(Bron foto: archief de Ware Tijd) |
- 'Nederland wilde in Suriname een staatsstructuur vestigen die de Nederlandse belangen zou behartigen'
- 'De militairen die betrokken waren bij de acties van 8 december 1982 waren helden en hadden juist geëerd moeten worden in plaats van berecht'
Advocaat Irvin Kanhai is vanochtend, maandag 29 januari 2018, zijn pleidooi in de 8 decemberstrafzaak tegen zijn cliënt, hoofdverdachte Desi Bouterse, begonnen met een frontale aanval op het buitenland, met name Nederland, de vijftien slachtoffers van 8 december 1982, de media en het Openbaar Ministerie. Dat meldt de Ware Tijd.
Kanhai typeert de strafzaak als een politieke hersenspoeling van de Surinaamse samenleving. Een 'intensieve hersenspoeling' door Nederland en door de 'slaafse' Surinaamse media, aldus de advocaat, om zo het volk te doen geloven dat de acties van de toenmalige regering geleid door Bouterse niet legaal waren.
Bouterse liet in de nacht van 7 op 8 december 1982 zestien critici van zijn bewind door militairen oppakken en overbrengen naar Fort Zeelandia, het hoofdkwartier destijds van het Militair Gezag. Vijftien van deze mannen werden standrechtelijk geëxecuteerd na eerst te zijn gemarteld. Alleen vakbondsleider Fred Derby - nu wijlen - overleefde het bloedbad.
Volgens Kanhai wilde Nederland in Suriname een staatsstructuur vestigen die de Nederlandse belangen zou behartigen. Hij betoogt, dat de vijftien slachtoffers daadwerkelijk betrokken waren bij een poging om de regering van Bouterse omver te werpen. Zij waren 'collaborateurs'. Alles was 'vakkundig en professioneel' voorbereid, met loyale steun van cruciale elementen in de Surinaamse samenleving, aldus advocaat Kanhai.
De advocaat stelde verder, dat de militairen die betrokken waren bij de acties van 8 december 1982 helden waren en juist geëerd zouden moeten worden in plaats van berecht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten