'Bronnen' binnen bankwezen beweren dat Gersie uiterlijk eind volgende week het veld ruimt
VSB: 'Vervanging van Gersie kan zeer ernstige consequenties hebben'
De regering is niet van plan om Glenn Gersie, die drie jaar geleden werd benoemd als governor van de Centrale Bank van Suriname (CBvS), te vervangen. 'Onzin', zegt minister Gillmore Hoefdraad van Financiën vandaag, woensdag 6 februari 2019, in de Ware Tijd. Gersie wordt volgens de minister niet vervangen door Sigmund Proeve, oud-directeur van DSB-bank. Hoefdraad doet de hardnekkige geluiden de afgelopen dagen af als 'geruchten'.
Goed ingevoerde deskundigen binnen het bankwezen zeggen daarentegen in de Ware Tijd, dat Gersie uiterlijk eind volgende week het veld zal moeten ruimen. Omdat het ontslag mogelijk onrust kan veroorzaken in de financiële sector zou president Desi Bouterse nog enigszins twijfelen. Verwacht wordt dat hij een dezer dagen tijdens overleg met diverse betrokkenen het definitieve besluit in het nadeel van Gersie zal nemen.
De geruchten hebben geleid tot grote bezorgdheid bij de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB). Eventuele vervanging van Gersie kan 'zeer ernstige consequenties' hebben voor de 'nog steeds zeer fragiele financieel - economische situatie in ons land', schrijft de VSB maandag in een persbericht.
Suriname is gebaat bij rust en voorspelbaarheid ten aanzien van monetair beleid, schrijft de VSB verder. Zij laat weten, dat de samenwerking met de president van de Centrale Bank en andere relevante actoren als zeer constructief ervaren is. Door deze samenwerking is een zekere mate van stabiliteit bereikt op de valutamarkt, schrijft de VSB. Zij hoopt dat de autoriteiten de hardnekkige geruchten onmiddellijk zullen ontzenuwen.
Gersie heeft overigens niet gereageerd op vragen over zijn mogelijke ontslag.
Hij kreeg de leiding over de bank op een moment dat de Surinaamse dollar ten opzichte van de euro en de Amerikaanse dollar in een vrije val was terechtgekomen. Eén van zijn eerste belangrijke acties was de ondertekening van een overeenkomst tussen de bank en de minister van Financiën op 26 april 2016.
In die overeenkomst is vastgelegd, dat de Centrale Bank uitgaven van de Staat, overheidsinstanties en staatsbedrijven niet monetair zal financieren. Deze overeenkomst was één van de voorwaarden van het IMF(Interrnationaal Monetair Fonds) voor de toekenning van noodfinanciering aan Suriname die het land in staat moest stellen om uit de toen heersende economische crisis te geraken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten