dinsdag 9 juni 2020

Nog steeds levendige handel in wild in Suriname

9.827 Dieren, wildvang, uit Suriname geëxporteerd in 2018


Er blijkt nog steeds een levendige handel van in het wild gevangen dieren in Suriname re zijn. Duizenden dieren worden al jarenlang legaal geëxporteerd naar vele landen wereldwijd. Het is een lijdensweg voor de dieren, die urenlang in kleine kooien door luchtvaartmaatschappijen worden vervoerd, naar de verste uithoeken van de wereld. Slechts een handjevol handelaren in Suriname verdient aan deze lucratieve handel. Het is een schimmige handel en jacht op vele diersoorten.

Volgens de handels database van de Convention on International Trade in Endangered Species of Wild Fauna and Flora, CITES, werden in 2018 maar liefst 9.827 dieren uit Suriname vervoerd. In 2017 waren het 11.938. De cijfers van 2019 zijn nog net gepubliceerd.

Onder de geëxporteerde dieren onder andere:

1.345 Amazona amazonica (oranjevleugel papegaai) – 1.568 in 2017
         1.010  naar China
         210     naar Oman
         125    naar Singapore
650   Ara ararauna (blauwgele ara)
         297 naar China
         227 naar Thailand
         6     naar Dominicaanse Republiek
         108 naar Singapore
310   Chelonoidis carbonarius (roodpoot schildpad)
         280 naar VS
         30   naar Duitsland
300   Chelonoidis denticulatus (geelpoot schildpad)
         300 naar VS
715   Corallus hortulanus (tuin boa)
         670 naar VS
         30  naar Japan
         15  naar Nederland
30     Iguana iguana (groene leguaan) – 1.000 in 2017
         30  naar Japan
1.367 Pionites melanocephalus (zwartkop papegaai)
         324 naar China
         626 naar Thailand
         112 naar Oman
         245 naar Singapore
         60 naar Koeweit
320  Saimiri sciureus (doodshoofdaapjes)
        170 naar China – 100 voor fokdoeleinden en 70 voor dierentuinen
        100 naar Dominicaanse Republiek – voor commerciële doeleinden
        30   naar Koeweit – voor fokdoeleinden
        20  naar Thailand – voor fokdoeleinden





Van 1981 tot en met 2010 werden uit Suriname in total 4.612 doodshoofdaapjes geëxporteerd. De meeste verdwenen uit Suriname voor zogenoemde ‘commerciële’ doeleinden. Slechts twintig aapjes gingen naar dierentuinen in de Dominicaanse Republiek (tien) en Kroatië (tien), in 2001. De meeste doodshoofdaapjes werden geëxporteerd naar Japan, 3.490. In 1997 werd het record aantal van 636 aapjes naar Japan vervoerd. Diverse van de naar Japan geëxporteerde doodshoofdaapjes belandden in de vivisectiesector. Verder werden Surinaamse monkimonki’s vervoerd naar de V.S., Slowakije (4 exemplaren in 1996), Maleisië (5 aapjes in 1997, 34 in 2000, 28 in 2002, 4 in 2003 en 28 in 2005), Mexico, Zuid-Afrika en Hongarije (25 aapjes in 2004). Het CITES export quotum voor 2011 bedroeg 1.000 exemplaren.

Eind 2008 exporteerde het bedrijf Tropical Wildlife in Paramaribo 60 doodshoofdaapjes naar een beruchte handelaar in proefdieren in het Amerikaanse Miami, Worldwide Primates Inc.
 
(Hierover publiceerde het Nederlands/Surinaams magazine Parbode een artikel in het februarinummer van 2009, zie hieronder. https://parbode.com/wisse-dood-als-proefdier/)



De Dierenbescherming Suriname liet toen weten een tegenstander te zijn van export van wildlife uit Suriname. 'Toch ondernemen wij geen actie als dit op legale wijze, door CITES gecontroleerd, gebeurt', aldus Leontine Bansse-Issa destijds. 'Wij hebben wel samen met het WWF Guianas recent een filmpje opgenomen om het houden van wildlife, waaronder aapjes, als huisdier in Suriname te ontmoedigen.' Een toch wel opmerkelijke opstelling van een organisatie die het beschermen van dieren in haar vaandel heeft staan. Alleen al vanuit ethisch oogpunt zou je van de Dierenbescherming een meer kritische houding mogen verwachten met betrekking tot de export van monkimonki’s naar proefdierlaboratoria.

Nog nooit eerder waren doodshoofdaapjes vanuit Suriname voor de proefdierindustrie geëxporteerd. In augustus 2011 ontving de dierenrechtenorganisatie Animal Rights Foundation of Florida (ARFF) in Fort Lauderdale een brief van de Surinaamse Luchtvaartmaatschappij, SLM, waarin werd medegedeeld, dat deze maatschappij geen niet-mensapen meer zal vervoeren voor de vivisectie-industrie.


Volgens de CITES handels database werden 32 monkimonki's in 2011 geëxporteerd, 99 in 2012, 335 in 2013, 130 in 2014, 83 in 2015, 135 in 2016,320 in 2017 en 320 in 2018.

De vraag moet gesteld worden of het anno 2020 nog gerechtvaardigd is om dieren in het wild te vangen voor de export. Immers in vele landen zijn fokprogramma's in het leven geroepen. Dat zou de noodzaak van handel in wild moeten terugdringen.

Daarenboven propageren de Surinaamse autoriteiten op wereldpodia dat Suriname het groenste land van de wereld is met zo'n 93% bosbedekking. Maar, diezelfde autoriteiten staan toe, dat jaarlijks duizenden dieren in het regenwoud worden gevangen voor een schimmige lucratieve handel en export. Een handel waarin veel leed schuil gaat. De Surinaamse dieren horen thuis, vrij, in het Surinaamse regenwoud en niet in de vrachtruimen van vliegtuigen om ze te exporteren – met urenlange vluchten – naar verre oorden om te belanden in dierentuinen, handel of anderszins.

(© Suriname Mirror)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten