'Het is een luxe om achterover te zitten tot volgend jaar, er is veel werk aan de winkel'
'Wereldwijd wordt de witwasmachine steeds moderner, technischer, soms virtueel en doorsluismogelijkheden worden creatiever ontwikkeld. Suriname kan een makkelijke target voor criminelen zijn als witwasland of doorsluismogelijkheid óf is dat misschien al. Een ding staat vast: Suriname moet wetten aanpassen of nieuwe slaan, wil het niet ‘geblacklist’ worden als een facilitator van criminele handelingen.
Het is een luxe om achterover te zitten tot volgend jaar. Er is veel werk aan de winkel, wil Suriname een positieve beoordeling krijgen', zegt Roy Baidjnath Panday, voorzitter van de Nationale Anti-Money Laundering Commissie (NAMLAC) vandaag, maandag 22 juli 2019, op Starnieuws.
Suriname staat ingedeeld voor de vierde landenevaluatieronde in de tweede helft van 2020, door de Caraïbische tak, van de Financial Action Task Force (FATF). Een wereldwijde intergouvernementele organisatie die zich bezighoudt met de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering.
Drie keer per jaar komt de FATF met een lijst van landen die de aanbevelingen onvoldoende hebben geïmplementeerd, niet meewerken of een hoog risico zijn voor witwassen en terrorismefinanciering. Landen zijn verplicht om hun witwas en terrorismefinancieringrisico’s te identificeren en gepaste maatregelen te treffen. Dit, om de dreiging tegen te gaan of te elimineren. Een methode om dit te doen is om de eerste van de veertig FAFT-aanbevelingen, een nationale risicoanalyse (NRA), uit te voeren. Het NRA-rapport met de bevindingen is de basis voor onze landenevaluatie.
De overige 39 aanbevelingen gaan veelal over wetgeving. Suriname slaat een goede beurt als het zoveel mogelijk wetten in orde heeft. Je krijgt dan een redelijk goede score, legt Baidjnath Panday uit. 'Ben je nog in het proces van wetgeving aanpassen of heb je nagelaten iets eraan te doen, dan wordt dit ook geobserveerd. Je krijgt dan een bepaalde notering, die minder zal zijn dan compliant rating.'
Baidjnath Panday waagt niet te schatten hoeveel werkzaamheden Suriname nog wacht. 'Maar, laat mij stellen dat van rond de helft-plus van de veertig aanbevelingen, wij nog enorm veel versterkende maatregelen moeten treffen. Deels met betrekking tot het initiëren van nieuwe wetgeving en aanpassing van bestaande wetten.' Zo moet bijvoorbeeld de fiscale wetgeving aangepast worden. 'Zodat ook fiscale delicten kunnen worden gebracht onder de werking van de antiwitwaswetgeving. Bijvoorbeeld, als het gaat om de ontduiking van belastinggelden.' Hij somt nog enkele op zoals herziening van de Wet op Stichtingen, het Wetboek van Koophandel en de Wet op Ngo’s. Verder wordt er al gewerkt aan de aanpassing van de Wet op Melding Ongebruikelijke Transacties om deze te integreren met de Wet Identificatieplicht Dienstverleners.
De lijst met wetsaanpassingen is nog langer. 'De Centrale Bank van Suriname is thans doende de financiële wet- en regelgeving te moderniseren', vertelde bank-governor Robert van Trikt tijdens het officiële startsein van de NRA op 15 juli. Hij noemde onder meer de Bankwet, de Wet Toezicht Bank en Kredietwezen, Wet Toezicht Geldtransactiekantoren, de richtlijn Anti Money Laundering en de bestrijding van de financiering van terrorisme, Wet Pensioenfonds en Voorzieningsfondsen en het toezicht op de verzekeringen.
Wetten aanpassen of nieuwe maken is een continu proces, want criminelen en terroristen zitten niet stil en bedenken elk moment een nieuwe witwasmethode of doorsluismogelijkheid. Baidjnath Panday zegt, dat in 2012 de FATF samenwerkte met verschillende financiële regionale organen aan de herziening van de veertig aanbevelingen. Partijen spraken af dat 'afhankelijk van de internationale trends, de nieuwe typologieën van criminelen waarlangs zij hun witwaspraktijken organiseren er richtlijnen kunnen verschijnen ter versterking van de reeds gedane aanbevelingen'.
Neem nu het internationaal bancair verkeer, wat nu allemaal digitaal is. De FATF merkte op dat er nog onvoldoende geformuleerd was in de aanbevelingen ‘hoe om te gaan met Bitcoins’, en ander virtueel geld. Vorig jaar volgde er een document over ‘hoe om te gaan in het internationaal bankverkeer bij geldmiddelen (New payment products and services). 'Zo krijg je steeds varianten waar je als land moet gaan inzoomen. Wat vandaag wetgeving is, is aan wijziging onderhevig, zo snel nieuwe handleidingen en richtlijnen komen. Je moet als land continue je wetgeving erop bijstellen', vertelt de NAMLAC-voorzitter.
De Nationale Assemblee mag de komende maanden meerdere wetswijzigingen verwachten. Wetten slaan of wijzigen is echter geen aangelegenheid van onze commissie, merkt Baidjnath Panday op. 'Wij signaleren alleen en de vakministeries alsook de CBvS moeten die ter hand nemen.' Maar wetten maken is maar een deel van het werk. De uitvoering, naleving en controle is de grote uitdaging. 'Als land ontberen wij voldoende technische deskundigheid bij personen. Het is maar een geringe groep die zich in de afgelopen jaren heeft kunnen verdiepen in de materie.' Ook als het gaat om het genereren van data en handhaving van de wetgeving, benadrukt de NAMLAC-voorzitter. 'Het is nooit genoeg en wij moeten de groep van deskundigen veel groter maken binnen de verschillende entiteiten.' Dit betekent ook een verhoogde inzet op de gebieden van toezicht op de dienstverleners en handhaving van de wetten middels strafrechtelijke interventies.
Het kader is nodig bij wat de voorzitter noemt de drie belangrijkste entiteiten. De CBvS vanwege haar toezichtsbevoegdheid op de financiële dienstverlening. Het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties voor wat zijn toezicht betreft op de niet-financiële dienstverlening. En de Gamingboard voor wat betreft haar toezicht op de gaming industrie, casino’s en overige kansspelen.
Suriname moet tonen dat het in staat is om dreigingen van witwassen en terrorismefinanciering terug te dringen. 'Wij moeten aantonen dat wij een robuust en goed lopend regiem op dit gebied hebben', stelt de NAMLAC-voorzitter.
Suriname is sinds 1998 lid van CFAFT en partij bij verschillende internationale verdragen die gaan over witwasbestrijding en terrorismefinanciering. Tijdens de derde evaluatieronde in 2009 scoorde Suriname voor 38 van de 49 aanbevelingen Non Compliant, voor 6 Partial Compliant en kreeg op 5 overige een Compliant notering. Net als andere landen, kreeg Suriname de gelegenheid om de nodige maatregelen te treffen. Tot 2016 werden instituten opgezet en in ijl tempo tal van wetten aangepast.
Zo lukte het Suriname in 2017 om nog nét 'blacklisting' te vermijden. De CFAFT oordeelde dat Suriname significante vooruitgang had geboekt door het raamwerk van de wet-en regelgeving zodanig aan te passen, op grond van ‘Rule-Based Approach’.
4e evaluatie is ‘Risk-Based Approach’
De vierde evaluatie is gebaseerd op ‘Risk-Based Approach’.
Suriname heeft de expertise van de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB) ingeroepen die een werkplan opstelt. Het lokaal Project Management Team, geleid door Jennifer van Dijk-Silos, verzamelt samen met IDB de informatie voor het NRA-rapport. Het onderzoek richt zich op overheid en private organisaties, inclusief de ngo’s. Deze kunnen financiële en ook niet-financiële ondernemingen zijn.
Vele van hen hebben namens hun sector vertegenwoordigers (focal points) aangewezen. Zij zullen de vragen van het PMT beantwoorden. Die gaan bijvoorbeeld over hun kennis over het anti-witwasstramien en hoe zij daarmee omgaan in hun werk. Er worden ook cijfers opgevraagd, bijvoorbeeld uit de gokindustrie. Deze antwoorden worden geanalyseerd om te weten of de deelgebieden kwetsbaar zijn en zo krijg je het NRA-rapport. Bij de evaluatie word ook gekeken naar productiecijfers van instanties als de politie en het Openbaar Ministerie over het aantal cases, vervolging en berechting.
Het NRA-onderzoek zou eigenlijk vorig jaar starten. Er was een kick-off conferentie en training in februari 2018. Toen volgde de tweede lancering van de NRA in mei 2019 met de installatie van het PMT. Vorige week maandag gaf de president het officiële startsein van de NRA-uitvoering.
De opstart wordt gefinancierd door de Verenigde Staten.
Het budget van US$ 390.000 voor het driejarige financieringsproject is intussen opgetrokken naar US$ 420.000, ter ondersteuning van Suriname's inspanningen voor witwasbestrijding. De regering krijgt het conceptrapport eerst te zien voor goedkeuring, waarna het wordt ingediend bij de CFATF.
Uitstel evaluatie
In eerste instantie stond Suriname voor maart–juni 2020 op de agenda voor de evaluatie, maar de FAFT heeft de aanbevelingen en randvoorwaarden voor de gezamenlijke evaluatie aangepast. Landen krijgen daarom uitstel om hun huiswerk in orde te maken. Veder heeft de CFAFT haar evaluatieagenda aangepast. Baidjnath Panday sluit niet uit dat tijdens de CFAFT ministersvergadering, eind augustus 2019, de data zodanig verspreid word dat Suriname op een later tijdstip dan december 2020 aan de beurt komt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten