Rechter New York: 'Gelden Ennia Caribe Leven zo spoedig mogelijk naar de Centrale Bank CBCS'
De Amerikaanse rechter in New York heeft gisteren opnieuw duidelijk
gemaakt, dat de gelden van Ennia Caribe Leven (ECL) bij Merrill Lynch in de Verenigde Staten in
ieder geval zo spoedig mogelijk terug moeten naar huidige bestuurders - en dus hun gezag - van het
Leven-verzekeringsbedrijf op Curaçao.
Dat wil dus zeggen naar de Centrale Bank CBCS, die in
verband met de noodregeling het bestuur van de verzekeraar
en entiteiten tijdelijk heeft overgenomen om de
solvabiliteitspositie te herstellen, zo bericht het Antilliaans Dagblad vandaag, woensdag 23 januari 2019.
Ook ten aanzien van de gelden van investeringsmaatschappij
Ennia Caribe Investments (ECI) maakte rechter Martin
Glenn duidelijk, dat die beheerd dienen te worden door de
bestuurders van ECI; eveneens CBCS dus, aldus het advocatenteam van de CBCS/Ennia.
De Ennia-werkmaatschappijen Leven, Schade en Zorg hebben - zodra beschikt kan worden over de
rekeningen bij de Amerikaanse bank Merrill Lynch - voorlopig voldoende liquiditeit om aan hun
uitkeringsverplichtingen te voldoen. Zo meldde de Centrale Bank onlangs.
Onder aandeelhouder Parman van de Amerikaanse eigenaar Hushang Ansary hebben Ennia Caribe
Holding (ECH) en de investeringsmaatschappij ECI gelden van de polishouders uit de verzekeraars
(Leven, Schade en Zorg) gehaald, volgens de CBCS tot een totaal van ruim 1,5 miljard gulden. 'De
verzekeraars lopen op die manier een groot risico omdat ze afhankelijk zijn van de terugbetaling door
ECH en ECI.'
Allebei de personen die gisteren in New York voorafgaand aan de zitting een ‘declaration’ hebben
ingediend (Lesley-Ann Brodie namens CBCS/Ennia en Abdallah Andraous namens Parman/Ansary)
zijn tijdens de zitting gehoord.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten