'Waarom een nieuwe naam voor de groep in het binnenland?'
'Ook op Jamaica hanteren nakomelingen van tot slaaf gemaakte Afrikanen de naam marron'
Marinus Bee, Assembleelid van ABOP, heeft vandaag, donderdag 7 december 2017, bij de voortzetting van de begrotingsbehandeling-2018, laten blijken zich eraan te storen, dat de marrons een nieuwe naam hebben gekregen van de minister van Regionale Ontwikkeling (RO). Al enige tijd hanteert minister Edgar Dikan de naam ‘Afro-Surinamers van het binnenland’ voor deze groep. Van minister Dikan wil hij weten waarom, aldus de Ware Tijd.
Bee voerde aan, dat de bewindsman tot de nieuwe benaming is overgegaan om grotere eenheid onder Afro-Surinamers te bevorderen. Maar, volgens de politicus wordt juist een scheiding in deze groep onderstreept met de nieuwe naam.
Hij stelde, dat alle nakomelingen van tot slaaf gemaakte Afrikanen in Suriname, Afro-Surinamers zijn. Dus waarom een nieuwe voor de groep in het binnenland, die ook al decennia als marrons worden aangeduid?
Met historische voorbeelden bracht de ABOP-vertegenwoordiger naar voren, dat Afro-Surinamers door de jaren heen verschillende benamingen hebben gekregen. Ook de binnenlandbewoners kregen allerlei namen, zelfs denigrerende.
Uiteindelijk heeft de groep op voorspraak van enkele voortrekkers uit de Saamaka-stam de benaming 'marrons' zich eigen gemaakt en die vanaf begin jaren '70 gepropageerd. De naam marrons is nu ingeburgerd in Suriname en daarbuiten.
Bee wees er op, dat ook op Jamaica nakomelingen van daar tot slaaf gemaakte Afrikanen de naam marron hanteren. Waarom in Suriname nu met een andere naam komen?
De regering moet nog antwoord geven op de vragen die de afgelopen dagen door parlementariërs zijn opgeworpen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten