'50% extra loon, dat door de regering aan hen was beloofd, is uitgebleven'
Assembleelid Carl Breeveld (DOE) stelt vandaag, zaterdag 28 oktober 2017, op Starnieuws dat leerkrachten uit het binnenland boos zijn op de regering. Het 50% extra loon, dat door de regering aan hen was beloofd, is uitgebleven. De president had dit aan de orde gesteld op 16 juli 2017 tijdens een motivatiebijeenkomst voor zesde klassers op Bosbivak. De kinderen bereidden zich toen voor op de toets. De aanwezige leerkrachten die met de president gesproken hadden, waren hoopvol gestemd dat de verhoging spoedig zou plaatsvinden. De president zou het met de minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur bespreken, aldus Breeveld.
Minister Robert Peneux heeft tijdens een openbare vergadering in De Nationale Assemblee meegedeeld, dat de verhoogde uitbetaling in oktober zou plaatsvinden. Helaas is dat niet gebeurd en zijn de leerkrachten ontstemd.
De minister had ook aangegeven dat het binnenland nu voorzien is van gekwalificeerd personeel op de scholen. 'Dat vond ik zonder meer positief. Maar, als dan afspraken met diezelfde gekwalificeerde krachten niet worden nagekomen, dan raakt men terecht teleurgesteld en gedemotiveerd. Met de ontwaarding van de Surinaamse dollar is het voor burgers al complex genoeg om het hoofd boven water te houden. En als een aanpassing enige verlichting zou bewerken, dan blijkt het voor de leerkrachten in het binnenland opnieuw een loze belofte', stelt de politicus.
'Ik vind dit gedrag een regering onwaardig. Zo gaan we niet om met veelal jonge Surinamers, die zich willen inzetten voor de ontwikkeling van onze kinderen. Bij het begin van het schooljaar was er al geen brandstof aan de dorpen geleverd, waardoor leerkrachten in het donker het nieuwe schooljaar moesten beginnen. Daarnaast is er een tekort aan meubilair en leermiddelen. De minister van Onderwijs zou verklaard hebben, dat die tekorten komen door schoolleiders die te laat of helemaal niet die tekorten aan het ministerie doorgeven. Dat zou misschien kunnen voor een enkeling, maar het lijkt me zeer onwaarschijnlijk, dat een schoolleider, die dagelijks geconfronteerd wordt met die tekorten op deze wijze daarmee zou omgaan.'
Navraag leert, dat schoolleiders die contact opnemen met de afdeling distributie van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur vaak te horen krijgen, dat de aangevraagde spullen niet in voorraad zijn of dat het meubilair er wel is maar om onduidelijke redenen niet getransporteerd kan worden.
'Juist in de zogenaamde achterstandsgebieden, die door de regering zelf geïdentificeerd zijn, moet hoge prioriteit gegeven worden aan alles wat daar nodig is. Anders blijven het holle frasen dat alle kinderen in Suriname gelijk zijn en een gelijke behandeling verdienen. Een dringend beroep op de regering is hier op zijn plaats om gemaakte afspraken op zo kort mogelijke termijn uit te voeren en de tekorten aan meubilair en leermiddelen terstond op te heffen. Dit is verre van goed bestuur', constateert Breeveld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten