrouilleerd in de verschillende buurten.
Enkele bewoners slaan door, mogelijk vanwege de dood van een bootsman
'Albina is veilig en er heerst geen chaotische situatie', zegt ressortcommandant Harold Nagelbloem van het Korps Politie Suriname vanochtend, woensdag 11 juli 2018, in de Ware Tijd. De rust is teruggekeerd in grensstadje Albina, nadat de situatie eerder op de dag uit de hand dreigde te lopen.
Gisteravond omstreeks zes uur hebben enkele verhitte burgers van Albina een paar Chinese supermarkten bekogeld met stenen en andere voorwerpen.
In de wandelgangen wordt gespeculeerd dat hun gedrag te maken heeft met de dood van een bootsman, maar Nagelbloem vindt het prematuur om uitspraken daarover te doen omdat het onderzoek nog gaande is. Hij bevestigt wel dat de politie van Albina genoodzaakt was om versterking uit Paramaribo en Commewijne te laten aanrukken, omdat de verhitte groep niet te kalmeren leek te zijn. Ook militairen van de Akontoe Velanti-kazerne werden ingeschakeld.
Hoewel de rust in de latere avond terug was gekeerd en de situatie genormaliseerd, werd alles nauwlettend in de gaten gehouden. Er wordt gepatrouilleerd in de verschillende buurten.
'Hervormingen in onderwijsproces moeten zoveel mogelijk gefaseerd, beheersbaar worden geïmplementeerd'
Raymond Sapoen wil dat ministerie overgang IOL naar universiteit voor 2018/19 parkeert
'Als ik een ding geleerd heb als ex-minister van Onderwijs is het wel, dat hervormingen in het onderwijsproces zoveel mogelijk gefaseerd en beheersbaar moeten worden geïmplementeerd. Het vormingsproces is nu eenmaal een continue proces van overleg dat je niet kunt vergelijken met het bouwen van een brug of aanleggen van een weg', aldus Assembleelid Raymond Sapoen (coalitie) gisteren in De Nationale Assemblee, zo bericht Starnieuws vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Hij vindt dat de integratie van het Instituut voor de Opleiding van Leraren (IOL) en de universiteit voor het komende schooljaar niet moet worden wordt doorgevoerd.
'Heel lastig is de wijze waarop het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur de integratie van het IOL binnen de universiteit dit collegejaar wil introduceren, zonder dat een realistische roadmap is ontwikkeld die bovendien het draagvlag geniet van alle actoren. Dit verdient beslist geen schoonheidsprijs', zei Sapoen.
'Het is bekend dat dit besluit de uitkomst is van een onderzoeksrapport waarvan ook niet bekend is in hoeverre de uitkomsten en aanbevelingen worden gedeeld door de universiteits- en IOL-gemeenschap. Het staat buiten kijf dat de totale kolom binnen het hoger onderwijs, niet alleen het IOL, een grondige reorganisatie en hervorming behoeft', merkte de volksvertegenwoordiger op.
'Het is echter duidelijk geworden, dat zowel de universiteit als het IOL nog niet ready zijn voor deze abrupte overgang. Ik stel voor, dat het ministerie de implementatie van dit traject binnen het IOL voor het collegejaar 2018/19 parkeert en onmiddellijk een breed gedragen transformatiecommissie instelt die het integratieproces verantwoord kan begeleiden. Verder talmen schept alleen maar meer onzekerheid bij de studenten- en docentenpopulatie van beide instituten.'
'Als ik een ding geleerd heb als ex-minister van Onderwijs is het wel, dat hervormingen in het onderwijsproces zoveel mogelijk gefaseerd en beheersbaar moeten worden geïmplementeerd. Het vormingsproces is nu eenmaal een continue proces van overleg dat je niet kunt vergelijken met het bouwen van een brug of aanleggen van een weg', aldus Assembleelid Raymond Sapoen (coalitie) gisteren in De Nationale Assemblee, zo bericht Starnieuws vandaag, woensdag 11 juli 2018.
Hij vindt dat de integratie van het Instituut voor de Opleiding van Leraren (IOL) en de universiteit voor het komende schooljaar niet moet worden wordt doorgevoerd.
'Heel lastig is de wijze waarop het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur de integratie van het IOL binnen de universiteit dit collegejaar wil introduceren, zonder dat een realistische roadmap is ontwikkeld die bovendien het draagvlag geniet van alle actoren. Dit verdient beslist geen schoonheidsprijs', zei Sapoen.
'Het is bekend dat dit besluit de uitkomst is van een onderzoeksrapport waarvan ook niet bekend is in hoeverre de uitkomsten en aanbevelingen worden gedeeld door de universiteits- en IOL-gemeenschap. Het staat buiten kijf dat de totale kolom binnen het hoger onderwijs, niet alleen het IOL, een grondige reorganisatie en hervorming behoeft', merkte de volksvertegenwoordiger op.
'Het is echter duidelijk geworden, dat zowel de universiteit als het IOL nog niet ready zijn voor deze abrupte overgang. Ik stel voor, dat het ministerie de implementatie van dit traject binnen het IOL voor het collegejaar 2018/19 parkeert en onmiddellijk een breed gedragen transformatiecommissie instelt die het integratieproces verantwoord kan begeleiden. Verder talmen schept alleen maar meer onzekerheid bij de studenten- en docentenpopulatie van beide instituten.'
Minister Getrouw: 'Door Spanje onderschepte 1.850 kilo cocaïne nièt uit Suriname, maar Brazilië'
Doekhie (NDP): 'Men schreeuwt te snel weer drugsvangst uit Suriname, en is blij want politiek wil men scoren'
NDP'er heeft het weer voorzien op collega Mathoera van de VHP
Minister Stuart Getrouw van Justitie en Politie gisteren in De Nationale Assemblee ontkend, dat de 1850 kilogram cocaïne, die onderschept is door Spaanse autoriteiten, uit Suriname afkomstig is. In de mededelingen van de Spaanse Justitie wordt aangegeven, dat de cocaïne in de zeilboot 'Pepper Sauce' vermoedelijk uit Suriname afkomstig is.
'Ten aanzien van de drugsvangsten in Spanje, waarbij de drug overgeheveld is geworden op boten nabij de Surinaamse kust, is gebleken dat de drug niet uit Suriname, maar uit Brazilië afkomstig is', zei de bewindsman. Hij ging er niet verder op in, aldus vandaag, woensdag 11 juli 2018, Starnieuws.
Op 20 juni ontdekten de Spaanse autoriteiten voor de kust van Las Palmas 1.850 kilo cocaïne, ter waarde van 65 miljoen euro, aan boord van een zeilboot. Twee Fransen en een Engelsman werden gearresteerd. Door internationale samenwerking van inlichtingendiensten, was de Spaanse Justitie geïnformeerd over het overladen van de drugs vanuit een schip dat Paramaribo had aangedaan, in de zeilboot. Dit vond plaats voor de Surinaamse kust. Het schip en de zeilboot werden reeds geruime tijd gevolgd.
Assembleelid Rachied Doekhie (NDP) merkte op blij te zijn, dat de minister aangegeven heeft dat de drugs waarschijnlijk uit Brazilië komt. Hij voerde aan, dat 'men te snel schreeuwt, weer drugsvangst uit Suriname. Men is blij want politiek wil men scoren'.
Het Assembleelid zei, dat het bewuste schip wel Paramaribo half beladen heeft aangedaan. Het vaartuig is eerst naar vier verschillende landen in het Caribisch gebied geweest, voor het in Suriname kwam. De cocaïne kon ook ergens anders zijn ingeladen, benadrukte Doekhie.
'Surinamers moeten voorzichtig zijn om in een hoerastemming te verkeren. Mensen die het meest schreeuwen hier, vergeten, dat in hun voorzaal 350 kilo drugs lag opgeslagen en toen de Narcotica Brigade de inval wilde doen, mocht het niet. Hogerhand heeft hen teruggefloten.'
Kort daarvoor had Assembleelid Krishna Mathoera (VHP) het woord gevoerd. Ze wilde van de minister informatie hebben over drugsvangsten, ontmantelen van criminele organisaties en rechtshulpverzoeken.
Mathoera vroeg zich af, na Doekhie's uitspraken, of het kan dat een lid in De Nationale Assemblee zit en zich schuldig kan hebben gemaakt aan wat Doekhie beweert. 'Hoe kan dit de hamer passeren?', vroeg ze. Assembleevoorzitster Jennifer Geerlings-Simons zei hierop, dat zij Doekhie niet had horen zeggen 'een lid van het college', anders zou zij hebben ingegrepen. Volgens haar sprak Doekhie in algemene zin.
Doekhie kreeg het woord om te verduidelijken wat hij bedoelde. 'Voorzitter, ik heb ethiek en moraal in acht genomen. Ik heb het diplomatiek gebracht. Maar als u wil, dan kan ik zeggen, het is dat lid, Mathoera', zei Doekhie tot twee maal toe, wijzend naar Mathoera. Zijn microfoon was kort ervoor uitgeschakeld, maar zijn uitspraak werd door eenieder gehoord. Geerlings-Simons schorste hierop de vergadering. Nadat de vergadering was hervat, zei de voorzitster, dat overleg was gevoerd en teruggegaan moest worden naar de orde van de dag.
Mahinder Jogi (VHP) en Melvin Bouva (NDP) kregen naar aanleiding van de schorsing de gelegenheid om hun zegje te doen. Jogi voerde aan, dat het volk genoeg problemen heeft, die aangekaart zijn. 'Gefocust moet worden om de problemen op te lossen. Mensen die persoonlijk willen vechten, moeten dat op straat doen.'
Bouva zei, dat het niet de bedoeling kan zijn om de vergadering te verstoren of iets te zeggen over een ander lid. Ook hij vroeg om over te gaan tot de orde van de dag, waarmee deze zaak werd afgesloten.
NDP'er heeft het weer voorzien op collega Mathoera van de VHP
Minister Stuart Getrouw van Justitie en Politie gisteren in De Nationale Assemblee ontkend, dat de 1850 kilogram cocaïne, die onderschept is door Spaanse autoriteiten, uit Suriname afkomstig is. In de mededelingen van de Spaanse Justitie wordt aangegeven, dat de cocaïne in de zeilboot 'Pepper Sauce' vermoedelijk uit Suriname afkomstig is.
'Ten aanzien van de drugsvangsten in Spanje, waarbij de drug overgeheveld is geworden op boten nabij de Surinaamse kust, is gebleken dat de drug niet uit Suriname, maar uit Brazilië afkomstig is', zei de bewindsman. Hij ging er niet verder op in, aldus vandaag, woensdag 11 juli 2018, Starnieuws.
Op 20 juni ontdekten de Spaanse autoriteiten voor de kust van Las Palmas 1.850 kilo cocaïne, ter waarde van 65 miljoen euro, aan boord van een zeilboot. Twee Fransen en een Engelsman werden gearresteerd. Door internationale samenwerking van inlichtingendiensten, was de Spaanse Justitie geïnformeerd over het overladen van de drugs vanuit een schip dat Paramaribo had aangedaan, in de zeilboot. Dit vond plaats voor de Surinaamse kust. Het schip en de zeilboot werden reeds geruime tijd gevolgd.
Assembleelid Rachied Doekhie (NDP) merkte op blij te zijn, dat de minister aangegeven heeft dat de drugs waarschijnlijk uit Brazilië komt. Hij voerde aan, dat 'men te snel schreeuwt, weer drugsvangst uit Suriname. Men is blij want politiek wil men scoren'.
Het Assembleelid zei, dat het bewuste schip wel Paramaribo half beladen heeft aangedaan. Het vaartuig is eerst naar vier verschillende landen in het Caribisch gebied geweest, voor het in Suriname kwam. De cocaïne kon ook ergens anders zijn ingeladen, benadrukte Doekhie.
'Surinamers moeten voorzichtig zijn om in een hoerastemming te verkeren. Mensen die het meest schreeuwen hier, vergeten, dat in hun voorzaal 350 kilo drugs lag opgeslagen en toen de Narcotica Brigade de inval wilde doen, mocht het niet. Hogerhand heeft hen teruggefloten.'
Kort daarvoor had Assembleelid Krishna Mathoera (VHP) het woord gevoerd. Ze wilde van de minister informatie hebben over drugsvangsten, ontmantelen van criminele organisaties en rechtshulpverzoeken.
Mathoera vroeg zich af, na Doekhie's uitspraken, of het kan dat een lid in De Nationale Assemblee zit en zich schuldig kan hebben gemaakt aan wat Doekhie beweert. 'Hoe kan dit de hamer passeren?', vroeg ze. Assembleevoorzitster Jennifer Geerlings-Simons zei hierop, dat zij Doekhie niet had horen zeggen 'een lid van het college', anders zou zij hebben ingegrepen. Volgens haar sprak Doekhie in algemene zin.
Doekhie kreeg het woord om te verduidelijken wat hij bedoelde. 'Voorzitter, ik heb ethiek en moraal in acht genomen. Ik heb het diplomatiek gebracht. Maar als u wil, dan kan ik zeggen, het is dat lid, Mathoera', zei Doekhie tot twee maal toe, wijzend naar Mathoera. Zijn microfoon was kort ervoor uitgeschakeld, maar zijn uitspraak werd door eenieder gehoord. Geerlings-Simons schorste hierop de vergadering. Nadat de vergadering was hervat, zei de voorzitster, dat overleg was gevoerd en teruggegaan moest worden naar de orde van de dag.
Mahinder Jogi (VHP) en Melvin Bouva (NDP) kregen naar aanleiding van de schorsing de gelegenheid om hun zegje te doen. Jogi voerde aan, dat het volk genoeg problemen heeft, die aangekaart zijn. 'Gefocust moet worden om de problemen op te lossen. Mensen die persoonlijk willen vechten, moeten dat op straat doen.'
Bouva zei, dat het niet de bedoeling kan zijn om de vergadering te verstoren of iets te zeggen over een ander lid. Ook hij vroeg om over te gaan tot de orde van de dag, waarmee deze zaak werd afgesloten.
Demonstranten voor presidentieel paleis in Quito, Ecuador, eisen oplossing voor vele verdwijningen
Er zijn 4.402 verdwenen mensen, 67% procent van hen zijn
vrouwen in de leeftijd van 11 tot 27
In Ecuador verzamelden tientallen mensen zich maandag 9 juli 2018 voor het presidentiële paleis om gerechtigheid te eisen bij de onderzoeken naar de laatste verdwijningen, waaronder Maria Jose Ponce (28) en haar vier jaar oude dochtertje Lirio Sofia, die sinds 23 juni zijn vermist.
Er zijn 4.402 verdwenen mensen; ten minste 67 procent van hen zijn vrouwen in de leeftijd van 11 tot 27.
Vrouwenrechtengroepen waren duidelijk aanwezig in het protest, waar ze 'Wij willen ons levend!', scandeerden, een continentale strijdkreet tegen femicides en geweld tegen vrouwen. 'Ongeïnteresseerde regering, begin te werken! We willen gerechtigheid! We willen de waarheid!', zongen familieleden van de verdwenen mensen.
Maria Jose's moeder vertelde de lokale media, dat de laatste keer dat ze ze zag, ze op reis gingen met een vriend. 'Toen belde ze me om te zeggen dat ze nog twee dagen zouden blijven, en later ontving ik een e-mail dat ze niet terug zou komen naar huis', legde ze uit.
Volgens de zuster van Maria Jose, Alejandra, kwam de schrijfstijl in de e-mail niet overeen met de manier waarop haar zuster schrijft. Ze geloven dat een man die Maria Jose heeft ontmoet via sociale media achter hun verdwijning zit.
'Wij geloven dat hij een hoog risico vertegenwoordigt en we hebben de hulp van de autoriteiten nodig bij het onderzoek', zei Alejandra.
Officier van Justitie Edith Arevalo zei echter, dat 'van de elementen die door het onderzoek zijn verkregen niet kan worden aangenomen dat er een mogelijke misdaad is'.
Ten minste 50 mensen droegen foto's van Maria Jose en haar dochter. 'Omdat we ze levend willen vinden', bevestigden ze. Anderen eisten informatie over de verdwijning van Michelle MOntenegro, een lerares die sinds 5 juni vermist wordt.
Vice-president Maria Alejandra Vicuña ontmoette familieleden van Maria Jose en Lirio Sofia.
(Bron foto's: Ni Un Dia Mas Sin Maria Jose Y Sofi) |
In Ecuador verzamelden tientallen mensen zich maandag 9 juli 2018 voor het presidentiële paleis om gerechtigheid te eisen bij de onderzoeken naar de laatste verdwijningen, waaronder Maria Jose Ponce (28) en haar vier jaar oude dochtertje Lirio Sofia, die sinds 23 juni zijn vermist.
Er zijn 4.402 verdwenen mensen; ten minste 67 procent van hen zijn vrouwen in de leeftijd van 11 tot 27.
Vrouwenrechtengroepen waren duidelijk aanwezig in het protest, waar ze 'Wij willen ons levend!', scandeerden, een continentale strijdkreet tegen femicides en geweld tegen vrouwen. 'Ongeïnteresseerde regering, begin te werken! We willen gerechtigheid! We willen de waarheid!', zongen familieleden van de verdwenen mensen.
Maria Jose's moeder vertelde de lokale media, dat de laatste keer dat ze ze zag, ze op reis gingen met een vriend. 'Toen belde ze me om te zeggen dat ze nog twee dagen zouden blijven, en later ontving ik een e-mail dat ze niet terug zou komen naar huis', legde ze uit.
Joven madre y su hija llevan 15 dias desaparecidas, ni un día más sin María José y Sofi.— CADHU-ECUADOR (@CADHUECUADOR) July 8, 2018
AYUDANOS A DIFUNDIR ESTE VIDEO. #JuntosLasVamosAEncontrar #TodosSomosCadhu #CadhuPresente@FiscaliaEcuador @eluniversocom @elcomerciocom @lahoraecuador @desayunos24 @AsfadecEc pic.twitter.com/WsIwqZMe6T
Volgens de zuster van Maria Jose, Alejandra, kwam de schrijfstijl in de e-mail niet overeen met de manier waarop haar zuster schrijft. Ze geloven dat een man die Maria Jose heeft ontmoet via sociale media achter hun verdwijning zit.
'Wij geloven dat hij een hoog risico vertegenwoordigt en we hebben de hulp van de autoriteiten nodig bij het onderzoek', zei Alejandra.
Officier van Justitie Edith Arevalo zei echter, dat 'van de elementen die door het onderzoek zijn verkregen niet kan worden aangenomen dat er een mogelijke misdaad is'.
Ten minste 50 mensen droegen foto's van Maria Jose en haar dochter. 'Omdat we ze levend willen vinden', bevestigden ze. Anderen eisten informatie over de verdwijning van Michelle MOntenegro, een lerares die sinds 5 juni vermist wordt.
Vice-president Maria Alejandra Vicuña ontmoette familieleden van Maria Jose en Lirio Sofia.
President Vizcarra: 'Peru gaat in 2019 een natuurreservaat in de Stille Oceaan creëren'
'Natuurgebied van 1.040 vierkante kilometer met flexibel oog voor ambachtelijke visserij en oliemaatschappijen'
De regering van president Martín Vizcarra kondigde maandag 9 juli 2018 aan, dat Peru zal proberen in 2019 een natuurreservaat in de Stille Oceaan te creëren. Minister van Milieu Fabiola Muñoz vertelde buitenlandse journalisten in een persconferentie, dat de regering een reservaat van 1.040 vierkante kilometer gaat creëren met een flexibel oog voor zowel ambachtelijke visserij en oliemaatschappijen.
Het specifieke gebied dat is uitgestippeld door het ministerie van Milieu overlapt feitelijk vier bestaande olieblokken en stelt bedrijven die olie winnen in staat op gereguleerde basis verder te gaan. 'Het doel van het creëren van dit reservaat is niet om economische activiteiten te verbieden', zei Muñoz, volgens Reuters.
'Het is om de omstandigheden te creëren zodat soorten zich kunnen reproduceren in de tijd van het jaar dat ze nodig hebben.'
Het voorgestelde natuurreservaat omvat Foca eiland, het strand van Cabo Blanco in El Ñuro, evenals de Punta Sal en de oever van de Máncora-riffen in de Tumes en Piura-regio's. Een document van het ministerie van Milieu, dat op de persconferentie werd gepresenteerd, toonde aan dat in deze gebieden schildpadden, bultruggen en zeehonden leven, mariene soorten die beter beschermd zouden moeten worden in het reservaat.
Waarschijnlijk zal begin 2019 een presidentieel besluit worden aangenomen om het reservaat in te voeren. Hoewel Muñoz beloofde dat geen inbreuk wordt gemaakt op de rechten van de vissers, zullen er waarschijnlijk meer milieustudies en -voorschriften worden opgesteld om de hoeveelheid beviste soorten of gebieden te beperken.
Ze wees erop dat dit hetzelfde project voor mariene reservaten is dat een paar jaar geleden werd voorgesteld onder de regering Ollanta Humala onder de naam 'Mar Pacifico Tropical', maar ze voegde eraan toe, dat de regering niet de juiste stappen had genomen om ervoor te zorgen dat het met succes werd uitgevoerd.
De regering van president Martín Vizcarra kondigde maandag 9 juli 2018 aan, dat Peru zal proberen in 2019 een natuurreservaat in de Stille Oceaan te creëren. Minister van Milieu Fabiola Muñoz vertelde buitenlandse journalisten in een persconferentie, dat de regering een reservaat van 1.040 vierkante kilometer gaat creëren met een flexibel oog voor zowel ambachtelijke visserij en oliemaatschappijen.
Het specifieke gebied dat is uitgestippeld door het ministerie van Milieu overlapt feitelijk vier bestaande olieblokken en stelt bedrijven die olie winnen in staat op gereguleerde basis verder te gaan. 'Het doel van het creëren van dit reservaat is niet om economische activiteiten te verbieden', zei Muñoz, volgens Reuters.
'Het is om de omstandigheden te creëren zodat soorten zich kunnen reproduceren in de tijd van het jaar dat ze nodig hebben.'
🐬 El Perú creará reserva natural marina en la frontera con Ecuador https://t.co/MorkyCwCfa pic.twitter.com/B4lYrqNFEj— Agencia Andina (@Agencia_Andina) July 10, 2018
Het voorgestelde natuurreservaat omvat Foca eiland, het strand van Cabo Blanco in El Ñuro, evenals de Punta Sal en de oever van de Máncora-riffen in de Tumes en Piura-regio's. Een document van het ministerie van Milieu, dat op de persconferentie werd gepresenteerd, toonde aan dat in deze gebieden schildpadden, bultruggen en zeehonden leven, mariene soorten die beter beschermd zouden moeten worden in het reservaat.
Waarschijnlijk zal begin 2019 een presidentieel besluit worden aangenomen om het reservaat in te voeren. Hoewel Muñoz beloofde dat geen inbreuk wordt gemaakt op de rechten van de vissers, zullen er waarschijnlijk meer milieustudies en -voorschriften worden opgesteld om de hoeveelheid beviste soorten of gebieden te beperken.
Ze wees erop dat dit hetzelfde project voor mariene reservaten is dat een paar jaar geleden werd voorgesteld onder de regering Ollanta Humala onder de naam 'Mar Pacifico Tropical', maar ze voegde eraan toe, dat de regering niet de juiste stappen had genomen om ervoor te zorgen dat het met succes werd uitgevoerd.
'Venezuela zou Colombia bombarderen als Amerikanen aanvallen'
(Bron foto: Twitter) |
Venezuela zou Colombia kunnen bombarderen als de Verenigde Staten een militaire interventie tegen het door de socialisten geleide land zou lanceren, aldus een regeringsgetrouw parlementslid. Pedro Carreño, een lid van de Constituerende Assemblee van Venezuela, zei dat de Venezolaanse luchtmacht de belangrijkste infrastructuur in Colombia zou bombarderen in het geval van een door de VS geleide invasie.
President Donald Trump van de Verenigde Staten noemde de mogelijkheid van een militaire interventie in augustus vorig jaar, maar het idee werd verworpen in heel Latijns-Amerika en de Colombiaanse president Juan Manuel Santos.
De Venezolaanse president Nicolas Maduro en Carreño, die dicht bij de overleden oud-president Hugo Chavez stonden, bliezen de Trump-dreiging dit weekend nieuw leven in. Carreño, een gepensioneerde generaal, suggereerde zelfs een aanval op de buurman van Venezuela in het westen.
'Onze Sukhois vliegtuigen zullen de verantwoordelijkheid krijgen voor het vernietigen van de zeven bruggen over de Magdalena-rivier die Colombia van het noorden tot het zuiden doorkruist, en het in tweeën splitst', vertelde hij tijdens een tv-interview aan Venezuela's ex-vicepresident Jose Vincente Rangel.
Fighting words from Maduro loyalist @PedroCarreno_e: If Venezuela is attacked, Russian-supplied Sukhois will respond by taking out 7 bridges spanning Colombia's Magdalena River, splitting neighboring country in half. https://t.co/HCLoQjGQSH— Joshua Goodman (@APjoshgoodman) July 9, 2018
Maduro drong er bij het leger op aan 'alert te zijn' en zich voor te bereiden om 'het nationale grondgebied te verdedigen' op de onafhankelijkheidsdag van het land op 5 juli.
De kans op een militair conflict blijft laag, omdat de Verenigde Staten en hun bondgenoten zoals Colombia hun strategie om de regering van Maduro te treffen met sancties en politieke isolatie.
Colombia's president-elect Ivan Duque heeft vorige maand een ontmoeting gehad met de Amerikaanse senator Marco Rubio om te debatteren over 'de crisis en het herstel van de democratie' in Venezuela. Rubio heeft net als Trump openlijk opgeroepen tot een door de VS gesteunde militaire coup in Venezuela. Duque is dubbelzinnig in hoeverre hij een militaire interventie in Venezuela zou ondersteunen, waar de aanhoudende economische en politieke crisis heeft geleid tot een massale uittocht.
Volgens Santos, die op 7 augustus zijn ambt verlaat, zijn meer dan een miljoen Venezolanen naar Colombia gevlucht. Duizenden komen elke dag de grens over om voedsel en medicijnen te zoeken.
(Suriname Mirror/Colombia Reports/YouTube/Twitter)
Colombia wil drugsbendes met strafvermindering tot overgave bewegen
(Bron foto: Twitter/Juan Manuel Santos) |
President Juan Manuel Santos ondertekende maandag 9 juli 2018 een wet die een reducering van de gevangenisstraffen tot 50 procent voorziet, als leden van criminele organisaties zich overgeven aan de autoriteiten. Met het aanbod wil de regering het machtigste drugskartel van het land - de Clan del Golfo - ertoe brengen de wapens neer te leggen.
Con la Ley de Sometimiento a la Justicia:— Juan Manuel Santos (@JuanManSantos) July 9, 2018
- Fortalecemos normas y mecanismos para enfrentar con más contundencia el crimen organizado.
- Fijamos procedimiento especial, que no existía, para el sometimiento colectivo. pic.twitter.com/VAcC2DjWA4
La Ley de Sometimiento a la Justicia, que sancionamos hoy, es un paso más hacia la construcción de la paz. Su propósito es garantizar la terminación del actuar delictivo de organizaciones y bandas criminales. pic.twitter.com/N2mQvjIr5P— Juan Manuel Santos (@JuanManSantos) July 9, 2018
Kartelbaas Dairo Úsuga alias Otoniel had vorig jaar verklaard dat zijn mannen bereid waren zich over te geven.
'We hebben met de advocaten van Clan del Golfo over capitulatie gesproken. Ze hebben ons toegezegd dat ze zich overgeven zo gauw de wet van kracht is', zei Santos. 'Dat is een belangrijke stap voor de rust en de veiligheid in het land'.
Volgens het parket-generaal kunnen zesduizend bendeleden van de wet profiteren.
Nadat de regering en de linkse guerrillaorganisatie FARC (Fuerzas Armadas Revolucionarias de Colombia) eind 2016 een vredesakkoord hadden gesloten, waren gewapende bendes in hun vroegere invloedzones binnengevallen. Ze namen de drugshandel, afpersing en illegale mijnbouw over. Bovendien zijn ze voor vele moorden en verdrijvingen verantwoordelijk.
(Suriname Mirror/Belga/The Associated Press/Twitter/Colombia Reports/YouTube)
Abonneren op:
Posts (Atom)