dinsdag 9 april 2019

Nog onduidelijk wanneer Suriname begint met uitvoering verplichte Nationaal Risico Analyse (NRA)

Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB) levert twee technische deskundigen 

- Suriname moet een Project Management Team (PMT) in het leven roepen
- NRA is de eerste van veertig aanbevelingen van de Financial Action Task Force (FATF)


Suriname is een stapje dichter bij de uitvoering van de verplichte Nationaal Risico Analyse (NRA). Simultaan lopen er nu twee initiatieven, zegt Roy Baidjnath Panday, voorzitter Nationale Anti-Money Laundering Commissie (NAMLAC), vandaag, dinsdag 9 april 2019, op Starnieuws. De Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB) stelt twee technische deskundigen beschikbaar, die het werkplan met tijdspad ontwikkelen. En Suriname moet een Project Management Team (PMT) instellen. De PMT is de technische werkarm van de NAMLAC en het landencontactpunt voor de IDB. 

'Het PMT zal met de IDB alles uitvoeren om informatie te krijgen uit de publieke en private sector voor het opstellen van het concept NRA-rapport.' Wanneer de NRA precies start is nog onduidelijk. 'Wij verwachten elk moment dat de IDB zover is met het werkplan', aldus Baidjnath Panday. De NAMLAC hoopte vorig jaar oktober te starten met het onderzoek en had een jaar hiervoor uitgetrokken. Maar, in oktober gebeurde er nog niets. 'Als je praat over een tijdspad, dan wordt het dus een stuk problematischer om oktober 2019 te halen.' De eerste bevindingen op papier worden nu rond eind 2019 verwacht, denkt de voorzitter.

President Desi Bouterse heeft op 19 maart 2019 de presidentiële resolutie getekend, ruim zes maanden na ontvangst van de NAMLAC-adviesbrief van 3 augustus 2018. In de resolutie committeert de Surinaamse overheid zich aan de NRA-uitvoering en samenstelling van het bijbehorende rapport, met technische ondersteuning van de IDB. Het PMT zal uit drie tot vijf leden bestaan. De Centrale Bank van Suriname (CBvS) en de ministers van Justitie & Politie en Financiën doen de voordrachten.

De NRA is de eerste van de veertig aanbevelingen van de Financial Action Task Force (FATF). Suriname staat ingedeeld voor de vierde landenevaluatie in maart–juni 2020, door hun Caribische tak, de CFATF. Suriname werd hiervan lid in 1998 en wordt sindsdien vertegenwoordigd door Baidjnath Panday. Het NRA-rapport is de basis voor deze evaluatie. De rode draad in het gedetailleerd onderzoek is het zichtbaar maken van de kwetsbaarheden op het gebied van witwassen, terrorismefinanciering en handel in wapens & munitie.

Het onderzoek richt zich op overheid en private organisaties inclusief de non-gouvernementele organisaties. Deze kunnen financiële en ook niet-financiële ondernemingen zijn, zoals accountants, advocaten, autohandelaren, banken, cambio’s, casino’s, juweliers, makelaars in onroerend goed, notarissen.De Centrale Bank van Suriname heeft alleen al 10 banken, 12 verzekeringsmaatschappijen, 32 pensioen- en 2 voorzieningsfondsen, 24 krediet coöperaties, 6 investerings- en beleggingsmaatschappijen, 1 houdstermaatschappij, 25 geldwissel- en 5 geldovermakingskantoren onder haar toezicht.

'Het gaat om iedereen in de financiële en ook niet-financiële sector die te maken heeft met het initiëren van geldstromen die weleens bevuild zouden kunnen worden met gelden van een verdachte bron.'

De NAMLAC-voorzitter schetst als voorbeeld een persoon die op illegale manier geld heeft verkregen en onroerend goed koopt. De schakels die de koop mogelijk maken, zoals de makelaar, notaris en misschien een bank, die moeten de melding doen bij het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (MOT), dat de melding verder analyseert.

Het NRA-onderzoek zou eigenlijk begin 2018 starten. Tijdens kick-off activiteiten hiervan (conferentie en training) in februari 2018, lanceerde de Amerikaanse ambassade ook hun driejarig financieringsproject van 390.000 Amerikaanse  dollar ter ondersteuning van Suriname’s inspanningen voor witwasbestrijding. 'De Amerikanen betalen de opstart van de NRA en de trainingen van alle ketenactoren die gaan over meldingen van ongebruikelijke transacties tot aan de berechting van strafbare handelingen', zegt Baidjnath Panday. Hij legt uit dat de financiering vrijkwam via de justitiële samenwerking tussen Suriname en de Verenigde Staten (VS). De middelen zijn onderdeel van het Caribbean Basin Security Initiative, een VS-programma met Caribische landen om de veiligheid in de regio te vergroten. 'Suriname vroeg om een budget voor capaciteitsversterking op het gebied van witwasbestrijding en terrorismefinanciering.' 

Zo volgden MOT-medewerkers vorige maand een training in de versterking van hun analyse capaciteit. Ze deden kennis op over hoe meldingen van ongebruikelijke transacties te analyseren. Maar, ook de Centrale Bank en MOT draaien trainingen uit eigen middelen om hun personeel en hun dienstverleners bij te scholen.

Baidjnath Panday onderstreept, dat Suriname als eerste verantwoordelijk blijft voor de eigen NRA-uitvoering en betaling. 'Suriname moet zelf ervoor zorgen dat het overige budget beschikbaar komt. Wat dit is, zal gaande de uitvoering duidelijk worden.' Suriname moet het ‘NRA-pakket’, een computerprogramma, kopen bij de IDB. 'Het initieel kapitaal dat beschikbaar is, naar wat ik heb begrepen, is voor de start en de betrokkenheid van de IDB voldoende om te beginnen.'

Het is vooralsnog niet bekend wat het IDB ‘NRA-pakket’ kost en hoeveel gelden uit de beschikbare 390.000 Amerikaanse  dollar aan welke projecten al zijn besteed. De Amerikaanse ambassade riep het Suriname kantoor van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) in als budgetbeheerder. OAS Suriname trok vervolgens de Stichting Juridische Samenwerking Suriname-Nederland (SJSSN) aan voor de ondersteuningen van de trainingen. De OAS heeft sinds vorig jaar geen vertegenwoordiger meer in Paramaribo.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten