woensdag 1 april 2020

Ratingbureau Standard and Poor’s plaatst Suriname op downgrade lijst - Kredietwaardigheid gedowngrade van ‘B’ naar ‘CCC+'

'Minder goede vooruitzichten om externe financiering te kunnen verkrijgen'

'Surinaamse regering laat zich niet uit het veld slaan door de downgrade van ratingbureaus als Standard and Poor’s'


Het Covid-19 virus heeft binnen korte tijd een grote aanslag gepleegd op de wereldeconomie. Het vertrouwen in de financiële markten is aanzienlijk gedaald na grote verliezen die lokale en internationale bedrijven in het eerste kwartaal van 2020 hebben moeten incasseren. Ook landen met een fragiele economie als Suriname blijven niet gespaard van de negatieve gevolgen, zo bericht het ministerie van Financiën via het Nationaal Informatie Instituut woensdagavond 1 april 2020. 

In de nasleep van de beurscrash in Amerika de afgelopen maand hebben rating bureaus binnen afzienbare tijd een reeks downgrades afgekondigd. Zo heeft Standard and Poor’s ook Suriname op de downgrade lijst geplaatst (zie onderaan), vanwege minder goede vooruitzichten om externe financiering te kunnen verkrijgen. De economische groei vertraagt en financierings- en terugbetalingshiaten worden groter.

Als gevolg hiervan hebben rating bureaus een aantal grote economieën gedowngrade en aan een groot aantal ontwikkelingslanden een verslechterde kredietwaardigheid toegekend. De te verwachten recessie in de wereldeconomie wordt nu al gekenmerkt als de ergste sinds de Great Depression (August 1929 – March 1933). Het van invloed zijn op de internationale handels- en financiële kanalen die in het moderne tijdperk vele malen groter en verstrekkender zijn dan toen.

De financiële schokken zijn simultaan merkbaar in vele landen en hebben een remmende werking op de wereldwijde economische bedrijvigheid. Een van de grootste gevolgen is de snelle daling van grondstoffenprijzen. Olieprijzen zijn in de afgelopen weken gedaald naar een dramatisch dieptepunt en liggen thans ongeveer 70 procent onder het prijsniveau van Staatsolie eind 2019.

Als gevolg van de wereldrecessie lopen landen die afhankelijk zijn van externe financiering het risico dat deze financiële stromen plotseling worden stopgezet of onvoldoende ter beschikking komen. Immers, ook de grote economieën hebben thans te maken met gestegen financieringskosten van eigen binnenlandse bedrijven en consumenten. Dit, niet in de laatste plaats omdat banken vermoeden dat hun cliënten afgesloten leningen mogelijk niet tijdig zullen kunnen terugbetalen.

De Surinaamse regering laat zich niet uit het veld slaan door de wereldrecessie en de downgrade van rating bureaus als Standard and Poor’s. De voorbereiding voor een nationaal crisisplan om de economische effecten van COVID-19 aan te gaan is in vergevorderd stadium. Daarbij is belangrijk dat de handen ineen geslagen worden, omdat niemand anders dan het Surinaamse volk de verliezer zal zijn van deze pandemie.

De overheid is reeds begonnen om samen met de vakbeweging een aantal belasting verlagende maatregelen te bespreken. Daarnaast worden ook voorstellen die zijn gedaan door de VSB en de ASFA bestudeerd.

Het verschuiven van de belastingschijven zal worden voorafgegaan door een hogere korting op de loonbelasting; de zogeheten heffingskorting, waardoor de koopkracht wordt versterkt via hogere nettolonen. Bedrijven die in financiële nood zijn geraakt door de Covid-19 crisissituatie zullen bepaalde belastingkortingen en uitstel van betaling kunnen genieten.

In een tijd dat vrijwel de hele wereld het moeilijk heeft, zal in Suriname nauw moeten worden samengewerkt aan beheersen en herstel van de crisissituatie. 'Er wordt met bevriende landen gezocht naar noodhulp en technische assistentie, zoals met de Cubaanse artsen en verpleegkundigen. Met de internationale instellingen worden hulpprogramma’s geïnitieerd die technische steun inhouden, maar ook geoormerkte directe financiële steun biedt aan getroffen doelgroepen en gebieden. De Covid-19 crisis is een nationale zaak. We zullen het samen moeten overwinnen.'

Natuurlijk tracht de regering de downgrading een positieve draai te geven in bovenstaand persbericht. Maar, de Ware Tijd heeft onderstaand bericht van Standard and Poor’s gefileerd en dan blijkt een veel minder rooskleurig beeld boven Suriname te hangen dan de regering wil doen laten geloven.

De Ware Tijd:

De kans is groot dat Suriname vanwege de slechte financiële positie van de overheid binnen een jaar zijn schulden niet zal kunnen terugbetalen. Dat stelt ratingsbureau Standard & Poor’s in haar woensdag uitgegeven rapport waarin de kredietwaardigheid van het land is gedowngrade van ‘B’ naar ‘CCC+’. 

Het is de tweede keer binnen korte tijd dat Suriname van een toonaangevende kredietbeoordelaar de ‘CCC’ status heeft gekregen en zo de zogenoemde junkstatus die Fitch Ratings eerder dit jaar gaf wordt herbevestigd. 

De bijstelling naar 'CCC+' geldt ook voor de obligatielening van 550 miljoen Amerikaanse dollar die in 2026 terugbetaald moet worden. De outlook bij de jongste rating is 'negatief'. Moeilijkheden om aan de financieringsbehoeften te voldoen, kunnen het vermogen van Suriname om aan zijn schuldverplichtingen te voldoen, beperken, wat volgens Standard & Poor's (S&P) maakt dat er ten minste één op de drie kansen is dat Suriname deze verplichtingen in de komende 12 maanden niet zal kunnen nakomen. 

Ook de negatieve vooruitzichten hebben ermee te maken dat tenzij de omstandigheden gunstig worden Surinames financieringspositie onhoudbaar wordt en het vermogen van het land om de komende 12 maanden aan zijn schuldverplichtingen te voldoen, kan belemmeren. 

De negatieve vooruitzichten betekenen ook, dat de kredietwaardigheid de komende 12 maanden verder verlaagd zou kunnen worden als de economische omstandigheden, de fiscale resultaten of de beschikbaarheid van financiering niet verbeteren, zegt S&P. 'Wij zijn van mening dat de aanstaande verkiezingen politieke onzekerheid hebben veroorzaakt die de reactie van de overheid op de verslechterende economische, fiscale en financiële uitdagingen waarmee het land wordt geconfronteerd, beperkt. In dit scenario zou de overheid voor moeilijke afwegingen kunnen komen te staan, waarbij zij ervoor zou kunnen kiezen om sommige of al haar schuldverplichtingen niet volledig en op tijd af te lossen, wat volgens onze criteria neer komt op wanprestatie.'

Met de komst van de Covid-19 pandemie en de daling van de olieprijzen, zal de druk op Suriname op korte termijn toenemen, omdat de financieringsbehoefte van de regering hoog blijft op een moment dat de financieringsmogelijkheden afnemen en de instituten verzwakken. 

De neerwaartse bijstelling weerspiegelt het standpunt van S&P, dat de economische schok als gevolg van de pandemie en de daling van de olieprijzen de overheidstekorten en financieringsbehoeften op een hoog niveau zullen houden dat reeds hoog is. 

De instituten van Suriname zijn het afgelopen jaar verzwakt en politieke onzekerheid over de aanstaande verkiezingen kan de doeltreffendheid van toekomstige beleidsreacties op de economische en fiscale uitdagingen waarmee het land wordt geconfronteerd, verminderen. De overheid kan haar verhoogde financieringsbehoeften mogelijk niet volledig financieren, aldus de kredietwaakhond, omdat beleggers steeds meer risico's vermijden.


https://www.standardandpoors.com/





Overview


  • Near-term pressures on Suriname will increase with the arrival of the COVID-19 pandemic and the fall in oil prices because the government's financing requirement remains elevated at a time when its funding options are narrowing and its institutions are weakened.
  • Difficulties in meeting its financing requirements could constrain the country's ability to service its debt obligations, leading us to believe there is at least a one-in-three probability that Suriname could default on those obligations in the next 12 months.
  • We are lowering our long-term sovereign credit rating as well our unsecured debt rating on the country's US$550 million bond due in 2026 to 'CCC+' from 'B'. We are also lowering our transfer and convertibility assessment on the country to 'CCC+' from 'B+'.
  • The negative outlook reflects our view that, unless conditions become favorable, Suriname's finances will become unsustainable and may constrain the country's ability to meet its debt service obligations in the next 12 months.

 

Rating Action

On April 1, 2020, S&P Global Ratings lowered its long-term sovereign credit rating on the Republic of Suriname as well its unsecured debt rating on the country's US$550 million bond due in 2026 to 'CCC+' from 'B'. At the same time, S&P Global Ratings lowered its transfer and convertibility assessment to 'CCC+' from 'B+'. The outlook is negative.

 

Outlook

The negative outlook reflects the potential for a downgrade over the next 12 months should economic conditions, fiscal outcomes, or funding availability not improve. We believe the upcoming election has introduced political uncertainty that is limiting the policy response to the worsening economic, fiscal, and financial challenges facing the country. In this scenario, the government could be faced with difficult trade-offs, in which it could opt to not service some or all of its debt obligations in full and on time, constituting a default according to our criteria.

Upside scenario
We could revise the outlook to stable in the next 12 months if positive economic news or smaller deficits lead to increased availability of domestic or external funding, improving the government's capacity to service its debt obligations.

 

Rationale

The downgrade reflects our view that the economic shock from the pandemic and fall in oil prices will keep general government deficits and financing requirements at already elevated levels. Suriname's institutions have weakened in the past year and political uncertainty related to the upcoming election may reduce the effectiveness of future policy responses to the economic and fiscal challenges facing the country. The government might not be able to fully fund its elevated financing requirements because investors have become more risk-averse. 

According to the Ministry of Finance, the government's debt service costs should be close to SRD1.7 billion in 2020. Domestic debt service costs should be SRD500 million. Although debt service costs will rise in 2020, they are still broadly in line with historical levels. 

The current political context poses short-term risks for the government responding quickly and appropriately to the challenges facing it. The implications of the president's sentence may weigh on the upcoming election in May 2020. The ruling party holds a slim majority, which it could lose. It may be difficult for any party without a clear majority to make difficult decisions during this period of stress and implement on a timely basis the reforms necessary to put Suriname's finances on the path to sustainability. 

We understand that Suriname's National Assembly recently imposed foreign exchange restrictions. The restrictions include the requirement that contracts denominated in foreign currency must be converted into Surinamese dollar terms and transactions can only be made in Surinamese dollars. It is our understanding that the restrictions do not apply to the foreign currency obligations of the government.

 

Related Criteria



Related Research





Geen opmerkingen:

Een reactie posten