'Burgers moeten de inspanningen van de overheid op dit gebied niet over het hoofd zien'
'De regering heeft de afgelopen 3 jaar Srd 2.191 miljoen besteed aan subsidie voor elektra. De regering acht het hoognodig om u bij te staan in de elektravoorziening, om zodoende andere negatieve spin-off effecten, die eventueel zouden voortvloeien uit een verdere tariefsverhoging, te voorkomen.' Deze informatie heeft NDP-parlementariër Amzad Abdoel woensdag gepresenteerd tijdens de behandeling van de Staatsbegroting in De Nationale Assemblee (DNA), aldus het Nationaal Informatie Instituut, NII, vrijdag 24 mei 2019.
Ik wil ook in herinnering brengen, dat deze regering er ook voor heeft gezorgd dat tal van andere woongebieden van elektra zijn voorzien. Het voorzien in deze behoefte is een enorme uitdaging daar de energiesector decennialang verwaarloosd was en niet de nodige aandacht kreeg.'
Het DNA-lid heeft begrip voor problemen, zoals lange wachttijden voor huisaansluitingen en het weleens uitvallen van de electravoorziening.
De volksvertegenwoordiger is van oordeel, dat burgers de inspanningen van de overheid op dit gebied niet over het hoofd moeten zien.
'Het volk dient te weten dat de prijs voor elektriciteit die zij betalen, niet de werkelijke prijs is. De prijs van elektra wordt al tientallen jaren gesubsidieerd. Geen enkele regering heeft er ooit werk van gemaakt om die subsidie af te bouwen. Dit is ook een van de redenen waarom de energiesector zich niet adequaat heeft kunnen ontwikkelen. De crisis heeft ons in elk geval geleerd dat wij de lasten anders moeten gaan verdelen.'
'De bredere schouders zouden de zwaardere lasten moeten dragen. In dat kader is het deze regering wel gelukt, om met een classificatie te komen, waarbij de sociaal zwakkeren in bescherming zijn genomen. Tot een bepaald verbruik wordt nog steeds een heel laag tarief betaald. Echter subsidieert de overheid nog eenieder.'
De subsidies voor elektra over de jaren 2016, 2017 en 2018 bedragen respectievelijk Srd 230 miljoen, Srd 717 miljoen en Srd 1.244 miljoen. In totaal heeft de regering voor het volk in drie jaren een bedrag van Srd 2.191 miljoen aan elektrakosten betaald.
Dagelijkse selectie Surinaams nieuws en relevant nieuws uit Latijns-Amerika en Caribisch gebied - Verrassend, actueel, informatief, met oog voor haar lezers!
vrijdag 24 mei 2019
VHP: Reflectie op negen jaar NDP-chaos
'We staan voor de keuze tussen Goed en Kwaad'
'Over precies 12 maanden staat ons land voor een allesbeslissende keuze. Gaan we het land redden uit de handen van een corrupte kliek of laten we verder afglijden naar de afgrond. Kiezen we voor slagvaardigheid of blijven we doormodderen? Kiezen we voor vooruitgang voor alle burgers of staan we toe dat ze worden uitgebuit? Heel eenvoudig gezegd: we staan voor de keuze tussen Goed en Kwaad.
Het failliet van twee termijnen NDP-beleid is algemeen bekend. Onze gezinnen, families, vrienden voelen het elke dag. Of het nou gaat om veiligheid op straat of in je eigen huis, de onbeschaamde corruptie of de toegenomen armoede, elke dag worden we er mee geconfronteerd. Populistische propaganda, kiezersbedrog, mismanagement en corruptie hebben ons land in een diepe crisis gebracht. Het is voor velen ‘hosselen’.
Corruptie
Het is vooral de corruptie die een stempel drukt op het NDP-beleid van de afgelopen negen jaar. De lijst is oneindig. De samenleving huivert van de SPSB-affaire. Naast het schandaal bij de SPSB, hebben we te maken met
Westland Sama Group, waarbij de overheid SML heeft overgedragen aan Westland Sama Group NV., zij heeft inmiddels een lening van 23 miljoen genomen bij een commerciële bank;
de verdwijning van 14 nieuwe tractoren en 7 graafmachines, ter waarde van USD 4 miljoen;
de Chinese vistrawlers;
US$ 4,2 miljoen is verspild aan voorbereiding voor de bouw van het Academisch Medisch Centrum (AMC) Suriname;
het snoepreisje van de vicepresident, heeft de belastingbetaler maar liefst $250.000 gekost.
We moeten ons beseffen, dat het bij ieder corruptieschaal om gelden gaat die van het volk zijn gestolen. Telkens wanneer een schandaal boven water komt, grijpt de NDP als afleidingsmanoeuvre naar het instrument van reshuffling. In negen jaar tijd, zijn 70 ministers ‘gereshuffeld’. Een record in de historie van Suriname. De povere prestatie van deze regering wegen niet op tegen de op grote schaal gepleegde corruptie, waarbij er honderden miljoenen zijn gestolen van het volk. Over 12 maanden heeft de kiezer de kans om dit beleid van graaien en stelen te veranderen.
Vooruitblik van de VHP
Welvaart en welzijn zijn alleen mogelijk door goed en transparant bestuur. Dit vereist bestuurders die met maar één ding bezig is: hoe verbeter ik het leven van de bevolking. Dat is het criterium dat leidend zal zijn voor de VHP. Integere bestuurders, zonder strafblad, die het volk dienen en niet hun eigen portemonnee. Als de VHP een nieuwe regering mag vormen, zal zij op korte termijn aantal zaken op orde stellen. We gaan serieus achter de gestolen gelden aan. Een nieuwe regering waar het buitenland vertrouwen in heeft kan de financiën weer op orde krijgen. De VHP heeft dat in voorgaande regering gedaan en zal dat ook nu weer doen. De medische zorg zal met prioriteit worden aangepakt om het weer op peil te brengen. En dat geldt ook voor onderwijs, veiligheid, het grondenrechtenvraagstuk en huisvesting. Niet door nog meer cadeautjes uit te delen, maar door te investeren in onze mensen. Om ze weer hun eigenwaarde terug te geven en perspectief te bieden op een goede toekomst voor hun kinderen.
Een belangrijk standpunt van de VHP is dat zij een behoedzaam en solide financieel beleid gaat voeren. Dit betekent dat inkomsten en uitgaven op de lange termijn in balans moeten zijn en structurele uitgaven worden gedekt met structurele inkomsten.
De schuldpositie van Suriname is heel ernstig, er zijn meer dan 100 leningen gesloten. Als regering heb je toegang tot internationale instituten en we gaan praten met de landen met wie je leningen hebt gesloten. We gaan met die landen praten over heronderhandelen, herschikking over terugbetaling van de schulden, we gaan praten over de rente voorwaarden. Al deze stappen vereisen een regering waar het buitenland vertrouwen in heeft. Dat krediet heeft de NDP in haar twee regeertermijnen verkwanseld. Ze zijn gewoon niet meer geloofwaardig.
De VHP zal daarom ook de banden herstellen met landen zoals Nederland die zullen worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid om te steunen in de wederopbouw van ons land. Om de gewone man te steunen zal o.a. het belastingstelsel moeten worden aangepast, zodat die aan het eind van de maand meer geld overhoudt. Denk daarbij aan de AOV’ers, de mensen met een beperking en mensen die een onderstand genieten die door het NDP-beleid in de knel zijn geraakt.
De VHP doet een dringend beroep op de regering om deze groepen van mensen tenminste 100% verhoging te geven.
Laatste jaar
Nog twaalf maanden tot aan de verkiezingen. Het is duidelijk dat de NDP dit laatste jaar gaat gebruiken om nog te stelen wat over is en mensen om te kopen met ‘last-minute’ beloften. Uitspraken van de nieuwe pionnen op verschillende ministeries duiden al op deze wanhopige poging om ‘zieltjes te winnen’. De Surinaamse kiezer ziet deze doorzichtige tactiek en zal volgende jaar kiezen voor nieuw beleid met nieuwe bestuurders, met visie en perspectief voor iedereen.
De kiezers weten in hun hart dat het tijd is voor verandering, dat het anders moet én ook anders kan. Dat alternatief is de nationale Orange Movement die de VHP heeft gestart. Deze Orange Movement groeit elke dag en bundelt alle goede krachten met maar één doel: Red Suriname!
VHP'
'Over precies 12 maanden staat ons land voor een allesbeslissende keuze. Gaan we het land redden uit de handen van een corrupte kliek of laten we verder afglijden naar de afgrond. Kiezen we voor slagvaardigheid of blijven we doormodderen? Kiezen we voor vooruitgang voor alle burgers of staan we toe dat ze worden uitgebuit? Heel eenvoudig gezegd: we staan voor de keuze tussen Goed en Kwaad.
Het failliet van twee termijnen NDP-beleid is algemeen bekend. Onze gezinnen, families, vrienden voelen het elke dag. Of het nou gaat om veiligheid op straat of in je eigen huis, de onbeschaamde corruptie of de toegenomen armoede, elke dag worden we er mee geconfronteerd. Populistische propaganda, kiezersbedrog, mismanagement en corruptie hebben ons land in een diepe crisis gebracht. Het is voor velen ‘hosselen’.
Corruptie
Het is vooral de corruptie die een stempel drukt op het NDP-beleid van de afgelopen negen jaar. De lijst is oneindig. De samenleving huivert van de SPSB-affaire. Naast het schandaal bij de SPSB, hebben we te maken met
Westland Sama Group, waarbij de overheid SML heeft overgedragen aan Westland Sama Group NV., zij heeft inmiddels een lening van 23 miljoen genomen bij een commerciële bank;
de verdwijning van 14 nieuwe tractoren en 7 graafmachines, ter waarde van USD 4 miljoen;
de Chinese vistrawlers;
US$ 4,2 miljoen is verspild aan voorbereiding voor de bouw van het Academisch Medisch Centrum (AMC) Suriname;
het snoepreisje van de vicepresident, heeft de belastingbetaler maar liefst $250.000 gekost.
We moeten ons beseffen, dat het bij ieder corruptieschaal om gelden gaat die van het volk zijn gestolen. Telkens wanneer een schandaal boven water komt, grijpt de NDP als afleidingsmanoeuvre naar het instrument van reshuffling. In negen jaar tijd, zijn 70 ministers ‘gereshuffeld’. Een record in de historie van Suriname. De povere prestatie van deze regering wegen niet op tegen de op grote schaal gepleegde corruptie, waarbij er honderden miljoenen zijn gestolen van het volk. Over 12 maanden heeft de kiezer de kans om dit beleid van graaien en stelen te veranderen.
Vooruitblik van de VHP
Welvaart en welzijn zijn alleen mogelijk door goed en transparant bestuur. Dit vereist bestuurders die met maar één ding bezig is: hoe verbeter ik het leven van de bevolking. Dat is het criterium dat leidend zal zijn voor de VHP. Integere bestuurders, zonder strafblad, die het volk dienen en niet hun eigen portemonnee. Als de VHP een nieuwe regering mag vormen, zal zij op korte termijn aantal zaken op orde stellen. We gaan serieus achter de gestolen gelden aan. Een nieuwe regering waar het buitenland vertrouwen in heeft kan de financiën weer op orde krijgen. De VHP heeft dat in voorgaande regering gedaan en zal dat ook nu weer doen. De medische zorg zal met prioriteit worden aangepakt om het weer op peil te brengen. En dat geldt ook voor onderwijs, veiligheid, het grondenrechtenvraagstuk en huisvesting. Niet door nog meer cadeautjes uit te delen, maar door te investeren in onze mensen. Om ze weer hun eigenwaarde terug te geven en perspectief te bieden op een goede toekomst voor hun kinderen.
Een belangrijk standpunt van de VHP is dat zij een behoedzaam en solide financieel beleid gaat voeren. Dit betekent dat inkomsten en uitgaven op de lange termijn in balans moeten zijn en structurele uitgaven worden gedekt met structurele inkomsten.
De schuldpositie van Suriname is heel ernstig, er zijn meer dan 100 leningen gesloten. Als regering heb je toegang tot internationale instituten en we gaan praten met de landen met wie je leningen hebt gesloten. We gaan met die landen praten over heronderhandelen, herschikking over terugbetaling van de schulden, we gaan praten over de rente voorwaarden. Al deze stappen vereisen een regering waar het buitenland vertrouwen in heeft. Dat krediet heeft de NDP in haar twee regeertermijnen verkwanseld. Ze zijn gewoon niet meer geloofwaardig.
De VHP zal daarom ook de banden herstellen met landen zoals Nederland die zullen worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid om te steunen in de wederopbouw van ons land. Om de gewone man te steunen zal o.a. het belastingstelsel moeten worden aangepast, zodat die aan het eind van de maand meer geld overhoudt. Denk daarbij aan de AOV’ers, de mensen met een beperking en mensen die een onderstand genieten die door het NDP-beleid in de knel zijn geraakt.
De VHP doet een dringend beroep op de regering om deze groepen van mensen tenminste 100% verhoging te geven.
Laatste jaar
Nog twaalf maanden tot aan de verkiezingen. Het is duidelijk dat de NDP dit laatste jaar gaat gebruiken om nog te stelen wat over is en mensen om te kopen met ‘last-minute’ beloften. Uitspraken van de nieuwe pionnen op verschillende ministeries duiden al op deze wanhopige poging om ‘zieltjes te winnen’. De Surinaamse kiezer ziet deze doorzichtige tactiek en zal volgende jaar kiezen voor nieuw beleid met nieuwe bestuurders, met visie en perspectief voor iedereen.
De kiezers weten in hun hart dat het tijd is voor verandering, dat het anders moet én ook anders kan. Dat alternatief is de nationale Orange Movement die de VHP heeft gestart. Deze Orange Movement groeit elke dag en bundelt alle goede krachten met maar één doel: Red Suriname!
VHP'
Schoolonderzoek algemeen vormende vakken 4e jaar Technische Scholen uitgelekt
Politie stelt een strafrechtelijk onderzoek in
De Ware Tijd bericht vrijdagmiddag 24 mei 2019, dat op de Technische Scholen het schoolonderzoek van de algemeen vormende vakken van het 4e jaar is uitgelekt. Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur is een grootscheepse actie gestart om na te gaan waar het lek is ontstaan. Het zal voorgelegd worden aan de politie voor een strafrechtelijk onderzoek.
'Wij willen weten hoe het is geschiedt. Wie er allemaal achter staan', zegt de onderdirecteur Beroepsonderwijs, Ashok Rambalie.
Het besluit is nu genomen om de schoolonderzoeken opnieuw af te nemen. Het ministerie is er van overtuigd dat het werk is uitgelekt. Dat blijkt uit prognoses. Verder hebben leerlingen ongekende prestaties geleverd.
Enkele leerlingen hebben toegegeven in het bezit van het schoolonderzoek-werk te zijn geweest. Naar verluid is het werk via de Whatsapp verspreid naar leerlingen in verschillende districten
De Ware Tijd bericht vrijdagmiddag 24 mei 2019, dat op de Technische Scholen het schoolonderzoek van de algemeen vormende vakken van het 4e jaar is uitgelekt. Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur is een grootscheepse actie gestart om na te gaan waar het lek is ontstaan. Het zal voorgelegd worden aan de politie voor een strafrechtelijk onderzoek.
'Wij willen weten hoe het is geschiedt. Wie er allemaal achter staan', zegt de onderdirecteur Beroepsonderwijs, Ashok Rambalie.
Het besluit is nu genomen om de schoolonderzoeken opnieuw af te nemen. Het ministerie is er van overtuigd dat het werk is uitgelekt. Dat blijkt uit prognoses. Verder hebben leerlingen ongekende prestaties geleverd.
Enkele leerlingen hebben toegegeven in het bezit van het schoolonderzoek-werk te zijn geweest. Naar verluid is het werk via de Whatsapp verspreid naar leerlingen in verschillende districten
Suriname lanceert het National Risk Assesment 2020 (NRA)
Suriname moet 'money laundering' (witwassen) en financiering van terrorisme tegengaan
Suriname heeft donderdag als lidstaat van de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF), een zusterorganisatie van de Financial Action Task Force (FATF), het National Risk Assesment 2020 (NRA) gelanceerd. Het is de eerste stap die lidlanden van de FATF en haar regionale zusterorganisaties dienen te zetten ter voorbereiding op hun evaluatie in de 4e Mutual Evaluatie ronde van deze organisaties, zo meldt vrijdag 24 mei 2019 het Nationaal Informatie Instituut, NII.
Suriname is sinds 1998 lid van de CFATF en de toetreding brengt met zich mee dat het land zich dient te houden aan de 40 aanbevelingen van de FATF, waaronder het tegengaan van money laundering en het tegengaan van financiering van terrorisme.
Volgens minister Stuart Getrouw van Justitie en Politie, die het woord voerde, zal Suriname volgens de huidige planning reeds medio 2020 geëvalueerd worden door de CFATF. 'De CFATF zal daarbij vaststellen in hoeverre ons land de aanbevelingen van de FATF correct heeft opgevolgd. Indien Suriname de evaluatie niet succesvol doorstaat zal dit enorme nadelige gevolgen hebben voor Suriname, met name voor het geheel financieel systeem'
Aanbeveling 1 van de nieuwe 40 FATF-aanbevelingen verplicht lidlanden om de risico’s van witwassen en terrorisme financiering van hun land te identificeren, te beoordelen en te begrijpen. Hierna moeten zij actie ondernemen, met inbegrip van het aankondigen of wijzigen van wet- en regelgeving, het aanwijzen van een bevoegde autoriteit of het instellen van mechanismen ter monitoring van de risico’s en de toepassing van middelen ter mitigering van deze risico’s en kwetsbaarheden. Op basis van de NRA dienen landen een op risico gebaseerde benadering (Risk Based Approach) toe te passen, om ervoor te zorgen dat maatregelen ter voorkoming of vermindering van witwassen en financiering van terrorisme in verhouding staan tot de risico’s. Deze aanpak dient de basis te vormen voor een efficiënte inzet van de middelen ter bestrijding van witwassen en van de financiering van terrorisme en voor de uitvoering van de risico gerelateerde maatregelen uit de FATF-aanbevelingen.
De Surinaamse Overheid heeft zich gecommitteerd aan de uitvoering van de NRA en het samenstellen van het NRA-rapport voor Suriname, met technische assistentie van de Inter-American Development Bank (IDB). Deze uitvoering van de NRA vindt plaats onder supervisie van de AML Steering Council. In Suriname is de Steering Council (ministerie Justitie en Politie, ministerie Financiën en governor Centrale Bank van Suriname) het orgaan belast met de coördinatie van de NRA bijgestaan door de Nationale Anti Money Laundering Commissie (NAMLAC). De NAMLAC bestaat uit medewerkers van onder andere de Centrale Bank van Suriname, het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties, het ministerie van Financiën, het ministerie van Buitenlandse Zaken en de procureur-generaal die als voorzitter functioneert.
De minister haalde ook aan dat er in de Presidentiële resolutie van maart 2019 is aangegeven dat een project Management Team (PMT) wordt ingesteld, dat zal fungeren als een werkarm van de NAMLAC. Het PMT zal bestaan uit minimaal 3 en ten hoogste 5 leden van het ministerie van Justitie en Politie, het ministerie van Financiën en de Centrale Bank. De voorzitter van het PMT is Jennifer Van Dijk-Silos.
Het Project Management Team (PMT) zal belast worden met de volgende taken:
Het coördineren van de uitvoering van de NRA;
Het opstellen van een werkplan voor de uitvoering van de NRA, onder verantwoordelijkheid van de NAMLAC;
Het opvragen van data bij de bij beschikking aan te wijzen competente publieke en particuliere instanties, welke data volledig, objectief en nauwkeurig dient te zijn;
Het houden van sessies met stakeholders in de publieke- en private sector ter verkrijging van informatie en data voor verwerking in het NRA rapport;
Het samenstellen van het NRA rapport met de IDB, onder auspiciën van de NAMLAC;
Minstens een keer per maand rapporteren aan de NAMLAC, met betrekking tot het verloop van de uitvoering van de NRA;
Fungeren als primair aanspreekpunt voor de IDB.
Instanties die betrokken zullen zijn bij de NRA, zijn:
Het ministerie van Justitie en Politie
Het ministerie van Buitenlandse Zaken
Het ministerie van Defensie
Het ministerie van Financiën
Het ministerie van Handel en Industrie
Het Parket van de Procureur-Generaal
De Centrale Bank van Suriname
De Raad van Internationale Sancties
Het Bureau Nationale Veiligheid
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
De Deviezencommissie
Minister Getrouw zei tot slot, dat met de instelling van het PMT niets anders wordt verwacht dan dat Suriname nu meer dan ooit aan de slag gaat om goed door dit uitdagend traject te komen.
(Bron foto: NII) |
Suriname heeft donderdag als lidstaat van de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF), een zusterorganisatie van de Financial Action Task Force (FATF), het National Risk Assesment 2020 (NRA) gelanceerd. Het is de eerste stap die lidlanden van de FATF en haar regionale zusterorganisaties dienen te zetten ter voorbereiding op hun evaluatie in de 4e Mutual Evaluatie ronde van deze organisaties, zo meldt vrijdag 24 mei 2019 het Nationaal Informatie Instituut, NII.
Suriname is sinds 1998 lid van de CFATF en de toetreding brengt met zich mee dat het land zich dient te houden aan de 40 aanbevelingen van de FATF, waaronder het tegengaan van money laundering en het tegengaan van financiering van terrorisme.
Volgens minister Stuart Getrouw van Justitie en Politie, die het woord voerde, zal Suriname volgens de huidige planning reeds medio 2020 geëvalueerd worden door de CFATF. 'De CFATF zal daarbij vaststellen in hoeverre ons land de aanbevelingen van de FATF correct heeft opgevolgd. Indien Suriname de evaluatie niet succesvol doorstaat zal dit enorme nadelige gevolgen hebben voor Suriname, met name voor het geheel financieel systeem'
Aanbeveling 1 van de nieuwe 40 FATF-aanbevelingen verplicht lidlanden om de risico’s van witwassen en terrorisme financiering van hun land te identificeren, te beoordelen en te begrijpen. Hierna moeten zij actie ondernemen, met inbegrip van het aankondigen of wijzigen van wet- en regelgeving, het aanwijzen van een bevoegde autoriteit of het instellen van mechanismen ter monitoring van de risico’s en de toepassing van middelen ter mitigering van deze risico’s en kwetsbaarheden. Op basis van de NRA dienen landen een op risico gebaseerde benadering (Risk Based Approach) toe te passen, om ervoor te zorgen dat maatregelen ter voorkoming of vermindering van witwassen en financiering van terrorisme in verhouding staan tot de risico’s. Deze aanpak dient de basis te vormen voor een efficiënte inzet van de middelen ter bestrijding van witwassen en van de financiering van terrorisme en voor de uitvoering van de risico gerelateerde maatregelen uit de FATF-aanbevelingen.
De Surinaamse Overheid heeft zich gecommitteerd aan de uitvoering van de NRA en het samenstellen van het NRA-rapport voor Suriname, met technische assistentie van de Inter-American Development Bank (IDB). Deze uitvoering van de NRA vindt plaats onder supervisie van de AML Steering Council. In Suriname is de Steering Council (ministerie Justitie en Politie, ministerie Financiën en governor Centrale Bank van Suriname) het orgaan belast met de coördinatie van de NRA bijgestaan door de Nationale Anti Money Laundering Commissie (NAMLAC). De NAMLAC bestaat uit medewerkers van onder andere de Centrale Bank van Suriname, het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties, het ministerie van Financiën, het ministerie van Buitenlandse Zaken en de procureur-generaal die als voorzitter functioneert.
De minister haalde ook aan dat er in de Presidentiële resolutie van maart 2019 is aangegeven dat een project Management Team (PMT) wordt ingesteld, dat zal fungeren als een werkarm van de NAMLAC. Het PMT zal bestaan uit minimaal 3 en ten hoogste 5 leden van het ministerie van Justitie en Politie, het ministerie van Financiën en de Centrale Bank. De voorzitter van het PMT is Jennifer Van Dijk-Silos.
Het Project Management Team (PMT) zal belast worden met de volgende taken:
Het coördineren van de uitvoering van de NRA;
Het opstellen van een werkplan voor de uitvoering van de NRA, onder verantwoordelijkheid van de NAMLAC;
Het opvragen van data bij de bij beschikking aan te wijzen competente publieke en particuliere instanties, welke data volledig, objectief en nauwkeurig dient te zijn;
Het houden van sessies met stakeholders in de publieke- en private sector ter verkrijging van informatie en data voor verwerking in het NRA rapport;
Het samenstellen van het NRA rapport met de IDB, onder auspiciën van de NAMLAC;
Minstens een keer per maand rapporteren aan de NAMLAC, met betrekking tot het verloop van de uitvoering van de NRA;
Fungeren als primair aanspreekpunt voor de IDB.
Instanties die betrokken zullen zijn bij de NRA, zijn:
Het ministerie van Justitie en Politie
Het ministerie van Buitenlandse Zaken
Het ministerie van Defensie
Het ministerie van Financiën
Het ministerie van Handel en Industrie
Het Parket van de Procureur-Generaal
De Centrale Bank van Suriname
De Raad van Internationale Sancties
Het Bureau Nationale Veiligheid
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
De Deviezencommissie
Minister Getrouw zei tot slot, dat met de instelling van het PMT niets anders wordt verwacht dan dat Suriname nu meer dan ooit aan de slag gaat om goed door dit uitdagend traject te komen.
Chinese hektrawlers nog steeds voor de kust van Suriname
Visserscollectief: 'Dit is alleen maar onzekerheid voor ons'
De Chinese hektrawlers zijn nog steeds in Surinaamse wateren. Volgens meest recente beelden op de webssite Marinetraffic.com was gisteren nog een aantal Chinese trawlers voor de kust van Suriname. Er waren tegen drie uur 's middags nog vijf schepen Fu Yuang Yu (9808, 9809, 9811, 9812, 9813), twee ongenummerde en onbenoemde schepen en een vaartuig van de Maritieme Autoriteit Suriname, MAS, in de buurt van elkaar, zo bericht het Dagblad Suriname vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Het Visserscollectief had in ieder geval voorzien, dat de Staat voor het gerecht gesleept zou worden vanwege de manier waarop zaken er aan toe zijn gegaan binnen de besluitvorming.
Willem Mohamedhusain, voorzitter van het Vissercollectief, ziet het recente Kort Geding van Ros International Fisheries NV als een bevestiging van de waarschuwingen van het collectief.
'De wet stelt dat de boten niet voldoen aan de vergunningsvoorwaarden. De boten zijn te groot. Maar nog steeds komt niemand zeggen waarom de boten daar zijn. De president zelfs heeft ons op Goede Vrijdag beloofd de boten weg te zullen sturen. De rechter heeft nu aanbevolen dat de Kustwacht niet moet optreden. Dit is gewoon meer onzekerheid voor ons in de bevolkingsvisserij. Wij zijn naar het hoogste gezag gegaan. Wij zijn bij de rechter geweest. Wij weten zelf niet meer waar wij moeten aankloppen. Maandag zegt de minister van BiZa (Binnenlandse Zaken) dat de boten weg moeten. Daarna komt dezelfde minister en zegt ze zijn niet illegaal in Suriname. Ze hebben toestemming gehad. Dan hoor je een andere minister zeggen, de trawlers vissen niet. Dan hoor je dat Ros Fisheries de Staat voor het gerecht sleept. Dit is alleen maar onzekerheid voor ons', aldus Mohamedhusain.
De Chinese hektrawlers zijn nog steeds in Surinaamse wateren. Volgens meest recente beelden op de webssite Marinetraffic.com was gisteren nog een aantal Chinese trawlers voor de kust van Suriname. Er waren tegen drie uur 's middags nog vijf schepen Fu Yuang Yu (9808, 9809, 9811, 9812, 9813), twee ongenummerde en onbenoemde schepen en een vaartuig van de Maritieme Autoriteit Suriname, MAS, in de buurt van elkaar, zo bericht het Dagblad Suriname vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Het Visserscollectief had in ieder geval voorzien, dat de Staat voor het gerecht gesleept zou worden vanwege de manier waarop zaken er aan toe zijn gegaan binnen de besluitvorming.
Willem Mohamedhusain, voorzitter van het Vissercollectief, ziet het recente Kort Geding van Ros International Fisheries NV als een bevestiging van de waarschuwingen van het collectief.
'De wet stelt dat de boten niet voldoen aan de vergunningsvoorwaarden. De boten zijn te groot. Maar nog steeds komt niemand zeggen waarom de boten daar zijn. De president zelfs heeft ons op Goede Vrijdag beloofd de boten weg te zullen sturen. De rechter heeft nu aanbevolen dat de Kustwacht niet moet optreden. Dit is gewoon meer onzekerheid voor ons in de bevolkingsvisserij. Wij zijn naar het hoogste gezag gegaan. Wij zijn bij de rechter geweest. Wij weten zelf niet meer waar wij moeten aankloppen. Maandag zegt de minister van BiZa (Binnenlandse Zaken) dat de boten weg moeten. Daarna komt dezelfde minister en zegt ze zijn niet illegaal in Suriname. Ze hebben toestemming gehad. Dan hoor je een andere minister zeggen, de trawlers vissen niet. Dan hoor je dat Ros Fisheries de Staat voor het gerecht sleept. Dit is alleen maar onzekerheid voor ons', aldus Mohamedhusain.
'Newmont koestert de goede betrekkingen met de Pamaka-gemeenschap en de overheid'
(Bron foto: NII) |
De Amerikaanse goudmijnmultinational Newmont koestert de goede betrekkingen die zij heeft met de Pamaka-gemeenschap en de overheid, zegt Albert Ramdien, Senior Director External Relations van Newmont Suriname. Hij bezocht woensdag minister Edgar Dikan van Regionale Ontwikkeling (RO), zo bericht het Nationaal Informatie Instituut, NII, vrijdag 24 mei 2019.
Met de minister werd van gedachten gewisseld over het aanhalen van de banden met de overheid, activiteiten in het Pamaka-gebied in Oost-Suriname en andere nog uit te voeren projecten. Ramdien heeft de minister uitleg gegeven over de mogelijkheden voor de maatschappij om een grote bijdrage te leveren aan de duurzame ontwikkeling van de Pamaka-gemeenschap.
Newmont Suriname biedt werkgelegenheid aan circa 280 arbeiders uit het stamgebied aan de Boven-Marowijnerivier en heeft een goede samenwerking met 20 ondernemers die zorgen voor de levering van producten en diensten aan de multinational. De Newmont-vertegenwoordiger zegt, dat de maatschappij bereid is om een steentje bij te dragen aan de renovatie van de residentie, van de graman van Pamaka. De residentie verkeerd in slechte staat. Het gebied wordt nu geleid door waarnemend granman Jozef Forster. De stam is wachtende op de aanwijzing van een nieuwe leider sinds het heengaan van Samuel Forster in 2017.
'Als maatschappij leveren wij graag een bijdrage. Maar, dat is primair een verantwoordelijkheid van de overheid. Daarnaast verwachten wij ook een bijdrage van de lokale gemeenschappen.'
Bij de bouw van productie-units in zowel het Pamaka-gebied als in andere regio’s wil Newmont een handje toesteken inzake de financiering. De productie-units staan hoog op de prioriteitenlijst van het ministerie van RO. Ze stellen gemeenschappen in het binnenland in de gelegenheid om hun productie op te voeren, door gebruik te maken van de beschikbare apparatuur in de units.
Minister Dikan gelooft dat de gemeenschappen in het binnenland zichzelf duurzaam kunnen ontwikkelen, als ze kunnen worden begeleid bij het verhogen van hun productie met methoden die weinig mankracht vereisen. Als de productie stijgt hoeven ze de lokale gemeenschappen niet meer alleen voor eigen consumptie te produceren, maar kunnen ook verhandelen. Het ministerie assisteert en begeleid bij het sluiten van akkoorden met afnemers in Paramaribo en in het buitenland.
Ramdien heeft de bewindsman uitgenodigd om een bezoek te brengen aan locaties waar lokale goudzoekers gecontroleerd bezig zijn in de kleinschalige goudmijnbouw, binnen het concessiegebied van Newmont.
NDP-fractieleider Abdoel bezorgd over excessen bij leden gewapende machten
'Deze excessen moeten grondig onderzocht worden'
'Het voorval waarbij gedetineerde op gruwelijke manier dodelijk is mishandeld heeft mij aan het denken gezet'
Excessen bij gewapende machten moeten grondig worden uitgezocht, zei NDP-fractieleider Amzad Abdoel gisteren in de Assemblee tijdens de tweede ronde van de begrotingsbehandeling. 'De excessen bij leden van de gewapende machten doen mij soms de wenkbrauwen fronsen. Het voorval dat zich recentelijk voordeed, waarbij een gedetineerde op gruwelijke manier is mishandeld, geslagen en daardoor het leven heeft gelaten, heeft mij aan het denken gezet', sprak Abdoel.
Ook het voorval waarbij leden van Korps Politie Suriname thuis bij een gezin tekeer zijn gegaan, bracht de volksvertegenwoordiger aan de orde. 'Hoe kan zoiets zich voordoen? Er moet toch wat zijn dat niet correct is gegaan? Deze excessen moeten grondig onderzocht worden en dan heb ik het niet alleen over een strafrechtelijk onderzoek, want dat is gaande, maar een onderzoek naar de diepere oorzaken die geleid hebben of leiden tot deze excessen', vindt de politicus.
Hij vraagt zich af of er geen verbetering in de opleiding van leden van de gewapende machten moet komen. Moeten ze een betere begeleiding krijgen, moet er gekeken worden naar hun werkdruk, moeten ze constant worden bijgeschoold, moeten ze van tijd tot tijd geëvalueerd worden?, vragen die Abdoel bezighouden.
Ook excessen binnen de privésfeer van het gezinsleven van leden van de gewapende machten komen de laatste tijden opvallend veel voor.
Abdoel wil van de ministeries van Justitie en Politie en Defensie weten hoe zij kijken naar deze zorgwekkende ontwikkelingen. 'Zorgen voor het welzijn van leden van de gewapende machten moet mijn inziens ook een beleidsprioriteit zijn en de nodige aandacht krijgen.'
'Het voorval waarbij gedetineerde op gruwelijke manier dodelijk is mishandeld heeft mij aan het denken gezet'
Excessen bij gewapende machten moeten grondig worden uitgezocht, zei NDP-fractieleider Amzad Abdoel gisteren in de Assemblee tijdens de tweede ronde van de begrotingsbehandeling. 'De excessen bij leden van de gewapende machten doen mij soms de wenkbrauwen fronsen. Het voorval dat zich recentelijk voordeed, waarbij een gedetineerde op gruwelijke manier is mishandeld, geslagen en daardoor het leven heeft gelaten, heeft mij aan het denken gezet', sprak Abdoel.
Ook het voorval waarbij leden van Korps Politie Suriname thuis bij een gezin tekeer zijn gegaan, bracht de volksvertegenwoordiger aan de orde. 'Hoe kan zoiets zich voordoen? Er moet toch wat zijn dat niet correct is gegaan? Deze excessen moeten grondig onderzocht worden en dan heb ik het niet alleen over een strafrechtelijk onderzoek, want dat is gaande, maar een onderzoek naar de diepere oorzaken die geleid hebben of leiden tot deze excessen', vindt de politicus.
Hij vraagt zich af of er geen verbetering in de opleiding van leden van de gewapende machten moet komen. Moeten ze een betere begeleiding krijgen, moet er gekeken worden naar hun werkdruk, moeten ze constant worden bijgeschoold, moeten ze van tijd tot tijd geëvalueerd worden?, vragen die Abdoel bezighouden.
Ook excessen binnen de privésfeer van het gezinsleven van leden van de gewapende machten komen de laatste tijden opvallend veel voor.
Abdoel wil van de ministeries van Justitie en Politie en Defensie weten hoe zij kijken naar deze zorgwekkende ontwikkelingen. 'Zorgen voor het welzijn van leden van de gewapende machten moet mijn inziens ook een beleidsprioriteit zijn en de nodige aandacht krijgen.'
Symposium Onderzoeksjournalistiek in Suriname....
Keynote speakers Christiaan Triebert (Bellingcat) en Jaap Hoogendam (uitgever
Parbode)
Onderzoeksjournalistiek staat in Suriname en op de Antillen nog in de kinderschoenen. Veel mediahuizen zijn financieel wankel of afhankelijk van de overheid of andere instituties. Scherpe etnische en (partij)politieke scheidslijnen werken zelfcensuur bij journalisten in de hand. Toch zijn de organisatoren van het symposium 'Check, Check and Double Check' ervan overtuigd dat inzichten, technieken en tools uit de onderzoeksjournalistiek kunnen inspireren tot betere en meer onafhankelijke journalistiek. Het gaat dan vooral om het belang van de follow-up, research doen, factchecken en bronnenverificatie, zo bericht VillaMedia vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Het symposium bestaat uit een tweedaags trainingsprogramma en wordt georganiseerd door The Back Lot, de Surinaamse Vereniging van Journalisten, Free Press Unlimited en de Vlaams-Nederlandse Vereniging van Onderzoeksjournalisten.
Er worden ook gesprekken gevoerd met uitgevers, directeuren en eigenaren van mediabedrijven over nieuwe mogelijkheden voor duurzame verdienmodellen.
Keynote speakers zijn Christiaan Triebert (Bellingcat, Visual Investigations bij The New York Times) en Jaap Hoogendam (uitgever Parbode). Het symposium vindt plaats op 6, 7 en 8 juni in hotel Krasnapolsky in Paramaribo.
Onderzoeksjournalistiek staat in Suriname en op de Antillen nog in de kinderschoenen. Veel mediahuizen zijn financieel wankel of afhankelijk van de overheid of andere instituties. Scherpe etnische en (partij)politieke scheidslijnen werken zelfcensuur bij journalisten in de hand. Toch zijn de organisatoren van het symposium 'Check, Check and Double Check' ervan overtuigd dat inzichten, technieken en tools uit de onderzoeksjournalistiek kunnen inspireren tot betere en meer onafhankelijke journalistiek. Het gaat dan vooral om het belang van de follow-up, research doen, factchecken en bronnenverificatie, zo bericht VillaMedia vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Het symposium bestaat uit een tweedaags trainingsprogramma en wordt georganiseerd door The Back Lot, de Surinaamse Vereniging van Journalisten, Free Press Unlimited en de Vlaams-Nederlandse Vereniging van Onderzoeksjournalisten.
Er worden ook gesprekken gevoerd met uitgevers, directeuren en eigenaren van mediabedrijven over nieuwe mogelijkheden voor duurzame verdienmodellen.
Keynote speakers zijn Christiaan Triebert (Bellingcat, Visual Investigations bij The New York Times) en Jaap Hoogendam (uitgever Parbode). Het symposium vindt plaats op 6, 7 en 8 juni in hotel Krasnapolsky in Paramaribo.
Amparo dos Santos koopt inventaris CBA Television, Curaçao, bij executieverkoop van Master Media Management
(Bronfoto: Antilliaans Dagblad) |
Tijdens de executieverkoop van Master Media Management, de exploitant van het lokale televisiestation CBA Television, is de inventaris in één keer van de hand gegaan. De nieuwe eigenaar van de spullen, waaronder een tv-camera, is Amparo dos Santos, zakenman en eigenaar van het winkelbedrijf Coshel te Zeelandia maar vooral ook bekend als partijleider en Statenlid voor oppositiepartij Kòrsou di Nos Tur (KdNT), aldus het Antilliaans Dagblad vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Volgens aanwezigen voor een bedrag van 23.000 gulden, terwijl de inzet begon bij 25.000.
Master Media Management bv zat al een tijd lang in financiële problemen en kon de belastingschulden niet meer betalen. Dit leidde uiteindelijk tot de ‘verkoop bij executie’ afgelopen woensdag.
Verkocht werden ‘enige roerende zaken’, zoals diverse tv-studioapparatuur, computers, tv’s, airco’s, bureaus, bureaustoelen en ‘wat verder te koop werd aangeboden’. Aldus de deurwaarder belast met de executie.
De problemen bij Master Media Management, opgericht in 2011 met Edward Albert Palm als directeur, heeft ook vergaande consequenties voor CBA TV, die niet meer uitzendt. Palm noch CBA- (mede)eigenaar Ramon Chong heeft echter een verklaring gegeven. Bij CBA TV werkten enige tijd terug nog enkele tientallen personen. Ook over hun lot geeft het management geen uitleg.
Overigens blijkt Master Media meerdere schulden te hebben. Zoals huurschulden. Verhuurder Icy Rock heeft via de advocaat gesommeerd de achterstallige huur te voldoen. Het gaat om de maanden vanaf februari en telkens om een bedrag van 5.000 gulden per maand. Icy Rock heeft de huur opgezegd wegens wanprestatie en beroept zich op haar retentierecht.
Nederlandse Commando Luchtstrijdkrachten traint speurhonden Explosieven Speurhondengeleiders op Curaçao
(Bron foto: Antilliaans Dagblad) |
Een expeditionaire bewakingseenheid van het Nederlandse Commando Luchtstrijdkrachten heeft de afgelopen twee weken op Curaçao getraind. Het gaat om een eenheid van de zogenoemde Object Grondverdediging (OGRV) van vliegbasis Leeuwarden. In Nederland bestaat deze eenheid uit twee vluchten (pelotons) militairen van 23 man (inclusief vijf bewakingshondengeleiders) en een sectie van tien man voorzien van hondengeleiders met speurhonden, zo schrijft vandaag, vrijdag 24 mei 2019, het Antilliaans Dagblad.
Voor deze oefening, genaamd Caribbean Sword, zijn alleen de Explosieven Speurhondengeleiders met hun honden op Curaçao. Bewakingshonden en hun geleiders worden ingezet voor bewaking en beveiliging. Speurhonden en hun geleiders worden ingezet om explosieven op te sporen.
OGRV-eenheden worden ingezet om eenheden van het Commando Luchtstrijdkrachten tijdens oefeningen en missies te bewaken en beveiligen. Zo zijn OGRV-eenheden ingezet bij luchtmachtoperaties in Mali, Jordanië en Afghanistan.
Curaçao biedt deze eenheid van Defensie een uitstekende gelegenheid om te trainen onder warme en droge omstandigheden. Tevens wordt een verplaatsing naar een uitzendgebied geoefend en alle logistiek die daarbij komt kijken. Defensie in het Caribisch gebied heeft haar kazernes en oefenterreinen op Curaçao hiervoor beschikbaar gesteld.
Schoop-Isenia doet bij Landsrecherche Curaçao aangifte tegen Centrale Bank CBCS en interim-president Matroos-Lasten
Schoop-Isenia: 'Geheimhoudingsplicht bewust overtreden'
Neysa Schoop-Isenia, enige tijd kandidaat-minister, heeft gisteren de daad bij het woord gevoegd en bij de Landsrecherche aangifte gedaan tegen de Centrale Bank CBCS alsmede tegen interim-president Leila Matroos-Lasten. Terwijl de waarnemend president van de CBCS een ‘absolute geheimhoudingsplicht’ kent, is het volgens de aangifte zeker niet uit te sluiten dat Matroos-Lasten het screeningsproces ter benoeming van Schoop-Isenia als minister ‘heeft willen obstrueren en op zijn minst beïnvloeden’. 'Dit is echter niet de taakstelling van de Centrale Bank.' Dit meldt het Antilliaans Dagblad vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Verwezen wordt naar de e-mailstring betreffende een intern vertrouwelijk memo inzake Schoop-Isenia over de periode dat zij voor 2013 werkzaam was geweest bij de Girobank - overigens in een niet beleidsbepalende functie - dat Matroos-Lasten op 22 maart heeft gestuurd naar het persoonlijke gmail-adres van minister Kenneth Gijsbertha (MAN) van Financiën.
Uit de aangifte blijkt dat er méér pogingen zijn geweest de gewraakte informatie over het memo naar buiten te brengen. Door MAN-Statenlid Giselle Mc William is verklaard, dat Allison Manuel haar al op 8 maart had gewezen op het bestaan van oordelende en vooral ook beschadigende berichtgeving over de kandidaat-minister.
En Etienne Rosario meldt dat een (nog niet bij naam genoemde) hoge functionaris van de CBCS op omstreeks 9 maart premier Eugene Rhuggenaath (PAR) de stukken, vermoedelijk de e-mailstring, zou hebben overhandigd. De inhoud van het memo lag dus al eerder ‘op straat’. Schoop-Isenia begrijpt daaruit dat, toen eerdere ‘informelere’ verspreiding - met als doel haar voordracht als minister opzettelijk te obstrueren - mislukte, de mail aan Gijsbertha volgde.
Neysa Schoop-Isenia, enige tijd kandidaat-minister, heeft gisteren de daad bij het woord gevoegd en bij de Landsrecherche aangifte gedaan tegen de Centrale Bank CBCS alsmede tegen interim-president Leila Matroos-Lasten. Terwijl de waarnemend president van de CBCS een ‘absolute geheimhoudingsplicht’ kent, is het volgens de aangifte zeker niet uit te sluiten dat Matroos-Lasten het screeningsproces ter benoeming van Schoop-Isenia als minister ‘heeft willen obstrueren en op zijn minst beïnvloeden’. 'Dit is echter niet de taakstelling van de Centrale Bank.' Dit meldt het Antilliaans Dagblad vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Verwezen wordt naar de e-mailstring betreffende een intern vertrouwelijk memo inzake Schoop-Isenia over de periode dat zij voor 2013 werkzaam was geweest bij de Girobank - overigens in een niet beleidsbepalende functie - dat Matroos-Lasten op 22 maart heeft gestuurd naar het persoonlijke gmail-adres van minister Kenneth Gijsbertha (MAN) van Financiën.
Uit de aangifte blijkt dat er méér pogingen zijn geweest de gewraakte informatie over het memo naar buiten te brengen. Door MAN-Statenlid Giselle Mc William is verklaard, dat Allison Manuel haar al op 8 maart had gewezen op het bestaan van oordelende en vooral ook beschadigende berichtgeving over de kandidaat-minister.
En Etienne Rosario meldt dat een (nog niet bij naam genoemde) hoge functionaris van de CBCS op omstreeks 9 maart premier Eugene Rhuggenaath (PAR) de stukken, vermoedelijk de e-mailstring, zou hebben overhandigd. De inhoud van het memo lag dus al eerder ‘op straat’. Schoop-Isenia begrijpt daaruit dat, toen eerdere ‘informelere’ verspreiding - met als doel haar voordracht als minister opzettelijk te obstrueren - mislukte, de mail aan Gijsbertha volgde.
Bouw streekziekenhuis Atjoni start formeel eind juni
'Verwachting is dat gebouw in februari 2020 wordt opgeleverd'
Eind juni zal formeel het startsein gegeven worden voor de bouw van het streekziekenhuis Atjoni. De voorbereidingen zijn op schema, zegt minister Antoine Elias van Volksgezondheid, aldus bericht vandaag, vrijdag 24 mei 2019, Starnieuws.
De bewerking van de grond, die vrij laag gelegen is, is in volle gang. De verwachting is dat het gebouw in februari volgend jaar zal worden opgeleverd. Het ziekenhuis begint met een capaciteit van 30 ligbedden.
De bewindsman zegt, dat alle diensten van de basiszorg en de tweede lijn geboden zullen worden in het streekziekenhuis. Er komt een post voor spoedeisende hulp. Verder zullen onder andere laboratoriumfaciliteiten, een apotheek, een röntgen afdeling en een mortuarium ook deel uitmaken van de faciliteiten.
Het ligt in de bedoeling dat alleen de ernstige gevallen verwezen worden naar ziekenhuizen in Paramaribo. Alle basisgevallen van Atjoni en omliggende dorpen zullen in dit ziekenhuis behandeld worden.
Met de komst van het streekziekenhuis wordt de polikliniek van de Medische Zending Atjoni niet overbodig. Deze zal normaal de medische zorg blijven verlenen.
Het aannemingsbedrijf Djojo Bouwbedrijven Groep is belast met de bouw. Volgens de aannemer zal een modern architectuur verrijzen te Atjoni. Niet alle bomen zullen omgehakt worden, zodat patiënten kunnen genieten van de natuur. Verder zullen nieuwe bomen geplant worden om de omgeving volledig te integreren met de natuur. In het project zijn ook gepland de waterbeheersing, waardoor overtollig water kan worden afgevoerd.
Eind juni zal formeel het startsein gegeven worden voor de bouw van het streekziekenhuis Atjoni. De voorbereidingen zijn op schema, zegt minister Antoine Elias van Volksgezondheid, aldus bericht vandaag, vrijdag 24 mei 2019, Starnieuws.
De bewerking van de grond, die vrij laag gelegen is, is in volle gang. De verwachting is dat het gebouw in februari volgend jaar zal worden opgeleverd. Het ziekenhuis begint met een capaciteit van 30 ligbedden.
De bewindsman zegt, dat alle diensten van de basiszorg en de tweede lijn geboden zullen worden in het streekziekenhuis. Er komt een post voor spoedeisende hulp. Verder zullen onder andere laboratoriumfaciliteiten, een apotheek, een röntgen afdeling en een mortuarium ook deel uitmaken van de faciliteiten.
Het ligt in de bedoeling dat alleen de ernstige gevallen verwezen worden naar ziekenhuizen in Paramaribo. Alle basisgevallen van Atjoni en omliggende dorpen zullen in dit ziekenhuis behandeld worden.
Met de komst van het streekziekenhuis wordt de polikliniek van de Medische Zending Atjoni niet overbodig. Deze zal normaal de medische zorg blijven verlenen.
Het aannemingsbedrijf Djojo Bouwbedrijven Groep is belast met de bouw. Volgens de aannemer zal een modern architectuur verrijzen te Atjoni. Niet alle bomen zullen omgehakt worden, zodat patiënten kunnen genieten van de natuur. Verder zullen nieuwe bomen geplant worden om de omgeving volledig te integreren met de natuur. In het project zijn ook gepland de waterbeheersing, waardoor overtollig water kan worden afgevoerd.
Gajadien (VHP) en Breeveld (DOE) stellen in Assemblee kritische vragen over onderzoek in kwestie SPSB
'Aan de ene kant zeg je dat onderzoek wordt gedaan, aan de andere kant kom je met verdediging van beleid van SPSB'
Asiskumar Gajadien (VHP) en Carl Breeveld (DOE) hebben gisteren in de Assemblee de regering opnieuw gevraagd naar de status van het onderzoek naar mogelijke corruptie bij de Surinaamse Postspaarbank (SPSB). Gajadien vindt het vreemd, dat de personen die betrokken zijn, vrij rondlopen. Omdat de naam van de minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, ook genoemd is in de kwestie, wil Gajadien weten of ook hij een lening heeft gesloten bij de SPSB en hoe die is afgeboekt, zo bericht Starnieuws vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
'Hoe kan een onafhankelijk onderzoek ingesteld worden naar het grootste corruptieschandaal dat zich ooit heeft voorgedaan binnen de banksector in Suriname?', vroeg Gajadien. Breeveld vindt dat de minister tegenstrijdig is. 'Aan de ene kant zeg je dat een onderzoek wordt gedaan, maar aan de andere kant kom je met de verdediging van het beleid van de SPSB. Het wordt voor ons niet veel duidelijker. Als we praten over een onderzoek dan moeten we dat onderzoek ruimte geven.'
Breeveld haalde het bericht aan uit de pers, waarin staat aangegeven dat de procureur-generaal (pg) de opdracht heeft gekregen om te onderzoeken in hoeverre de stukken, zoals die zijn verschenen in de media, authentiek zijn. 'Ik fronste toen ik dat las, je zal de pg niet vragen om na te gaan of de stukken authentiek zijn, terwijl hij inhoudelijk moet nagaan wat het probleem is', benadrukte hij.
Breeveld merkte op, dat hij samen met het lid Mahinder Jogi (VHP) een brief naar de president geschreven heeft waarin concrete vragen gesteld zijn over SPSB. Daar hebben zij geen antwoord op gekregen. 'Opvallend was wel dat zowel de SPSB als de Centrale Bank van Suriname gelijk reageerden dat er niets aan de hand zou zijn. Als er zich zulke ernstige zaken afspelen, dan vinden wij dat de president, die gezegd heeft een kruistocht tegen corruptie te voeren en verkwanseling van staatsmiddelen zou tegengaan, gelijk had moeten handelen en de leiding van de bank op non-actief moeten stellen.'
Asiskumar Gajadien (VHP) en Carl Breeveld (DOE) hebben gisteren in de Assemblee de regering opnieuw gevraagd naar de status van het onderzoek naar mogelijke corruptie bij de Surinaamse Postspaarbank (SPSB). Gajadien vindt het vreemd, dat de personen die betrokken zijn, vrij rondlopen. Omdat de naam van de minister van Financiën, Gillmore Hoefdraad, ook genoemd is in de kwestie, wil Gajadien weten of ook hij een lening heeft gesloten bij de SPSB en hoe die is afgeboekt, zo bericht Starnieuws vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
'Hoe kan een onafhankelijk onderzoek ingesteld worden naar het grootste corruptieschandaal dat zich ooit heeft voorgedaan binnen de banksector in Suriname?', vroeg Gajadien. Breeveld vindt dat de minister tegenstrijdig is. 'Aan de ene kant zeg je dat een onderzoek wordt gedaan, maar aan de andere kant kom je met de verdediging van het beleid van de SPSB. Het wordt voor ons niet veel duidelijker. Als we praten over een onderzoek dan moeten we dat onderzoek ruimte geven.'
Breeveld haalde het bericht aan uit de pers, waarin staat aangegeven dat de procureur-generaal (pg) de opdracht heeft gekregen om te onderzoeken in hoeverre de stukken, zoals die zijn verschenen in de media, authentiek zijn. 'Ik fronste toen ik dat las, je zal de pg niet vragen om na te gaan of de stukken authentiek zijn, terwijl hij inhoudelijk moet nagaan wat het probleem is', benadrukte hij.
Breeveld merkte op, dat hij samen met het lid Mahinder Jogi (VHP) een brief naar de president geschreven heeft waarin concrete vragen gesteld zijn over SPSB. Daar hebben zij geen antwoord op gekregen. 'Opvallend was wel dat zowel de SPSB als de Centrale Bank van Suriname gelijk reageerden dat er niets aan de hand zou zijn. Als er zich zulke ernstige zaken afspelen, dan vinden wij dat de president, die gezegd heeft een kruistocht tegen corruptie te voeren en verkwanseling van staatsmiddelen zou tegengaan, gelijk had moeten handelen en de leiding van de bank op non-actief moeten stellen.'
Nederland mag Surinaamse rijstondernemer Oedit aan Suriname uitleveren
Oedit verdacht van betrokkenheid bij doorvoer cocaïne en deelname aan criminele organisatie
Advocaat Kanhai: 'Voorlopig zal de uitlevering niet kunnen worden uitgevoerd, wij gaan in appèl'
Nederland mag de Surinaamse rijstboer Radj Oedit aan Suriname uitleveren. De rechter in Den Haag heeft dat donderdag 23 mei 2019 beslist. Oedit wordt door het Openbaar Ministerie in Paramaribo verdacht van betrokkenheid bij doorvoer van cocaïne en deelname aan een criminele organisatie. Vorig jaar landde er op de airstrip van zijn rijstbedrijf een Braziliaanse Cessna met aan boord bijna 500 kilo cocaïne. In dezelfde omgeving werd een duikboot gevonden die klaarblijkelijk was gebouwd om drugs mee te vervoeren.
Het lukte Oedit desondanks om daarna naar Nederland te reizen. Hij zei in een telefonisch interview dat hij voor een medische behandeling was afgereisd en dat hij zich vrijwillig bij de politie zou melden zodra hij terug zou zijn in Suriname.
Paramaribo deed al in juni vorig jaar een uitleveringsverzoek waartegen de verdachte rijstboer bij de rechter protesteerde.
Volgens het Surinaamse radiostation ABC heeft de rechtbank minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid geadviseerd om aandacht te besteden aan de medische situatie van Oedit.
In Paramaribo is de rechtszaak begonnen tegen een aantal medeverdachten. Het zijn medewerkers van Oedit en buitenlanders die ervan verdacht worden dat ze betrokken waren bij de bouw van de duikboot.
Irvin Kanhai, advocaat van Oedit, zegt op Starnieuws dat hij in beroep zal gaan tegen de beslissing van de rechter. Om gezondheidsredenen kan zijn cliënt niet afreizen naar Suriname.
Kanhai heeft op 6 mei medische stukken overgelegd aan de rechter. Hieruit blijkt het behandelplan van de arts in de strafinrichting in Nederland. Kanhai zegt dat zijn cliënt continu medische zorg nodig heeft. Hij heeft nog geen antwoord gehad van het Openbaar Ministerie of diezelfde zorg hier aan Oedit kan worden gegeven. 'Het gaat om een rapport van 15 pagina's over de medische situatie en de behandeling van mijn cliënt. Dit komt niet van een particuliere arts, maar de dokter van de strafinrichting', zegt Kanhai.
Kanhai merkt op dat hij de rechter ook voorgesteld heeft om zijn cliënt in Nederland te horen. 'Voorlopig zal de uitlevering niet kunnen worden uitgevoerd. Wij gaan in appel en daarna is cassatie ook een mogelijkheid. Het kan nog drie maanden duren voordat de procedure is afgerond', stelt Kanhai.
De afgelopen tijd zijn er regelmatig grote zendingen cocaïne uit Suriname onderschept. De oppositiepartijen in Suriname verwijten de regering van president Bouterse te weinig aan de opsporing te doen.
Begin dit jaar werd een collega-rijstondernemer geliquideerd na de vondst van een enorme partij coke in containers van zijn bedrijf. Mogelijk waren criminelen bang dat deze Oemrawsingh zou gaan praten bij de politie over de opdrachtgevers.
Suriname speelt een steeds grotere rol bij de doorvoer van cocaïne naar Europa. De oppositie beticht de regering ervan niets te doen tegen de smokkel. De drugsbestrijding is in de laatste jaren flink uitgekleed.
(Suriname Mirror/NOS/De Telegraaf)
Advocaat Kanhai: 'Voorlopig zal de uitlevering niet kunnen worden uitgevoerd, wij gaan in appèl'
Nederland mag de Surinaamse rijstboer Radj Oedit aan Suriname uitleveren. De rechter in Den Haag heeft dat donderdag 23 mei 2019 beslist. Oedit wordt door het Openbaar Ministerie in Paramaribo verdacht van betrokkenheid bij doorvoer van cocaïne en deelname aan een criminele organisatie. Vorig jaar landde er op de airstrip van zijn rijstbedrijf een Braziliaanse Cessna met aan boord bijna 500 kilo cocaïne. In dezelfde omgeving werd een duikboot gevonden die klaarblijkelijk was gebouwd om drugs mee te vervoeren.
Het lukte Oedit desondanks om daarna naar Nederland te reizen. Hij zei in een telefonisch interview dat hij voor een medische behandeling was afgereisd en dat hij zich vrijwillig bij de politie zou melden zodra hij terug zou zijn in Suriname.
Paramaribo deed al in juni vorig jaar een uitleveringsverzoek waartegen de verdachte rijstboer bij de rechter protesteerde.
Volgens het Surinaamse radiostation ABC heeft de rechtbank minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid geadviseerd om aandacht te besteden aan de medische situatie van Oedit.
In Paramaribo is de rechtszaak begonnen tegen een aantal medeverdachten. Het zijn medewerkers van Oedit en buitenlanders die ervan verdacht worden dat ze betrokken waren bij de bouw van de duikboot.
Irvin Kanhai, advocaat van Oedit, zegt op Starnieuws dat hij in beroep zal gaan tegen de beslissing van de rechter. Om gezondheidsredenen kan zijn cliënt niet afreizen naar Suriname.
Kanhai heeft op 6 mei medische stukken overgelegd aan de rechter. Hieruit blijkt het behandelplan van de arts in de strafinrichting in Nederland. Kanhai zegt dat zijn cliënt continu medische zorg nodig heeft. Hij heeft nog geen antwoord gehad van het Openbaar Ministerie of diezelfde zorg hier aan Oedit kan worden gegeven. 'Het gaat om een rapport van 15 pagina's over de medische situatie en de behandeling van mijn cliënt. Dit komt niet van een particuliere arts, maar de dokter van de strafinrichting', zegt Kanhai.
Kanhai merkt op dat hij de rechter ook voorgesteld heeft om zijn cliënt in Nederland te horen. 'Voorlopig zal de uitlevering niet kunnen worden uitgevoerd. Wij gaan in appel en daarna is cassatie ook een mogelijkheid. Het kan nog drie maanden duren voordat de procedure is afgerond', stelt Kanhai.
De afgelopen tijd zijn er regelmatig grote zendingen cocaïne uit Suriname onderschept. De oppositiepartijen in Suriname verwijten de regering van president Bouterse te weinig aan de opsporing te doen.
Begin dit jaar werd een collega-rijstondernemer geliquideerd na de vondst van een enorme partij coke in containers van zijn bedrijf. Mogelijk waren criminelen bang dat deze Oemrawsingh zou gaan praten bij de politie over de opdrachtgevers.
Suriname speelt een steeds grotere rol bij de doorvoer van cocaïne naar Europa. De oppositie beticht de regering ervan niets te doen tegen de smokkel. De drugsbestrijding is in de laatste jaren flink uitgekleed.
(Suriname Mirror/NOS/De Telegraaf)
Gajadien (VHP) zet met 'below the belt' optreden collega Abdoel, NDP, onterecht in kwaad daglicht
Abdoel: 'Wanneer we leden in het college zo naar beneden halen, vind ik dat below the belt'
Amzad Abdoel, die sinds gisteren fractieleider is van de Nationale Democratische Partij (NDP) in de Assemblee, kreeg het meteen te verduren van Asiskumar Gajadien (VHP). De VHP'er zei benaderd te zijn door mensen die zich afvragen waarom een zware strafrechtelijke zaak. waarin de naam van Abdoel zou woeden vermeld niet wordt onderzocht. Gajadien vond, dat Abdoel zelf openheid van zaken moest geven. Dit schrijft Starnieuws vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Melvin Bouva, die de vergadering op dat moment leidde, vond dat er geen stukken van familieleden overhandigd kunnen worden aan De Nationale Assemblee. Er moet een duidelijke vraag zijn naar de regering om onderliggende stukken over te dragen. Het gaat niet om een kwestie waarmee het parlement zich zou moeten bezighouden. Gajadien verduidelijkte dat het gaat om een proces-verbaal, waarbij familieleden om interventie hebben gevraagd, omdat het ernaar uitziet dat er geen strafrechtelijk onderzoek wordt ingesteld.
Na een schorsing werdende stukken door Bouva ingezien. Hij zei, dat tot de conclusie te zijn gekomen dat het niet gaat om het Assembleelid Abdoel. 'Hem is ook niets verweten in de stukken die hier zijn. Het is de zaak van een burger Abdoel, welke toevallig in zekere relatie is met het lid, maar het is een zaak van een burger', aldus Bouva. Hij vindt dat onterecht, dat de zaak in De Nationale Assemblee aan de orde is gesteld. 'Het stuk is voor het Openbaar Ministerie en niet voor de volksvertegenwoordiging of de regering.'
Abdoel reageerde furieus, dat het niet om hem gaat, zoals Gajadien deed voorkomen. Hij benadrukte, dat er nooit een strafklacht tegen hem is ingediend. Hij is ook niet betrokken bij een bepaalde strafklacht. 'Om te verduidelijken is tegen het lid Abdoel nooit een strafklacht ingediend bij geen enkel politiebureau. Ik zit al negen jaar en ik ken de wet en het recht goed. Ik zou niet eens interveniëren wanneer iemand van mij betrokken zou zijn bij een strafrechtelijk onderzoek. Wanneer we leden in het college zo naar beneden halen, vind ik dat below the belt.'
Krishna Mathoera (VHP) zei het eens mee te zijn 'dat we met respect met elkaar moeten omgaan en dat we zaken op zijn zuiverhuid moeten belichten. Wanneer de fractieleider aan de overkant zegt dat het below the belt is, dan ben ik het eens. Maar, jullie hebben wel toegestaan dat met name ik met naam en toenaam ben besproken in de Assemblee. We moeten consequent zijn, we hebben ethische codes die wij in acht moeten nemen. Ik ben persoonlijk door de NDP fractie beledigd, gecriminaliseerd en dat is niet goed. We moeten met zijn allen het gezag van dit college hooghouden.'
'Het valt ons op, dat uitgerekend op de dag dat deze fractie heeft bepaald dat het lid Amzad Abdoel wordt uitgeroepen tot fractieleider, deze aantijging komt. Vals en below the belt. Wij moeten de principes in de Assemblee hooghouden', reageerde de nieuwe waarnemend fractieleidster van de NDP, Rossellie Cotino.
Gajadien beweerde, dat hij nooit below the belt zal gaan. 'Wanneer de samenleving een beroep doet dat strafrechtelijk zaken gestremd worden en dat er interventie nodig is, daarom ben ik hier.'
Amzad Abdoel, die sinds gisteren fractieleider is van de Nationale Democratische Partij (NDP) in de Assemblee, kreeg het meteen te verduren van Asiskumar Gajadien (VHP). De VHP'er zei benaderd te zijn door mensen die zich afvragen waarom een zware strafrechtelijke zaak. waarin de naam van Abdoel zou woeden vermeld niet wordt onderzocht. Gajadien vond, dat Abdoel zelf openheid van zaken moest geven. Dit schrijft Starnieuws vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
Melvin Bouva, die de vergadering op dat moment leidde, vond dat er geen stukken van familieleden overhandigd kunnen worden aan De Nationale Assemblee. Er moet een duidelijke vraag zijn naar de regering om onderliggende stukken over te dragen. Het gaat niet om een kwestie waarmee het parlement zich zou moeten bezighouden. Gajadien verduidelijkte dat het gaat om een proces-verbaal, waarbij familieleden om interventie hebben gevraagd, omdat het ernaar uitziet dat er geen strafrechtelijk onderzoek wordt ingesteld.
Na een schorsing werdende stukken door Bouva ingezien. Hij zei, dat tot de conclusie te zijn gekomen dat het niet gaat om het Assembleelid Abdoel. 'Hem is ook niets verweten in de stukken die hier zijn. Het is de zaak van een burger Abdoel, welke toevallig in zekere relatie is met het lid, maar het is een zaak van een burger', aldus Bouva. Hij vindt dat onterecht, dat de zaak in De Nationale Assemblee aan de orde is gesteld. 'Het stuk is voor het Openbaar Ministerie en niet voor de volksvertegenwoordiging of de regering.'
Abdoel reageerde furieus, dat het niet om hem gaat, zoals Gajadien deed voorkomen. Hij benadrukte, dat er nooit een strafklacht tegen hem is ingediend. Hij is ook niet betrokken bij een bepaalde strafklacht. 'Om te verduidelijken is tegen het lid Abdoel nooit een strafklacht ingediend bij geen enkel politiebureau. Ik zit al negen jaar en ik ken de wet en het recht goed. Ik zou niet eens interveniëren wanneer iemand van mij betrokken zou zijn bij een strafrechtelijk onderzoek. Wanneer we leden in het college zo naar beneden halen, vind ik dat below the belt.'
Krishna Mathoera (VHP) zei het eens mee te zijn 'dat we met respect met elkaar moeten omgaan en dat we zaken op zijn zuiverhuid moeten belichten. Wanneer de fractieleider aan de overkant zegt dat het below the belt is, dan ben ik het eens. Maar, jullie hebben wel toegestaan dat met name ik met naam en toenaam ben besproken in de Assemblee. We moeten consequent zijn, we hebben ethische codes die wij in acht moeten nemen. Ik ben persoonlijk door de NDP fractie beledigd, gecriminaliseerd en dat is niet goed. We moeten met zijn allen het gezag van dit college hooghouden.'
'Het valt ons op, dat uitgerekend op de dag dat deze fractie heeft bepaald dat het lid Amzad Abdoel wordt uitgeroepen tot fractieleider, deze aantijging komt. Vals en below the belt. Wij moeten de principes in de Assemblee hooghouden', reageerde de nieuwe waarnemend fractieleidster van de NDP, Rossellie Cotino.
Gajadien beweerde, dat hij nooit below the belt zal gaan. 'Wanneer de samenleving een beroep doet dat strafrechtelijk zaken gestremd worden en dat er interventie nodig is, daarom ben ik hier.'
Vrouw betaalt 4.000 Amerikaanse dollar boete voor smokkel vier jaguartanden
Met betalen boete ontloopt vrouw strafrechtelijke vervolging
Vierduizend Amerikaanse dollar moet een reizigster betalen, omdat zij vier jaguartanden in haar bezit had. De tanden waren verborgen in blikken babyvoeding en werden tijdens een reguliere controle op de Johan Adolf Pengelluchthaven op 16 april ontdekt, waarop de vrouw werd aangehouden. Aangezien alle zes soorten in het wild levende katachtigen beschermd zijn in Suriname, had betrokkene de Jachtwet 1954 en de Wet Tegengaan Smokkelen overtreden. Het economisch delict is buiten proces afgehandeld.
Het ministerie van Ruimtelijke ordening, Bos- en Grondbeheer laat donderdag 23 mei 2019 via het Nationaal Informatie Instituut weten, dat het veelvuldig voorkomt dat juwelierszaken tanden van de in het wild levende katachtigen te koop aanbieden in de vorm van kettinghangers. Ook worden de jaguars afgeslacht en worden lichaamsdelen te koop aangeboden.
Het ministerie benadrukt dat alle zes in het wild levende katachtigen in het land behoren tot beschermde diersoorten. Bovendien valt de jaguar - de grootste katachtige in Zuid-Amerika - onder de IUCN Red List () en onder de Conventie inzake de Internationale Handel in Bedreigde Wilde Fauna en Flora (Cites).
Conform de artikelen 2 en 3 van de Jachtwet 1954 is niet alleen het doden, kopen, ten verkoop of ter aflevering voor handen te hebben, vervoeren, vangen et cetera van beschermde dieren verboden, maar ook het onder zich hebben van delen daarvan al dan niet geprepareerd strafbaar. Overtreding van de wet valt onder de Wet Economische Delicten, wat betekent dat de overtreder onmiddellijk wordt aangehouden en in verzekering wordt gesteld. Het Openbaar Ministerie stelt dan de boete voor de overtreding vast. De overtreder riskeert ook dat zijn jachtbevoegdheid wordt ingetrokken.
Vierduizend Amerikaanse dollar moet een reizigster betalen, omdat zij vier jaguartanden in haar bezit had. De tanden waren verborgen in blikken babyvoeding en werden tijdens een reguliere controle op de Johan Adolf Pengelluchthaven op 16 april ontdekt, waarop de vrouw werd aangehouden. Aangezien alle zes soorten in het wild levende katachtigen beschermd zijn in Suriname, had betrokkene de Jachtwet 1954 en de Wet Tegengaan Smokkelen overtreden. Het economisch delict is buiten proces afgehandeld.
Het ministerie van Ruimtelijke ordening, Bos- en Grondbeheer laat donderdag 23 mei 2019 via het Nationaal Informatie Instituut weten, dat het veelvuldig voorkomt dat juwelierszaken tanden van de in het wild levende katachtigen te koop aanbieden in de vorm van kettinghangers. Ook worden de jaguars afgeslacht en worden lichaamsdelen te koop aangeboden.
Het ministerie benadrukt dat alle zes in het wild levende katachtigen in het land behoren tot beschermde diersoorten. Bovendien valt de jaguar - de grootste katachtige in Zuid-Amerika - onder de IUCN Red List () en onder de Conventie inzake de Internationale Handel in Bedreigde Wilde Fauna en Flora (Cites).
Conform de artikelen 2 en 3 van de Jachtwet 1954 is niet alleen het doden, kopen, ten verkoop of ter aflevering voor handen te hebben, vervoeren, vangen et cetera van beschermde dieren verboden, maar ook het onder zich hebben van delen daarvan al dan niet geprepareerd strafbaar. Overtreding van de wet valt onder de Wet Economische Delicten, wat betekent dat de overtreder onmiddellijk wordt aangehouden en in verzekering wordt gesteld. Het Openbaar Ministerie stelt dan de boete voor de overtreding vast. De overtreder riskeert ook dat zijn jachtbevoegdheid wordt ingetrokken.
Kwestie Chinese hektrawlers belandt voor Kort Gedingrechter - Schepen voorlopig niet weg
Ros National Fishery voert aan dat het gaat om een honderd procent Surinaams bedrijf...
De zes Chinese hektrawlers hebben het ultimatum opgelegd door de Staat om de Surinaamse wateren woensdag 22 mei 2019 te verlaten, naast zich neergelegd. Ros National Fishery heeft een Kort Geding aangespannen tegen de ministeries van Landbouw, Veeteelt & Visserij en Binnenlandse Zaken, de Kustwacht. De zaak zal maandag verder worden behandeld, zo deelde minister Mike Noersalim van Binnenlandse Zaken gisteren mee in de Assemblee, aldus Starnieuws vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
De rechter heeft de Kustwacht gevraagd om geen onomkeerbare maatregelen te nemen totdat er een uitspraak is gedaan
Ros National Fishery voert aan, dat het gaat om een honderd procent Surinaams bedrijf. De rechter wordt gevraagd om de aanzegging tot verwijdering van de schepen uit de Surinaamse wateren in te trekken.
Maandag moet de Staat antwoord geven op de vordering. Woensdag zal de eiser reageren. Op 31 mei is de Staat weer aan de beurt.
Daarna zal de rechter een datum bepalen voor het doen van uitspraak.
De zes Chinese hektrawlers hebben het ultimatum opgelegd door de Staat om de Surinaamse wateren woensdag 22 mei 2019 te verlaten, naast zich neergelegd. Ros National Fishery heeft een Kort Geding aangespannen tegen de ministeries van Landbouw, Veeteelt & Visserij en Binnenlandse Zaken, de Kustwacht. De zaak zal maandag verder worden behandeld, zo deelde minister Mike Noersalim van Binnenlandse Zaken gisteren mee in de Assemblee, aldus Starnieuws vandaag, vrijdag 24 mei 2019.
De rechter heeft de Kustwacht gevraagd om geen onomkeerbare maatregelen te nemen totdat er een uitspraak is gedaan
Ros National Fishery voert aan, dat het gaat om een honderd procent Surinaams bedrijf. De rechter wordt gevraagd om de aanzegging tot verwijdering van de schepen uit de Surinaamse wateren in te trekken.
Maandag moet de Staat antwoord geven op de vordering. Woensdag zal de eiser reageren. Op 31 mei is de Staat weer aan de beurt.
Daarna zal de rechter een datum bepalen voor het doen van uitspraak.
Argentijnse minister van Defensie haalt zich woede op de hals van nabestaanden slachtoffers gezonken ARA San Juan-onderzeeër
Oscar Aguad: 'Zinken van de ARA San Juan veroorzaakt door gebrek aan training en capaciteiten'
De Argentijnse minister van Defensie, Oscar Aguad zei vrijdag 17 mei 2019 citerend uit rapporten van experts, dat het zinken van de ARA San Juan-onderzeeër in november 2017 werd veroorzaakt door een 'gebrek aan training' en 'capaciteiten'.
'Het is de conclusie van experts onder waterdeskundigen, die spreken over onder andere het gebrek aan training en het gebrek aan vernieuwing van capaciteiten, als de meest waarschijnlijke oorzaken van het zinken van ARA San Juan', zei Aguad in een gesprek met een lokaal radiostation in Buenos Aires.
Gevraagd of hij doelde op een gebrek aan training onder degenen die zich in de onderzeeër bevonden, antwoordde de minister: 'Precies en van degenen die ook buiten waren.'
Alle 44 bemanningsleden kwamen om het leven in november 2017, toen de ARA San Juan-onderzeeër op zee verloren ging na tragisch imploderen. De zoektocht naar de onderzeeboot duurde maanden, met familieleden in het ongewisse over het lot van hun dierbaren.
Aguad werd meteen bekritiseerd door familieleden - van wie velen nog steeds aandringen bij de regering om het schip te lichten van de laatste rustplaats op de zeebodem - voor de opmerkingen, door één die zei, dat de minister een 'gebrek aan gevoeligheid en respect had getoond.'
De vader van een van de overleden bemanningsleden, Luis Tagliapietra, zei dat 'het masker van de minister af viel. Het is een gebrek aan respect en een ongevoeligheid voor alle gezinsleden', vertelde hij aan een lokale televisiezender. 'Aguad vertelde ons in privé over de veronderstelde verantwoordelijkheid van de bemanningsleden, het was de strategie van de minister vanaf de eerste dag. De familieleden wisten waar de minister vanaf de eerste dag naar streefde', voegde Tagliapietra toe, de vader van bemanningslid Alejandro Tagliapietra, die erop heeft aangedrongen om de rechter die verantwoordelijk was voor het onderzoek, Marta Yañez, te vervangen.
Isabel Vilca, de zus van het overleden bemanningslid Alejandro Polo, echode de kritiek en vertelde het C5N-kanaal: 'Het doet pijn wat de minister zei.' Ze voegde eraan toe dat vóór een Congrescommissie hij had verklaard, 'dat zij de beste bemanningsleden waren. Hij zei dat ze waren opgeleid. Dus waar gaat de marine naar toe, als het zijn bemanning niet voorbereidt?'
Zich bewust van de controverse, probeerde Aguad later zijn opmerkingen te verduidelijken tijdens een ceremonie die de Argentijnse dag van de Marine markeerde, en zei dat de bemanning niet verantwoordelijk was voor de tragedie. 'Ze hebben geen verantwoordelijkheid, ik sprak niet over de verantwoordelijkheid van de bemanning - integendeel, de verantwoordelijkheid moet worden bepaald door de rechterlijke macht, niet door ons', benadrukte hij. Aguard sprak tijdens een ceremonie in de marinebasis Puerto Belgrano en zei dat een technische commissie de tragedie aan het onderzoeken was en de geschiedenis van de onderzeeër uit 1995 bestudeerde.
Familieleden hebben lang geprobeerd vragen te stellen over de toestand van de onderzeeër, waarbij sommigen zeiden, dat de bemanningsleden hun bezorgdheid over het schip hadden geuit. In het interview zei Aguad, dat de oorzaken van de tragedie 'minder te maken hadden met de achteruitgang van de onderzeeër, dan met een reeks gebeurtenissen en het gebrek aan intergenerationele overdracht van kennis.'
De ARA San Juan, die in 1983 in Duitsland werd gemaakt en in 1985 werd opgenomen in de Argentijnse marine, was een van de drie onderzeeërs in Argentinië. De overblijfselen werden uiteindelijk gevonden in november 2018 - bijna een jaar na de verdwijning - door de Seabed Constructor, een schip van het Amerikaanse bedrijf Ocean Infinity, in de Zuid-Atlantische Oceaan, 500 kilometer uit de kust van Argentinië. Geschat wordt dat de implosie plaatsvond twee uur nadat contact van de onderzeeër was geregistreerd, op 15 november 2017.
(Suriname Mirror/MercoPress.com/Twitter/YouTube)
De Argentijnse minister van Defensie, Oscar Aguad zei vrijdag 17 mei 2019 citerend uit rapporten van experts, dat het zinken van de ARA San Juan-onderzeeër in november 2017 werd veroorzaakt door een 'gebrek aan training' en 'capaciteiten'.
'Het is de conclusie van experts onder waterdeskundigen, die spreken over onder andere het gebrek aan training en het gebrek aan vernieuwing van capaciteiten, als de meest waarschijnlijke oorzaken van het zinken van ARA San Juan', zei Aguad in een gesprek met een lokaal radiostation in Buenos Aires.
Gevraagd of hij doelde op een gebrek aan training onder degenen die zich in de onderzeeër bevonden, antwoordde de minister: 'Precies en van degenen die ook buiten waren.'
#Argentina #ARASanJuan #Submarine #Navy #Aguad #Defence— Buenos Aires Times (@theBAtimes) May 17, 2019
Citing "experts," Defence Minister Oscar Aguad said Friday that the sinking of the ARA San Juan submarine in November 2017 was caused by a "lack of training" and "capabilities."https://t.co/YqtSRexpVt
Alle 44 bemanningsleden kwamen om het leven in november 2017, toen de ARA San Juan-onderzeeër op zee verloren ging na tragisch imploderen. De zoektocht naar de onderzeeboot duurde maanden, met familieleden in het ongewisse over het lot van hun dierbaren.
Aguad werd meteen bekritiseerd door familieleden - van wie velen nog steeds aandringen bij de regering om het schip te lichten van de laatste rustplaats op de zeebodem - voor de opmerkingen, door één die zei, dat de minister een 'gebrek aan gevoeligheid en respect had getoond.'
De vader van een van de overleden bemanningsleden, Luis Tagliapietra, zei dat 'het masker van de minister af viel. Het is een gebrek aan respect en een ongevoeligheid voor alle gezinsleden', vertelde hij aan een lokale televisiezender. 'Aguad vertelde ons in privé over de veronderstelde verantwoordelijkheid van de bemanningsleden, het was de strategie van de minister vanaf de eerste dag. De familieleden wisten waar de minister vanaf de eerste dag naar streefde', voegde Tagliapietra toe, de vader van bemanningslid Alejandro Tagliapietra, die erop heeft aangedrongen om de rechter die verantwoordelijk was voor het onderzoek, Marta Yañez, te vervangen.
"AGUAD ES UN INEPTO, DEBERÍA RENUNCIAR" | Los familiares del ARA San Juan exigen la renuncia de Oscar Aguad. El ministro de Defensa aseguró que el submarino se hundió “por la falta de capacitación” de los tripulantes | POR CARLOS RODRÍGUEZ https://t.co/fCzZLbA1xJ pic.twitter.com/7GzAt1VANi— Página|12 (@pagina12) May 18, 2019
Isabel Vilca, de zus van het overleden bemanningslid Alejandro Polo, echode de kritiek en vertelde het C5N-kanaal: 'Het doet pijn wat de minister zei.' Ze voegde eraan toe dat vóór een Congrescommissie hij had verklaard, 'dat zij de beste bemanningsleden waren. Hij zei dat ze waren opgeleid. Dus waar gaat de marine naar toe, als het zijn bemanning niet voorbereidt?'
Zich bewust van de controverse, probeerde Aguad later zijn opmerkingen te verduidelijken tijdens een ceremonie die de Argentijnse dag van de Marine markeerde, en zei dat de bemanning niet verantwoordelijk was voor de tragedie. 'Ze hebben geen verantwoordelijkheid, ik sprak niet over de verantwoordelijkheid van de bemanning - integendeel, de verantwoordelijkheid moet worden bepaald door de rechterlijke macht, niet door ons', benadrukte hij. Aguard sprak tijdens een ceremonie in de marinebasis Puerto Belgrano en zei dat een technische commissie de tragedie aan het onderzoeken was en de geschiedenis van de onderzeeër uit 1995 bestudeerde.
FAMILIARES DE VICTIMAS DEL ARA SAN JUAN PIDEN EL JUICIO POLÍTICO A OSCAR AGUAD— Radio AM 750 (@AM750) May 17, 2019
Luis Tagliapietra, padre de uno de los tripulantes fallecidos en el Ara San Juan estuvo en diálogo con #LasÚltimasNoticias 👇https://t.co/tzmaZ98Hgt
Familieleden hebben lang geprobeerd vragen te stellen over de toestand van de onderzeeër, waarbij sommigen zeiden, dat de bemanningsleden hun bezorgdheid over het schip hadden geuit. In het interview zei Aguad, dat de oorzaken van de tragedie 'minder te maken hadden met de achteruitgang van de onderzeeër, dan met een reeks gebeurtenissen en het gebrek aan intergenerationele overdracht van kennis.'
De ARA San Juan, die in 1983 in Duitsland werd gemaakt en in 1985 werd opgenomen in de Argentijnse marine, was een van de drie onderzeeërs in Argentinië. De overblijfselen werden uiteindelijk gevonden in november 2018 - bijna een jaar na de verdwijning - door de Seabed Constructor, een schip van het Amerikaanse bedrijf Ocean Infinity, in de Zuid-Atlantische Oceaan, 500 kilometer uit de kust van Argentinië. Geschat wordt dat de implosie plaatsvond twee uur nadat contact van de onderzeeër was geregistreerd, op 15 november 2017.
#ArmadaArgentina. #ARASanJuan. Las declaraciones del ministro de Defensa, #OscarAguad, comprometido en la causa, sobre sus alusiones a la tragedia en el #DiaDeLaArmada, omiten de manera aviesa la multicausalidad del hecho, y son un insulto a la memoria de los tripulantes muertos. pic.twitter.com/NCPOpZYLiA— Horacio Calderón (@horaciocalderon) May 17, 2019
Aclara @oscaraguad lo que acabas de decir... "lo que le pasó al Aras fue por inexperiencia de sus tripulantes"??? En el día de la Armada esa es la estocada?Sos un #sorete #inepto pic.twitter.com/oIxqeulr3W— 🇦🇷Marce🇦🇷 (@aguantandolos) May 17, 2019
(Suriname Mirror/MercoPress.com/Twitter/YouTube)
Amerikaan (56) doodgeschoten in La Modelo-gevangenis bij Managua, Nicaragua
Eddy Montes Praslin, marine-veteraan, wasfervent tegenstander regering-Ortega
'Er is bewijs dat Montes Praslin in de rug is geschoten en niet tijdens een gevecht'
Een Nicaraguaanse Amerikaanse tweevoudig persoon die stierf in een gevangenisverstoring in Nicaragua diende in de Amerikaanse marine en was een fervent tegenstander van de regering van president Daniel Ortega, zei zijn neef zaterdag. Eddy Montes Praslin, 56, werd donderdag doodgeschoten in de La Modelo-gevangenis buiten de hoofdstad Managua. Honderden Nicaraguanen zijn het afgelopen jaar gevangen gezet nadat ze protesteerden tegen de Ortega-regering.
Zijn neef Marvin Montes vertelde de Associated Press dat Montes Praslin op 13-jarige leeftijd naar de VS verhuisde, naar school ging in Californië en bij de marine diende. Hij zei dat Montes Praslin tussen de twee landen heeft gereisd en zich sinds 2006 permanent in Nicaragua heeft gevestigd. Montes Praslin studeerde op een gegeven moment medicijnen en in 2018 behaalde hij een diploma rechten aan een Nicaraguaanse universiteit, zei zijn neef.
Ten minste 17 anderen die gearresteerd waren omdat ze blijkbaar deelnamen aan anti-overheidsprotesten raakten gewond bij de gevangenisverstoring. De regering zei dat gevangenen zich naar bewakers spoedden.
Marvin Montes zei dat zijn neef in oktober gevangen werd gezet nadat hij bij de politie had geklaagd dat pro-regeringsactivisten een paar hectare van zijn eigendom in Matagalpa hadden bezet, ongeveer 60 mijl ten noordoosten van Managua. Het kantoor van de procureur-generaal beschuldigde hem van terrorisme, verergerde diefstal, obstructie van openbare diensten en aanvallen op het kantoor van de burgemeester in Matagalpa.
Het Nicaraguaanse Centrum voor Mensenrechten vertegenwoordigde Montes Praslin terwijl hij in de gevangenis zat. "We hebben een verslag van de vervolging die hij over zijn bezittingen heeft ondergaan die meer dan twee jaar teruggaan", zei Vilma Nuñez, voorzitter van het mensenrechtencentrum. Nuñez zei dat Montes Praslin naast het vastgoedgeschil had aangeboden om te getuigen als een getuige van een moord waarvan hij zei dat deze was gepleegd door overheidsagenten. "Eddy was daar en zag alles," zei Marvin Montes.
Advocaat Yonarqui Martinez, die meer dan 70 politieke gevangenen vertegenwoordigt, zei via Twitter dat er "bewijs" is dat Montes Praslin in de rug is geschoten en niet tijdens een gevecht. Het is onduidelijk of een autopsie zal worden uitgevoerd. Medegevangenen keken op naar Montes Praslin en noemden hem 'pastor' omdat hij religieuze bijeenkomsten leidde en zelfs 'vader' omdat hij veel ouder was dan de vele studenten die in de gevangenis zitten.
Door studenten geleide protesten tegen hervormingen van de sociale zekerheid begonnen in april 2018 en groeiden in omvang om te eisen dat Ortega zijn ambtstermijn en vroege verkiezingen zou beëindigen. De demonstraties werden met geweld onderdrukt door veiligheidstroepen en gewapende, pro-regerende milities - volgens de Inter-Amerikaanse Commissie voor de rechten van de mens moesten minstens 325 mensen omkomen en meer dan 2000 gewonden terwijl meer dan 52.000 mensen werden gedwongen het land te ontvluchten. Dochter Eddy Jafet Montes, die in Californië woont, vertelde een nieuwsagent aan Nicaragua dat ze voor de begrafenis naar Nicaragua zou reizen, maar dan met schroom. "Als ze mijn vader in de gevangenis gooiden onder een excuus, denk ik dat ze ons hetzelfde zouden kunnen doen," zei ze. De begrafenis zal naar verwachting plaatsvinden op zondag, volgens Marvin Montes.
De Amerikaanse ambassadeur Kevin Sullivan uitte zijn verdriet over de dood van Montes Praslin en zei dat hij vrijdag met familieleden heeft gesproken om de condoleances van de Amerikaanse regering over te brengen. "Ze verdienen een uitgebreid en geloofwaardig verslag van dit ongerechtvaardigde gebruik van dodelijk geweld tegen een ongewapende politieke gevangene," zei Sullivan via Twitter.
Een functionaris van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken herhaalde de oproep van de regering om alle politieke gevangenen vrij te laten.
(Suriname Mirror/The Los Angeles Times/Reuters/El Nuevo Herald/Twitter)
'Er is bewijs dat Montes Praslin in de rug is geschoten en niet tijdens een gevecht'
Een Nicaraguaanse Amerikaanse tweevoudig persoon die stierf in een gevangenisverstoring in Nicaragua diende in de Amerikaanse marine en was een fervent tegenstander van de regering van president Daniel Ortega, zei zijn neef zaterdag. Eddy Montes Praslin, 56, werd donderdag doodgeschoten in de La Modelo-gevangenis buiten de hoofdstad Managua. Honderden Nicaraguanen zijn het afgelopen jaar gevangen gezet nadat ze protesteerden tegen de Ortega-regering.
Sir Eddy Montes Praslin American citizen and hostage of the dictatorship of Daniel Ortega and Rosario Murillo murdered today by his murderous guard of the penitentiary system @realDonaldTrump @SecPompeo @AmbJohnBolton @AmbCTrujillo @USAmbNicaragua @marcorubio @SenatorMenendez pic.twitter.com/7TBJgaQAyE— Johnny Lara Sequeira (@larasequeira) May 16, 2019
Don Eddy Montes Praslín encontró en los presos políticos una familia. La dictadura sigue destruyendo vidas. #SosNicaragua pic.twitter.com/tP9BgvBNMw— Abixael Mogollón (@abixael33) May 18, 2019
Zijn neef Marvin Montes vertelde de Associated Press dat Montes Praslin op 13-jarige leeftijd naar de VS verhuisde, naar school ging in Californië en bij de marine diende. Hij zei dat Montes Praslin tussen de twee landen heeft gereisd en zich sinds 2006 permanent in Nicaragua heeft gevestigd. Montes Praslin studeerde op een gegeven moment medicijnen en in 2018 behaalde hij een diploma rechten aan een Nicaraguaanse universiteit, zei zijn neef.
Ten minste 17 anderen die gearresteerd waren omdat ze blijkbaar deelnamen aan anti-overheidsprotesten raakten gewond bij de gevangenisverstoring. De regering zei dat gevangenen zich naar bewakers spoedden.
"Saludos #Nicaragua", gritó don Eddy Montes Praslín, en el último vídeo donde se le ve con vida. La guardia ortegista lo asesinó el 16 de mayo en la cárcel La Modelo. #SosNicaragua pic.twitter.com/gr9eQKkyY8— Abixael Mogollón (@abixael33) May 18, 2019
Marvin Montes zei dat zijn neef in oktober gevangen werd gezet nadat hij bij de politie had geklaagd dat pro-regeringsactivisten een paar hectare van zijn eigendom in Matagalpa hadden bezet, ongeveer 60 mijl ten noordoosten van Managua. Het kantoor van de procureur-generaal beschuldigde hem van terrorisme, verergerde diefstal, obstructie van openbare diensten en aanvallen op het kantoor van de burgemeester in Matagalpa.
Het Nicaraguaanse Centrum voor Mensenrechten vertegenwoordigde Montes Praslin terwijl hij in de gevangenis zat. "We hebben een verslag van de vervolging die hij over zijn bezittingen heeft ondergaan die meer dan twee jaar teruggaan", zei Vilma Nuñez, voorzitter van het mensenrechtencentrum. Nuñez zei dat Montes Praslin naast het vastgoedgeschil had aangeboden om te getuigen als een getuige van een moord waarvan hij zei dat deze was gepleegd door overheidsagenten. "Eddy was daar en zag alles," zei Marvin Montes.
Advocaat Yonarqui Martinez, die meer dan 70 politieke gevangenen vertegenwoordigt, zei via Twitter dat er "bewijs" is dat Montes Praslin in de rug is geschoten en niet tijdens een gevecht. Het is onduidelijk of een autopsie zal worden uitgevoerd. Medegevangenen keken op naar Montes Praslin en noemden hem 'pastor' omdat hij religieuze bijeenkomsten leidde en zelfs 'vader' omdat hij veel ouder was dan de vele studenten die in de gevangenis zitten.
Door studenten geleide protesten tegen hervormingen van de sociale zekerheid begonnen in april 2018 en groeiden in omvang om te eisen dat Ortega zijn ambtstermijn en vroege verkiezingen zou beëindigen. De demonstraties werden met geweld onderdrukt door veiligheidstroepen en gewapende, pro-regerende milities - volgens de Inter-Amerikaanse Commissie voor de rechten van de mens moesten minstens 325 mensen omkomen en meer dan 2000 gewonden terwijl meer dan 52.000 mensen werden gedwongen het land te ontvluchten. Dochter Eddy Jafet Montes, die in Californië woont, vertelde een nieuwsagent aan Nicaragua dat ze voor de begrafenis naar Nicaragua zou reizen, maar dan met schroom. "Als ze mijn vader in de gevangenis gooiden onder een excuus, denk ik dat ze ons hetzelfde zouden kunnen doen," zei ze. De begrafenis zal naar verwachting plaatsvinden op zondag, volgens Marvin Montes.
"¡MATARON A UNO!", el grito de los presos políticos que grabaron parte de lo que se vivió el jueves en La Modelo cuando fueron atacados dentro del penal y donde un custodio mató a Eddy Montes Praslin. @Almagro_OEA2015 @totonia68 @PauloAbrao @CIDH @totonia68 @ErikaGuevaraR pic.twitter.com/z1k0Ad4nHP— Despacho 505 (@despacho505) May 18, 2019
De Amerikaanse ambassadeur Kevin Sullivan uitte zijn verdriet over de dood van Montes Praslin en zei dat hij vrijdag met familieleden heeft gesproken om de condoleances van de Amerikaanse regering over te brengen. "Ze verdienen een uitgebreid en geloofwaardig verslag van dit ongerechtvaardigde gebruik van dodelijk geweld tegen een ongewapende politieke gevangene," zei Sullivan via Twitter.
They deserve a comprehensive and credible account of this unjustifiable use of lethal force against an unarmed political prisoner.— Kevin K. Sullivan (@USAmbNicaragua) May 17, 2019
La muerte del ciudadano EEUU Eddy Montes a manos de autoridades carcelarias de La Modelo me causó profunda tristeza. Hoy me reuní c/su familia p/expresarle nuestras condolencias. Merecen informe completo y creíble del injustificado uso de fuerza letal contra un preso desarmado— Kevin K. Sullivan (@USAmbNicaragua) May 17, 2019
Een functionaris van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken herhaalde de oproep van de regering om alle politieke gevangenen vrij te laten.
(Suriname Mirror/The Los Angeles Times/Reuters/El Nuevo Herald/Twitter)
Abonneren op:
Posts (Atom)