'Ik heb vaak gezegd heeft dat mijn cliënt verklaard heeft dat Hoefdraad van alles op de hoogte was'
Irvin Kanhai, advocaat van de gewezen governor van de Centrale Bank van Suriname, Robert van Trikt, vindt het logisch dat procureur-generaal (pg) Roy Baidjnath Panday minister Gillmore Hoefdraad van Financiën wil vervolgen. Kanhai beweert vandaag, vrijdag 24 april 2020, op Starnieuws dat hij vaak gezegd heeft dat zijn cliënt verklaard heeft dat Hoefdraad van alles op de hoogte was.
Kanhai was wel verbaasd dat de vervolging aanvankelijk de minister wilde verhoren als verdachte zonder hem in staat van beschuldiging te stellen. In dat geval kon het Openbaar Ministerie zelfs niet ontvankelijk worden verklaard.
Veel van de zaken die volgens het dossier hem verweten worden, zijn tijdens uitoefening van zijn ambt gepleegd. Een politieke ambtsdrager moet eerst in staat van beschuldiging worden gesteld, tenzij het om zaken gaat die niets met zijn ambt te maken hebben.
De minister kan onder andere valsheid in geschrifte, 'money laundering' en verduistering worden verweten.
Kanhai stelt, dat doorgegaan is met gebruik van de kasreserve toen Van Trikt geen governor meer was. Verder zouden royalty's meerdere malen als onderpand zijn aangeboden. De Bankwet is volgens hem ook overtreden. Al deze zaken maakt hij op basis van verhoren waarin hij inzage heeft als raadsman van Van Trikt.
Kanhai zegt ook, dat de gewezen governor in opdracht van de minister een aantal zaken heeft gedaan.
De advocaat verwacht dat De Nationale Assemblee de minister in staat van beschuldiging zal stellen. 'Dit zijn de wettelijke regelingen van het land. Dit is ook al eerder gebeurt in de zaak tegen de ex-ministers Errol Alibux en Dewanand Balessar. In de zaak tegen ex-minister Siegfried Gilds ging het om strafbare feiten die buiten het ambt gepleegd zijn. De rechter moet een oordeel geven of de beschuldigingen terecht zijn.'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten