03-12-2012 Door: Paul Kraaijer
Paramaribo – Staatsolie Maatschappij Suriname N.V. wil Suriname ‘groen’ laten rijden. In december 2010 is het bedrijf gestart met een proefproject bij Wageningen (district Nickerie) om diverse soorten suiker te testen op eventuele bruikbaarheid voor de productie van de milieuvriendelijke plantaardige biodiesel, ethanol. Daartoe kocht Staatsolie 12.600 hectare grond van de Stichting Machinale Landbouw (SML) waar een geautomatiseerde suikerrietplantage is opgezet. Staatsolie ziet de toekomst zonnig en groen tegemoet.
Voordat Staatsolie met dit project startte werd in 2009 een conceptstudie uitgevoerd waarvan het resultaat positief was. In de volgende, tweede, fase wordt een zogenoemd ‘solutions study’ uitgevoerd, een studie waarin agrarische en industriële aspecten centraal staan en milieueffecten.
- Het agrarische deel van de studie wordt uitgevoerd door het Britse Brooker Tate (te Thame, Oxfordshire), een bureau dat de afgelopen vijftig jaren in honderdtwintig landen ongeveer vijftienhonderd studies heft uitgevoerd op het terrein van ethanol, suiker, bio-energie en andere agrarische projecten. De industriële aspecten worden onderzocht door Aker Solutions dat haar hoofdkantoor heeft in Noorwegen. Het bureau heeft vestigingen in de hele wereld, waaronder drie in Brazilië. Volgens een eigen persbericht van de vestiging van Aker Solutions in het Amerikaanse Houston van 9 september 2009 is een ‘project management consultant contract’ getekend met Staatsolie voor de uitbreiding van de raffinaderij.De Nederlandse vestiging te Zoetermeer zou het project ondersteunen. -
In een reactie laat Dominique Van Dijk, Coördinator Wageningenproject bij Staatsolie, weten dat op dit moment, maart 2012, de solution studies worden afgerond voor het industrieel deel en het agrarisch deel. ‘Als deel van de agrarische solution studie worden de resultaten van de veertien suikerrietvariëteiten geanalyseerd. In de industriële solution studie worden alle aspecten die te maken hebben met het opzetten van een fabriek onderzocht. Er zijn veel opties bestudeerd die gericht zijn op de productie van ethanol, suiker en elektriciteit. Verder wordt er een zorgvuldige milieu- en sociale effectenanalyse gedaan om zowel de positieve als de negatieve effecten van dit project op mens en milieu vast te stellen. Dit in lijn met Surinaamse richtlijnen en internationale standaarden. ‘
Om de resultaten van de proefaanplant (in totaal acht hectare) te kunnen bestuderen is een jaar uitgetrokken. Als die resultaten positief zijn kan de bouw van de raffinaderij – om suikerrietssap om te kunnen zetten naar ethanol – starten. Staatsolie verwacht vervolgens dat de eerste ethanol rond 2015 verkrijgbaar is.
Staatsolie wil leidend zijn in de duurzame ontwikkeling van de energie-industrie in Suriname en daarmee ook een belangrijke bijdrage leveren aan de vooruitgang van de Surinaamse samenleving. Van Dijk: ‘Aan de hand van de uitkomst van de solution studies en milieu- en sociale effectenanalyse zal worden besloten over te gaan tot de productie van ethanol. Indien de productie van suiker en elektriciteit extra waarde toevoegt aan het project zal dit ook worden overwogen.’
Het belangrijkste agrarische onderdeel van de tweede onderzoeksfase is het proefproject in Wageningen. Een proefareaal werd beplant met 80.000 suikerrietplantjes van verschillende soorten uit Guyana, Brazilië, Guatemala, Colombia en Barbados. De proefaanplant moest aantonen welke suikerrietvariëteiten het meest geschikt zijn voor Suriname. De jonge aanplant werd in een laboratorium gekweekt, om ziekten te voorkomen. In Brazilië werden plantjes vermeeerderd en vervolgens naar Suriname geëxporteerd waar ze bij het plantvermeerderingsbedrijf Phyto-Tech in Commewijne konden groeien tot ze rijp genoeg waren om in het proefveld geplant te worden.
‘Het proefveld ziet er anders uit dan de rijstvelden in Nickerie: in de grond staan tientallen witte genummerde paaltjes en honderden watersproeiers die met elkaar verbonden zijn door dunne, zwarte, irrigatiebuizen. Op een deel van het proefveld van dertig hectaren waaien de suikerrietplantjes gezond en vrolijk mee met de wind. Zo’n 25 mannen en vrouwen uit Wageningen hebben werk gevonden in deze fase van het proefproject. Na een training door buitenlandse experts zijn zij ingezet bij de dagelijkse werkzaamheden, zoals het planten en verzorgen van de aanplant.’ Woorden uit het eerste nummer in 2011 van Staatsolie Nieuws.
Staatsolie is de weg naar groene biodiesel opgegaan, omdat het bedrijf een toekomstvisie heeft en zich ervan bewust is dat aardolie niet hernieuwbaar is en op een moment op is. Volgens het bedrijf heeft de zoektocht naar andere brandstoffen om de plaats in te nemen van de producten die uit aardolie worden gemaakt, onder andere biobrandstoffen opgeleverd die wel hernieuwbaar en milieuvriendelijker zijn. Die brandstoffen worden vervaardigd uit natuurlijke producten als pinda, zonnebloemzaad, cassave, pinda, rijst, soja, suikerriet en maïs. Oliën of het sappen uit dergelijke gewassen kunnen goed verwerkt worden tot ethanol (alcohol, geschikt als brandstof. Suikerriet heeft echter de hoogste opbrengst heeft in liters per hectare. In onder andere Brazilië en de Verenigde Staten en sinds 1 januari 2007 ook in Nederland wordt ethanol ook vermengd met gewone benzine. Het geschikt maken van auto's voor het rijden op ethanol vergt maar een zeer kleine aanpassing.
Staatsolie maakte in september 2011 bekend dat het haar biobrandstofproject in Wageningen zou gaan uitbreiden. Volgens directeur Mark Waaldijk verliepen de proeven goed en zelfs beter dan het bedrijf had verwacht. De proeven met suikerruit moeten komend jaar gereed zijn en zal Staatsolie de knoop doorhakken of zij commerciële activiteiten voor de export gaat ontwikkelen. Opmerkelijk was dat een paar maanden eerder president Desiré Bouterse zich niet bepaald lovend uitliet over het unieke project van Staatsolie. Tijdens een bijeenkomst in Nickerie zei hij onomwonden geen vertrouwen in het biobrandstofproject te hebben. Bouterse: ‘Onmogelijk. Nooit niet. Van zijn leven niet. Kan niet rendabel zijn. Ik ken het biodieselproject.’ Deskundigen van het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij en het Kabinet van de President waren van oordeel dat het gehele project zou moeten verhuizen naar het Corantijngebied. In dat gebied zouden de bodemgesteldheid en de waterinfrastructuur beter zijn. Daarenboven begonnen rijstboeren in de nabijheid van het proefproject van Staatsolie te klagen dat zij last hadden van de operaties van het bedrijf. Voor wat betreft een eventuele verhuizing naar het Corantijngebied is Dominique van Dijk in een reactie helder: ‘Vooralsnog zal het project zich beperken tot Wageningen voor suikerrietproductie. In de toekomst zal er mogelijk naar andere geschikte gebieden worden gezocht.’
Met de hoge olieprijzen en de wereldwijde toenemende behoefte aan energie is de vraag naar ethanol toegenomen. Brazilië telt ruim driehonderd ethanolfabrieken. In januar 2012 werd echter bekend dat door slechte oogsten in het land er een tekort aan suiker voor bio-ethanol is ontstaan: een probleem voor het land dat wereldwijd de grootste producent is van ethanol uit suikerriet. Vrijwel alle bio-ethanol in Nederland is afkomstig uit Brazilië. Staatsolie zou in de nabije toekomst een belangrijke speler kunnen worden in het internationale veld van ethanolproducenten.
Maar, is Suriname over een paar jaar gereed om werkelijk ‘groen’ te gaan rijden? Op deze vraag volgt een uitgebreide reactie van de Coördinator Wageningenproject bij Staatsolie, Dominique van Dijk: ‘Het is de bedoeling dat een deel van de productie van ethanol bestemd is voor het mengen met de gasoline uit de nieuwe raffinaderij waaruit hoogwaardige gasoline zal ontstaan en het ander deel voor export. In eerste instantie zal de gasoline in Suriname een bepaalde mix worden met de ethanol, die voor de ‘normale’ auto’s in Suriname geen probleem oplevert. Deze mix zorgt er al voor dat de gasoline ‘groener’ wordt. Indien er meer flex-fuel auto’s in Suriname zullen komen, zal ook gereden kunnen worden op 100% ethanol, zeer ‘groen’ dus, zoals dit ook al tientallen jaren in Brazilië het geval is. De overheid zou dit kunnen faciliteren, zodat de klant een incentive heeft om groener te rijden. Indien er ook suiker wordt geproduceerd zal de ruwe suiker worden geëxporteerd, de afzetmarkten hiervoor worden in beeld gebracht. Deze suiker is niet geschikt voor consumptie. Een mogelijkheid voor een volgende fase om meer waarde aan het product toe te voegen is het produceren van geraffineerde witte suiker en andere soorten consumptiesuikers uit de ruwe suiker, die dan zeker ook op de lokale markt zullen worden gebracht. Daarnaast zou ook nog eens elektriciteit opgewekt kunnen gaan worden uit het uitgeperst suikerriet - dat ook bagasse wordt genoemd naar de Braziliaanse benaming. De elektriciteit zal voor de fabriek worden gebruikt en daarnaast geëxporteerd worden naar de huishoudens en bedrijven in het district Nickerie. Ook wordt de mogelijkheid bekeken om uit de bagassevezels bouwmaterialen, zoals fiber boards, te maken. Bij de productie van ethanol komt ook CO2 vrij tijdens de fermentatie. Deze CO2 kan op zijn beurt in toekomst dienen als voedingsstof voor de productie van bio-diesel uit algen.Een reeds lang ingezette energie- en milieuvriendelijke trend in de wereld is namelijk om te zorgen voor een bijna volledige benutting van alle afval en andere bijproducten uit verwerkingsprocessen. De doelstelling is dus dat alles van de suikerrietplant efficiënt benut zal worden. Dit levert ook zogenaamde ‘Carbon Credits’ op, vanwege de CO2 uitstootreductie.’
De reactie laat duidelijk het enthousiasme zien binnen het bedrijf om bij te dragen aan een nog groener Suriname.
In januari van dit jaar verschenen er plotseling berichten over een tekort aan ethanol in Brazilië, veroorzaakt door enkele slechte suikerrietoogsten. Zou Suriname - en dus Staatsolie - in de toekomst een belangrijke speler kunnen worden in het internationale veld van ethanolproducenten?
Van Dijk: ‘De initiële ethanolproductie in Suriname zal nog niet op een dusdanig niveau zijn dat wij een belangrijke internationale speler zullen zijn, maar is voornamelijk gericht op de lokale behoefte van ethanol voor menging in gasoline. Indien het project zich in positieve zin zal bewijzen dan zal dit natuurlijk als voorbeeld dienen voor investeringen in vervolgprojecten en kan Suriname de productie verhogen en een belangrijkere speler worden, met name in de Caribische regio. Onze bedrijfscultuur is er een van kijken in de toekomst en anticiperen op veranderingen.’
‘Kijken in de toekomst’, dat doet Staatsolie absoluut met haar groene plannen. ‘Anticiperen op veranderingen’, ook dat doet het ambitieuze en groene Staatsolie. Hèt groene voorbeeld voor Suriname.
Noot:
Dit artikel werd door mij al in maart/april 2012 geschreven voor het tweemaal per jaar verschijnende United Magazine. Het blad is echter met een aanzienlijke vertraging pas in de laatste week van november 2012 verschenen nummer sept. 2012/feb. 2013.