'Partij en haar Statenleden hebben vooral
politieke belangen voor ogen bij vervolging MAN-politicus Martina'
Korsòu di Nos Tur (KdNT) en de Statenleden van deze partij hebben ‘vooral
politieke belangen voor ogen’ bij de strafvervolging van MAN-politicus Steven Martina.
Mede gelet daarop kunnen zij niet worden ontvangen
in het beklag, op grond waarvan het Hof het beklag dan
ook afwijst, aldus vandaag, woensdag 23 oktober 2019, het Antilliaans Dagblad.
Gisteren deed het Gemeenschappelijk Hof
van Justitie uitspraak in de zaak van ex-minister Ivan
Steve ‘Steven’ Martina van Economische Ontwikkeling.
De beschikking is in zijn voordeel en niets lijkt in de
weg te staan om hem op de kortst mogelijk termijn
opnieuw te benoemen.
Het ziet ernaar uit dat de advocaat, Chester Peterson, van KdNT zelf debet is aan de niet-ontvankelijkheidsverklaring
en daarmee afwijzing van het beklag. Hij had namens KdNT en
de Statenleden Amparo dos Santos en Meindert ‘Mènki’ Rojer in een brief van 19 augustus
naar voren gebracht dat het politiek ter verantwoording roepen van Martina via de Staten
niet is gelukt, omdat hij door de meerderheid van de Staten ‘in het zadel’ wordt gehouden.
Dit lijkt erop te duiden, aldus de drie rechters, dat KdNT, Dos Santos en Rojer vooral te doen
is om de politieke belangen die zij zelf hebben bij vervolging van Martina door het Openbaar
Ministerie.
Dos Santos en Rojer zijn naar het oordeel van het Hof niet rechtstreeks belanghebbenden,
een wettelijke eis bij een beklag tegen niet verdere vervolging, zoals zij willen.
'Niet is
gebleken dat zij zijn getroffen in een bijzonder belang, dat hen in hun hoedanigheid van
parlementslid bepaaldelijk aangaat.'
Uit hoofde van deze functie behartigen de Statenleden van oppositiepartij KdNT ‘juist het
algemeen belang’, aldus de beschikking.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten