De ontwerpwet ‘Nationaal Garantiefonds Huisvesting’, is vooral gericht om personen zonder een vast inkomen in de gelegenheid te stellen een hypothecaire lening aan te vragen bij de banken. Deze mensen worden over het algemeen gezien als een risicogroep. De ontwerpwet werd gisteren tegelijk in De Nationale Assemblee in een openbare commissievergadering behandeld met de ontwerpwet ‘Nationaal Woningbouwfonds’, zo schrijft Starnieuws vandaag, woensdag 24 april 2019.
Het doel van het garantiefonds is om burgers tegemoet te komen die heel moeilijk of niet in aanmerking komen voor krediet, een hypothecaire lening. Het gaat dan niet om personen die de lening niet kunnen betalen, maar om personen zonder vast inkomen. Zij kunnen de lening wel betalen, maar vormen een grote risico voor de banken. Wanneer iets mocht gebeuren en de lening niet kunnen betalen, dan kunnen zij een beroep doen op het garantiefonds om in de moeilijke tijden de rentebetaling te voldoen. Hierdoor wordt de persoon in staat gesteld om achteraf alsnog de betalingsverplichtingen te voldoen.
Het fonds zal onder toezicht van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) staan.
'Wat onduidelijk is en niet is opgenomen in de wet is onder wiens beheer de middelen van het fonds staan? Van de directie, van de raad of van de CBvS?', vroeg commissievoorzitter Amzad Abdoel (NDP). Abdoel vulde daarbij aan in de wet te missen, dat de kredietinstelling de rentebetalingen terug moet storten in het fonds, zodra de kredietnemer weer op schema is met de aflossing. Hij pleit er daarom voor, dat duidelijke richtlijnen worden vastgesteld voor wie uit het woningbouwfonds mag lenen en voor wie het garantiefonds moet instaan.
Andere opmerkingen die Abdoel maakte zijn het niet bekend zijn tot welk bedrag het fonds bereid zal zijn een garantiestelling te verlenen én bij het woningbouwfonds is ook niet duidelijk hoeveel een burger maximaal hieruit mag putten. 'Wij willen zoveel als mogelijk personen helpen en dat moet ook in de wet staan', vindt Abdoel. Hij stelde verder voor, dat dit in de wet wordt opgenomen zodat geen misbruik plaatsvindt en de mensen niet worden uitgesloten. 'Belangrijk is dat we het doel van beide wetten niet voorbijstreven.'
Asiskumar Gajadien (VHP) pleitte voor één bestuur voor beide fondsen. 'Het gaat om het specifiek belasten van personen met specifieke taken.' Hij vindt dat alleen natuurlijke personen een beroep mogen doen op de fondsen in plaats van rechtspersonen om te voorkomen dat mensen die het niet nodig hebben hier misbruik van zullen maken. Gajadien vroeg naar een evaluatie van het Huisvestingsplan 2012-2017, omdat daaruit moet blijken wat mis is gegaan met de plannen en waarom de twee fondsen nu noodzakelijk zijn.
'Ik blijf pleiten dat we niet verschillende autoriteiten en fondsen creëren waar meer mensen over het beheer gaan. Daardoor krijg je meer kosten om het te opereren dan dat je de mensen ten dienste stelt. Het gaat om speciale doelgroepen, we willen kapitaal zo goedkoop mogelijk maken voor hen, daarom is het goed dat wij een algemeen plaatje krijgen van hoeveel men kan nemen en over welke periode', merkte Gajadien op.
'Niet in de wet staat hoe lang het garantiefonds de renteschuld op zich kan nemen, de situatie kan maanden en ook jaren duren. Wanneer houdt het op, hoe ver strekt de garantie die wij willen bieden aan deze specifieke doelgroep. Ik mis de hele procedure met betrekking tot het aanspraak maken op de garantie', zei Rossellie Cotino (NDP). Zij haalde aan dat ook mensen met een vast inkomen in problemen komen met het aflossen van hun hypothecaire schuld bij de bank. Zij ziet graag dat ook voor deze personen een mogelijkheid wordt gecreëerd om een beroep te doen op de fondsen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten