Nota minister Blok aan Tweede Kamer valt samen met nieuws rond hub-positie eiland humanitaire hulp Venezuela
Curaçao gaat de rechtspositie van Amerikaanse militairen en burgerpersoneel regelen die
op het eiland zijn voor oefeningen.
Dat blijkt uit een nota die minister Stef Blok van
Buitenlandse Zaken naar de Tweede Kamer heeft gestuurd
‘ter stilzwijgende goedkeuring’. De overeenkomst is gisteren
via gouverneur Lucille George-Wout ook naar de Staten
gestuurd, aldus het Antilliaans Dagblad vandaag, zaterdag 16 februari 2019.
Het lijkt toeval dat dit samenvalt met het nieuws dat Curaçao
een hub wil zijn voor humanitaire hulp aan Venezuela. Die
hub wordt mede op verzoek van de Verenigde Staten
ingesteld. De uitbreiding van een verdrag dat de status van Amerikaanse militairen op Curaçao regelt
is al op 15 november 2018 met de Curaçaose regering overeengekomen.
Het verdrag met de VS stamt al uit 2012, maar was door Curaçao nooit goedgekeurd. Daardoor was
het sinds 1 september 2013 alleen geldig voor Aruba, Sint Maarten en Caribisch Nederland. In het
verdrag wordt de rechtspositie geregeld van militair en civiel personeel van de Amerikaanse
strijdkrachten ‘in het kader van scheepsbezoeken, trainingsdoeleinden, oefeningen en andere
gezamenlijk overeengekomen activiteiten’.
Het aanvankelijk eenjarige verdrag (Sofa genaamd) uit 2005 werd via een overeenkomst vanaf 2013
automatisch met telkens vijf jaar verlengd. Deze meerjarige Sofa gold tot nu toe niet voor Curaçao,
maar dat wordt nu alsnog geregeld.
Het verdrag geeft de VS niet het recht om zonder toestemming het
grondgebied van Curaçao (of een ander eiland) te betreden, staat in de toelichtende nota van minister
Blok. Daarover beslissen de betreffende autoriteiten.
Wel staan er bepalingen in over de rechtsmacht, claims, import en export van goederen en het dragen
van wapens. Dit maakt het de Amerikaanse strijdkrachten mogelijk om oefeningen te houden en
bijstand te verlenen bij rampenbestrijding, aldus de nota.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten