(Bron foto: NII) |
DOE wil goede uitleg regering over deals in kader van lening en overname van de dam
De overname van de Afobakka-stuwdam moet voordelen opleveren voor Suriname. Volgens voorzitter Steven Alfaisi van de partij voor Democratie en Ontwikkeling in Eenheid (DOE) moet het niet alleen gaan om overname. Er moet voor gezorgd worden, dat de druk op de weinige en precaire middelen niet wordt opgevoerd. Het Nationaal Informatie Instituut (NII) sprak Alfaisi op donderdag 2 januari 2020 nadat hij samen met DOE-parlementariër Carl Breeveld door president Desi Bouterse ontvangen was voor een informatiesessie betreffende de overname van het waterkrachtwerk.
De stuwdam is per 31 december 2019 officieel in Surinaamse handen gekomen, waarmee er ook einde is gekomen aan Suralco/Alcoa in Suriname. Hoewel de DOE-voorzitter blij is dat de stuwdam nu in Surinaamse handen is, ontvangt de partij dit gebeuren toch met gemengde gevoelens. Alfaisi meent dat het proces niet kies is verlopen en dat het beter kon, hetgeen ook aan het staatshoofd kenbaar is gemaakt.
De partijvoorzitter meent ook, dat de overname reeds had moeten plaatsvinden toen de Alcoa in 2015 het besluit nam om te stoppen met de raffinage van bauxiet tot aluinaarde in Suriname. Hij betitelt het besluit van het staatshoofd om de politieke organisatie te informeren een nationale zaak. 'Wanneer er wordt gesproken over energie is de stuwdam de meest primaire energie opwekkingsbron die we hebben', zei Alfaisi. 'Als erover gesproken wordt, dan moet je gaan luisteren', voegde hij eraan toe.
Met het staatshoofd is ook gesproken over de laatste horde die genomen is om de dam in eigen beheer te krijgen, namelijk de lening van US$ 125 miljoen. De DOE-voorzitter meent, dat er een betere deal kon worden uitgeschreven. Ook zou er beter onderhandeld moeten zijn met de Alcoa, die jarenlang in Suriname is geweest. Alfaisi zegt te begrijpen dat Suriname nu zal gaan besparen, maar meent dat er niet aan de ene kant verlicht moet worden en de druk aan de andere kant moet worden opgevoerd.
De DOE-vertegenwoordiging wenste een goede uitleg over de deals in kader van de gedane lening en de overname van de dam. Alfaisi benadrukte, dat de partij altijd een visie heeft hoe om te gaan met zaken wanneer het een nationaal belang betreft. Zij levert altijd haar bijdrage in de persoon van parlementariër Breeveld en zal dit ook doen wanneer erom gevraagd wordt.
Over het vervolgtraject zei Alfaisi dat dit koffiedik kijken is. Hij meent dat nog niet alles in kannen en kruiken is en dan vanuit de overheid een aantal zaken nog vorm moet krijgen. Volgens hem moeten details over de overname nog in place komen. 'In elk geval is het volgens de partijvoorzitter nu aan ons als Suriname om na te gaan hoe wij dit alles tot een goed en voordelig einde voor Suriname kunnen brengen', aldus Alfaisi.
'De politieke partij PALU, vertegenwoordigd door voorzitter Jim Hok en bestuurslid Imran Taus, was de laatste in de lijn van parlementaire oppositionele partijen die donderdag door het staatshoofd werden ontvangen. Eerder op de dag waren dat achtereenvolgend VHP en ABOP gevolgd door DOE. PALU-voorzitter Hok wenste hetgeen met president Bouterse was besproken eerst met zijn partijbestuur te delen. De Nationale Partij Suriname (NPS), die ook een uitnodiging had ontvangen, liet per schrijven echter weten af te zien van de informatiesessie met het staatshoofd.'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten