'OvJ Rip en het Land
hebben niet onrechtmatig jegens Jamaloodin gehandeld'
George Jamaloodin heeft in zijn strijd tegen het Openbaar Ministerie, OM, bot
gevangen. Het Gerecht in Eerste Aanleg heeft gisteren de vordering van Jamaloodin
afgewezen om bij recht te verklaren dat Officier van Justitie (OvJ) Gert Rip en het Land
onrechtmatig jegens hem hebben gehandeld. Dit bericht het Antilliaans Dagblad vandaag, dinsdag 10 september 2019.
Jamaloodin, die op 16 augustus door het gerecht is
veroordeeld tot een gevangenisstraf van 28 jaar voor
zijn vermeende rol in de moord van Helmin Wiels, had
een zaak aangespannen tegen Officier van Justitie Rip,
die belast is met het dossier Maximus.
Jamaloodin
verwijt het Rip en het Openbaar Ministerie dat ze
hebben volhard in het gebruik van de verklaring van
Edsel Gumbs als bewijs in de strafzaak tegen
moordmakelaar Burney ‘Nini’ Fonseca, terwijl het OM
volgens Jamaloodin zou weten dat de verklaring waarin
hij als opdrachtgever van de moord op Wiels wordt
genoemd, ‘onwaarschijnlijk was en achteraf onverifieerbaar is gebleken en aldus
onbetrouwbaar’.
Door de verklaring van Gumbs alsnog te gebruiken heeft Rip en dus het
Openbaar Ministerie volgens Jamaloodin onrechtmatig jegens hem gehandeld door inbreuk
te maken op zijn eer en goede naam, door inbreuk te maken op de onschuldspresumptie en
door het recht van Jamaloodin op rechtsbescherming te frustreren.
'Zij hebben eiser in een
situatie gemanoeuvreerd waarbij, weliswaar indirect, in rechte een oordeel over hem werd
gevormd zonder dat hem middelen ter beschikking stonden om dat formeel ongedaan te
maken. Zij hebben het eiser onmogelijk gemaakt om zijn recht op rechtsbescherming in te
roepen om zich te verweren tegen de aanvallen van het Openbaar Ministerie op zijn eer en
goede naam en de daarmee gepaard gaande onschuldspresumptie', zo voerde de verdediging aan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten