woensdag 8 mei 2019

Het Land Curaçao ziet eind februari toename van cashflow met 70 miljoen gulden

'De gewone dienst tot en met februari sluit, voorlopig, met voordelig saldo van 32,5 miljoen'


Het Land Curaçao kende per eind februari - anders dan in de periode daarvoor - een toename van de liquide middelen (cashflow), namelijk met 70 miljoen gulden in het actuele dienstjaar. Zo meldt de Financiële Management Rapportage (FMR) van het ministerie van Financiën, aldus vandaag, woensdag 8 mei 2019, het Antilliaans Dagblad.

De beschikbare liquide middelen voor de operationele bedrijfsvoering, inclusief eigen financiering van gedane investeringen, belopen een bedrag van 173,1 miljoen. Per eind februari bedraagt de zogeheten ‘current ratio’ van de Curaçaose overheid 0,8.

Over de financiële ontwikkeling van het lopende dienstjaar 2019 zegt de rapportage ten aanzien van de gewone dienst, dat deze volgens de tweede prognose op jaarbasis sluit op een tekort van 38,5 miljoen. 'De prognose is onderhevig aan nieuwe inzichten voortvloeiende uit de doorlichting van de begroting 2019, welke in de hierop volgende prognose tot uitdrukking zal worden gebracht', zeggen de opstellers van de jongste FMR. De gewone dienst tot en met februari sluit, althans voorlopig, met een voordelig saldo van 32,5 miljoen. Er zijn dus nog tien maanden te gaan waarover nog gerapporteerd moet worden. Naast de gewone dienst is er ook de kapitaaldienst.

'Alle mutaties van de vermogensbestanddelen begrepen onder de vaste activa en de vaste financieringsmiddelen worden op de kapitaaldienst tot uitdrukking gebracht, voordat deze mutaties in de bezittingen en het vermogen worden toegevoegd of onttrokken aan de betreffende posten in de balans.'

De kapitaaldienst van Curaçao sluit volgens de aangepaste prognose op jaarbasis met een overschot van 69,1 miljoen. De mutaties op de gewone dienst, de kapitaaldienst (investeringen en vaste financiering) plus de (vlottende) financiering (mutaties van de debiteuren, crediteuren en overige vlottende activa en passiva) hebben tot en met de laatste verslagperiode - februari 2019 dus - samen geleid tot de genoemde stijging van de liquiditeitspositie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten