dinsdag 10 april 2018

Sharman (VHP) plaatst grote vraagtekens bij nut samenwerking met Equatoriaal-Guinea

'Ik vraag mij af of  het land echt in staat is van zo'n grote betekenis te zijn voor Suriname'


Suriname en het Afrikaanse Equatoriaal-Guinea staan op het punt hun nu al zes jaar durende samenwerking te laten bekrachtigen door hun parlementen. Op 25 februari 2012 werd een raamwerkovereenkomst getekend voor samenwerking op verschillende gebieden. Vandaag, dinsdag 10 april 2018, zal in  De Nationale Assemblee een aanvang worden gemaakt met de behandeling van de ontwerpwet waarin deze samenwerking officieel wordt vastgelegd, voor economische en culturele samenwerking. Dit schrijft de Ware Tijd.

Volgens Dew Sharman, VHP-parlementariër en lid van de commissie die de conceptwet heeft voorbereid, heeft Equatoriaal-Guinea niets te bieden aan Suriname. De samenwerking heeft volgens het concept een vrij breed karakter. Het gaat om projecten die van belang zijn op de gebieden van infrastructuur, industrie, handel, transport, onderwijs, gezondheidszorg, sport, financiën, bankwezen, onroerend goed, telecommunicatie en maatschappelijke dienstverlening. Ook de productie en distributie van water en elektriciteit worden genoemd.

In artikel vijf van het concept worden ook nog genoemd samenwerking in de sectoren, landbouw en veeteelt, energie, mijnbouw, bosbouw, toerisme en alle andere gebieden van gemeenschappelijk belang. De opsomming eindigt met het toekennen van studiebeurzen, specialisatie en het aanbieden van professionele trainingen en het ontwikkelen van andere vormen van economische, handels, culturele, wetenschappelijke en technische samenwerking die noodzakelijk voor de duurzame ontwikkeling van de beide landen.

Sharman zegt verbaast te zijn over deze veelheid en omvangrijke samenwerking. Hij vraagt zich af off  het land echt in staat is van zo'n grote betekenis te zijn voor Suriname.

Daarnaast struikelt hij over het internationaal imago dat Equatoriaal-Guinea de afgelopen jaren heeft opgebouwd. 'Ik kom op de vergadering uitgebreid terug op deze kwestie, maar het staat nu al vast dat, dat dat land Suriname niets te bieden heeft', zegt Sharman.

De regering zal overigens moeten aantonen welke samenwerkingsactiviteiten er in de afgelopen zes jaar zijn uitgevoerd en wat de voordelen zijn geweest en zullen zijn voor Suriname.

In augustus 1979 pleegde de neef en onderminister van Defensie, generaal Teodoro Obiang Nguema Mbasogo, een coup. Hij liet president Macías Nguema executeren en werd zelf president. Godsdienstoefeningen werden weer toegestaan en het socialistische economisch beleid werd radicaal gewijzigd (geleidelijke invoering vrije markteconomie).

Generaal Nguema Mbasogo trad echter hard op tegen tegenstanders van zijn regime, met name tegen die van de bevrijdingsbeweging GNBA (Nationalistische Groep van het Bubi-volk van de Eerste April). In 1986 probeerden hoge militairen het bewind van Nguema Mbasogo omver te werpen, maar de president bleef stevig in het zadel zitten.

In 1987 richtte Nguema Mbasogo de Partido Democrático Guinea Ecuatorial (Democratische Partij van Equatoriaal-Guinea, PDGE) op. De PDGE werd de enige toegestane partij. In 1991 werd officieel het meerpartijenstelsel ingevoerd. Politieke partijen (behalve de PDGE) moeten echter aan zoveel regels voldoen dat er geen sprake is van een echte oppositie. In 1996 werd Obiang Nguema Mbasogo met een overweldigende meerderheid als president herkozen.

Zijn zoon Teodorin Obiang, die getrouwd is met een voormalige Miss Denemarken, stond in januari 2017 bij verstek terecht voor een Franse rechtbank op beschuldiging van misbruik van publieke gelden, corruptie en het witwassen van oneerlijk verkregen rijkdommen. Het proces tegen de zoon van de president, die een fortuin zou hebben vergaard als minister van Land- en Bosbouw in het Afrikaanse land, is het gevolg van een campagne van Sherpa en Transparency International, twee organisaties strijden tegen wereldwijde corruptie.

Equatoriaal-Guinea probeerde het proces tegen te houden met een beroep op de immuniteit van Obiang, die in 2016 door zijn vader was benoemd tot vicepresident. In september 2011 had de Franse Justitie al negen luxueuze auto's van Obiang jr. in beslag genomen wegens frauduleuze praktijken met overheidsgeld en witwassen.

Het land heeft de rechten van journalisten zeer sterk ingeperkt. Volgens Freedom House behoort het land tot de 10 slechtste landen op dit gebied en staat tussen Noord-Korea, Syrië en Turkmenistan.

(Suriname Mirror/de Ware Tijd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten