Bouterse, vriend van Maduro, verschuilt zich achter Grondwet om steun aan Venezuela te rechtvaardigen

'Suriname niet bezig Venezuela te verdedigen, maar houdt zich aan internationale afspraken en principes'


De regering en de president zijn gebonden aan bepalingen in de Grondwet. Zo reageerde president Desi Bouterse dinsdag 22 januari 2019 in het parlement op vragen van parlementsleden over Venezuela tijdens de algemene politieke beschouwingen, aldus Starnieuws. 

Terwijl negentien landen van Noord- en Zuid-Amerika de legitimiteit van het presidentschap van Nicolas Maduro van Venezuela niet erkennen, heeft Suriname samen met vijf andere landen tegen de resolutie van de Permanente Raad van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) gestemd. In de resolutie veroordeelt de OAS de inauguratie van Maduro voor een tweede termijn. Suriname, Bolivia, Venezuela en Nicaragua hebben tegen gestemd, terwijl acht landen zich van stemming hebben onthouden.

In het parlement heeft Bouterse herhaald - aldus Starnieuws - dat Suriname niet bezig is Venezuela te verdedigen. Suriname houdt zich aan internationale afspraken en principes. De Grondwet vertolkt het feit, dat de regering haar gezag op geen enkele wijze namens of onder invloed van welke andere staat, internationaal lichaam of internationale organisatie, uitoefent. 'Er zou dan geen sprake meer zijn van een soevereine Staat Suriname', zei het staatshoofd.

'Suriname neemt echter wel bestaande internationaal vastgestelde regels in acht en houdt terdege rekening mee bij het innemen van standpunten.' Hij heeft artikel 7 lid 1 en lid 3 aangehaald om het standpunt van Suriname te verdedigen.

In lid 1 staat: 

'De Republiek Suriname erkent en respecteert het recht van de volkeren op zelfbeschikking en nationale onafhankelijkheid op basis van gelijkwaardigheid, soevereiniteit en wederzijdse belangen.' 

En lid 3 geeft aan: 

'De Republiek Suriname wijst iedere gewapende agressie, elke vorm van politieke en economische druk, alsook iedere directe of indirecte inmenging in de binnenlandse aangelegenheden van andere Staten af. Dit normatieve uitgangspunt is bepalend voor het handelen van de regering en het innemen van standpunten door de regering en met name door de president.'