dinsdag 12 december 2017

VIDS dreigt bij uitblijven uitvoering Kali’na- en Lokono-vonnis door regering naar rechter te stappen

'Regering solt met belangen inheemsen en het is tijd is dat deze groep landelijk hiertegen opkomt'


De Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS) stapt volgens ondervoorzitter Jona Gunther naar de rechter, wanneer de Staat het Kali’na- en Lokono-vonnis niet uitvoert. Het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens heeft Suriname op 25 november 2015 veroordeeld tot wettelijke erkenning van de collectieve rechten van inheemsen in het Marowijnegebied (zie onderaan). Het vonnis is op 28 januari 2016 aan de betrokken partijen betekend. 

De Staat heeft twee jaar de tijd om de collectieve rechtspersoonlijkheid van inheemsen bij wet te regelen en drie jaar om collectieve grondtitels uit te geven voor de traditionele grondgebieden.

'Er is vorig jaar wel een commissie geïnstalleerd die zich onder andere buigt over het vonnis, maar er is niets concreet uitgevoerd. Dat is wel jammer', zegt Gunther, die ook de voorzitter is van Kali'na en Lokono in Marowijne, een regionale werkarm van de VIDS, vandaag, dinsdag 12 december 2017, in de Ware Tijd.

Hij vindt dat de regering solt met de belangen van de inheemsen en dat het tijd is dat deze groep landelijk hiertegen opkomt. De gezamenlijke verklaring met de regering en het stappenplan zijn nog steeds niet ondertekend door de president. Dat zou eerst gebeuren op 7 augustus in de Congreshal, maar het staatshoofd zei toen, dat hij de Raad van Ministers hierover zou informeren. Volgens Gunther was de ondertekening verschoven naar 10 oktober, Dag der Marrons, maar ook toen is het niet doorgegaan.

Minister Edgar Dikan van Regionale Ontwikkeling zegt, dat de documenten worden bestudeerd door de ministers. Wanneer ze hiermee klaar zijn kunnen ze ondertekend worden. 'We werken wel aan de uitvoering van het vonnis, maar misschien niet op het tempo dat mensen willen', voegt hij eraan toe. Over de overweging van de Vids om de staat voor het gerecht te dagen, zegt minister Dikan dat ze dat recht heeft.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten