Vereniging van Sportjournalisten in Suriname verontwaardigd over 'mediabeleid' SVB-voorzitter

'FIFA heeft over media een totaal andere visie dan die in Suriname door SVB wordt geëtaleerd'


De Vereniging van Sportjournalisten in Suriname (VSJS) zegt met verontwaardiging kennis genomen te hebben van het feit dat de voorzitter van de Surinaamse Voetbalbond (SVB), John Krishnadath, heeft aangegeven dat verenigingen vrij zijn om media te weigeren een interview af te staan. De FIFA heeft over de media een totaal andere visie dan die in Suriname door de SVB wordt geëtaleerd, stelt de VSJS in een verklaring, aldus Starnieuws vandaag, vrijdag 24 november 2017.

De VSJS respecteert zonder meer het feit, dat ATV de rechten heeft voor live uitzendingen van de Eerste Divisiecompetitie, maar kan zich niet vinden in het feit dat de SVB vrijbrief geeft aan verenigingen om naar willekeur te bepalen met welk medium/welke sportjournalist er gesproken wordt.

'Waarschijnlijk heeft de hoogste voetbalorganisatie in Suriname geen idee van haar verantwoordelijkheden en welke precedenten er worden geschapen met deze maatregel. Wij gaan er daarom vanuit dat de beslissing van de voorzitter berust op een misverstand en dat de berichtgeving zoals op donderdag 23 november 2017 door Starnieuws is gepubliceerd, gerectificeerd zal worden.'

Krishnadath zegt in een reactie: 'Net zo min als ik kom aan de journalistieke vrijheid om rond een feit te verslaan wat de journalist belangrijk vindt, en net zomin als ik kom aan de vrijheid van een sportjournalist en zijn medium om een sportevenement waarvoor hij of zij is uitgenodigd wel of niet te verslaan, net zo min kom ik aan de individuele vrijheid van een persoon of instelling om een interview te weigeren. Zo is ook een van de meest basale aspecten van de journalistiek, de toepassing van hoor en wederhoor. Bij het niet toepassen of onvoldoende toepassen van dit principe, zal het andere recht dat die andere partij heeft, vaker gebruikt worden. Het is mijn taak om indien daarom gevraagd wordt, mijn leden niet alleen op hun plichten naar contractpartijen toe te wijzen, maar ook op hun rechten.'