Openbaar Ministerie Suriname pleit voor hogere straffen voor cocaïnesmokkel

'Wij moeten de smokkelaars ontmoedigen'

- Verdachte cocaïnebolletjes slikster krijgt van rechter mildere straf dan door Officier van Justitie geëist
- Na aanhoren vonnis mag veroordeelde meteen naar huis


Officier van Justitie Nirmala Maikoe vindt dat veel hogere straffen opgelegd moeten worden voor cocaïnesmokkel. In vergelijking met andere landen zijn de straffen die Surinaamse rechters hiervoor opleggen te mild, meent zij. 'Wij moeten de smokkelaars ontmoedigen door ervoor te zorgen dat het hen duidelijk wordt dat het risico dat zij nemen behoorlijk afgestraft wordt.'

Maikoe voegde gisteren de daad bij het woord - zo schrijft de Ware Tijd vandaag, dinsdag 7 november 2017 - door een in haar ogen flinke straf - twaalf maanden, waarvan vier voorwaardelijk en een boete van Srd 1000 - te eisen tegen I.P. die had geprobeerd zestig bolletjes cocaïne naar Nederland te smokkelen.

De Officier van Justitie zei, dat 'mensen die overwegen om drugskoerier te worden nu moeten inzien dat zij weg moeten blijven van de drugswereld'. Het komt volgens haar te vaak voor dat verdachten enkele maanden celstraf uitzitten en dan in de gemeenschap terugkeren zonder te beseffen dat drugssmokkel een kwalijke zaak is.

Advocaat Hemradj Matawli vertelde de rechter, dat de verdachte iemand is die heel hard moet werken om het hoofd boven water te houden. 'Zij moet letterlijk alles bij elkaar rapen om te kunnen overleven. Dat heeft er ook toe geleid dat ze de verleiding niet heeft kunnen weerstaan en het risico heeft genomen om sneller aan geld te komen. Het is niet goed wat ze heeft gedaan en dat ziet zij ook in. Zij heeft ondervonden dat dit soort risico's haar leven kunnen verpesten', zei de raadsman. Deze mededeling werd bevestigd door de verdachte. Zij zei dat zij spijt heeft van haar beslissing om zich te laten meeslepen om drugs te smokkelen. Zij beloofde dat zij dit nooit meer zal doen en vroeg de rechter haar de gelegenheid te geven voor haar kind te gaan zorgen en het rechte pad te volgen.

Rechter Ingrid Lachitjaran leek gevoelig voor het verzoek van de verdachte en de argumenten van de advocaat. Zij vonniste milder dan de Officier van Justitie had gewild, door de eis bijna over te nemen, maar het voorwaardelijke deel van de straf te verhogen tot acht maanden. De verdachte mocht, zoals ze gevraagd had, gelijk naar huis. Bij de bepaling van de strafmaat heeft de rechter er rekening mee gehouden, dat P. heeft meegewerkt met het onderzoek.