(Bron foto: Sliedrecht24) |
Om cocaïnesmokkel via de Rotterdamse haven tegen te gaan, moet Nederland zelf meer informatie gaan verzamelen in landen waar de drugs vandaan komen. Dat zei burgemeester Ahmed Aboutaleb van Rotterdam dinsdag 28 mei 2019 bij de presentatie van een rapport van de Erasmus School of Law over drugssmokkel via de haven.
'Hoe de cocaïne in een lading bananen komt, weten we niet. Daar heb je lokale kennis voor nodig en daarmee kunnen we de drugs gemakkelijker onderscheppen.' Behalve in Zuid-Amerika noemt hij ook Antwerpen als plek voor een lokale agent. Binnenkort reist hij af naar Colombia om met de burgemeesters van Medellin en havenstad Cartagena over de problematiek te praten.
Aboutaleb hoopt via gesprekken met bestuurders en experts meer te weten te komen over de logistieke keten van de drugs. Om beter zicht te krijgen op de internationale cokehandel, zou Nederland volgens hem 'voorposten' moeten opzetten in Zuid-Amerika. Aboutaleb ziet hier een samenwerking met België, Duitsland en Spanje voor zich.
Aboutaleb beaamde een stelling uit het rapport dat bij de bestrijding van de smokkel de 'grote vissen' vaak onzichtbaar blijven. De focus van de opsporingsdiensten ligt op de 'korte klap'. De onderzoekers pleiten ook voor meer aandacht voor de doorvoer van de harddrugs vanuit Rotterdam naar andere landen.
Om de drugssmokkel via de haven beter tegen te gaan, is een nieuwe en intensieve aanpak nodig, vinden de onderzoekers. Daarbij is het belangrijk dat alle betrokken partijen nog beter met elkaar samenwerken en technische systemen bij de havendienst en bedrijven worden aangepast. Om corruptie van havenmedewerkers tegen te gaan, zouden biometrische toegangspassen gekoppeld kunnen worden aan werkroosters en moet digitale informatie over de afhandeling van containers minder breed toegankelijk worden.
Tegelijk constateren ze dat een strengere controle van containers ertoe leidt dat smokkelaars hun drugs op zee dumpen, waarna duikers van de bendes het ophalen. De criminele netwerken worden in het rapport vergeleken met logistieke bedrijven, met speciale functies en afdelingen voor beveiliging en transport.
Bij de bestrijding van de drugsinvoer in de Rotterdamse haven werken politie en de douane niet adequaat samen. De opsporingsdiensten gaan vooral voor de korte klap; het onderscheppen van ladingen cocaïne. Vervolgonderzoek blijft daarna uit, waardoor criminele netwerken niet worden blootgelegd en de grote drugsbazen vrijuit gaan.
Douane, politie en de Fiscale Opsporingsdienst (Fiod) wisselen amper informatie met elkaar uit en het komt zelfs voor dat binnen die diensten belangrijke aanwijzingen verloren gaan. Dat is één van de conclusies die wetenschappers van de Erasmus Universiteit trekken.
Jaarlijks verwerkt de grootste haven van Europa 7,5 miljoen containers, waarvan er 40.000 met een röntgenscanner worden bekeken en er 6500 echt worden opengemaakt. Tussen 2015 tot 2018 werd in de haven achtereenvolgens 4656, 13.312, 5264 en 18.947 kilo cocaïne onderschept.
(Suriname Mirror/Dagblad010/RTV Rijnmond/YouTube/AD/ISSUU Suriname Mirror)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten